Poliflw

Afgelopen augustus streek de zomerkermis wederom in Zwolle neer. Zoals menig Zwollenaar zich goed kan herinneren, werd deze kermis altijd georganiseerd in de Zwolse binnenstad. In de corona tijd is hier verandering in gekomen en is er gekozen voor een nieuwe locatie in het Park de Weezenlanden. Nu, enkele jaren na corona, is het tijd de balans op te maken en te kijken hoe de Zwolse zomerkermis toekomst heeft in Zwolle. Naar aanleiding van werkbezoeken en overleggen met diverse partijen heeft het CDA de volgende vragen aan het college : De Zwolse zomerkermis is afgelopen zomer wederom in het Park de Weezenlanden gehouden. Hoe kijkt het college terug op deze editie, in vergelijk met de eerdere edities van de zomerkermis in de binnenstad? Waarom heeft het college ervoor gekozen om Weezenlanden te behouden als locatie, terwijl deze locatie oorspronkelijk aangewezen was als tijdelijke corona-locatie? Heeft het college tijdens of na de zomerkermis contact gehad met de kermisexploitanten, organisatoren of de kermisbond en daarbij ook de vraag gesteld in hoeverre zij wel of niet tevreden zijn met de Weezenlanden als nieuwe locatie? Zoja, wat was de terugkoppeling hiervan? Zo nee, waarom zijn deze partijen niet gehoord? Wat waren de bezoekersaantallen van de Zwolse zomerkermis 2023, en hoe verhouden die zich ten opzichte van de edities in de binnenstad? Graag een overzicht per dag, en als die niet aanwezig is graag een overzicht over de totale duur van de kermis. Hoe ziet het college de toekomst van de Zwolse zomerkermis in als de kermis georganiseerd blijft worden op de huidige locatie in de Weezenlanden? Graag hierbij een uitgebreide onderbouwing van deze inzichten. Is het college net als het CDA van mening dat de zomerkermis een belangrijke trekpleister is voor bezoekers naar de stad en daarom van groot belang is voor de stad? Zo ja, hoe kijkt het college aan tegen de bezorgde berichten van de kermisexploitanten? Is het college het met het CDA eens dat de kermis in de binnenstad zorgt voor kruisbestuiving en daardoor extra bestedingen oplevert bij ondernemers in de binnenstad, en dat deze kruisbestuiving wegvalt op de huidige locatie? Zo nee, waarom niet? In hoeverre neemt het college de input van inwoners, organisatoren en kermisexploitanten mee in de bepaling voor de locatie voor de zomerkermis in 2024? Wat gaat het college doen met de uitkomsten van de petitie die is gestart in relatie tot de locatie voor de zomerkermis 2024?

De eigenaar van Turfmarkt 14 heeft op 6 april een aanvraag ingediend voor een omgevingsvergunning voor het verwijderen van een dukdalf en het plaatsen van 2 nieuwe meerpalen. Op 30 juni 2023 ontvingen burgemeester, wethouder en de raad een brief van de omwonenden van de Turfmarkt 14 waarin werd opgeroepen om alles rondom deze vergunning onder een vergrootglas te leggen. Wij nemen deze oproep erg serieus en willen daarom het college de volgende vragen stellen: De vergunning is op 6 april 2023 aangevraagd. De omwonenden stellen dat de aanvraag afgewezen zou moeten worden omdat verwijdering van een dukdalf niet is toegestaan. Normaliter wordt binnen 8 weken op een aanvraag beslist als deze niet ingewikkeld is. Het feit dat omwonenden op 30 juni onze hulp inroepen doet vermoeden dat er nog geen besluit genomen is. Kunt u aangeven wat de status van deze aanvraag is? De omwonenden hebben nadrukkelijk om een persoonlijk gesprek gevraagd. Heeft dit gesprek inmiddels plaatsgevonden? De aanvraag