Nieuws van politieke partijen in Leiden inzichtelijk

3 documenten

Is het Leidse college van B&W nog betrouwbaar?

CDA CDA Leiden 14-07-2019 10:02

De afgelopen weken stonden in het thema van de Planning & Controlcyclus, ofwel het terugkijken naar de financiële resultaten over 2018 en het vooruit kijken naar de plannen die het college heeft voor 2020 -2023. Over de manier van begroten word ik niet vrolijk. Nog steeds leent het college ongelofelijk veel geld met een gigantische schuld in 2023 als gevolg. Nog steeds stijgen lokale lasten voor Leidenaren, voor Leidse ondernemers inmiddels tot ongekende hoogten. De gemeente wordt financieel steeds kwetsbaarder en we mogen van geluk spreken dat het college een aantal plannen simpelweg niet uitgevoerd krijgt, anders waren de financiële randen van wat acceptabel is al bijna bereikt. Nee, als ik Leidenaar zou zijn (en dat ben ik...) zou ik me veel zorgen maken over het financiële beleid van dit college. Zeker nu we ook moeten constateren dat de bouwmarkt zo overhit raakt dat bouwkosten sterk stijgen. Er komt nog een aantal grote projecten aan waarvan het me niet zou verbazen dat de vastgestelde budgetten niet toereikend zijn. Op de Centrumroute zat al een tekort, op de verbouwing van de raadzaal ook al. Ik hou mijn hart vast voor pak ‘em beet de Leidse Ring, de verbouwing van het Stadhuis, de bouw van de IJsbaan en de topsporthal. Maar er is iets waar ik me veel meer zorgen om maak. Kijk, het uitgeven van veel geld is ook een politieke keuze en het hoort een beetje bij linkse partijen. Ik meen dat Mark Rutte ooit zei: “Geef links de zeggenschap over de Sahara en je bent binnen mum van tijd je zand kwijt”. Dat is in Leiden ook wel een beetje het geval. Erger nog dan de financien is dat Leidenaren inmiddels kunnen gaan twijfelen aan de betrouwbaarheid van dit college. Wat zijn gemaakte afspraken nog waard? Vastgesteld beleid wordt namelijk veelvuldig met voeten getreden met als gevolg dat Leidenaren kunnen gaan twijfelen aan de houdbaarheid van gemaakte afspraken en staand beleid. Voorbeeld: In Leiden kennen we de hoogbouwvisie, een visie waarin de gemeenteraad heeft vastgelegd hoe hoog er maximaal gebouwd mag worden. Dat is 70 meter. In het verleden hebben we met elkaar afgesproken dat dat voor Leiden het maximum was. Maar neem het bouwproject LEAD aan de Willem de Zwijgerlaan of het Gebiedspaspoort in de Merenwijk, daar worden als het aan het college ligt bij wijze van uitzondering gewoon torens van respectievelijk 120 en 80 meter neergezet. De vraag die rijst is hoeveel de hoogbouwvisie nog waard is en of Leidenaren de hoogbouwvisie nog als uitgangspunt kunnen nemen? Een ander voorbeeld is de parkeervisie en de inherente parkeernormen. We hebben in Leiden afgesproken dat bouwprojecten slechts met voldoende parkeerplaatsen mogen worden gebouwd. Die parkeernormen liggen vast. Dit om bijvoorbeeld de parkeerdruk in de omliggende wijken binnen de perken te houden. Met de parkeernormen in de hand weten Leidenaren waar ze aan toe zijn! Bij het genoemde bouwproject LEAD, maar ook bij de te bouwen Topsporthal staan deze parkeernormen ernstig onder druk. Zeker bij LEAD kiest het college, anders dan in de parkeervisie staat gemeld, om het aantal parkeerplaatsen die conform eis nodig zijn, drastisch te verminderen. U gaat maar lopen of met de fiets is het credo van dit college. En: U parkeert uw auto maar bij een ander voor de deur. Ook hier kan je als Leidenaar met de parkeervisie in de hand, grote twijfels zetten bij de betrouwbaarheid van het college. En dan zijn er nog de twee economische visies; de Horecavisie en de Retailvisie. Bij die laatste hebben we afgesproken welke winkelgebieden in de toekomst als kansrijk worden beschouwd en welke niet. De Haarlemmerstraat past wel in de detailhandelsstructuur van de toekomst, de Van ’t Hoffstraat niet. Daar was het CDA het overigens niet mee eens, maar dit terzijde. We hebben in de Retailvisie afgesproken om ondernemers die in niet toekomstbestendige gebieden zitten niet weg te pesten. Pas als een onderneming stopt met bestaan gaan we over tot ‘verkleuren’ van de bestemming, bijvoorbeeld van detailhandel naar wonen. Ook bij de betrouwbaarheid van de Retailvisie kan een Leidenaar inmiddels vraagtekens bij zetten. De gezellige buurtwinkel Troefmarkt in Burgemeesterswijk sluit de deuren. Niet omdat hij niet verder wilde, maar omdat het pand verkocht is en de gemeente de bestemming van het pand het gewijzigd in wonen. Exit Troefmarkt. Wat is de Retailvisie dan nog waard? En wat zegt dit over de betrouwbaarheid van het college? Ook de Horecavisie kunnen we inmiddels naar Rhijnhof dragen. In de Horecavisie hebben we afgesproken voor welke horeca er waar in Leiden ruimte is en waar niet. Horecaondernemers hebben met de Horecavisie een duidelijke toekomstvisie gekregen en hebben op basis van deze visie geïnvesteerd in hun zaak. Echter, het college kiest er ook nu weer voor om te breken met beleid. Maakte het vorige college al bij 5 panden aan de Nieuwe Rijn (waar een horecastop gold volgens de Horecavisie) een uitzondering, nu doet ze dat weer bij een pand aan de Breestraat. Op de Breestraat is volgens de horecavisie geen plek meer voor nieuwe horeca, maar kom, dan maken we toch gewoon een deur aan de Langebrug, dan is het geen Breestraat maak Pieterskwartier. In het Pieterskwartier is er volgens de visie nog ruimte voor kleinschalige horeca in het luxe segment. Dat de geplande horeca 250 stoelen heeft wordt er maar even niet bij gezegd. Symptomatisch voor een college dat geen nee durft te zeggen. Dat is al helemaal het geval met de Dansgelegenheid WiBar op bedrijventerrein De Waard. Ja, er is een dansgelegenheid (een soort LVC 2.0) gekomen op een bedrijventerrein, ver buiten het centrum. Leuk concept hoor die WiBar, maar waarom op een bedrijventerrein waar 1. Volgens de Horecavisie geen horeca is toegestaan, 2. De bestemming van het pand helemaal geen horeca toestaat, 3. Er een discotheek in Leiden leeg staat en waarvan navraag leert dat ze de Wibar best graag hadden willen hebben, 4. We met de komst van De Nobel al een plek in het centrum hebben waar WiBar-activiteiten heel goed hadden kunnen plaatsvinden waar ook nog subsidiegeld naar toe gaat, 5. De binnenstad van Leiden willen laten bruisen maar de mensen naar een bedrijventerrein sturen om een bandje te gaan zien. Nee, ook hier had het college met de horecavisie in de hand gewoon nee kunnen zeggen. Ze kiest echter om te breken met beleid en haar eigen betrouwbaarheid op het spel te zetten. Zeggen dat iets op basis van de Hoogbouwvisie, de Parkeernormen, de Horecavisie en de Retailvisie, niet past, zit niet in de lijn van dit college. Het college lijkt alles dolletjes te vinden, zelfs als er gebroken moet worden met door de raad vastgesteld beleid. Dat levert gebroken beloftes op, zelfs zoveel dat wat mij betreft de betrouwbaarheid van dit college in het geding is. De gevolgen van het telkens breken met beleid zijn fnuikend, want met het constant breken “maken we samen de stad kapot".

