In de raadsvergadering van 13 juli 2023 is de Kadernota 2024 door de raad besproken. Dit is een document waarin de hoofdlijnen van het beleid voor 2024 worden vastgelegd. Het CDA is van mening, dat het een document is met grote ambities. Bij veel van deze plannen ontbreekt echter een financiële onderbouwing. Ook mist het CDA een prioritering in de verschillende plannen. Het CDA heeft daarom drie moties en een amendement ingediend. Een motie om de praktijkondersteuner huisartsen jeugd, na overleg met huisartsen, vroegtijdig duidelijkheid te geven over de aanstelling na 2024. De praktijkondersteuner jeugd vervult namelijk een belangrijke taak in het vroegtijdig opsporen van hulpvragen. In de tweede motie laat het CDA het belang van de bibliotheek zien. Verzocht wordt om het Huis van de Samenleving en het Huis van de Gemeente mee te nemen in een onderzoek voor één mooie en laagdrempelige plek, waar mensen graag komen.Daarnaast wordt gevraagd te onderzoeken hoe het landelijk programma "de bibliotheek op school" in Ommen en haar kernen kan worden vormgegeven en wat de financiële consequenties hiervan zijn. Tot slot een motie om de raad aan de voorkant te betrekken bij de totstandkoming van de Kadernota. De drie moties werden door alle partijen ondersteund. Het CDA heeft daarnaast een amendement ingediend over het verduurzamen van maatschappelijke objecten, zoals gebouwen van verenigingen en vrijwilligersorganisaties. Voorstel is om een bedrag van 1 miljoen euro beschikbaar te stellen ten behoeve van het stimuleren van verduurzamen van objecten met een sociaal/maatschappelijk doel en voor de uitvoering hiervan. Ook dit amendement kon rekenen op de steun van de voltallige raad. Lees hieronder de volledige bijdrage van fractievoorzitter Erik Veurink: Voorzitter, als CDA hebben we de kadernota gelezen vanuit onze kernwaarden waar wij als CDA voor staan. Voor degenen die deze nog niet kennen zijn dit: Solidariteit: er moet betrokkenheid zijn tussen generaties en tussen arm en rijk. We leven niet alleen voor onszelf, maar we zijn pas mens door met elkaar te leven. Voor iedereen is er gezondheidszorg, onderwijs en inkomen. Gespreide verantwoordelijkheid: erkenning van maatschappelijk initiatief. Of het nu mensen, buurten, sportclubs, scholen, kerken, zorginstellingen of bedrijven zijn, ze leveren allemaal een unieke bijdrage aan de samenleving. Rentmeesterschap: wellicht een wat ouderwets woord, maar in de huidige tijd niet minder actueel. We hebben de verantwoordelijkheid om deze aarde beter achter te laten dan dat we deze hebben aangetrokken. Publieke gerechtigheid: De overheid is er om samenleven mogelijk te maken voor ons allemaal. Dan de vertaling naar de kadernota. Zoals in de raadscommissie al aangegeven betreft het hier een zwaar en lijvige kadernota. Er staat heel veel in, met name heel veel plannen, waarbij in de ogen van het CDA een echte prioritering wel wat ontbreekt. Het lijkt wel dat we alles willen doen en wij als CDA gaan zeker niet voor ambitieuze plannen liggen, maar hebben wel twee wezenlijke zorgpunten, namelijk: Een duidelijke financiële onderbouwing ontbreekt bij heel veel plannen. Maar liefst 20 plannen worden vergezeld met een PM code. En hierbij spreken we niet over de minste plannen. In het verlengde hiervan geeft de meerjarenraming een positief saldo richting toekomst, ook richting de jaren 2026 en 2027. Dit lijkt op het eerste gezicht een mooie uitgangspositie, maar is dit beeld ook realistisch. We rekenen weliswaar met een inflatiecorrectie van 3% en hiermee sluiten we inderdaad aan bij hetgeen in de meicirculaire vanuit het Rijk is aangegeven en zoals de portefeuillehouder ook