van de vergunning is gebaseerd op de herziening van bestemmingsplan “Woonboten en walgebruik”. In de beslisnota stond vermeld dat met de herziening een aantal punten werden gecorrigeerd en dat de gevolgen klein van aard waren. Dat er daarom geen overleg met de buurt heeft plaatsgevonden. Maar er hoefde niet gecorrigeerd te worden op deze locatie en de gevolgen waren niet klein van aard voor de omgeving. Is het college dat met ons eens? In de beslisnota werd ook niet vermeld dat de aanpassing van het bestemmingsplan betekende dat de kwaliteitsomschrijving van het gebied, zoals die in het oorspronkelijke plan opgenomen was, werd losgelaten. De ligplaats van Turfmarkt 14 werd buiten de grens van het beschermd stadsgezicht getrokken en de kwalitatieve bescherming van het gebied werd daarmee losgelaten. Heeft het college overwogen om de bestemmingswijziging ongedaan te maken en de eigenaar van de Turfmarkt 14 schadeloos te stellen? Er worden in het algemeen belang wel vaker kosten gemaakt om fouten te herstellen. Vorig jaar is de omgevingsvergunning voor de moderne watervilla verleend nadat mijn fractie samen met D66 en de Christen Unie op de laatste dag van de beslisperiode schriftelijke vragen heeft gesteld om te voorkomen dat de vergunning van rechtswege zou moeten worden verleend en de omwonenden weer beperkt zouden worden in hun bezwaarmogelijkheden. Kunt u ons toezeggen dat een van vergunningverlening van rechtswege hier niet aan de orde zal zijn?

In de afgelopen jaren heeft Zwolle zich bewezen als een gastvrije stad die openstaat voor mensen die huis en haard hebben verlaten vanwege oorlog, geweld en vervolging. En daar is de fractie trots op. Tegelijkertijd is het belangrijk dat we vandaag het gesprek voeren over hoe we op de lange termijn vluchtelingen willen opvangen. De vluchtelingenkwestie blijft namelijk actueel, want over is het allerminst. Het CDA is blij met de opinienota en de vraag van het college om een voorkeur voor een scenario uit te spreken. Maar voordat wij onze voorkeur gaan uitspreken, wil ik toch benoemen dat het ons is opgevallen dat het college al in de eerste helft van juni gesprekken heeft gevoerd met inwoners en organisaties op basis van scenario 2, terwijl wij als raad nu pas de scenario's bespreken. We vragen ons af wat er zou gebeuren als de raad een verkeur heeft voor een ander scenario en of het college dan opnieuw in gesprek gaat met de betrokken om dit te bespreken. Desalniettemin kunnen we het college volgen in scenario 2. We kiezen daarbij voor wat we wettelijk moeten doen en zelfs meer. Dat past ons inziens bij de hartstad die Zwolle wil zijn. We nemen verantwoordelijkheid en bieden vluchtelingen een thuis in onze stad. Tegelijkertijd maken we ook keuzes. Scenario 2 is gastvrij maar geeft al voldoende uitdagingen, omtrent wonen, huisartsenzorg en onderwijs. We hopen in de uiteindelijke aanpak een helder plan staat om zoveel mogelijk groene vinkjes te behalen. Omtrent de lange termijn aanpak willen we een aantal dingen meegeven: Het CDA pleit voor een lange termijn aanpak die oog heeft voor de belangen van zowel vluchtelingen als de Zwollenaren. Dit betekent dat we niet alleen moeten zorgen voor goede huisvesting en dagbesteding van vluchtelingen, maar ook moeten investeren in het leefbaar houden van de wijken. Vang vluchtelingen bij voorkeur op in kleinschalige opvanglocaties en luister naar de zorgen van inwoners als het gaat om bijvoorbeeld veiligheid in hun leefomgeving. Als