Deze week heeft SP-senator Tiny Kox afscheid in Straatsburg genomen als gekozen President van de parlementaire assemblee van de Raad van Europa. Voorafgaand aan de overdracht van zijn tweejarig presidentschap sprak hij de ambassadeurs van de 46 lidstaten toe.

Kox was als lid van de Eerste Kamer vanaf 2003 lid van de Nederlandse parlementaire delegatie in de Raad van Europa. Sinds 2007 was hij daar voorzitter van de fractie van Verenigd Europees Links en lid van het Presidentiële Comité van de parlementaire assemblee. Vanaf januari 2022 leidde hij als president met brede steun zijn assemblee in uitdagende en gevaarlijke tijden. Hij ontving en bezocht een groot aantal presidenten, premiers en ministers van buitenlandse zaken uit heel Europa.

In 2022 nam hij het ingrijpende initiatief om Rusland uit de organisatie te zetten vanwege de illegale Russische inval in Oekraïne. Dat initiatief werd unaniem gesteund door alle regeringen van de lidstaten, waaronder Nederland. Sindsdien telt Europa’s oudste en grootste verdragsorganisatie voor vrede en vooruitgang nog 46 lidstaten.

In 2023 was Kox nauw betrokken bij het bijeenbrengen in mei in Reykjavik van (vrijwel) alle staatshoofden en regeringsleiders van de 46 resterende lidstaten. Zij stemden in met een nieuwe agenda voor Europa’s oudste en grootste verdragsorganisatie inzake mensenrechten, rechtsstatelijkheid en democratie. Daaronder een uniek registratie- en compensatiemechanisme voor de talloze Oekraïense slachtoffers van de Russische agressieoorlog. Het is sinds vorig jaar gevestigd in Den Haag, met steun van de Nederlandse overheid. Ook stemden de staatshoofden en regeringsleiders in Reykjavik met een set van tien verplichtende democratische principes voor alle lidstaten.

Dit jaar viert de organisatie zijn 75ste verjaardag.

Tijdens een drukbezochte afscheidsreceptie in het Palais de l’Europe bedankte de vertrekkende president hartelijk alle collega’s in de assemblee, vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten en de medewerkers van het secretariaa:. ‘Het was een eer en voorrecht om hier te morgen werken.’