Deze week legt het hele onderwijs het werk neer. Een uniek moment. Waar het afgelopen jaar zowel de docent op de basisschool als het personeel van de universiteit in actie kwam, is dit de eerste keer in lange tijd dat het basisonderwijs, voortgezet onderwijs, mbo, hbo en universiteiten de handen ineen slaan en aan het kabinet laten weten dat het zo niet anders kan.

Vorig jaar bij de onderwijsstakingen stonden de werkgevers nog gebroederlijk naast hun leraren – ze waren zelfs verenigd in het zogenaamde PO-front – maar nu is het angstvallig stil aan de kant van de onderwijsbestuurders. Dit terwijl de problemen in het onderwijs alleen maar groter geworden zijn. Lerarentekorten, vierdaagse schoolweken en toenemende schuldenlast voor studenten zijn slechts drie van de groeiende problemen waar het onderwijs tegenaan loopt. Te hoge werkdruk, burn-outs en overvolle klassen zijn aan de orde van de dag. Juist daarom is het zo belangrijk dat het personeel zich gesteund weet door onderwijsbestuurders. En waar sommige besturen lokaal zich loyaal tonen, laten de grote bestuurderskoepels het afweten.

In het voortgezet onderwijs en op het mbo is dat misschien nog wel het meest opvallend. Daar zwaaien twee oud-FNV-mannen de scepter. De ene ken ik nog van toen ik als kind naar de televisie keek en daar een stakingsleider op televisie zag; Paul Rosenmöller. De ander schopte het zelfs tot baas van de FNV en is nu voorzitter van de MBO-raad: Ton Heerts.

De sectorraden delen de zorgen van de onderwijsvakbonden, maar anders dan vorig jaar sluiten ze zich niet aan bij de stakingen. Sterker nog. Er zijn onderwijsbestuurders die hun docenten intimiderende mails sturen als ze willen gaan staken. Bestuurders laten stakende leraren vervangen door invallers, die zo stakingsbrekers worden van hun collega's die het werk neerleggen. Ze schrijven brieven naar hun leraren waarin ze vooral laten weten dat staken gevolgen heeft voor hun salaris en de opbouw van hun pensioen.

Gelukkig zijn er ook onderwijsbestuurders die op eigen initiatief besloten hebben dat hun scholen dicht gaan, bestuurders die meegaan naar het Malieveld, omdat ze ook zien dat het onderwijs beter verdient en dat dit niet vanzelf gaat gebeuren.

Elke docent verdient een bestuurder die achter hem of haar staat. En elke onderwijsbestuurder verdient een sectorraad, die zich achter de eisen van het stakende onderwijspersoneel schaart.

Daarom deze oproep aan de twee oud-vakbondsmannen die nu de scepter zwaaien in onderwijsland. Wees solidair. Onderwijs is niks zonder goede docenten die de tijd en ruimte hebben om hun werk goed te doen. Schrijf je besturen aan, en laat ze weten dat jullie de staking van 15 maart ondersteunen. Trek je collega's in de sectorraden van het primair en hoger onderwijs over de streep! Het onderwijs verdient beter. En dan zie ik jullie hopelijk op het Malieveld.