wij bijvoorbeeld omwonenden van de tijdelijke opvang voor AMV’s in Mercure wonen spreken, merken we bijvoorbeeld dat hun zorgen over veiligheid, even los van of dit terecht is of niet, verminderd zouden kunnen worden door meer verlichting te plaatsen en hoog gras vaker te maaien. Ten tweede: blijf gesprekken voeren met wijken en maatschappelijke organisaties vóórdat er opvang nodig is. Zodat er, als er onverwacht binnen vier weken een locatie nodig is, al gebouwd is aan draagvlak. Het is goed dat gesprekken met wijken inmiddels zijn opgestart en horen graag hoe dit de aankomende jaren moet gaan. En als er dan op stel en sprong een opvanglocatie komt, organiseer dan snel een bijeenkomst voor omwonenden. Niet zoals bij de AMV opvang een week voordat ze komen, maar eerder en snel na het verzenden van de brief, juist ook om vooroordelen en zorgen weg te nemen. Betrek vervolgens buurtbewoners bij de integratie - want onbekend maakt onbemind - en faciliteer het opbouwen van contacten. We zien graag per opvanglocatie dat er een plan wordt gemaakt met hoe inwoners, organisaties en Zwollenaren met elkaar in contact gebracht kunnen worden. We zien uit naar de lange termijn aanpak en hopen daar de genoemde punten van in terug te zien: "Geen enkele vluchteling verlaat zijn thuis vrijwillig, tenzij zijn thuis ondraaglijk wordt." Laten we dit voor ogen houden, anderen behandelen zoals we zelf behandeld zouden willen worden en vanuit die gedachte proberen om vluchtelingen op een goede manier welkom te heten.

Voor ons liggen vanavond de jaarstukken 2022 en de eerste beleidsrapportage van de begroting 2023. Namens mijn fractie mag ik hier vanavond op reflecteren. De gemeente is financieel gezond en laat zien dat er op een degelijke manier wordt omgegaan met onze huishoudboekje. Het CDA vindt het belangrijk dat wij als raad en college hier ook blijven letten. Mede door geopolitieke ontwikkelingen veranderen de economische omstandigheden snel en constant. Te voorzien valt dat in de toekomst het risicoprofiel ook voor Zwolle snel zal stijgen. Samen moeten wij er ook op toe te blijven zien dat het gemeenschapsgeld op een goede manier wordt beheerst en besteed en dat dit geld zal blijven bijdragen aan een gezonde stad en gemeente. Allereerst zou ik het graag over de jaarstukken hebben. Het CDA is blij dat de gemeente het jaar kan afsluiten met een positief resultaat van 15,4 miljoen euro. Dit is nog naast de resultaten uit de MPV. Op dit moment staan de opbrengsten uit de MPV gereserveerd voor 50% algemene reserve en 50% naar de SIA. Het CDA maakt zich er graag hard voor om een groter gedeelte van deze opbrengsten toe te voegen aan de SIA. In de aankomende jaren staan flinke investeringen gepland die bekostigd moeten worden vanuit deze spaarpot. Het CDA maakt zich momenteel zorgen over de toevoer van middelen naar de SIA en wij vinden dat er meer prioriteit moet komen te liggen op het vullen van deze strategische investeringsagenda. Wij overwegen dan ook een motie om de inleg vanuit de MPV te verhogen van 50% naar 75%'. Over het afgelopen jaar is er onder de streep een positief resultaat behaald van 15,4 miljoen euro, terwijl er -0,2 miljoen euro is begroot voor 2022. Zoals ik net al heb gezegd zijn wij blij met een positief resultaat, maar dit resultaat roept bij ons wel vragen op. We weten, en dat is ook door de accountant gesuggereerd, dat het overschot het gevolg is van enerzijds het toevoegen van rijksgeld, maar ook het