https://molenwaard.vvd.nl/nieuws/16398/participatie

Participatie is het woord wat ik de laatste jaren overal hoor en tegen komt, zit iedereen hierop te wachten is de vraag die steeds bij mij opborrelt.

Iedereen is ‘druk’, zit in een bestuur, belangenvereniging of is ergens lid van. Kinderen vragen veel tijd en rondom thuis is veel te doen. Wordt het voor de burger allemaal niet te veel?

Maar wat is participatie nu eigenlijk?

Volgens Van Dale betekent participatie 'deelneming; het hebben van een aandeel in iets'. Participeren is 'deelhebben (aan) of deelnemen (in)'. Het woord is afgeleid van de Latijnse woorden pars en cipere, die letterlijk deel en nemen betekenen. 

Wanneer over participatie wordt gesproken, is er altijd sprake van een subject en een object: een individu, een groep of de samenleving als geheel die deelneemt (het subject) en datgene waaraan zij deelnemen (het object). Het object kan bijvoorbeeld (betaalde) arbeid, onderwijs, cultuur, sport, milieu, (informele) zorg, economie, politiek of vrijwilligerswerk zijn.

De afgelopen decennia is er met name van overheidswege steeds meer aandacht gekomen voor het bevorderen van participatie. Dit heeft verschillende oorzaken: 

De eerste is de overgang van een verzorgingsstaat naar een participatiemaatschappij. De verzorgingsstaat werd onbetaalbaar. Niet langer is de overheid er om burgers te beschermen. Burgers moeten nu zelf zoveel mogelijk hun verantwoordelijkheid nemen, minder leunen op overheidsvoorzieningen of ander professioneel aanbod en actief een bijdrage leveren aan de samenleving. Bovendien blijkt de overheid niet in staat om alleen maatschappelijke problemen op te lossen. Daarvoor is nauwe samenwerking met maatschappelijke organisaties en verbanden van burgers nodig, evenals de actieve inzet van die burgers zelf. Daarmee is het belang van participatie als doelstelling van beleid helder.  Een tweede oorzaak is de vergrijzing en de tegelijkertijd optredende ontgroening. Er dreigen in de nabije toekomst tekorten in de professionele zorg. Hierdoor nemen de druk op zorg en sociale voorzieningen in de toekomst sterk toe. De groei van informele zorg kan deze druk deels verlichten. Ten slotte zijn het ook de burgers zelf die meer de touwtjes in handen nemen. In onze samenleving met een relatief hoog opleidingsniveau willen mensen zelf richting geven aan hun leven en bijvoorbeeld zelf bepalen welke zorg en ondersteuning ze op een gegeven moment nodig hebben. Individualisering leidt ertoe dat bijvoorbeeld collectief gegarandeerde arrangementen, het kenmerk van de verzorgingsstaat, steeds minder aansluiten bij de individuele wensen en behoeften van de burger. De ontsluiting van informatie via het internet draagt er ook toe bij dat veel inwoners van Nederland mondiger zijn geworden, zelf willen kiezen en hun leven op hun eigen manier willen vormgeven. 

Participatie begint en eindigt bij de burger. Hij is het die participeert, en niemand anders. Vrijwel iedereen participeert wel op de één of andere manier. Niet-participeren is zo goed als onmogelijk. We gaan naar school, naar ons werk, sporten, doen vrijwilligerswerk, zorgen voor onze ouders of zieke kinderen, we gaan bij verkiezingen naar de stembus et cetera. De meeste mensen doen dit in meer of mindere mate. Maar het zou meer kunnen en moeten, zo zijn beleidsmakers en politici van mening. 

Wat bezielt mensen om deel te nemen aan sociale en maatschappelijke netwerken in en vanuit hun woonomgeving? Voor een groot deel spelen daarbij dezelfde motieven als bij andere vormen van participatie: de behoefte om erbij te horen, veiligheid te creëren, greep te krijgen op het bestaan, waarborgen te vergaren voor mogelijke toekomstige tegenspoed, en er niet alleen voor te staan. Zulke motieven zijn samen te vatten in de term ‘sociaal kapitaal’. Voor een deel is dat bonding: sociaal kapitaal dat zich beperkt tot de eigen kring zoals buurtbewoners voor buurtbewoners. Voor een ander deel is het bridging: sociaal kapitaal dat een brug slaat naar bijvoorbeeld instanties. In dat laatste geval spelen nog andere motieven een rol, namelijk actie voeren, macht vormen, zichzelf manifesteren en zelfs carrière maken. Bewonersparticipatie fungeert vaak als oefenplaats voor actief burgerschap en als opstap voor de politiek.