Nieuws van politieke partijen in Zuid-Holland inzichtelijk

5 documenten

CDA: geef BOA’s meer beschermingsmiddelen

CDA CDA Zuid-Holland 26-05-2020 08:01

Het CDA wil dat BOA’s (buitengewoon opsporingsambtenaren) beter beschermd op straat gaan om hun werk goed te kunnen uitvoeren. Zij bewaken de leefbaarheid van onze gemeenten. Zij staan vooraan en ze worden geregeld schandalig behandeld.Chris van Dam: ‘BOA’s staan in de frontlinie zeker nu in tijden van de coronacrisis. We moeten nadenken over de taken die zij hebben en of die zich nog verhouden tot hun beschermingsmiddelen. Zoals we ons druk maken voor voldoende beschermingsmiddelen in de zorg, zo moeten we ons ook druk maken over voldoende middelen voor BOA’s. Daarom ben ik er voor dat BOA’s die in de frontlinie staan vaker kunnen beschikken over een wapenstok en pepperspray.’‘Het wordt tijd dat we het vak van de BOA’s serieus gaan nemen. Het zijn professionals die kennis hebben op gebied van bestuursrechtelijke handhaving. Hun taak is volstrekt anders dan van de politie. De BOA richt zich op de leefbaarheid, en we zien dat het vak zich enorm heeft ontwikkeld de afgelopen jaren. Ook zij zorgen voor de veiligheid in onze gemeenten en hebben daarom meer middelen nodig om hun werk goed te kunnen doen.’

Opinie: Geweld tegen de politie: wij zijn er ook nog!

CDA CDA Zuid-Holland 05-09-2019 05:20

Ik ben het spuugzat: het geweld dat tegen de politie wordt uitgeoefend. Dit weekend nog in Rotterdam, politiemensen die een gebroken arm en een hersenschudding oplopen. De brief van de echtgenote van één van deze dienders raakte mij zeer. We kennen al jaren deze verhalen en ondanks alle maatregelen en alle aandacht blijft het maar doorgaan. Niet alleen tegen politiemensen, ook tegen handhavers, brandweermannen, ambulance-personeel, medewerkers op de spoedeisende hulp, leerkrachten op school, in de spreekkamer van de huisarts. Ik ben het echt helemaal spuugzat en ik denk dat het gros van de Nederlanders dat evenzeer is. Wanneer houdt dit op en wat is daar voor nodig?De afgelopen jaren zijn er heel veel maatregelen genomen om het geweld een halt toe te roepen. Al jaren loopt het programma Veilige Publieke Taak. Straffen op geweldpleging tegen hulpverleners zijn verdubbeld, soms verdriedubbeld. Er is meer werk gemaakt van schadevergoeding, snelrecht, supersnelrecht en lik op stuk. Er wordt gewerkt aan een aparte strafbaarstelling van het hinderen van hulpverleners, er komt een taakstrafverbod voor geweld tegen ambtenaren, de bodycam wordt ingevoerd en hetzelfde zal gelden voor het stroomstootwapen, de taser, nadat jaren geleden al het traangas was ingevoerd. Ondanks al deze maatregelen blijft het maar door gaan. Het roept de vraag op: wat doen we fout? Wat zien we over het hoofd? Moeten we doorgaan op de weg van het steeds meer bewapenen van onze politie, is dat ook nog wel de politie die we willen? En, heeft het nog harder straffen en aanpakken van daders effect, leidt het tot minder geweld? Is er niet iets anders nodig?Ja, dat is er zeker. De maatregelen tot nog toe hebben zich gericht op de politie en op de daders. Maar nog niet zozeer op de rest van de Nederlanders, op ons. Ooit zong De Dijk: “Natuurlijk zijn er hufters, klootzakken en slijmjurken”, “Maar kijk om je heen, wij zijn er ook nog, wij zijn met de meesten”. En zo is het. Het overgrote deel van de Nederlanders walgt van het wangedrag dat een aantal van ons zich permitteert in de richting van hen die in een uniform of in een ambt voor ons allemaal werken. Maar spreken we ons uit, laten we het merken? Staan we op als in een volle wachtkamer van een ziekenhuis iemand zich misdraagt tegen een baliemedewerker? Blijven we stilstaan als op straat een politieagent aangevallen wordt? Maken we foto’s, manen we mensen tot rust, laten we merken dat we er zijn en dat we het afkeuren? Hoe kan, hoe kan het in Godsnaam, dat niemand in een trouwstoet optreedt, zich uitspreekt, actie onderneemt als één van de deelnemers een diender in elkaar slaat. Ik vraag niet om fysieke bemoeienis, ik vraag om morele bemoeienis.De komende jaren komen er 17.000 nieuwe politiemensen in Nederland. Veelal jonge gasten, die met veel enthousiasme aan de slag gaan. In wat voor samenleving gaan zij aan de slag? Wat kunnen wij - burgers van Nederland - hen bieden: een onverschillige samenleving waarin zij het voor ons mogen rooien? Of een samenleving waarin we laten zien en laten merken dat we dankbaar zijn dat ze de klus voor ons klaren. Waarin mensen zich uitspreken als hulpverleners op straat in de problemen komen, waarin wij gezamenlijk achter onze politie staan. Iedereen die deze oproep leest als ‘in Den Haag weten ze het ook niet meer en nou mogen wij burgers het gaan doen’ leest dat verkeerd. Ik knok al jaren voor de veiligheid van politiemensen, binnen en buiten het korps. Maar laten we ons bewust zijn dat veiligheid primair begint bij onszelf. Dat wij voor onszelf, maar ook voor onze familie en vrienden de grootste kracht en bron zijn om ons te gedragen. Daar heeft onze politie en al die andere hulpverleners recht op. “Wij zijn er ook nog en we zijn met de meesten.”Chris van Dam,CDA Tweede Kamerlid, woordvoerder politie