niet uitvoeren van projecten. Voor een deel door het gebrek aan ambtelijke capaciteit, anderzijds door onvoorziene vertragingen. En dat uitstel moeten we niet willen. Raad en college moeten ambities hebben, maar wel ambities die uitvoerbaar zijn. De vraag die het overschot oproept is dan ook: hoe gaan we voorkomen dat er in 2023 ook weer veel geld overblijft, anders gezegd hoe gaan we ervoor zorgen dat de voor 2023 geplande projecten wel doorgang vinden? Het is wellicht goed om in de toekomst een raadsdebat te organiseren om meer prioritering aan te brengen in onze ambities en wij zijn benieuwd hoe het college momenteel tegen de prioritering van onze ambities aankijkt. Ook zullen wij hier bij het debat over de perpectiefnota nog verder op in gaan. Voorzitter, ook zou mijn fractie nog een aanvulling willen doen op hoe we de KPI’s (key peformance indicator) gebruiken. Momenteel werkt de gemeente met de doelenboom bij de begroting. Een mooi middel om onze koers te bepalen, en resultaatgericht te werken. Zo weten we waar we naartoe werken – een belangrijke stip op de horizon. Het CDA zou willen voorstellen om deze KPI’s ook te gaan gebruiken bij de jaarstukken om terug te evalueren. Wat was het doel aan het begin van het jaar, hebben we deze nu dan ook gehaald en zoniet, wat moeten we doen om een doel eventueel wel te behalen in de volgende periode. Veel KPI’s werken met cijfers, waaraan we kunnen meten hoe goed we gescoord hebben. Is het mogelijk om bij de jaarstukken dezelfde KPI’s als in de begroting ook te gebruiken om terug te kijken? Dan stap ik graag over naar de BERAP. Het CDA is een aantal zaken opgevallen bij het behandelen van de stukken. We zien op dit moment een afwijking van ruim 8 miljoen euro van de begroting. Hiervan valt 5.04 miljoen negatief uit en dat vindt het CDA best een fors bedrag voor het tijdsbestek van BERAP 1. We weten ook wel dat je dit tekort niet zo maar mag extrapoleren naar een heel jaar dus er is nu ook zeker geen reden voor onrust, maar er zijn wel een aantalzaken die ons opvallen en waarvoor we aandacht willen en een toelichting van het college: Sommige tegenvallers worden opgelost binnen de begroting door tegenvallende inkomsten te compenseren met vermindering van uitgaven. Dat is op zich een goede manier, maar er moet dan wel goed worden onderbouwd waarom dat verantwoord is. Ik wil dat toelichten aan een voorbeeld van Schuldhulp (zie doelen 4.3.2 en 4.1.1). Daar wordt 200.000 minder inkomsten van buurgemeenten gecompenseerd met een korting van de uitgaven voor armoedebestrijding van Zwolse inwoners. Enige onderbouwing waarom dat verantwoord is zou op zijn plaats zijn geweest. Sommige tegenvallers worden gepresenteerd alsof het ons is overkomen. Natuurlijk zijn er echte onvoorziene kosten maar een aantal uitgaven die we nu dekken door een greep in de kas zijn uitgaven die we al heel lang zien aankomen. Neem als voorbeeld de uitgaven op het gebied van energietransitie (doel 6.4.1) of de eikenprocessierups (doel 7.3.3). Het CDA vraagt zich af hoe het kan dat veel van de voorzienbare uitgaven niet al in de begroting hebben gestaan en kan het college in algemene zin aangeven wanner ze tegenvallers compenseert binnen de begroting en wanneer door terug te vallen op de reserves? Ik ga afronden met een positieve noot. Al met al zijn wij tevreden met de financiële positie van de gemeente Zwolle en zien wij dat er degelijk financieel beleid uitgevoerd wordt door dit college, waarvoor dank.

