Laat ik het maar gelijk zeggen: de kop boven deze column heb ik niet zelf bedacht. Ik hoorde hem afgelopen zaterdagochtend in het radioprogramma De Taalstaat waar ik met een half oor naar luisterde. Een taalkundige had politieke slogans voor toekomstige verkiezingen bedacht, de ene iets pakkender dan de andere.

Deze bleef om een of andere reden in mijn gedachten hangen. De slogan was bedoeld om in een verkiezingscampagne mensen vertrouwen te geven in de toekomst, een perspectief naar een betere tijd. En eerlijk gezegd hebben we dat wel nodig, want op het eerste oog wordt het er allemaal niet beter op. De economie duikelt naar beneden, live onderwijs is verrekte moeilijk te organiseren en in Noord-Brabant wordt het carnaval van volgend jaar al afgelast.

Maar je kunt er ook positiever naar kijken. Veel sectoren kunnen blijven draaien of starten weer op, geholpen door de rijksbijdragen van o.a. D66-minister Wouter Koolmees, Theater De Naald brengt weer mooie voorstellingen (ik heb een kaartje voor Sjaak Bral gescoord!) en de vergrote terrassen mogen nog een tijdje blijven staan.

In juni kon ik niet naar Parijs, maar in november gaat het wél gewoon lukken en mijn kaartje voor het Songfestival is volgend jaar ook nog geldig. En dat virus dat krijgen we er wel onder. Mijn werkgever NWO heeft samen met het Rijk en partnerorganisaties een paar miljoen euro beschikbaar gesteld aan onze beste wetenschappers om het virus te kunnen doorgronden en bestrijden. Het resultaat van hun werk is dus ook iets om naar uit te kijken.

En dat afstand houden, de anderhalvemetersamenleving? Om eerlijk te zijn, dat vind ik stiekem helemaal niet erg. Ik ben al een half jaar verlost van kleffe handjes en natte klapzoenen en dat mag van mij best langer duren. Dat is écht een toekomst om naar uit te kijken.

Maxim van Ooijen steunraadslid D66 Westland maxim@d66westland.nl

Deze column is verschenen in Het Hele Westland van 2 september 2020.