terecht bij de raadscommissie hee aangegeven. Maar de inflatiecorrecties waar het rijk mee rekende in 2022 en 2023 zijn substantieel hoger dan waar de gemeente Ommen mee gerekend hee in deze jaren, dus lopen we qua inflatie wel een stuk achter. Dat gecombineerd met de vele PM posten en het huidige beeld dat de rijksinkomsten vanaf 2026 een stuk lager liggen dan de jaren daarvoor nuanceert het hele financiële beeld op lange termijn absoluut. Enige voorzichtigheid is in de ogen van het CDA dan ook zeker op zijn plaats. De andere zorg vanuit het CDA zit hem in de uitvoerbaarheid van de vele plannen. We zagen bij de jaarrekening 2022 dat er heel veel plannen of activiteiten werden doorgeschoven naar de toekomst. Wat maakt dat de plannen uit de kadernota wel binnen afzienbare tijd gerealiseerd gaan worden. Wat het CDA betreft passen we het principe nieuw voor oud toe. M.a.w. niet stapelen van plannen/beleid maar beleid dat in plaats komt van bestaand beleid. Het ambtenarenapparaat staat onder behoorlijke druk en hebben we ook voldoende oog voor het realiteitsgehalte van deze plannen. Graag een reactie van de portefeuillehouder. Voorzitter, ik ga niet elk plan dat in de kadernota staat bij langs lopen. Als CDA hebben we wel enkele onderwerpen waar we specifieke aandacht voor willen hebben en die logischerwijs in het verlengde liggen van de kernwaarden die ik eerder benoemde. En deze willen we met 3 moties en een amendement ondersteunen. Te beginnen bij het proces omtrent de totstandkoming van de kadernota. Het CDA mist de betrokkenheid van de raad aan de voorkant van het proces. De raad is kaderstellend en geeft de prioriteiten aan, dus hoort zij hier in onze ogen nadrukkelijk bij de totstandkoming van de kadernota betrokken te worden. Natuurlijk is vanuit het coalitie-akkoord en het CUP input verkregen, maar de raad is in onze ogen meer dan alleen de coalitie. En aangezien de kadernota een onderdeel is van de P&C cyclus heb ik de mo e niet alleen op de kadernota gericht, maar ook op de 1e en 2e bestuursrapportage. Vandaar dien ik de volgende motie in, mede namens andere partijen. Motie P&C cyclus (het dictum) Verzoekt het college om: Het initiatief te nemen om een financiële werkgroep samen te stellen die in ieder geval bestaat uit de volgende deelnemers: o portefeuillehouder Financiën o de woordvoerders financiën van alle fracties, waaronder mogelijk ook plaatsvervangende commissieleden o de ambtenaren financiën (betrokken bij de P&C cyclus) Deze financiële werkgroep de opdracht te geven om een beeld te vormen over het functioneren van de (instrumenten van de) huidige P&C cyclus en daartoe, waar mogelijk, verbetervoorstellen of aanbevelingen te doen. Hierbij dient in ieder geval aandacht besteed te worden aan: De betrokkenheid van de (gehele) raad bij de totstandkoming van de kadernota o De planning en toegevoegde waarde van de 1 e en 2e Berap in de huidige vorm De verbetervoorstellen/aanbevelingen middels een raadsvoorstel aan de raad voor te leggen voor 1 januari 2024 en gaat over tot de orde van de dag. Dan hebben we een motie die betrekking heeft op de praktijkondersteuner jeugd bij de huisartsen, de zogenaamde POH jeugd. De voorzitter van de NVVP deed eergisteren nog een klemmend verzoek aan de 2e kamer, namelijk…en ik citeer: Schuif de ontwikkelingen ter verbetering van de zorg voor mensen met psychische problemen niet vooruit. Daarvoor zijn de problemen simpelweg te groot. Het gaat slecht met de mentale gezondheid van jongeren, de wachtlijsten in de ggz zijn al jaren te lang. Het CDA wil dat het kind, de jongere, maar ook ouders vroegtijdig passende hulp kunnen krijgen. In maart 2021 is er door de