Reactie op de raadsnota van 21 mei: Financieel verantwoorde en toekomstbestendige maatschappelijke voorzieningen voor Valkenburg aan de Geul: Voorzitter, we weten allemaal hoe moeilijk het is om de juiste besluiten te nemen in dit dossier. De toekomst van ons Polfermolencentrum gaat ons allemaal aan het hart. Ik wil hier de nuance in aanbrengen dat niet zozeer het gebouw als zodanig de besluiten bemoeilijken maar eerst en vooral de toekomst van de belangrijke maatschappelijke voorzieningen die in dit centrum worden aangeboden en gerealiseerd. Ons als raad gaat het daarbij vooral om die maatschappelijke voorzieningen waarvoor de lokale overheid voor aan de lat staat dan wel medeverantwoordelijkheid voor draagt. Wat dat betreft gaat het hierbij vooral over de faciliteiten in het kader van sport en bewegen, waar de markt om diverse redenen niet zelfstandig in kunnen voorzien. Dan heb ik het naar de mening van onze CDA-fractie over de sporthal-faciliteit, een zwemvoorziening, theaterfaciliteit en voor wat betreft Valkenburg-centrum een gemeenschapsvoorziening met diverse faciliteiten. Als je naar die maatschappelijke voorzieningen kijkt, is het voor de hand liggend om vast te stellen dat die faciliteiten in ons sport- en recreatiecentrum aanwezig zijn en dus gekoesterd moeten worden. Zo dacht onze fractie er in de jaren 2015 en 2016 ook over en hebben we ons hard gemaakt voor handhaving van de Polfermolen in volle omvang. Echter, het is steeds duidelijker geworden dat het financieel niet verantwoord is om zo’ n zware claim op de begroting te blijven leggen als nu het geval is. Daarom werd gezocht naar aanvullende commerciële voorzieningen die de gemeenschapsvoorzieningen mogelijk zouden kunnen blijven maken. We hebben ons als CDA-fractie de afgelopen jaren daartoe volop ingezet, maar moeten spijtig genoeg constateren dat hier geen passende oplossingen geboden worden. We vinden dat gemeenschapshuizen en verenigingen uiterst belangrijk zijn voor de lokale samenleving, ook dat ze in principe hun eigen boontjes moeten doppen, maar wel aanspraak moeten kunnen maken op facilitering en subsidie als dat voor de gemeenschap van belang is en elf standing niet te verwezenlijken blijkt. Dat is de reden dat we kritisch moeten gaan kijken welke voorzieningen met steun van de overheid in stand gehouden moeten of kunnen worden. Daarbij spreekt het vanzelf dat gekeken moet worden naar de omvang van deelname en behoefte. De hele raad is ervan overtuigd dat sporthalvoorzieningen onontbeerlijk zijn en door verenigingen zelfstandig niet in stand kunnen worden gehouden en daartoe tevens niet of nauwelijks alternatieven beschikbaar zijn. Met betrekking tot de andere voorzieningen, nu aangeboden in de Polfermolen, is dat niet zonder meer vanzelfsprekend. Allerlei verenigingen en inwoners kunnen op andere wijze en plekken gebruik maken van alternatieve voorzieningen als deze niet meer aangeboden zouden kunnen worden in de Polfermolen. Dat zal op grond van financiële draagkracht niet altijd zo maar kunnen. Daarom dient naar onze mening de gemeente zorg te dragen voor enige aanvulling in de vorm van facilitering en/of subsidie om alternatieven mogelijk te maken. Of dat ook het geval is voor zwemvoorzieningen, is nog steeds niet duidelijk. Reden waarom wij in coalitieverband nadrukkelijk de optie van continuering open willen houden. Daarbij willen we op dit vlak enerzijds deelname en behoefte duidelijker dan nu in beeld krijgen en anderzijds de financiële consequenties helder krijgen. Dat is de reden dat onze fractie evenals de meeste fracties in deze raad dit nader uitgezocht willen hebben en meegenomen willen zien worden in de komende gesprekken met marktpartijen in het traject van aanbestedingen om in december de juiste besluiten te kunnen nemen. Daarnaast willen we dan ook weten waar en hoe de verenigingen en groeperingen, die bij een gedeeltelijke afbouw van de Polfermolen voorzieningen kwijt raken, onderdak elders kunnen vinden. Tevens wat daarvan de financiële consequenties zijn en op welke manier de gemeente hen daarbij kunnen ondersteunen en faciliteren. De gesprekken daartoe zijn al in volle gang. Daarom is het te vroeg om conclusies te trekken zoals dat in de voorliggende raadsnota gebeurt. De coalitiepartijen willen komen tot zo zorgvuldig en verantwoord mogelijke oplossingen. Om die reden wil de coalitie het voorliggende voorstel amenderen (link naar amendement). Ook op enkele kleine andere onderdelen willen wij wijzigingen voorstellen. Wij zullen daartoe dan ook een voorstel daartoe indienen. Tenslotte, wil ik namens de CDA-fractie duidelijk aangeven dat uitsluitend sprekend vanuit ons hart wij aan de maatschappelijk voorzieningen in de Polfermolen niet zouden willen tornen. Echter voorzitter, het verstand zegt dat de claim op de toekomstige meerjarenbegrotingen onverantwoord is en wordt. Vanuit ons CDA-basisprincipe van rentmeesterschap en zorg voor komende generaties zullen we niet alleen ons hart maar vooral ook ons verstand moeten laten spreken. En dat leidt tot de conclusie dat een structurele jaarlijkse uitgave van 1,8 miljoen voor deze voorzieningen naar de toekomst gezien onverantwoord is. Het belang van goede lokale voorzieningen voor maatschappelijke functies is echter zo groot dat we gezamenlijk -college, raad en belanghebbende verenigingen en groeperingen- moeten komen tot optimaal benutten van passende alternatieve mogelijkheden waar dit straks in de nieuwe opzet van de Polfermolen niet meer reëel is en op locaties wel verantwoord gerealiseerd kan worden. Tot zover in eerste termijn. UITGEBREIDER LEZEN OF TERUGLUISTEREN OVER HET POLFERMOLENDOSSIER, DE RAADSNOTA EN HET DOOR DE COALITIEPARTNERS INGEDIENDE AMENDEMENT, KIJK DAN OP DE WEBSITE VAN DE GEMEENTE VALKENBURG AAN DE GEUL: https://ris2.ibabs.eu/Agenda/Details/Valkenburg/14975129-75e8-4022-97db-6055c614829c