CDA: Helderheid over handhaving verbod gezichtsbedekkende kleding

CDA CDA Zuid-Holland 01-08-2019 12:07

Vanaf 1 augustus is de wet Gedeeltelijk verbod gezichtsbedekkende kleding, ook wel het ‘boerkaverbod’ genoemd, ingegaan. Dat betekent dat het nu voor iedereen verboden is om gezichtsbedekkende kleding (zoals een boerka, bivakmuts of helm) te dragen in gemeentehuizen, het openbaar vervoer, ziekenhuizen en scholen. Het CDA vindt dat iedereen in Nederland op deze plekken herkenbaar moet zijn en zich moet kunnen identificeren. Ondanks dat er jarenlang over deze wet gesproken is in de Tweede Kamer, is er in aanloop naar de invoerdatum verwarring en discussie ontstaan over de handhaving van het gedeeltelijk verbod. De Nationale Politie heeft aangegeven geen prioriteit te geven aan de uitvoering ervan, openbaar vervoersbedrijven wijzen naar de vervoersplicht en ook ziekenhuizen zeggen niet te willen handhaven. CDA-Kamerleden Harry van der Molen en Chris van Dam vinden het onacceptabel dat verschillende instanties weigeren de wet uit te voeren, en hebben daarom Kamervragen gesteld aan het kabinet om opheldering te bieden over de handhaving. Harry van der Molen: “Op deze plekken draait het om persoonlijk contact tussen mensen en een gevoel van sociale veiligheid. Het bedekken van je gezicht staat daar haaks op. Het is belangrijk dat de afspraken die daarover zijn gemaakt voor iedereen helder zijn, en de instanties deze afspraken handhaven.” Zie ook het fragment van Harry van der Molen in de uitzending van EenVandaag (d.d. 31 juli 2019):https://www.youtube.com/watch?v=eIXA3zVQWZI -- Vragen van de leden Van der Molen en Van Dam (beiden CDA) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Minister van Justitie en Veiligheid over de berichten ‘Verkeerde afslag politie’ en ‘Ov-bedrijven gaan boerkaverbod niet handhaven: Nieuwe wet voor ons niet werkbaar’ 1 Bent u bekend met de berichten ‘Verkeerde afslag politie’ 1) en ‘Ov-bedrijven gaan boerkaverbod niet handhaven: Nieuwe wet voor ons niet werkbaar’ 2)? 2 Bent u op de hoogte van de reactie die de Nationale Politie online heeft gegeven op de handhaving van het boerkaverbod op politiebureau’s, namelijk: ‘niet in de wet staat dat mensen die een boerka dragen geen aangifte mogen doen. De wet zegt dat ze met een boerka niet in een politiebureau mogen komen. Dus helpen we ze daarbuiten.’? 3 Deelt het kabinet met het CDA de opvatting dat het niet zo kan zijn dat een wet de facto niet tot uitvoering komt, of dreigt te komen, omdat de partijen die deze wet dienen te handhaven hier geen prioriteit aan willen geven? Heeft de nationale politie eventuele veiligheidsrisico’s, wanneer personen vanwege gezichtsbedekkende kleding niet geïdentificeerd kunnen worden, betrokken in haar afweging? 4 Heeft de door de politie aangegeven omgang met het verbod op gezichtsbedekkende kleding de steun van het kabinet? Is dit wat het kabinet betreft in lijn met het oogmerk van de wet om gezichtsbedekkende kleding in openbare gelegenheden te ontmoedigen, ook gezien het antwoord van een woordvoerder namens de Minister van Binnenlandse Zaken op de vraag of de door de politie aangegeven werkwijze conform de wet is: “Dat denk ik niet helemaal.”? 