Hoe zorgen we voor minder bodemdaling in onze veenweiden? Met die vraag zijn melkveehouders, onderzoekers en adviseurs van Proeftuin Trots op de Krimpenerwaard aan de slag. Door mee te bewegen met de natuurlijke processen van bodem, gewas en dieren werken zij aan een weerbaarder en veerkrachtiger landbouwsysteem. Daarvoor onderzoeken ze wat werkt en wat niet en waarom niet. En op welke manier zij daar op in kunnen spelen. Adaptieve landbouw noemen we dat.

‘Klei erbij’ past bij deze manier van kijken. Een beetje klei in veen maakt veengrond robuuster. Een combinatie van die twee kan dus een slimme manier zijn om veengrond steviger en draagkrachtiger te maken. Dat onderzoekt de Proeftuin nu op het melkveebedrijf van Marinus de Vries uit Stolwijk. Daarbij wordt klei gebruikt die is vrijgekomen bij werkzaamheden aan de nieuwe rijksweg A24 (de Blankenburg verbinding). Deze klei is volgens strikte procedures gekeurd en afgeleverd bij De Vries.

Afgelopen week zijn bij De Vries door het onderzoeksinstituut Louis Bolk proefveldjes met deze klei aangelegd. Kleine vakken met daarop verschillende hoeveelheden klei. Komende tijd wordt gemeten wat het effect is van weinig of veel klei en hoe de klei mengt met de veenbodem. Later in het jaar worden groter proefvelden aangelegd. De eerste stap naar veenverrijking met klei is gezet!

Proeftuin Trots op de Krimpenerwaard is een initiatief van de gemeente Krimpenerwaard ondersteund door de Provincie Zuid-Holland en wordt uitgevoerd door PPP-Agro Advies, het Louis Bolk Instituut en het Veenweiden Innovatiecentrum.