Poliflw

Maandag 27 juli - GOES - Veel mensen vinden van wel! Met enige regelmaat doe ik op mijn oude racefiets (1984) een rondje Veerse Meer. En dan is het maar net in welk jaargetij en hoe het weer is om te constateren of er sprake is van een vol Veerse Meer. In mijn beleving is het vaak stil en soms gezellig druk en een enkele keer druk. Dat betreft dan de situatie op het water; maar hoe is de situatie aan de oevers? Welnu; naar mijn beleving niet veel anders. Er zijn stille verlaten stukken oevers met mooie natuur- en landbouwgebieden. Echter bijvoorbeeld aan de Veerse Dam kan het goed druk zijn, met name in de bouwvak vakanties liggen er binnenvaartschepen en wordt er veel gesurft en andere vormen van watersport beoefend. Ook bij de Zandkreek kan het in de zomer soms druk zijn met volle sluisdoorvaarten, waardoor de verkeerslussen hun waarde aantonen. Dus wat is vol? Het is maar net waarmee je vergelijkt en welk gevoel je erbij hebt. Recreatie Wolphaartsdijk is de toeristische “hotspot” van onze gemeente. Daar is de laatste decennia het e.e.a. gebeurd op het gebied van recreatie. Denk aan de jachthaven, de Piet, de Schelphoek, de Campings waaronder nu één met mooie plaatsen voor Campers, de nieuwe Veerstijger en de ontwikkeling van het park de “Veerse Kreek”. Toch kan er nog een tandje bij, met het plan “Opwaardering Recreatiezone Wolphaartsdijk”. Dit alles draagt bij aan de kwaliteitsverbetering voor zuidoostelijk gebied aan het Veerse Meer. Dit is goed voor de toeristen in Wolphaartsdijk en niet in de laatste plaats voor de ondernemers, die daardoor in het dorp hun bestaan houden. Dus goed voor de leefbaarheid van het dorp en zijn inwoners. Zijn nieuwe ontwikkelingen bij voorbaat uitgesloten? Het CDA vindt van niet. Wel moeten ze iets toevoegen aan de bestaande zaken en moeten ze passen in Wolphaartsdijk. Kwalitatieve verbeteringen moeten altijd met een positieve insteek worden benaderd. Dit geldt zowel voor de initiatieven van bewoners, maar zeker ook van ondernemers. De plannen van de Zuidschor en de Zuidvlietpolder kunnen daar zeker aan bijdragen. Samen met de gemeentelijke plannen wordt Wolphaartsdijk mooier en aantrekkelijker. Ook als de grote plannen van Middelburg en de kleinere plannen van Veere en Noord-Beveland doorgaan moet er ruimte zijn voor het opwaarderen van onze Goese recreatiezone in Wolphaartsdijk, waarvoor natuurlijk voldoende draagvlak moet zijn. Daar staat of valt immers ieder initiatief mee! Gebiedsvisie Veerse Meer De oude visie van 2004 volstaat niet voor de ontwikkelingen tussen 2020 en 2030. In aansluiting op de Zeeuwse Kustvisie wordt er gewerkt aan de Gebiedsvisie Veerse Meer. De groei van de recreatie aan de Zeeuwse kust wordt beperkt, waardoor er meer landinwaarts wordt gekeken naar mogelijkheden voor de recreatie in onze provincie. De Gebiedsvisie Veerse Meer wordt met alle betrokken stakeholders ontwikkeld en gaat een leidraad vormen voor de ontwikkelingen in en rondom het Veerse Meer. Evenwicht tussen Natuur, Cultuur, Wonen, Ondernemen en Landbouw is hierbij van het grootste belang. Kleinschalige lokale ontwikkelingen hebben de voorkeur en de grens voor grootschalige projecten is bereikt. Bij het doorgaan van alle (grote) plannen rondom het Veerse Meer is de verkeersdoorstroming van het grootste belang. Iedere gemeente zal dan ook zoveel mogelijk zijn eigen verantwoording moeten nemen, om niet alleen de lusten maar ook de (verkeers) lasten te dragen. Het CDA wil hiermee verder en is gefocust op de meerwaarde die initiatieven rondom het Veerse Meer opleveren voor Goes/Wolphaartsdijk en het Veerse Meer in zijn geheel, zodat we het kind niet met het badwater weggooien. Het CDA wil hiermee verder en is gefocust op de meerwaarde die initiatieven rondom het Veerse Meer opleveren voor Goes/Wolphaartsdijk en het Veerse Meer in zijn geheel, zodat we het kind niet met het badwater weggooien. Izaäk Melse CDA fractielid