5 Wat vindt u van de verwarring die is ontstaan over de handhaving van het verbod op gezichtsbedekkende kleding, door de standpuntbepaling van de politie? Welke handhaving mag van de instellingen in openbare gebouwen verwacht worden? Welke van buitengewone opsporingsambtenaren? Welke handhavende taken zijn uitsluitend voorbehouden aan de politie? 6 Biedt naar de mening van het kabinet, gezien de verwarring die over de handhaving is ontstaan, de ‘kan’ bepaling in de wet (met betrekking tot het inschakelen van politie) voldoende helderheid voor de uitvoeringspraktijk? Zo nee, is het kabinet bereid nadere informatie te verstrekken over de verwachting die het kabinet heeft van de handhaving? Of is zij bereid de wet aan te passen? 7 Welke afspraken heeft het kabinet gemaakt met de Nationale Politie over de handhaving van het verbod op gezichtsbedekkende kleding wanneer derden een beroep op hen doen? Is het juist dat het kabinet ervoor gekozen heeft betrokken instanties, bijvoorbeeld in de zorg, het onderwijs, mede-overheden en vervoersbedrijven afzonderlijk afspraken te laten maken met de politie? 8 Wat vindt u van de uitleg van de woordvoerder van de politie, die in de Telegraaf aangeeft dat de ruimhartige omgang met het verbod specifiek bedoeld is voor personen die een boerka of nikab dragen en dragers van een integraalhelm of bivakmuts niet worden tegemoetgekomen? Hoe verhoudt wat het kabinet betreft deze opstelling zich tot de wet, die nu juist niet uitsluitend een verbod op religieuze kleding beoogt? Maakt de politie hier een gerechtvaardigd onderscheid? 9 Heeft de politie wat het kabinet betreft de ruimte om het verbod op gezichtsbedekkende kleding niet te prioriteren? Is het kabinet bereid de politie ermee te confronteren dat handhaving van het verbod door anderen, waaronder de openbaar vervoersbedrijven, ook mede afhangt van een toezegging van de politie om binnen afzienbare tijd ter plaatse te kunnen zijn om een boete uit te delen of handelend op te treden, zoals de woordvoerder namens de ov-bedrijven aangeeft in het AD: ,,Politie zegt: het heeft niet onze prioriteit. Dit betekent dat zij bij een melding vanuit het openbaar vervoer niet binnen een half uur bij de bewuste tram, trein, metro of bus is. Nou dat gaat dus bij ons niet werken. De rit moet immers door.”? 10 Bent u bereid om met de politie en het Openbaar Ministerie in overleg te gaan om ervoor te zorgen dat handhaving prioriteit krijgt? Deelt de mening dat indien er gehandhaafd wordt, er ook weinig overtredingen en dus weinig inzet nodig is? Bent u bereid om te overleggen met de politie om aan te geven in welke situatie zij wel bereid is om andere uitvoerders te hulp te schieten? 11 Is wat het kabinet betreft een beroep op de wettelijke vervoersplicht door openbaar vervoersbedrijven van toepassing bij het niet weigeren van passagiers met gezichtsbedekkende kleding, aangezien het verbod op gezichtsbedekkende kleding van recentere datum is? 12 Welke lessen heeft u voorafgaand aan de invoering van de wet getrokken uit de ervaringen in andere (Europese) landen met een soortgelijk verbod op gezichtsbedekkende kleding? 13 Ziet u in de aangegeven omstandigheden genoeg aanleiding om met de betrokken partijen nogmaals te overleggen en de Kamer over de uitkomst daarvan nader te informeren? — 1) De Telegraaf, d.d. 25 juli 2019 2) Algemeen Dagblad, d.d. 25 juli 2019

