Poliflw

Minder jongeren op jonge leeftijd aan de alcohol, betere handhaving op verkoop van alcohol aan kopers onder de 18 jaar en vooral geen gratis bier. Dat was de inzet van de SGP tijdens de PMA-behandeling over het Preventie- en handhavingsplan alcohol 2018 – 2021.

Iedere gemeente is zelf verantwoordelijk voor preventie en handhaving van het alcoholbeleid. Iedere vier jaar wordt hiervoor een plan aan de raad voorgelegd. Daarin wordt het beleid van de afgelopen jaren getoetst en worden nieuwe plannen en doelstellingen besproken. Een belangrijk thema waarbij de SGP op het vinkentouw zit.

Tijdens de PMA van 18 januari werd het preventie- en handhavingsplan alcohol 2018-2021 besproken met ChristenUnie-wethouder Bloem. De SGP heeft gewezen op de positieve punten uit de nota. Zo lijkt er meer bewustwording te komen onder jongeren en ouderen voor de gevaren van overmatig alcoholgebruik. Dat is een goede zaak waarmee veel ellende voorkomen kan worden.

Toch zijn er ook zorgen. Een aantal voorbeelden. Grote groepen minderjarige jongeren krijgen thuis voor het eerst alcohol en meestal ruim voor de leeftijd van 18 jaar. Zo worden jongeren thuis gestimuleerd om alcohol te drinken. Sportkantines houden zich onvoldoende aan de regels van alcoholverkoop (NIX18). Bij thuisbezorging en internetverkoop wordt de wet nauwelijks nageleefd. In horeca en supermarkten wordt echter steeds vaker naar legitimatie van de kopers gevraagd. Die methode werpt z’n vruchten af.

Het college stelt een aantal concrete doelstellingen voor. Enkele voorbeelden. Het aantal vierdeklassers dat recent een heel glas of meer alcohol heeft gedronken, neemt af van 38 procent in 2015 naar 32 procent in 2019. Het aantal vierdeklassers dat ooit dronken of aangeschoten is geweest, daalt van 38 procent in 2015 naar 32 procent in 2019. Het aantal vierdeklassers dat de laatste 4 weken dronken of aangeschoten is geweest, daalt van 21 procent in 2015 naar 17 procent in 2019.

Op zich zijn dit prima doelstellingen, maar wat de SGP betreft mogen de ambities wel wat hoger. Nu zet het college de verbetering van de afgelopen jaar door, maar de SGP vindt dat het wel een stukje sneller mag.  Fractievertegenwoordiger Sander Kok heeft in de PMA gewezen op het plan in Amsterdam, waar de ambities ambitieuzer zijn dan in Apeldoorn.

De SGP heeft de vinger ook gelegd bij blurring. Dat is een mengvorm van detailhandel en horeca. Je kunt dan bijvoorbeeld in een kledingzaak ook een glas wijn kopen. Of bij de kapper een biertje drinken. De SGP heeft het college gevraagd om hierop actie te ondernemen door de pilot in Apeldoorn per direct te stoppen, maar het college liet die vraag tijdens de PMA helaas onbeantwoord.

Ten slotte hebben we aandacht gevraagd voor de verstrekking van gratis bier voor een bepaald tijdstip op de uitgaansavond. De SGP vindt dit een zorgelijke ontwikkeling en wil dat het college (zodra dit zich in Apeldoorn voordoet) hierover in gesprek gaat met de horecaondernemers en Koninklijke Horeca Nederland.

Klik hier voor het plan van het college.

 

hartvoorapeldoorn.nl

 

SGP en ChristenUnie in Apeldoorn stellen kritische vragen bij een verdere verruiming van de openingstijden van winkels op zondag 24 en 31 december 2017. Winkels in Apeldoorn mogen sinds vorig jaar op zondagen van 12.00 tot 18.00 uur open zijn. Van het college van B&W mogen de winkels de laatste twee zondagen van dit jaar vier uur eerder open.

 

Schriftelijke vragen van de SGP en CU inzake de openingstijden van winkels op zondag 24 en 31 december 

 

Sinds de winkeltijdenverordening in 2016 mogen de winkels in Apeldoorn op alle zondagen geopend zijn van 12.00 uur tot 18.00 uur. Ook aan de grenzen m.b.t. de openingstijden lijkt nu gemorreld te worden.

De aanpassing van de winkeltijdenverordening is na een uitvoerige politieke discussie gerealiseerd. De SGP en CU had tegen dit besluit ingrijpende bezwaren. Het ging daarbij om verschillende motieven: principieel (zondagsheiliging en zondagsrust), sociaal (een rustdag in onze samenleving, tegengaan van een 7x24-uurseconomie, zeker de winkeliers van kleinere zaken worden nu zakelijk gedwongen om zondags te werken) en economisch/financieel (per saldo geeft de consument niet meer uit).

 

In een brief van het college op 25 oktober jl. honoreert het college het verzoek van verschillende winkeliers om op zondag 24 en 31 december vier uur eerder dan gebruikelijk hun winkel te mogen openen. Daarbij erkent het college de gevoeligheid van dit besluit en benadrukt dat het om een uitzondering gaat.

 

Gezien de uitvoerige discussie in de gemeenteraad in 2015 en 2016 verbaast het de SGP en CU erg dat het college nu al weer overgaat tot een verdere verruiming. Daarbij erkent het college de gevoeligheid van dit besluit en benadrukt dat het om een uitzondering gaat. Toch betrekt het college de raad er niet bij. Het voorgaande brengt ons tot de volgende vragen inzake de verruiming van de openingstijden op zondag:

 

Welke gevoeligheden hebben een rol gespeeld in de overwegingen van het college? Welke overwegingen die een rol in deze besluitvorming hebben gespeeld, pleiten volgens het college tegen de toegestane verruiming? Welke effecten voor winkelend publiek verwacht het college met 4 uur extra winkeltijd? Hoe waardeert het college deze effecten? Waarom heeft het college de gemeenteraad niet betrokken bij de verdere verruiming van de koopzondagen? Welke criteria of combinatie van criteria bepalen dat dit besluit een uitzondering betreft? Hoe hard kan het college het stellen dat het om een uitzondering gaat? Voorstanders kunnen nu toch verwijzen naar deze uitzondering en daar een beroep   op doen? Is het college bereid om de toezegging te doen dat het bij deze ene uitzondering blijft inzake de verruiming van winkeltijden op zondagen? Waarom wel of niet? Welke risico’s inzake bijvoorbeeld overlast in het verkeer in de buurt van kerken, aansprakelijkheid of het bevoordelen van een kleine groep winkeliers ziet het college rondom dit besluit? Wie is risicodrager? De grens van 12 uur is o.a. ontstaan met het oog op kerken. Heeft het college overlegt met kerken inzake dit besluit? Indien ja, welke overwegingen leverde dat op. Indien nee, waarom niet? Hoe komt het college tegemoet aan de eventuele gevolgen die dit besluit heeft voor de kerkdiensten? 

 

Met vriendelijke groet,

 

Jan Kloosterman         Roelof Veen

SGP-fractie                 CU-fractie