Geacht college,

Vandaag opende het NRC met een artikel over het falen van het landelijke ruimtelijke ordeningsbeleid (‘Zo werd er toch gebouwd naast een vuurwerkopslag’).[1] Dit artikel is gebaseerd op een nog niet eerder verschenen rapport uit 2018 van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT). De strekking van het rapport ‘De borging van de nationale ruimtelijke belangen’ is verontrustend.[2] Volgens het rapport is er van alles misgegaan sinds de rijksoverheid de ruimtelijke ordening rond de eeuwwisseling steeds meer bij lagere overheden heeft neergelegd. Belangrijke taken zijn niet opgepakt door gemeenten en provincies, met gevaarlijke en hinderlijke situaties tot gevolg.

Een van de in het artikel en rapport genoemde voorbeelden is de opslag van explosieve grondstoffen. Na de vuurwerkramp in 2000 in Enschede bezwoeren beleidsmakers: dit nooit meer. Huizen mogen sindsdien niet meer te dicht in de buurt van de opslag van explosieve materialen – vuurwerk, munitie – worden gebouwd. Zogeheten veiligheidszones moeten dat verhinderen. Alleen moeten gemeenten deze zones wel vastleggen. Als daar in een bestemmingsplan niets over is opgenomen, is de weg alsnog vrij voor bijvoorbeeld woningbouw in de directe omgeving van de opslag van explosieve materialen.

De ILT onderzocht de afgelopen zes jaar bijna veertig bestemmingsplannen die relatie hadden met explosieve grondstoffen. De conclusie is dat in driekwart van de gevallen niets was geregeld, waardoor er toch woningen naast zo’n opslag konden worden gebouwd. Bij een derde van de onderzochte plannen bleek dat ook daadwerkelijk te zijn gebeurd, bijvoorbeeld in de Gelderse plaats Druten. Na contact is daar inmiddels actie ondernomen.

In het onderzoeksrapport worden, naast de opslag van explosieven, tal van andere terreinen met risico’s genoemd: veiligheid (opslag van ontplofbare stoffen, externe veiligheid inrichtingen en -buisleidingen, rijksvaarwegen, grote rivieren, primaire waterkeringen), gezondheid (grondwaterbeschermingsgebieden, regionale luchthavens, Defensie), financiën of economie (elektriciteitsvoorziening, Parallelle Kaagbaan, rijksvaarwegen, grote rivieren), cultuur en natuur (Natuurnetwerk Nederland, erfgoederen van unieke universele waarde, Waddenzee, Project Mainportontwikkeling Rotterdam), vertrouwen in instituties.

Ook op al deze genoemde terreinen bleek veel mis te zijn met gemeentelijke bestemmingsplannen. Zo bleek uit onderzoek in 19 gemeenten dat bij 10 bestemmingsplannen geluidszones rond militaire luchtvaartterreinen niet goed zijn geregeld. Deze 10 plannen hebben betrekking op zes van de acht militaire luchtvaartterreinen. De vliegbasis Gilze-Rijen is een van de acht Nederlandse luchtvaartterreinen en heeft ook (geluids)impact op de gemeente Tilburg. De lijst met de door de ILT geconstateerde gebreken gaat nog verder. Specifieke gemeenten worden echter niet genoemd.

Het rapport van de ILT geeft aanleiding tot het stellen van de volgende vragen:

Hoe oordeelt het college over de conclusies uit het rapport van de Inspectie Leefomgeving en Transport? Is de gemeente Tilburg door de Inspectie Leefomgeving en Transport benaderd naar aanleiding van het rapport over gebreken in bestemmingsplannen? Zo ja, wat was de melding van de ILT? Welke acties zijn hierop ondernomen? In hoeverre deelt het college de mening van D66 dat AMvB’s, zoals het Besluit algemene regels ruimtelijke regels (Barro), in beginsel dienen te worden nageleefd door de gemeente Tilburg? In hoeverre voldoet de gemeente Tilburg hier volgens u nu aan? Hoe zorgt het college ervoor dat landelijke regels rondom de hierboven genoemde thema’s worden doorvertaald naar het Tilburgs beleid? Welke checks and balances zijn daarvoor binnen de gemeente Tilburg van kracht?

[1] https://www.nrc.nl/nieuws/2020/02/09/zo-werd-er-toch-gebouwd-naast-een-vuurwerkopslag-a3989853

[2] https://www.scribd.com/document/446047797/Bijlage-Nationale-Ruimtelijke-Belangen-Borging-Nationale-Belangen