In het politiek forum van 2 juli jl. werd de gemeenteraad via een informatieve sessie op de hoogte gebracht van een collegebesluit het Tuunterveld aan te wijzen als voorkeurslocatie voor een nieuw bedrijventerrein. Tijdens een latere sessie lieten betrokkenen blijken grote vraagtekens te hebben bij de procedure en het besluit. Daarom is de CDA fractie met de buurt gaan praten. Naar aanleiding hiervan besloot de CDA fractie het college schriftelijke vragen te stellen. Deze zijn vandaag ingediend. Zoals we hebben kunnen lezen is de inzagetermijn opgeschort voor de voorkeurslocatie Tuunterveld als toekomstig bedrijventerrein. De hele procedure rond de aanwijzing van het Tuunterveld tot voorkeurslocatie levert bij het CDA de volgende vragen op: Heeft het college overwogen om de huidige structuurvisie (2010-2020) te updaten alvorens over te gaan tot een locatiekeuze voor toekomstige bedrijventerreinen? De locatiekeuze voor nieuwe bedrijventerreinen is bepalend voor hoe Winterswijk er in de toekomst uitziet en hoe bezoekers Winterswijk binnenkomen. Is het college het met het CDA eens dat dit een bredere afweging wenselijk maakt dan alleen ten aanzien van bedrijventerreinen? Op dit moment wordt ook gewerkt aan de visie voor het Misterweggebied. Tussen deze visie en de visie op de bedrijventerreinen lijkt een nauwe samenhang. Waarom worden beide visies niet op elkaar afgestemd? Met de keuze voor Tuunterveld wordt Winterswijk aan alle zijden ingeklemd door bedrijventerrein. Hoe verhoudt zich dit tot de toeristische en recreatieve potenties van Winterswijk? Kan het CDA de enquête die is gehouden onder de ondernemers ontvangen? In hoeverre is de leegstand op de bestaande bedrijventerreinen en de mogelijkheden van revitalisering van de bestaande bedrijventerreinen meegenomen? Hoe denkt het college een adequate ontsluiting van Tuunterveld te realiseren? Zijn de aanliggende N-wegen berekend op de afwikkeling van de extra verkeersbewegingen of dienen hier aanpassingen plaats te vinden? Op welke wijze is bij de afweging rekening gehouden met de belangen van aangrenzende woonwijken? Klimaat en biodiversiteit zijn belangrijke speerpunten in het coalitieakkoord. Waarom spelen deze beide onderwerpen zo’n beperkte rol in de afweging van de locaties? Hoe kan het dat de mogelijkheid voor het plaatsen van windmolens pluspunten oplevert terwijl er een moratorium is op windmolens? Vindt het college een windmolen van circa 200 meter hoog in de nabijheid van de bebouwde kom een optie? Kan het college aangeven hoe invulling is gegeven aan de betrokkenenparagraaf? Waarom is de OWIN niet betrokken bij het opstellen van de visie? Er blijken fouten te zitten in het rapport die niet gecorrigeerd zijn voor het ter inzage is gelegd. Het onderwerp werd op het allerlaatste moment toch nog voor de zomer in een politiek forum behandeld. Hierdoor komt het op ons over als een overhaast proces met een onvoldragen rapport. Wat is de reden voor deze gang van zaken? Hoe kijkt het college terug op het proces? Hoe ziet het proces van het vaststellen van de bedrijventerreinen visie er nu verder uit? Hoe wordt invulling gegeven aan de betrokkenparagraaf?