Blogpost: Wat maakt een goede debater? | Leiden

GroenLinks GroenLinks Leiden 05-06-2019 00:00

Hoe zeker je ook bent dat jouw standpunt de juiste is, zonder een overtuigende boodschap ben je nergens. En hoe belangrijk de media hiervoor ook zijn geworden, debatteren blijft een van de belangrijkste vaardigheden binnen de politieke arena. Waar betogen de toon zetten, wordt het echte gevecht uitgevochten in het debat. En waar een betoog zo voorspelbaar wordt als je het zelf wilt maken, is een debat wispelturiger en moeilijker voor te bereiden. 

Omdat oefening de beste manier is om debatteren te leren, hebben we op woensdag 29 mei bij de Talentenpool gedebatteerd over een aantal stellingen. Voor sommigen vertrouwd, voor mij vooral erg nieuw. Daarom bleef mij bij de voorbereiding, bijeenkomst en na afloop steeds dezelfde vraag achtervolgen: wat maakt nou een goede debater?

Eerst komt de inhoud. Voor het maken van sterke argumenten is kennis over het onderwerp nodig, al is die niet helemaal objectief. Mark Rutte kon een paar weken geleden duidelijk laten zien dat hij boven de stof stond door zijn jarenlange ervaring, waardoor Thierry Baudet meteen als de leek van de twee werd neergezet. Toch was het niet alleen de daadwerkelijke kennis die daaraan bijdroeg. De uitstraling dat iemand verstand van zaken heeft kan een wereld van verschil maken.