Opinie: De politie moet dienstbaar, dichtbij en direct zijn

CDA CDA Zuid-Holland 21-06-2019 10:35

De politie experimenteert veel. Zo hebben we twitterende agenten, agenten die vlogs maken, er zijn pop-up-bureaus of coffee-with-a-cop. Een heel scala aan mogelijkheden om de burgers meer te betrekken bij wat de politie doet. Deze transparantie is positief en past ook bij hoe onze samenleving verandert. Maar het leidt wel tot een verbrokkeld beeld. Zo helder als het 112-concept is, zo onduidelijk is het als je aangifte wilt doen. Is het bureau in de buurt altijd open, of alleen een dagdeel in de week? Kan ik meteen aangifte doen, of moet dat via internet of op afspraak? Mensen moeten uiteindelijk gewoon weten waar ze terecht kunnen, zodra dat nodig is, en dat is nu niet het geval. Het CDA vindt daarom dat de politie moet komen tot één landelijk serviceconcept. Veiligheid begint bij mensen thuis. Verantwoordelijke mensen die zich gedragen op basis van fatsoen, die rekening houden met anderen, die anderen durven aan te spreken. Maar pal daarachter staat de overheid, de politie. Alleen als burgers het vertrouwen hebben dat de politie nabij is, dán kunnen zij hun eigen rol oppakken. De wijkagent in de wijk, surveillerende agenten op straat, noodhulp als je 112 belt. Maar ook: een plek waar je naartoe kunt om aangifte te doen, om advies te vragen, om een misstand te melden. Een ankerpunt: het politiebureau. Juist de nabijheid van politiebureaus is zo belangrijk. Het is zelfs een essentieel onderdeel van kwaliteit. Dienstverlening die dichtbij, dienstbaar en direct is. En dat is niet alleen een belang van burgers, maar ook van politiemensen zélf. De schaalvergroting, het sluiten van diverse politiebureaus en zeker de forse personele krapte van dit moment leidt ertoe dat ook politiemensen zelf met lede ogen aanzien hoe hun normale, dagelijkse contact met burgers minder wordt. Ook zij willen dicht bij, dienstbaar aan, direct opkomen voor burgers. Ook als er (nog) geen incident is. Dát is de basis van onze Nederlandse politie. Het CDA heeft 70 lokale afdelingen gevraagd onderzoek te doen naar de nabijheid van en aangifte-mogelijkheden bij de politie in hun eigen gemeente. Daaruit blijkt dat er een grote verscheidenheid is. In sommige steden kun je zonder afspraak aangifte doen, in andere steden moet je juist wél een afspraak maken. In sommige dorpen houdt de wijkagent elke maandagavond een spreekuur. In een volgende gemeente op donderdagavond en in veel gemeenten zijn helemaal geen spreekuren met de wijkagent te vinden. We zien dat de politie de laatste jaren minder aanwezig is in wijken en dorpen. Politiebureaus worden gesloten, wijkagenten komen niet toe aan hun eigenlijke werk, en alleen na het maken van een afspraak kan er aangifte worden gedaan. Vaak zijn niet de behoeften van burgers, maar de processen en de efficiëntie van de politie hierin leidend. Zeker in de meer landelijke gebieden zien we een grote afstand tussen buurten en dorpen en het dichtstbijzijnde politiebureau. Ik vind dat ook hier de service op orde moet blijven. Bijvoorbeeld door bij mensen thuis aangiftes op te nemen, ouderen of mensen die minder goed ter been zijn worden zo geholpen. Maar ook gezien de huidige personele krapte is het nodig te komen tot één herkenbaar serviceconcept. Veiligheid begint bij burgers zelf. Maar daar moet de politie pal achter staan. Dichtbij, dienstbaar en direct. Alleen dan kan de samenleving veiligheid creëren. En dat is iets wat wij allemaal willen. Dat de politie mee gaat met haar tijd, met pop-up bureaus, twitterende wijkagenten en vlogs, daar is niks mis mee. Maar er is ook werk aan de winkel als het gaat om de benaderbaarheid en toegankelijkheid van de politie voor burgers, zeker als ze aangifte willen doen. Dat kan stukken duidelijker en daarmee beter. Door CDA Tweede Kamerlid Chris van Dam, woordvoerder politie en oud politieagent