Het college van Burgemeester en Wethouders heeft de fracties uit de gemeenteraad van Sittard-Geleenopgeroepen om eventuele standpunten en of suggesties ten aanzien van de ter inzagelegging Provinciaal Inpassingsplan (PIP) VDL/Omgevingsvergunningvoor 24 juli kenbaar te maken. De CDA-fractie is blij met de geboekte voortgang in dit project, zodat ingespeeld kan worden in de toekomstige uitbreidingsbehoefte en het veiligstellen van de werkgelegenheid. Op basis van de ter inzage gelegde documenten (www.gebiedsontwikkelingvdlnedcar.nl) en de informatieavond van 16 juliheeft raadslid Marcel Mastenbroek namens de fractie de volgende aandachtspunten aan het college meegegeven om in te brengen bij de provincie dan wel binnen het college te bespreken: De inwoners van Holtum hebben de laatste jaren veel bedrijvigheid in de directe omgeving verwelkomd. Dit gaat soms met geluidsoverlast van de bedrijvigheid of extra auto- en vrachtverkeerbewegingen. Ook de A2 en (de toekomstige uitbreiding van) VDL spelen hierbij een rol. Hierdoor staat het leefklimaat nu en in de toekomst daar onder druk. Bespraken wij vorige maand de komst van de driewindmolens, vandaag staat de toekomstige uitbreiding van VDL centraal. Hoewel de geluidsoverlast volgens de provinciemedewerker binnen de (hogere waarde) geluidsnormen valt, baart ons dit wel zorgen. Vooral de huidige en zeker de toekomstige geluidsbelasting aan de gevels van de woningen aan onder andere de Gouverneur Ruijs de Beerenbrocklaan. De toename van (sluip)verkeer heeft wel degelijk effect op de omliggende infrastructuur, vooral op de aansluitingen van VDL Nedcar op de lokale en provinciale wegen. Hierbij dient ook rekening gehouden te worden met de samenloop van de verschillende geluidsbronnen. De vraag is wat hier nu al aan gedaan kan worden. Wij denken onder andere aan geluidreducerende wegdekverharding. Ook andere leefbaarheidsmaatregelen zijn denkbaar. Hoe kijkt het college aan tegen deze geluidsproblematiek en kan dit ingebracht worden in de te nemen maatregelen als gevolg van de gebiedsuitbreiding VDL? Wij hebben tijdens de informatieavond gehoord dat er een leefbaarheidsfonds komt voor Holtum (€ 300.000). Nu komt er ook een leefbaarheidsfonds voor Holtum voor het plaatsen van de windmolens. De CDA-fractie vraagt nu om één integraal leefbaarheidsplan voor Holtum. Kan dit ingebracht worden of bespreekbaar gemaakt worden door het koppelen van de twee projecten? Waarom zijn er geen Europese subsidies aangevraagd voor dit project; vooral leefbaarheid, natuurcompensatie, werkgelegenheid en burgerparticipatie zijn toch zaken die hoog scoren? Tijdens de informatieavond werd door de provincie aangegeven dat hier nog niet aan gedacht is. Wordt het niet tijd dat Sittard-Geleen een eigen subsidiespecialist aanstelt? Deze verdient zich onzes inziens dubbel en dwars terug. De bedrijfsgebouwen die tegen het natuurgebied Kasteel Wolfrath liggen zouden wat betreft de CDA-fractie nog meer kleuraccenten moeten krijgen, zodat het gebouw nog meer ingepast wordt in de omgeving. Kan de provincie van VDL eisen dat het gebouw zo wordt ontworpen dat er in de toekomst zonnepanelen op het dak geplaatst kunnen worden? Het wordt steeds duidelijker dat we moeten gaan nadenken over een circulaire inrichting van gebouwen. Denk na hoe de materialen in gebouwen (zoals tussenwanden of vloerbedekking) bijdragen aan flexibiliteit, verlenging van de gebruiksduur of mogelijkheden voor hergebruik. Investeer in de doorontwikkeling van demontabel bouwen om hergebruik op termijn te vergroten. Maarook flexibilisering is mogelijk, zowel in het gebouw als de bestemming. Dit stedelijk gebied en zeker aan de A2 nabij Born/Holtum wordt momenteel volgebouwd met grote blokkendozen, die wellicht op termijn leeg komen te staan dan wel een andere bestemming krijgen. Kan dit worden meegenomen in de omgevingsvergunningen en wordt het niet tijd om hier (duurzaamheids)beleid voor te maken?

