“Het zal hoe dan ook een moeilijke tijd worden, maar we laten u niet in de steek.” – dat bezwoer Rutte in zijn indringende toespraak op 16 maart. Een dag later werd er een ongekend groot pakket aan maatregelen gepresenteerd. Inmiddels voorziet de overheid zo’n 2,5 miljoen Nederlanders van een inkomen – hetzij via NOW, hetzij via de TOZO. Een indrukwekkende operatie.

Toch worden er, drie maanden later, nog steeds mensen in de steek gelaten. Tot en met 1 september mogen sekswerkers hun werk niet doen van het kabinet. Dat betekent een half jaar geen inkomsten, maar ook geen ondersteuning. Voor een deel van hen is namelijk helemaal niets geregeld.

Dat zit zo: sekswerkers in privéhuizen, clubs, massagesalons en escortservices werken via een opting in-constructie. Dit is een ‘fictief dienstverband’ dat 20 jaar geleden bij de opheffing van het bordeelverbod werd bedacht en opgelegd door de belastingdienst. Sekswerkers voldoen hiermee wel aan fiscale verplichtingen, maar zij zijn noch werknemer, noch zzp’er.

Al langer geven sekswerkers aan dat zij gewoon als zzp’er zouden willen werken en  dat zij dezelfde rechten willen als andere werkenden in Nederland. Nu in de coronacrisis wordt pijnlijk duidelijk hoe urgent dit is. Opting inners hebben nu namelijk nergens recht op: geen TOZO, geen NOW, geen WW.

Ze worden verwezen naar de bijstand, maar ook daar botst het systeem met de dagelijkse realiteit van het sekswerk: voor de reguliere bijstand moet je eerst je spaargeld opeten. Maar omdat sekswerkers uitgesloten worden van zakelijke verzekeringen en andere financiële diensten, hebben zij dat spaargeld hard nodig. Ook na de coronacrisis. Zonder inkomen voelen veel sekswerkers zich genoodzaakt hun werk in de illegaliteit voort te zetten, en dat levert onveilige situaties op. Want als klanten weten dat een sekswerker een coronaboete van 4000 euro boven het hoofd hangt, kunnen klanten zich gewelddadig en grensoverschrijdend gedragen. In de wetenschap dat een sekswerker niet naar de politie zal durven gaan.

Het is onverteerbaar dat sekswerkers zo aan hun lot worden overgelaten. Inmiddels kunnen we niet meer wachten op oplossingen van het Rijk. We moeten linksom of rechtsom deze sekswerkers helpen. In de gemeente Deventer hebben inventieve ambtenaren een geitenpaadje gevonden in de participatiewet, waardoor we opting inners toch van inkomenssteun kunnen voorzien. In Utrecht dienden wij een voorstel in om ook in onze gemeente met deze oplossing aan de slag te gaan. In verschillende andere gemeenten komt men inmiddels in beweging voor deze sekswerkers.

Dat is hartstikke mooi, maar ook schrijnend. Het zou namelijk niet uit moeten maken in welke gemeente je woont. Het is verder pijnlijk dat lokale overheden nu aan het knutselen slaan om de woorden “we laten u niet in de steek” waar te maken. En dat het onderliggende probleem – de verplichte opting in – hiermee niet wordt opgelost. Het zou dan ook goed zijn als het Rijk gemeenten voor hun inzet ruimhartig compenseert. En daarna aan de slag gaat om sekswerkers daadwerkelijk zelfstandig te laten werken. De maatschappelijke effecten van het vogelvrij verklaren van sekswerkers zijn namelijk niet te overzien.

Ellen Bijsterbosch & Anne-Marijke Podt