(raadsvergadering 8 november 2018, agendapunt 4; alléén de uitgesproken tekst geldt)
Mw.d.Vz.,
Vandaag behandelen we de eerste begroting na de verkiezingen van dit jaar. Dat is nog een zogenaamde “begroting bestaand beleid”. Iemand wees er afgelopen weken op dat beleidsarm in dit geval een onjuist term is. Ook deze begroting bevat nog veel beleid, alleen geen nieuw beleid. “Niets nieuws onder de zon” zeg maar. Dat nieuwe beleid komt er wel aan - of is er eigenlijk al - maar zullen we als raad later deze maand behandelen. Wat de SGP-fractie betreft een gemiste kans dat tijdens deze begrotingsbehandeling niet – net als 4 jaar geleden – ook het collegeprogramma en de financiële consequenties daarvan kunnen worden besproken. Bij de voorbereiding van deze dag speelt dan toch de vraag hoe vandaag onze tijd goed te bestemmen, in de wetenschap dat veel nieuwe plannen voor volgend jaar over een paar weken besproken zullen worden en de raad dan een besluit zal nemen over de financiële consequenties van die plannen. De schrijver van het Bijbelboek Prediker schrijft in hoofdstuk 3 vers 1 dat alles een bestemde tijd heeft. Als SGP-fractie hebben wij de algemene beschouwingen altijd al als een uitgelezen moment gezien iets van onze diepere politieke drijfveren voor het voetlicht te brengen. Ook vandaag willen we een stukje van de tijd van deze dag daarvoor bestemmen.
Die diepere drijfveren worden door diezelfde schrijver van het Bijbelboek Prediker aan het eind van zijn boek verwoord met de woorden: “Van alles wat gehoord is, is het einde van de zaak: Vrees God en houd zijn geboden, want dit betaamt allen mensen”. Waarbij “vrezen” niet geassocieerd moet worden met angst maar met een houding van eerbied en ontzag. Met die houding luisteren naar wat Hij ons via Zijn Woord, de Bijbel wil zeggen. Dat geeft niet op iedere vraag een klip en klaar antwoord maar geeft wel de basis aan van waaruit de SGP-fractie haar politieke standpunten bepaald en debatten wil voeren. Een politiek volgens Bijbelse normen en waarden, normen en waarden door Jezus Christus samengevat in: God lief hebben boven alles en de naaste als onszelf. In de overtuiging dat het volgen van die geboden heilzaam is voor de maatschappij als geheel. Overigens voegt de schrijver van het boek Prediker daar nog wel een dimensie aan toe als hij zijn boek afsluit met: “Want God zal ieder werk in het gericht brengen, met al wat verborgen is, hetzij goed, of het zij kwaad.” De vraag is dan of ons werk - ook ons raadswerk – die toets kan doorstaan. Vanuit die basishouding politiek bedrijven is niet altijd eenvoudig, soms zelfs lastig en met de nodige menselijke tekortkomingen. Toch mogen we dit belangrijke werk doen, in afhankelijkheid van en gehoorzaamheid aan de HEERE, met het gebed om wijsheid en zegen voor onszelf en zeker ook voor anderen.
Ten slotte voorzitter,
We zijn dit jaar met onze algemene beschouwingen wat korter geweest dan u wellicht van ons gewend bent. Een aantal voor ons belangrijke punten zijn beknopt doch helder benoemt. Wellicht dat we er vandaag nog over komen te spreken en anders komen een aantal zaken 22 november nog wel aan bod.
Wij wensen iedereen wijsheid en zegen toe die zich op welke wijze dan ook inzet voor onze gemeente. En net als het college spreken ook wij de wens uit dat Gods zegen mag rusten op onze gezamenlijke arbeid.