Op 5 juni heeft Marcel Mastenbroek namens de CDA-fractie vragen gesteld over de consequenties van het stopzetten van het project Zuidelijke Aansluiting. Het college heeft deze vragen inmiddels beantwoord. Op de vraag van Mastenbroek wat het afblazen van de Zuidelijke Spooraansluiting voor de bewoners van het Mauritspark en de leefbaarheid van het gebied betekent, heeft het college geantwoord dat er geen inhoudelijke en financiële relatie bestaat tussen het al dan niet doorgaan van de aansluiting en de mogelijkheden die het college aan de woningeigenaren in het Mauritspark biedt. De woningeigenaren kunnen hun woning nog aan de gemeente te koop aanbieden. Het college stelt bovendien dat de bereikbaarheid van Chemelot en de veiligheid op en om het terrein na het onderhavig besluit gelijk blijft. Op de vraag hoe het college aankijkt tegen het elektrificeren vanhet goederenspoor tussen het rangeerstation en het Chemelot-complex heeft het college geantwoord dat de aansluiting op het doorgaande spoor, ter hoogte van het ziekenhuis, op dit moment niet geëlektrificeerd is. Chemelot, eigenaar van deze 'stamlijn', onderkent echter de wenselijkheid van elektrificatie en bekijkt de mogelijkheden hiertoe.

De door Marcel Mastenbroek namens het CDA en de Stadspartij ingediende motie om meer financiële middelen van het Rijk te krijgenis door alle raadsfracties gesteund en is derhalve unaniem aangenomen. Zoals iedereen weet staat de gemeente Sittard-Geleen financieel onder druk. De laatste jaren heeft de gemeente gigantisch moeten bezuinigen om de meerkosten van vooral het sociale domein te kunnen opvangen. Zoals ook de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) op 2 juli aan de Tweede Kamercommissie uitgereikte position paper schrijft:“De financiële positie van gemeenten is zeer zorgelijk en wordt onhoudbaar”. Als het aan het Rijk ligt wordt de financiële druk alleen maar groter bij een groot aantal gemeenten. De verdeelsleutel van de rijksmiddelen via het gemeentefonds wordt gewijzigd en zoals het er nu uitziet krijgt de gemeente een kleine miljoen minder. Daarnaast wordt de totale pot met rijksmiddelen vooralsnog niet verhoogd om de kosten uit het sociale domein te kunnen opvangen. Alle raadsfracties roepen het college op om de lobby samen met de andere gemeenten, VNG en het netwerk van de veertig grote gemeenten met kracht voort te zetten om het Rijk te overtuigen dat het zo niet meer kan en dat de pot met middelen nu echt verhoogd moet worden. Alle fracties worden ook opgeroepen om dit geluid via de eigen partijlijn in Den Haag ook kenbaar te maken. Het CDA heeft woensdagvond tijdens de ledenvergadering de staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat Mona Keijzer, tevens kandidaat lijsttrekker voor het CDA, ook hiertoe opgeroepen. Tevens is middels het aannemen van deze motie besloten om een raadsbrief te schrijven aan de minister om het rijksbudget aan de gemeente te verhogen, mede gelet op de specifieke situatie van Sittard-Geleen.