Hoe veilig zijn Zwolse huizen met zonnepanelen? Acht huizen in een wijk in Arnhem zijn zondag 18 juni door brand volledig verwoest. De daken van deze huizen waren volledig bedekt met zonnepanelen. CDA Zwolle wil weten hoe het in Zwolle gesteld is met de brandveiligheid van huizen met zonnepanelen. Risico´s in Zwolle CDA-raadslid Maxim van der Veen wil van het college weten hoeveel huizen in Zwolle ook onder dit risico vallen. “Bij hoeveel woningen in Zwolle is er sprake van een dak dat volledig is bedekt met zonnepanelen?” Brandweer luid noodklok De brandweer heeft na deze grote brand de noodklok geluid en zegt steeds vaker tegen dit grote probleem aan te lopen. Uit cijfers blijkt dat vorig jaar bij 35 branden het blussen werd vermoeilijkt doordat de daken helemaal volg lagen met zonnepanelen. Dit jaar alleen al is dit getal opgelopen tot 55. Het CDA wil weten of het college samen met de brandweer nadenkt over maatregelen. “Op welke manier kunnen we bij huidige en nieuwe huizen of bouwprojecten het risico op brand zo klein mogelijk houden.” Tijd voor regels Het CDA stelt voor dat in Zwolle gekeken wordt naar lokale regels voor zonnepanelen. Het CDA verwacht dat met zulke regels het risico op branden als in Arnhem zoveel mogelijk voorkomen wordt.

Het CDA roept het college op om de zoektocht naar een nieuwe outdoor evenementenlocatie te verbreden naar de regio in plaats van alleen de gemeente. De belangrijkste outdoor evenementenlocaties van Zwolle, de Wythermerplas, park Wezenlanden en het Ter Pelwijkpark, lopen tegen hun maximale capaciteit aan. Er is weinig ruimte in de stad beschikbaar voor ondernemers om nieuwe evenementen te organiseren. Een goed voorbeeld hiervan is de Wythmenerplas. Alle drie de vergunningen zijn aan dezelfde ondernemer vergund, en hiermee is direct de maximale capaciteit bereikt. Op dit moment liggen ook veel terreinen dicht bij de stad, wat vaak zorgt voor overlast. ‘’In Nederland zijn genoeg voorbeelden waarbij samenwerkingen tussen gemeentes voor goede evenemententerreinen gezorgd heeft.’’ aldus Maxim van der Veen, raadslid namens het CDA. ‘’Zo ligt in Biddinghuizen een evenemententerrein waar al jaren grootschalige evenementen kunnen worden georganiseerd. Deze continuïteit geeft zekerheid aan betrokken partijen. Onze fractie ziet mogelijkheden om samen met de regio Zwolle (bestaande uit 40 gemeenten) een soortgelijke voorziening mogelijk te maken. “Een onderzoek naar de mogelijkheden zou een mooie eerste stap zijn.’’

Het Zwolse CDA wil dat de regio Zwolle ook voor komende generaties de kwaliteit houdt die wij als huidige inwoners nu mogen beleven. Door de goede intensieve samenwerking op het gebied van ruimtelijke ordening tussen Rijk, Provincie, regio en de gemeente Zwolle en op basis van verschillende onderzoeken wordt steeds meer duidelijk over welke besluiten genomen moeten worden. Het Zwolse CDA staat helemaal achter het maatregelenpakket 2030, al hebben we niet te veel vertrouwen dat de gedragsbeïnvloeding, die we al tien jaar proberen te doen met mobiliteitsmakelaars, veel op zal leveren. Het maatregelenpakket 2040 mist echt nog een essentieel punt. De focus van de mobiliteitsonderzoeken ligt vooral op de Zwolse verkeersystemen. De onderzoekers lijken “vergeten” te zijn dat er ook nog doorgaande verkeersroutes bestaan. De auto’s die vanuit Twente onderweg naar Noord-Nederland zijn, moeten niet meer over de afgewaardeerde Ceintuurbaan waar we 5000 woningen willen bouwen. Het CDA pleit hier voor een nieuwe buitenring voor doorgaand verkeer. Een nieuwe buitenring waar je vóór Wijthmen van de A35 afgaat en om Zwolle heen naar de A28 bij knooppunt Hessenpoort rijdt. Mocht je naar het Westen van Nederland willen via de nieuwe buitenring zou je vanaf de A35 vóór Wijthmen naar de A28 bij Hattemerbroek moet kunnen. We willen het Zwolse bestemmings- en woonverkeer van het doorgaande verkeer ontkoppelen om op deze manier het verkeersysteem beter te reguleren en de volgende stap te maken voor het Zwolle van de toekomst. Er is in het verleden veel werk verzet om onze gemeente en de regio Zwolle klaar te maken voor de komende generaties waarvan wij nu mogen profiteren. Laten we dit doorzetten om de kwaliteit voor de komende generaties alleen maar te blijven verbeteren.