raad in Ommen de transforma e agenda vastgesteld. Hierbij is specifieke aandacht gevraagd voor inzet POH Jeugd. Dit heeft er toe geleid dat er voor 3 jaar een pilot is gestart waarbij er een POH is aangesteld. Volgens het CDA speelt deze een belangrijke rol in het vroegtijdig herkennen van hulpvragen en kan een belangrijke rol spelen in het betaalbaar houden van de jeugdzorg. De 3-jarige pilot eindigt in de loop van 2024 en in de ogen van het CDA zijn de ervaringen goed (dat gaf de tussenevaluatie in 2022 tenminste aan) en met dat in het achterhoofd is duidelijkheid wel gewenst. Vandaar de volgende motie: Motie POH Verzoekt het college om: De praktijkondersteuner huisartspraktijken jeugd, na overleg met de huisartsen, vroegtijdig duidelijkheid te geven over de aanstelling na 2024, Na te gaan of het aantal beschikbare en benodigde uren van de praktijkondersteuner huisartspraktijken jeugd toereikend is en waar nodig bij te stellen, In voorkomend geval bij de uitwerking van de begroting 2024 rekening te houden met het verlengen van de aanstelling van de praktijkondersteuner huisartspraktijken jeugd. en gaat over tot de orde van de dag. Voorzitter, Zoals ik net al heb aangegeven zijn er veel PM-posten opgenomen in de kadernota. Posten waarvan nog niet duidelijk is wat de te verwachten kosten zijn. En deze posten bevinden zich vooral in het hoofdstuk daar waar het gaat om de samenleving. Er zullen voldoende middelen moeten zijn en blijven om als samenleving te kunnen functioneren. Als CDA hechten we eraan dat we een samenleving samen maken, dat we omzien naar elkaar, elkaar ontmoeten om van elkaar te leren en ervaringen te delen met als bijkomend effect dat zoveel mogelijk eenzaamheid wordt voorkomen. De CDA fractie steunt dan ook de motie die door de CU straks zal worden ingediend m.b.t. de zgn. buurtkamers. In dat verband willen we ook aandacht vragen voor de bibliotheek in Ommen. Zou zij hier ook in rol in kunnen vervullen? In het CUP is afgesproken dat er een onderzoek zal plaatsvinden m.b.t. het bundelen en centraliseren van de integrale huisvesting van het welzijnswerk. Het zou mooi zijn dat het Huis van de Samenleving en het Huis van de Gemeente integraal zijn/worden meegenomen in dat onderzoek zodat er één mooie en laagdrempelige plek komt waar mensen graag komen. We hebben dat verwoord in een motie. De bibliotheek ondersteunt via de programmalijn “Jeugd en onderwijs” kinderen van 0-12 jaar in hun taalvaardigheid. Zij draagt daardoor bij aan een goede beheersing van de Nederlandse taal van deze kinderen zodat zij hun kansen in de maatschappij vergroten. Om genoemde ondersteuning vorm te geven wordt er samengewerkt met de scholen. De samenwerking met de scholen in Ommen loopt beter dan die in haar kernen. Wat het CDA betreft is dat onwenselijk. Wellicht kan het landelijk programma “de bibliotheek op school” van toegevoegde waarde zijn om alle scholen in Ommen goed te ondersteunen. Om dat duidelijk te krijgen vragen we dit te onderzoeken en hebben we dit ook verwoord in een motie waarvan ik het dictum nu zal voorlezen. Motie Bibliotheek Verzoekt het college om: In het onderzoek naar het bundelen en centraliseren van de integrale huisvesting van het welzijnswerk zowel de optie Huis van de Samenleving als het Huis van de Gemeente mee te nemen en de raad over de uitkomst hiervan te informeren; Te onderzoeken hoe het landelijk programma "de bibliotheek op school" vormgegeven kan worden in Ommen en haar kernen/buurtschappen en wat daarvan de financiële consequenties zijn en de raad in QI 2024 een voorstel hieromtrent te komen; Relevante uitkeringen/subsidies van het rijk en provincie aan te vragen waardoor