In de raadscommissie (ronde) van vanavond heeft Marcel Mastenbroek zich namens het CDAsterk gemaakt voor compenserende leefbaarheidsvoorzieningen ter compensatie van de unilocatie School- en Sportvoorziening Grevenbicht-Obbicht. In 2017 heeft het CDA ingestemd met het beschikbaar stellen van een voorbereidingskrediet voor verdere planvorming ter voorbereiding van een centrale onderwijs- en sportvoorziening. Voor- en tegenstanders zijn nu, na zevenjaar, allemaal gebaat bij duidelijkheid. Onduidelijkheid leidt in ieder geval tot verdeeldheid. Verdeeldheid doet per definitie inbreuk op de leefbaarheid. Het CDA heeft vanaf het begin van het traject juist aangegeven dat de leefbaarheid van de dorpen Obbicht en Grevenbicht niet door de verdeeldheid onder druk mag komen te staan. Integendeel! De vorige coalitie, dus de meerderheid van de raad, heeft zich in het coalitieakkoord uitgesproken voor het middengebied. Onderzoeken wijzen, ook na actualisatie, uit dat het middengebied de voorkeur geniet. Reden voor het CDA om de leefbaarheid te verankeren in het addendum van het coalitieakkoord. Kort en goed: het voorzieningenniveau in Grevenbicht dient behouden te blijven en Obbicht dient hoognodig een ontmoetingsplek te krijgen, zodat beide dorpen hun eigen karakter, verenigingsactiviteiten en daarmee tradities blijven behouden. Deze maatregelen moeten volgens de CDA-fractie gelijktijdig opgepakt en uitgevoerd worden. Deleefbaarheidsaspecten waren een belangrijk bespreekpunt bij de coalitieonderhandelingen. Er komt alleen een unilocatie wanneer het volgende gerealiseerd wordt: Een nieuwe ontmoetingsplek met wijksteunpunt in het voormalige bankgebouw van Obbicht wordt gerealiseerd. Op de vrijkomende schoollocaties in Obbicht en Grevenbicht op de vraag van de lokale bevolking afgestemde woningbouw wordt gerealiseerd.Het CDA is, zoals al diverse malen eerder te kennen gegeven, voorstander van het bouwen van levensbestendigewoningenop de vrijkomende schoollocaties en tiny houses, die ook voor starters zeer interessant zijn, op de huidige sportaccommodatie in Grevenbicht. De sportvelden in Obbicht ingezet wordt voor natuurcompensatie. Devoetbalkantine in Obbicht omgebouwd wordt tot ontmoetingsplek. Hierbij kan gedacht worden aan een voorziening voor wandelaars of fietsers langs de grensmaas of huisvesting van IVN naast een prachtig bos naast het kasteel. De parkeerplaats bij het sportpark in Grevenbicht beschikbaar blijft voor het houden van een tentfeest. De tegenstanders van de unilocatie hebben te kennen gegeven tot de hoogste instantie te zullen procederen. Ook de provinciale toets in het kader van de zogenaamde ‘Ladder voor duurzame verstedelijking’ moet nog plaatsvinden. Of de unilocatie er komt en zo ja, hoe lang het gaat duren, staat in de sterren geschreven. De leefbaarheidscompensatie, waar het CDA zich zo sterk voor heeft gemaakt, is daarentegen wél een zekerheid. Volgende week vindt de tweede termijn van de raadscommissie plaats. De definitieve besluitvorming van de gemeenteraad staat gepland op 8 juli.