'Het vertrouwen in de landelijke politiek was sinds de coronacrisis al niet erg hoog – maar de laatste cijfers zijn al helemaal niet best: het vertrouwen in de politiek lag eind 2022 op het laagste niveau in tien jaar tijd. Hoewel deze cijfers vooral gaan over de landelijke politiek, blijkt ook dat de gemeenteraad vertrouwen verliest. Slechts de helft van de ondervraagden heeft nog vertrouwen in de raad. Veel te weinig, vindt de fractie van het CDA. En er is dus werk aan de winkel, want vertrouwen in de overheid is essentieel voor het goed functioneren van de democratie. Het betrekken van inwoners, oftewel participatie, kan een bijdrage leveren aan het vertrouwen in de gemeente en gemeenteraad. Het helpt ten slotte bij het ontwikkelen van inclusievere plannen die hopelijk beter afgestemd zijn op de behoeften van onze inwoners. Bovendien bevordert participatie transparantie, op voorwaarde dat het proces goed wordt uitgevoerd en er duidelijk wordt gecommuniceerd over de verwerking van de inbreng van inwoners. Daarom zijn we blij dat na lang wachten de participatieaanpak voor ons ligt, want participatie is geen luxe maar een noodzaak. Ook al wil het CDA wel benadrukken dat participatie slechts één van de bouwstenen die nodig is om de muur van vertrouwen weer op te bouwen en dat deze aanpak ook niet het ei van Columbus gaat zijn. De spelregels van de nieuwe participatieaanpak zijn helder en het CDA kan zich vinden in de voorgestelde aanpak. De initiatiefnemer zorgt voor zorgvuldige participatie, waar alle Zwollenaren aan mee kunnen doen. We maken gebruik van kennis en contacten die er in Zwolle zijn en streven ernaar dat iedereen zich aan het einde van het proces serieus genomen voelt. Wat het CDA betreft is de eerste spelregel misschien wel de kern van het verhaal. Want hoewel de participatieaanpak niet vrijblijvend is, is dit volgens het CDA wel de zwakste schakel in het verhaal. Want hebben we voldoende mankracht om te controleren hoe de aanpak in de praktijk wordt ingezet? En wanneer grijpen we dan precies in? De aanpak wekt ongetwijfeld hoge verwachtingen bij inwoners, dus het CDA vindt het van groot belang om goed te monitoren hoe de aanpak in de praktijk wordt ingezet. Participatie is geen eenmalige gebeurtenis, niet iets waar je na de start van het proces een vinkje achter kan zetten. Daarom is mijn fractie blij om te zien dat in de aanpak drie fasen worden gedefinieerd waar participatie belangrijk is. Het is echter wel belangrijk om steeds te blijven meten of er niet alleen participatie is, maar ook of de participatie voldoende is. De go/no go vragen zijn daar een goed middel voor en we hopen dat partijen de toolbox met daarin gevarieerde ideeën goed zullen benutten. Tot slot: Wie A zegt, moet ook B zeggen. Het plan op papier is A, de praktijk is B. Het CDA zal – in onze controlerende rol - de komende jaren goed in de gaten houden hoe deze aanpak in de praktijk uitpakt, want daar gaat het ten slotte om. Zo kunnen we wellicht het vertrouwen daadwerkelijk een beetje gaan herstellen.' Bijdrage van CDA-raadslid Laura van de Giessen tijdens het debat van 15 mei 2023.

