In de commissie Ruimte werd begin deze maand het beoogde proces richting een regionale strategie op warmte, elektriciteit en brandstofbehoeften besproken (RES). De organisatie achter de RES waaraan wij als gemeente deelnemen verzocht de Raad haar wensen en bedenkingen kenbaar te maken op het beoogde proces. Het college deed ons een tekstvoorstel toekomen.

In de aangereikte wensen en bedenkingen door het college kan D66 zich goed vinden. We begrijpen het belang van de glastuinbouw, de focus op betaalbaarheid voor iedereen en het optrekken met ministeries inzake de warmterotonde. Rondom het creëren van lokaal draagvlak door middel van vroegtijdige participatie zijn wij heel blij met de input van het college. Het laten aanhaken van bedrijven, bewoners en maatschappelijk organisaties zal de kwaliteit van de RES niet alleen versterken, maar het is ons inziens ook een voorwaarde voor het slagen van de energietransitie.

Draagkracht van het landschap D66 was niet uitsluitend blij met de voorstellen van het college. Duurzame opwek kost ruimte en het college gaf aan dat ze eerst wilt bepalen wat we kunnen (en waar ze zich comfortabel bij voelt) dan te redeneren vanuit hetgeen dat moet (voldoen aan de energievraag en opgaaf). Het zorgpunt van het college was de dwingendheid vanuit de regio die kan worden opgelegd tot realisatie van duurzame opweklocaties waar de draagkracht van het landschap zich daar minder voor leent.

Wel de lusten, niet de lasten is de insteek die we lazen. We vroegen het college dan ook: “Wil het college wellicht een tekort aan stroom, warmte of brandstoffen bereiken?”

Het stellen van doelen dwingt tot nadenken, overleg en de komst van oplossingen middels concessies. We vroegen het college dan ook het punt van zorg anders te  verwoorden zodat verantwoordelijkheid nemen het uitgangspunt wordt. En of in de definitieve RES kan worden uitgewerkt hoe zoekgebieden tegenover elkaar worden afgewogen met de draagkracht en het landschap in het achterhoofd. Immers is D66 het eens met het college dat alles passend moet zijn bij de identiteit van Lansingerland.

Inzet op energiebesparing en vraagreductie Het concept van de RES was bijgevoegd en voor D66 was het lastig niet alvast op de inhoud in te gaan. In het concept is namelijk geen aandacht voor inzet op energiebesparing en vraagreductie via de regio. Er wordt wel rekening gehouden met andere beleidsfactoren die invloed hebben op de energievraag, zoals inzet op isolatie en CO2 reductie middels laadconcepten.

Wat D66 betreft is het goed dat met externe factoren rekening wordt gehouden om de energievraag in te kunnen schatten. Slecht inzake het niet gezamenlijk inzetten op / en formuleren van doelstellingen op energiereductie. Veel gemeenten zetten nu al wel in op energiebesparing maar, vanwege vrijblijvendheid, levert dit nog te weinig resultaat op. Samen kan je meer. Wat je niet verbruikt, hoef je ook niet op te wekken, waardoor er minder ruimte nodig is voor opwek.

Voor de definitieve RES vroegen wij gezamenlijke inzet op reductie uit te werken. Wethouder Van den Beukel gaf aan blij te zijn met de suggestie van D66 en dat een dergelijk verzoek op de inhoud juist zo vroeg mogelijk dient te worden meegegeven als je het bij de definitieve RES verwerkt wilt hebben.

Middels een oplegger via de wethouder is de tekstuele wijziging op de draagkracht van het landschap en de toevoeging van gezamenlijke inzet op energiebesparing en vraagreductie verwerkt in de definitieve beantwoording.