Door Lydi Groenewegen

Op de Parade wemelde het de afgelopen zomer van de voorstellingen waar ‘parade’ voor werd gemaakt: met tromgeroffel, wapperende vaandels en aanstekelijke kreten lokten de artiesten het publiek naar binnen. Bij één tent werd geen parade gemaakt en juist daar stond de langste rij: zwart, wit, rollators, kinderwagentjes, hoofddoeken, alpino’s, geruite hemden, korte en lange rokken. Steeds meer nieuwsgierig geworden festivalbezoekers schoven achteraan in de rij. Ik ook.

De entree was maar drie euro en in het minuscule circustentje was plaats voor precies tweeëntwintig personen. Eensgezind zaten we naast elkaar op het enige bankje dat het tentje rijk was en we keken de circusdirecteur - die op een verhoging was geklauterd - recht in zijn ogen. Hij was zeer klein van stuk, maar met grootse armgebaren en innemende stem nam hij ons mee naar de piste waar zijn vlooien klaar stonden voor de show. Als eerste was er een meisjesvlo aan de beurt. De directeur wees naar haar rieten rokje en hemelsblauwe ballerinaschoentjes. We keken elkaar wat lacherig aan, maar hielden al snel onze adem in toen de directeur haar met een pincet oppakte, midden in de arena neerzette en een salto liet maken. We klapten en verlangden naar meer. Er vloog een vlo met een veiligheidshelmpje uit een kanon en we bogen onze hoofden toen hij over het publiek heen door de tent scheerde. Even later balanceerden twee gespierde vlooien op de trapeze en toen ze in een vijvertje plonsden, spatte het water op onze neuzen...

Tussen de acts door vertelde hij ons zijn levensverhaal. Ooit was hij directeur van het grootste circus van Nederland. Toen dat failliet ging werd hij gedwongen het roer om te gooien. Niet meer groot, veel en nog meer, maar klein, minder en persoonlijker. Dat was het succes van een nieuw begin. Hij vertrouwde op groei door kleinschaligheid en maakte dromen waar door te geloven in de kracht van zijn vlooien. 

Ik hoorde dat de circusdirecteur ook had gesolliciteerd naar de baan van burgemeester voor West Betuwe. De profielschets was hem op het lijf geschreven: hij had statuur, humor, was benaderbaar, had een uitstekend inlevingsvermogen, inspireerde en verlegde grenzen. Hij haalde het allerbeste uit zijn vlooien en het bonte publiek! 

Inmiddels weet ik dat hij het niet is geworden, maar misschien stond de aanstaande nieuwe burgemeester wel tussen de festivalbezoekers in die lange rij voor dat kleine circustentje. En werd hij net als ik, geraakt door de circusdirecteur die ons liet zien wat voor moois er uit veranderingen voort kan komen. Als je er maar in gelooft!