Binnenkort wordt in de tweede kamer een wet behandeld die handelaren en verkopers moet verplichten om hun gebruikte goederen te registreren. Voor kringloopwinkels is dat erg vervelend aangezien zij daar niet het personeel voor hebben. Het CDA stelt de vraag aan het college om deze kringloopwinkels te ontlasten door niet te handhaven. Kringloopwinkels in Overijssel maken zich zorgen om de registratieplicht1 . Door de invoering van het Digitaal Opkopers Register zijn kringloopwinkels nu verplicht om (bijna) alle binnengekomen spullen te registreren. De wet is ingevoerd om heling en witwassen tegen te gaan, maar kringloopwinkels zetten hier vraagtekens bij. Ze vragen zich af waarom dit ook voor hen zou moeten gelden: mensen doneren spullen gratis aan kringloopwinkels, dus van witwassen of heling kan geen sprake zijn. Bovendien verwerken kringloopwinkels jaarlijks zoveel spullen, dat het praktisch onmogelijk is om aan de registratieplicht te voldoen. Het rijk heeft inmiddels toegezegd dat ze de wet gaan aanpassen, maar het duurt vermoedelijk nog een jaar voordat dit gewijzigd is. De Zwolse kringloopwinkels leveren een belangrijke bijdrage in de circulaire economie, doordat ‘afgedankte’ spullen worden verzameld en als tweedehands spullen verkocht kunnen worden. Daarnaast fungeren kringloopwinkels als plekken waar mensen werkervaring op kunnen doen en zijn kringloopwinkels voor mensen met een kleine beurs belangrijk vanwege het aanbod van betaalbare spullen. Een aantal gemeenten heeft daarom besloten om niet te handhaven, totdat de wet gewijzigd is. Het CDA vindt de registratieplicht niet werkbaar voor kringloopwinkels en heeft daarom de volgende vragen voor het college: Is het college het met het CDA eens dat de registratieplicht van ingekomen goederen voor kringloopwinkels niet werkbaar is? Zo nee, waarom niet? Is het college bereid om toe te zeggen dat zij bij Zwolse kringloopwinkels niet zullen handhaven op het niet-registreren van de goederen in het digitale opkoopregister totdat de wet gewijzigd is? Zo nee, waarom niet? 1:https://www.rtvoost.nl/nieuws/2210771/kringloopwinkels-in-het-nauw-als-wij-spullen-moeten-registreren-kunnen-we-wel-opdoeken

Veel lokale ondernemers zijn bezorgd na de brief van doehetzero.nl van de Gemeente Zwolle. In deze brief is een mededeling te vinden over het instellen van een zero-emissiezone in Zwolle in 2025. Naar aanleiding van deze brief is onze fractie door veel geschrokken lokale ondernemers, zoals: schilders, evenementen-organisatoren, Retail-distributie, aannemers, installateurs en steigerbouwers, benaderd die geen weet hadden van het instellen van deze zero-emissiezone. De gemeenteraad heeft zich in november 2020 uitgesproken over het instellen van deze zone. Uit berichten die onze fractie bereiken blijkt dat tussen het besluit van 2020 en de brief van doehetzero.nl in de afgelopen week heeft er geen grootschalige communicatie plaatsgevonden heeft. Hierdoor hebben veel ondernemers niet goed kunnen participeren op deze ingrijpende ontwikkeling voor de binnenstad van Zwolle die al in 2025 moet ingaan. Door globale ontwikkelingen en crisissen zien wij dat MKB-ondernemers, ZZP’ers en familiebedrijven in de afgelopen drie jaar, sinds het besluit, zijn geconfronteerd met moeilijke tijden. Het CDA maakt zich daar zorgen over, en vraagt zich af of de emissie-zone in 2025 al haalbaar is. Door de diverse crisissen zien we bijvoorbeeld dat levertijd voor nieuwe elektrische wagens soms al opgelopen is tot meer dan twee jaar en dat de actieradius van deze auto’s slechts zo’n 100 tot 200 kilometer is bij perfecte omstandigheden. Ook