Raadslid Marcel Mastenbroek heeft afgelopen vrijdag namens het CDA vragen over de consequenties van het niet doorgaan van de Zuidelijke Spooraansluiting Chemelot aan het college gesteld. Mastenbroek vraagt het college onder andere naar de afwegingen die gemaakt zijn om het project te beëindigen en welke alternatieven er zijn.Bovendien vraagt hij wat het afblazen van het project betekent voor de bewoners van het Mauritspark, en de veiligheid enleefbaarheid van het gebied, en of de wijkplatforms Krawinkel en Sittard-Centrum, alsmede eventuele bewonersinitiatieven, actief zijn geïnformeerd. Ook vraagt hij het college naar de gemaakte (gemeentelijke)kosten en de subsidiegelden. Als laatste vraagt hij hoe het college aankijkt tegen het elektrificeren van het goederenspoor tussen het rangeerstation en Chemelot, om zo de geluids- en stankoverlast van de diesellocs in Sittard terug te dringen. In 2011 heeft de gemeenteraad van Sittard-Geleen ingestemd met het projectplan en de aanpak RAIL-terminal Zuidelijke Aansluiting Chemelot.Door de nieuwe ontsluiting zou op tal van fronten een belangrijke verbetering worden gerealiseerd, te weten: bereikbaarheid, flexibiliteit, veiligheid, milieu, logistiek en leefbaarheid voor zowel Chemelot, Geleen (Krawinkel/Mauritspark) als Sittard-spoor nabij het station. De zuidelijke aansluiting zou op het terrein van Chemelot komen. De kosten werden geraamd op ruim 25 miljoen euro Het college heeft de raad op 20 mei medegedeeld dat het project,als gevolg van het niet opwegen van de baten tegen de kosten en voortschrijdend inzicht met betrekking tot alternatieve transportmodaliteiten,beëindigd is.De gemeenteraad heeft op 27 september 2018 de bijdragevan 6,5 miljoen euroaan dit project teruggebracht naar 1,5 miljoen euro. De CDA-fractie heeft het collegebij diebesluitvorminggewezen op de mogelijkheid dat hierdoor ook andere investeerders zouden kunnen afhaken, hetgeen nu helaas ook het geval is.

Raadslid Marcel Mastenbroek heeft afgelopen vrijdag namens het CDA vragen over de consequenties van het niet doorgaan van de Zuidelijke Spooraansluiting Chemelot aan het college gesteld. Mastenbroek vraagt het college onder andere naar de afwegingen die gemaakt zijn om het project te beëindigen en welke alternatieven er zijn.Bovendien vraagt hij wat het afblazen van het project betekent voor de bewoners van het Mauritspark, en de veiligheid enleefbaarheid van het gebied, en of de wijkplatforms Krawinkel en Sittard-Centrum, alsmede eventuele bewonersinitiatieven, actief zijn geïnformeerd. Ook vraagt hij het college naar de gemaakte (gemeentelijke)kosten en de subsidiegelden. Als laatste vraagt hij hoe het college aankijkt tegen het elektrificeren van het goederenspoor tussen het rangeerstation en Chemelot, om zo de geluids- en stankoverlast van de diesellocs in Sittard terug te dringen. In 2011 heeft de gemeenteraad van Sittard-Geleen ingestemd met het projectplan en de aanpak RAIL-terminal Zuidelijke Aansluiting Chemelot.Door de nieuwe ontsluiting zou op tal van fronten een belangrijke verbetering worden gerealiseerd, te weten: bereikbaarheid, flexibiliteit, veiligheid, milieu, logistiek en leefbaarheid voor zowel Chemelot, Geleen (Krawinkel/Mauritspark) als Sittard-spoor nabij het station. De zuidelijke aansluiting zou op het terrein van Chemelot komen. De kosten werden geraamd op ruim 25 miljoen euro Het college heeft de raad op 20 mei medegedeeld dat het project,als gevolg van het niet opwegen van de baten tegen de kosten en voortschrijdend inzicht met betrekking tot alternatieve transportmodaliteiten,beëindigd is.De gemeenteraad heeft op 27 september 2018 de bijdragevan 6,5 miljoen euroaan dit project teruggebracht naar 1,5 miljoen euro. De CDA-fractie heeft het collegebij diebesluitvorminggewezen op de mogelijkheid dat hierdoor ook andere investeerders zouden kunnen afhaken, hetgeen nu helaas ook het geval is.