de bibliotheek nog meer kan worden ondersteund. en gaat over tot de orde van de dag. En dan hebben we vanuit het CDA ook nog een amendement. Mooie is dat we deze raadsbreed indienen, dus met alle par jen die vandaag aanwezig zijn. Ook de VVD zou dit plan van harte ondersteund hebben indien zij vandaag aanwezig had kunnen zijn. Dit amendement heeft betrekking op het verduurzamen van objecten van vrijwilligersorganisaties met een sociaal/maatschappelijk doel. Vrijwilligersorganisaties die essentieel zijn voor de samenleving. We zien dat veel van dit soort vrijwilligersorganisaties het lastig hebben om financieel het hoofd boven water te houden door de prijsontwikkeling, zoals de energieprijzen. Verduurzamen is hierbij in onze ogen de belangrijkste oplossing, maar de praktijk leert ook dat dit vaak strandt door onvoldoende budget. Als raad willen we het verduurzamen van deze objecten stimuleren. Vandaar het volgende amendement: Amendement: verduurzamen maatschappelijke objecten Het raadsbesluit aan te vullen met dictumpunt 3: Bij de uitwerking van de begroting 2024 rekening te houden met een incidenteel budget van € 1.000.000,- ten behoeve van het stimuleren van verduurzamen van objecten met een sociaal/maatschappelijk doel en voor de uitvoering hiervan, door het college, een regeling op te stellen. In deze regeling rekening te houden met de volgende aspecten: onder object met een sociaal/maatschappelijk doel moet in elk geval worden verstaan: gebouwen van vrijwilligersorganisaties als sportclubs, scoutingverenigingen, muziekverenigingen, culturele instellingen, kerkelijke gebouwen en buurthuizen; het betreft een eenmalig budget. Wie het eerst komt, die het eerst maalt en "op is op"; eigenaren en/of gebruikers van het object dienen minimaal 50% van de te maken kosten voor het verduurzamen van het object voor hun rekening te nemen; de te verlenen subsidie bedraagt maximaal € 50.000,- per object; of er, naast de genoemde subsidie, nog andere (aanvullende) financieringsmogelijkheden zijn om het object te kunnen verduurzamen; een tegemoetkomingsregeling te treffen voor vrijwilligersorganisaties. die in 2023 een lening hebben afgesloten voor een object met een sociaal/maatschappelijk doel met de bedoeling de verduurzaming van dit object daarvan te bekostigen, in gevallen waarin de regeling niet voorziet, beslist het college. Voorzitter…ik ga afronden. Maar nog wel met een vraag richting de portefeuillehouder. We zien dat we financieel best wat uitdagingen hebben en dat het financiële beeld, met name op de lange termijn best onzeker is. Er zijn weinig knoppen waar we aan kunnen draaien en in de raadscommissie heb ik al aangegeven dat de toeristenbelasting een mogelijkheid zou zijn. Met name omdat deze al 4 jaar niet geïndexeerd is en we de afgelopen en komende jaren veel investeringen hebben gedaan en doen die Ommen ook voor de toeristen extra aantrekkelijk maakt. Daar komt bij dat de toeristenbelasting in Ommen in vergelijking met gemeenten in Overijssel, maar ook met het landelijk beeld relatief laag is. In de commissie was nog wat onduidelijk in hoeverre er een afspraak lag dat deze belasting pas in 2025 verhoogd kon worden door afspraken in het verleden. Dit is ambtelijk uitgezocht en het blijkt dat het tarief tot en met 2023 vast staat. Mijn vraag is dan ook: in hoeverre ziet de portefeuillehouder mogelijkheden en is hij bereid om met de recreatiesector om tafel te gaan zitten en een tariefsverhoging, waarbij de inflatie van de afgelopen jaren wordt meegenomen, voorstelt en bespreekt. Graag een reactie van de portefeuillehouder. Tot zover mijn eerste bijdrage Erik Veurink, fractievoorzitter CDA Ommen