Maar naast de feitelijke kennis is de vorm minstens net zo belangrijk. Het is meteen te merken wanneer iemand een standpunt moet verdedigen waar diegene niet volledig achterstaat. Bij de talentenpool kregen we stellingen toebedeeld, zonder dat we zelf konden kiezen of we voor of tegen waren. Zo kwam het dat sommigen als doorgewinterde GroenLinksers moesten verkondigen dat sociaal armoedebeleid onzin is, of het klimaatbeleid allemaal zo’n vaart niet hoeft te lopen. Het heeft in zo’n situatie wat meer moeite nodig, maar degenen die zich er het best in inleefden kwamen zonder twijfel het sterkst over. Of misschien konden ze eindelijk zeggen wat ze dachten, wie weet.

Ten slotte is het de stijl die het afmaakt. Kort, krachtig spreken en binnen de tijd blijven lijkt zo gemakkelijk, maar is al snel zo moeilijk. Het kwam nooit bijzonder sterk over als Buma na een minuut nog steeds gehaast stond te wauwelen op tv, terwijl hij eigenlijk maar 30 seconden had gekregen. Het debat is voor de bühne, wordt ook wel gezegd. En dan is het belangrijk dat iedereen zijn aandacht erbij houdt. Ook bij de talentenpool werd dit duidelijk samen met het feit dat, hoe jammer het soms ook is, oneliners scoren. We werden namelijk hard met de feiten geconfronteerd. “De linkse lobby heeft een Tesla-hobby”. Weten we dat ook weer!

Door: Niels Goedegebure  

Hoe burgers zich afkeren van Europa door rechts bezuinigingsbeleid | GroenLinks

GroenLinks GroenLinks Leiden 27-03-2018 00:00

Maandag debatteerden Tweede Kamerleden en Europarlementariërs gezamenlijk over de Staat van de Europese Unie. Eickhout wil van premier Mark Rutte weten waarom de Nederlandse regering dwarsligt bij voorstellen om te voorkomen dat Europese burgers bij een volgende crisis weer te rekening gepresenteerd krijgen. Dit is zijn analyse over de staat van de Europese Unie in Nederland.

Het is tien jaar geleden dat de financiële crisis in de Verenigde Staten begon. Na een periode van groei stortte de economie keihard in, met grote menselijke gevolgen. Werkloosheid, armoede, onzekerheid, politieke spanningen in Europa.

Inmiddels zien de economische groeicijfers er rooskleurig uit en trekt ook de werkgelegenheid aan. De economie krabbelt op na een lange periode van crisis. Toch zijn er kanttekeningen te plaatsen bij de groeicijfers.

Niet voor alle Europeanen

Ten eerste: het economisch herstel bereikt lang niet alle Europeanen.

De eurozone bereikte qua omvang van de economie in 2016 weer het niveau van voor de crisis. Maar kijken we naar armoedecijfers van Eurostat, dan zien we dat er in de eurozone 5,8 miljoen mensen meer die in armoede leven dan voor de crisis.

De werkgelegenheid stijgt, maar ook het aantal Europeanen dat tegen hun wil een tijdelijk contract of een nul-uren-contract heeft. Het percentage jongeren dat geen baan heeft en geen opleiding volgt, is hoger dan in 2008.

Buitengewoon beleid

Ten tweede: het herstel is in grote mate te danken aan een buitengewoon monetair beleid.

De rente staat op nul procent en de Europese Centrale Bank (ECB) heeft ongekende hoeveelheden obligaties opgekocht. De ECB moest handelen omdat de politiek het naliet of te traag was. Het is maar zeer de vraag of de ECB bij een volgende klap nog genoeg mogelijkheden heeft om de economie te stabiliseren.

Ten derde: De groeicijfers van nu zeggen weinig over het vermogen van de eurozone om een nieuwe crisis te voorkomen, of om een nieuwe schok te doorstaan zonder dezelfde sociale ellende die we in de eurocrisis hebben gezien in grote delen van de unie.

Momentum

Er is een momentum om het bouwwerk van de eurozone te versterken. Er ligt een routekaart van de Europese Commissie. De Franse president Emmanuel Macron wil de eurozone schokbestendig maken en optreden tegen sociale dumping. Het eerste hoofdstuk van het Duitse coalitieakkoord bevat een agenda voor een rechtvaardig Europa van gelijke kansen. Duitsland en Frankrijk hebben aangekondigd samen het voortouw te willen nemen.

In de Tweede Kamer en in het Nederlandse kabinet wordt er vaak argwanend gekeken naar deze ontwikkelingen. Het is Nederland goed recht om een eigen lijn te trekken, maar trekt Nederland niet aan de verkeerde kant? De regering wil door met de euro, maar staat op de rem bij vrijwel alle mogelijke voorstellen om de muntunie stabieler en socialer te maken.