zien wij dat op de diverse bedrijventerreinen de laadinfrastructuur nog niet compleet is, of dat bedrijven niet meer aangesloten kunnen worden op het overvolle stroomnet. Het CDA ondersteunt het streven, zoals ook afgesproken in het coalitieakkoord, om in 2040 klimaatneutraal te zijn. Wij zijn echter van mening dat we dit alleen bereiken door te bouwen aan een goede en constructieve samenwerking tussen overheid, bedrijven en inwoners. Wij hebben de volgende vragen aan het college: Kan het college, in een overzichtelijke tijdlijn, aangeven hoe het instellen van de Zero-emissiezone in Zwolle is gecommuniceerd aan de diverse groepen van ondernemers en individueel? Hoe, wanneer en met wie is gecommuniceerd over het instellen van deze zone tussen het besluit in november 2020 en de brief van 13 Maart 2023 van doehetzero.nl? In de beslisnota van 27 Oktober 2020 over de zero-emissie zone wordt gesproken over: diverse proeven, waaronder ‘Proef maatwerkoplossingen voor schonere bevoorrading’. Kan het college toelichten hoe deze proeven zijn verlopen en wat hier de uitkomsten van zijn geweest? een ‘evaluatiemoment routekaart en haalbaarheid met alle betrokken en partijen’. Kan het college aangeven welke betrokkenen hiervoor zijn uitgenodigd, of alle ondernemers in Zwolle hierbij betrokken zijn geweest en wat de uitkomsten zijn geweest van dit evaluatiemoment? In de afgelopen drie jaar hebben veel ondernemers te maken gehad met moeilijke tijden. De coronacrisis, de energiecrisis, de stikstof-crisis en de grondstoffencrisis hebben bij veel ondernemers hun sporen nagelaten. Veel ondernemers hebben te maken met extra zware lasten of terugbetalingen van bijvoorbeeld corona-steun. Wat heeft het college gedaan sinds het besluit van november 2020 om lokale Mkb’ers, ZZP’ers en familiebedrijven te ondersteunen of te helpen met het aanschaffen van een nieuw wagenpark? Gelieve hierbij in overweging te nemen dat het voor veel ondernemers niet mogelijk is om gebruik te maken van een elektrische fiets of stadshub. In de beslisnota van 27 Oktober 2020 over de zero-emissiezone wordt als risico genoemd dat ‘uitstootvrije auto’s en vrachtwagens in 2025 nog te duur blijken’. Hoe kijkt het college anno 2023 aan tegen dit risico? Daarnaast blijkt bij navraag dat de levertijden van nieuwe elektrische bestelauto’s tussen de 1,5 en 2,5 jaar is, wat vind het college van dit gegeven in relatie tot de genoemde 1 januari 2025 De actieradius van de voertuigen is tussen de 100 en 200 kilometer, tijdens koude maanden (gebruik verwarming) en warme maanden (gebruik airco) is dit fors minder. Is dit gegeven meegewogen bij het versturen van de brief van 13 maart 2023? Eén van de randvoorwaarden om elektrisch vervoer mogelijk te maken voor ondernemers is een forse impuls in laadvoorzieningen op bedrijventerreinen of op eigen terrein van ondernemers. Kan het college een plan overleggen waarbij blijkt dat er voor eind 2024 voldoende laadvoorzieningen gerealiseerd worden voor ondernemers op bedrijventerreinen (busjes van bouwbedrijven, schilders, installateurs, etc.)? Wat gaat het college doen voor ondernemers die wel laadinfrastructuur op het eigen terrein willen realiseren, maar dit gezien de netwerkproblemen niet kunnen? Geldt de zero-emissie zone ook voor algemene hulpdiensten en mag het CDA de afspraken hierover ontvangen? Hierbij denken we bijvoorbeeld aan (dieren) ambulance en brandweer. Ziet het college, gezien de globale ontwikkelingen van de afgelopen jaren, en gezien de communicatie van de gemeente naar ondernemers het als het juiste besluit om op 1 Januari 2025 de zero-emissie zone in te voeren?