De Partij voor de Dieren dient tijdens de wetsbehandeling ‘Verbod op kolen bij elektriciteitsproductie’ een voorstel in om te voorkomen dat wanneer kolencentrales sluiten, deze gebruikt kunnen worden voor het stoken van biomassa. Biomassa maakt nu al 40% uit van wat we in Nederland duurzame energie noemen en de inzet van biomassa voor energieproductie groeit snel. En dit terwijl het verbranden van biomassa tot meer vervuiling leidt dan het verbranden van kolen. “Biomassa is geen duurzaam alternatief voor kolen. De uitstoot heeft uiterst negatieve gevolgen voor de luchtkwaliteit, biodiversiteit en gezondheid van mens en dier. Het is dan ook heel belangrijk om duidelijk te zijn over de lange termijnplannen en dus nu in de wet vast te leggen dat we na sluiting van kolencentrales hier geen biomassa in zullen verstoken”, licht PvdD-Kamerlid Christine Teunissen toe. Geen duurzame energiebron De productie van biomassa voor elektriciteitsopwekking leidt tot grootschalige ontbossing. De CO2-uitstoot wordt op papier niet meegerekend voor de klimaatdoelstelling omdat deze zou worden gecompenseerd door aanplant van nieuwe bomen, maar in de praktijk gebeurt dit in veel gevallen niet. En zelfs als het wel gebeurt, wordt er geen rekening gehouden met het verschil in ecologische waarde en koolstofinhoud van een volwassen boom ten opzichte van een nieuw aangeplante boom die tientallen jaren nodig heeft om tot volwassenheid te groeien. Houtproductie voor biomassa die in Nederland voor energieopwekking in kolencentrales wordt gebruikt, veroorzaakt in andere landen ernstige schade aan bossen en natuur.