CDA: breng de politie dichter bij de burgers

CDA CDA Zuid-Holland 05-06-2019 16:38

Het CDA heeft een steekproef gehouden bij 70 lokale CDA-fracties om te checken hoe de dienstverlening van de politie er uit ziet: openingstijden, mogelijkheden om aangifte te doen, het wel of niet op afspraak binnen kunnen lopen. En dat leidt tot een zeer divers beeld. Het CDA vindt het van groot belang dat de politie dichtbij de burgers is. Om de veiligheid te waarborgen moet de dienstverlening van de politie dichtbij, dienstbaar en direct zijn. De afgelopen jaren zijn veel politiebureaus gesloten, maar er is ook een aantal nieuwe politieposten – bijvoorbeeld in gemeentehuizen – geopend. CDA Tweede Kamerlid Chris van Dam: “we zien dat veel dorpen niet meer beschikken over een eigen politiebureau. Deze zijn aangewezen op politielocaties in naburige steden of dorpen. Het CDA vindt het belangrijk dat burgers een plek hebben waar ze naartoe kunnen als zij hulp nodig hebben. Om aangifte te doen, om advies te vragen, om een misstand te melden. Een ankerpunt: het politiebureau. Dat is nu niet overal het geval.” Het CDA vindt dat de politie duidelijker moet zijn over de mogelijkheden om aangifte te doen. Nu zijn de mogelijkheden om aangifte te doen vaak pér bureau anders geregeld en dat is onduidelijk voor burgers. CDA Tweede Kamerlid Chris van Dam roept minister Grapperhaus op hierin meer eenduidigheid te brengen. Het CDA wil dat de politie ook in de kleinere gemeentes aanwezig is, met wekelijkse spreekuren, bijvoorbeeld door wekelijks met een mobiel politiebureau in het dorp aanwezig te zijn. Verder moet duidelijker worden hoe je buiten de grotere steden aangifte kunt doen en mag juist daar eerder verwacht worden dat de politie bij de mensen thuis aangifte komt opnemen. Tot slot doet het CDA het voorstel om van alle wijkagenten in Nederland op de website van de politie een foto en contactgegevens te plaatsen, maar ook om alle wijkagenten een eigen email-adres te geven. Dit voorstel wordt al vorm gegeven in Rotterdam en lijkt voor het hele land een goed plan om de politie weer dichter bij de burger te krijgen. Lees de steekproef en voorstellen hier terug.

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.