Sittard-Geleen, 31 maart 2020 Onderwerp: Ter inzagelegging voorontwerp bestemmingsplan - Unilocatie Grevenbicht/Obbicht in relatie tot de coronacrisis Geacht college, De gemeente Sittard-Geleen roept haar burgers in lijn met het kabinetsbeleid op om uitsluitend voor dringende zaken naar de Stadswinkel in Geleen te gaan. Immers niet iedere burger is digitaal ontsloten. Bovendien wordt opgeroepen om zeer terughoudend te zijn met het gebruik van het Openbaar Vervoer. Dit betekent dat het praktisch niet mogelijk is voor burgers om een papieren versie van het ontwerpbesluit met bijbehorende stukken in te zien. En dat kan problemen opleveren in die gevallen waarin de ter inzagelegging van papieren versie wel verplicht is, zoals bij een bestemmingsplan. Het CDA heeft geconstateerd dat er nu een dergelijke ter inzagelegging plaatsvindt met betrekking tot een maatschappelijk beladen dossier, te weten de Unilocatie Grevenbicht-Obbicht. Los daarvan zijn burgers in deze tijd van de coronacrisis met andere zaken bezig en hebben minder oog en oor voor ter inzage liggingen. De overheid moet hier terdege rekening mee houden. Dit vanwege de voorbeeldfunctie. Het CDA is de mening toegedaan dat de gebruikelijke termijn van ter inzagelegging eerst zou moeten aanvangen nadat het maatschappelijk leven rondom het coronavirus weer normale vormen aanneemt. Het kabinetsbeleid is hierbij bepalend. In het verlengde van het bovenstaande doet het CDA dan ook een oproep aan het college om de ter inzagelegging in onderhavige casus en soortgelijke dossiers voorlopig op te schorten. Zorgvuldigheid en rechtsgelijkheid gaan immers voor snelheid. Gezien het spoedeisend karakter heeft het CDA gekozen voor een oproep in de vorm van een ‘open brief’ in plaats van het stellen van schriftelijke vragen ex artikel 43 RvO. Gezien het spoedeisend karakter ziet het CDA de reactie van het College van Burgemeester en Wethouders binnen twee werkdagen tegemoet. Namens de CDA-Fractie, Raadsleden Marcel Mastenbroek en Noël Lebens

Marcel Mastenbroek heeft gisteren tijdens de commissievergadering namens het CDA gepleit voor het opnieuw invoeren van het "twee uur gratis parkeren" in de parkeergarage van Geleen. Het CDA is het met de ondernemers en het Centrummanagement eens dat het invoeren van een gereduceerd parkeertarief gekoppeld aan het koopgedrag moeilijk uitvoerbaar is. Bij zo’n regeling moeten eerst bezoekers naar het centrum komen. En daar ontbreekt het nu juist aan. Geleen is een service-en dienstencentrum en daar hoort een ander ‘parkeerregiem’ bij. De kosten van het invoeren van het gratis parkeren kunnen gedekt worden uit de beschikbare middelen voor het centrum van Geleen. Het CDA zalwoensdagtijdens de raadsvergadering een amendement indienen om het ‘gratis’ parkeren mogelijk te maken. De overige oppositiepartijen hebben al aangegeven het amendement te steunen. Het CDA roept ook de coalitie op om het plan te steunen, aangezien alle partijen de noodzaak onderschrijven om NU maatregelen te nemen om de neerwaartse spiraal een halt toe te roepen. Een passend parkeerbeleid was, is en blijft een van de speerpunten van het CDA. Overigens zal het CDA de wethouders aan hun toezegging houden om nog voor het einde van dit jaar ook met maatregelen te komen voor het centrum van Sittard.