Het AD kopte “Vissen sterven bij de vleet in stinkende grachten”. In Delft zijn veel inwoners ontevreden met de geur die uit de grachten vrijkomt. De reden: gif. Een groot deel van de grachten in Delft is besmet met gifstoffen afkomstig uit de glas-en tuinbouw. Dit is niet alleen onaangenaam voor de bewoners, het leven in de grachten zoals de vissen sterven door de hoge mate van toxiciteit.

D66 Delft is zich rot geschrokken over het gifgehalte in de grachten. Wij in de provincie delen deze zorgen met Delft. In de hele provincie is te zien dat het gifgehalte in ons water toeneemt, waar dit in andere provincies juist afneemt. Een zorgelijke situatie die vraagt om actie.

De glas-en tuinbouw moet sinds 2018 voldoen aan de zogenaamde zuiveringsplicht. Dit houdt in dat minimaal 95 procent van de gewasbeschermingsmiddelen uit het afvalwater moet zijn gezuiverd voordat het mag worden geloosd.

De verantwoordelijkheid voor het schoon houden van ons water is op dit moment verdeeld en onduidelijk. De gemeenten, waterschappen en ook de provincies hebben hierin een belangrijke rol. Niemand is dus eigenlijk de eindverantwoordelijke.

De omgevingsdienst Haaglanden voert in opdracht van de provincie en de gemeenten jaarlijks onderzoek uit naar de naleving van de zuiveringsplicht. In 2020 heeft de omgevingsdienst bij 200 bedrijven een onderzoek uitgevoerd. Dit is maar een deel van de ruim 1100 actieve glas-en tuinbouwbedrijven in de regio. Klaarblijkelijk is deze controle dus onvoldoende.

D66 Statenlid Kirsten Wilkeshuis heeft samen met GroenLinks, PvdA en ChristenUnie/SGP schriftelijke vragen ingediend bij het college. Het doel is om duidelijkheid te krijgen over de invloed van het giftige water op onze provincie en hoe ze de toezichthoudende rol van de provincie hierin beoordelen.