Poliflw

Zoals verwacht, werd in grote meerderheid het subsidieverzoek van €30.000 voor het HUP voetbalmuseum aangenomen. Graag nomineren wij dit besluit voor meest naïeve besluit van 2018. Maar waarom? Voetbal is toch prachtig? Graag leggen we uit waarom wij het onverstandig vinden om dit verzoek toe te kennen.

Laten we even voorop stellen dat wij, zoals in de commissie vergadering als in de raadsvergadering duidelijk aangegeven, geen problemen hebben met een voetbalmuseum. Wij vinden het mooi dat HUP en Jos Lenssen elkaar hierin gevonden hebben en juichen dit initiatief toe. Een win-win situatie. Jos kan zijn uitgebreide verzameling delen met geïnteresseerden en HUP heeft hiermee een mooie aankleding van haar sporthotel.

Tot zover ons enthousiasme. 

Maar waarom wordt er aan ons gevraagd om geld van de burger te investeren in een Rolls Royce uitstraling terwijl met gesloten portemonnee er een prima museum neergezet kan worden? Kennelijk vindt HUP dit niet passend bij haar hotel. Dit is dus een commerciële keuze waar de burger niet voor hoeft op te draaien. En HUP geeft hiermee het signaal af dat ze met hun eigen €30.000 liever iets anders willen doen dan in het voetbalmuseum investeren. Het feit dat het museum gevestigd wordt op de 1ste verdieping versterkt dit signaal.

Het argument van wethouder Jeucken dat de gemeente wel eens iets terug mag geven aan HUP, aangezien zij jaarlijks € 80.000,- binnen halen aan toeristenbelasting is ook een verkeerd signaal. Wij zijn erg benieuwd naar de initiatieven van NH, Peijnenburg, Wolfsven etc. Tenslotte hebben zij nu ook recht op een museum oid. Daarnaast dankt HUP haar bezoekers voor een groot deel aan de gebruikers van de velden van Mifano.  Velden die daar liggen met subsidie van de gemeente. Tot slot van rekening: HUP betaalt geen cent toeristenbelasting, dat doen alle bezoekers van hun hotel. 

Graag hadden we gezien dat dit museum op dezelfde wijze behandeld werd als alle andere musea en culturele instellingen in onze gemeente. Een subsidie in de vorm van promotie bijvoorbeeld. Nu lijkt het een commerciële steun, welke gebaseerd is op de juiste politieke connecties van de heer Lenssen, en niet op het culturele belang.

Dit wordt subtiel weggepoetst door Jeucken door ons te framen als zure tegenstanders van het museum. Toch jammer dat er door deze goede man niet geluisterd wordt naar steekhoudende argumenten. Wij betreuren deze procesgang ten zeerste.

Tot slot willen we GroenLinks complimenteren met hun moedige steun tegen dit voorstel. Wij hopen dat er meer van dit soort samenwerking mogen ontstaan.