Moet de ECB, waarop geen enkel parlement controle kan uitoefenen, dan straks opnieuw de kastanjes uit het vuur zal halen als een euroland in de problemen komt?

Is de eurozone in staat is om de klap op te vangen als de markten het vertrouwen verliezen in - pak hem beet - Italië? Is het verantwoord om alle discussies over een versterking van de eurozone te blokkeren?

Dr. No

Wopke Hoeksta, de Nederlandse minister van Financiën stuurde samen met een paar kleine noordelijke euro en niet-eurolanden een brief waaraan hij de bijnaam Dr. No heeft te danken.

In plaats van aan te haken bij nieuwe Duits-Franse initiatieven voor een stabielere en crisisbestendige eurozone, lijkt de strategie van Nederland om Duitsland op de lijn van oud-minister Schäuble te krijgen: grote spaaroverschotten, meer vrijhandel, meer interne markt en bovenal bezuinigen om het stabiliteitspact te respecteren.

Natuurwet

“Het eigen huis op orde” noemt de regering het. Maar het is precies dit beleid, dat de onzekerheid van Europanen heeft vergroot. Het is het beleid dat de politieke verhoudingen tussen noord en zuid op scherp heeft gezet.

Wat nog wel het meest aan stoort, is de manier waarop de premier dit beleid verkoopt alsof het een natuurwet is.

Het is een economisch beleid toegesneden op multinationals die nauwelijks belasting afdragen. Meer markt en snijden in de sociale zekerheid en de publieke sector. Het is dit rechtse recept dat als alternatiefloos wordt gepresenteerd, waardoor burgers zich afkeren van de EU.

Lage staatsschuld

In zijn speech in Berlijn beweerde de premier dat landen met een lage staatsschuld goed voorbereid zijn op de volgende crisis. Maar Spanje en Ierland hadden voor de crisis een staatsschuld van ver beneden de zestig procent van het BBP en moesten daarna toch bij het noodfonds aankloppen. Waarom ziet deze regering de staatsschuld als grote boeman? En is het een goed vooruitzicht als overheden opnieuw inspringen voor private schulden?

Gezonde langer termijn overheidsfinanciën zijn belangrijk, maar het was het de uit de klauwen gewassen financiële sector, de oververhitting van de huizenmarkt, een overschot aan krediet die onder andere Spanje en Ierland deden ontsporen.

Gereguleerde interne markt

Dan het andere stokpaardje van de regering: de interne markt. Die kan ons welvaart brengen, zeker. Maar alleen onder voorwaarde dat die goed gereguleerd is. Door alleen te concentreren op het wegnemen van barrières maken we dezelfde fout als in de jaren voorafgaand aan de crisis. Toen konden kredieten op steeds verder gedereguleerde markten ongeremd naar Zuid-Europa vloeien en financiële producten alsmaar complexer en gevaarlijker worden. Het liberaliseren van het dienstenverkeer heeft bovendien voor sociale spanningen gezorgd, onder andere in de transportsector.

Verdere verdieping van de interne markt kan alleen als dit leidt tot een verbetering van de sociale situatie. Niet voor niets stemde het Europees Parlement vorige week het controversiële voorstel voor de e-card voor diensten weg.

Belasting op techbedrijven

“Het huis op orde” betekent wat mij betreft dat de eurolanden garanderen dat gewone mensen nooit meer de prijs betalen voor onverantwoorde risico’s die in de financiële sector genomen worden.

“Het huis op orde” betekent wat mij betreft dat de EU-lidstaten eindelijk in staat worden gesteld om de grootste bedrijven fatsoenlijk belasting te laten betalen. Zorg dat de race naar de bodem bij vennootschapsbelasting gestaakt wordt. Dat er met een Europese grondslag niet langer met winsten geschoven kan worden.

Onder andere Frankrijk wil vaart maken met een Europese aanpak voor een belasting op de grote techbedrijven. Bij het debat over de Europese Raad bespeurde was er bij de minister-president weinig enthousiasme over de nieuwe voorstellen van de Europese Commissie. Ik zie het gevaar dat Apple, Facebook, Google nog jarenlang vrijwel geen belasting afdragen als we moeten wachten totdat er in G20 of OESO-verband overeenstemming.

Nog niet stormbestendig

De economische groeicijfers mogen ons geen zand in de ogen strooien. De eurozone is nog niet stormbestendig en presteert te mager op sociaal vlak. Tien jaar na de crisis is het hoog tijd om dat aan te pakken. Niet alleen met de zeven dwergen uit het noorden maar met al onze bondgenoten in Europa.

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.