De arrestatie van de Nederlands Turkse columniste Ebru Umar heeft afgelopen week de onderwerpen vrijheid van meningsuiting en persvrijheid wederom hoog op de politieke agenda gezet. Het kabinet doet er alles aan om Umar los te halen uit de lange arm van de Turkse president Erdogan. In de tussentijd hebben wij met ontzetting gekeken naar de manier waarop een deel van de Turkse gemeenschap in ons land op de arrestatie van Umar heeft gereageerd. Juichende mensen, Facebookpagina’s waarop de arrestatie als heldendaad werd omschreven en reacties uit de Turkse gemeenschap waaruit blijkt dat de arrestatie logisch en terecht werd gevonden. Het is onbestaanbaar dat Turken die vaak al generaties lang in ons land wonen – en dus al generaties lang gebruik maken van onze vrijheden – het normaal vinden dat diezelfde vrijheden van anderen worden afgenomen. Kennelijk voelen zij zich onvoldoende onderdeel van onze samenleving. Dat is zorgelijk, want hun loyaliteit zou hier moeten liggen, in het land waar zij leven. En niet in het land dat zij zelf achter zich hebben gelaten. Wij hebben minister Asscher gevraagd te onderzoeken hoe het integratiebeleid van de afgelopen jaren deze situatie heeft laten ontstaan en hoe hij er voor zorgt dat die fouten met het huidig beleid niet opnieuw worden gemaakt.