Nieuws van Unknown in Nederland inzichtelijk

43 documenten

Dieren komen er bekaaid vanaf bij Carola Schouten

Partij voor de Dieren Partij voor de Dieren Nederland 18-06-2020 00:00

Dieren in de veehouderij komen er bekaaid vanaf met dit kabinet, concludeert de Partij voor de Dieren aan de hand van de jaarstukken 2019 van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV). Minister Carola Schouten deed toezeggingen met maatregelen te komen om onder meer stalbranden, sterfte onder jonge dieren en diertransporten aan te pakken, maar ze kwam geen enkele van haar beloften na. “Net als haar voorgangers verandert ook deze minister niks voor de dieren in de veehouderij,” zegt fractievoorzitter Esther Ouwehand. “In 2019 werd Nederland keer op keer opgeschrikt door misstanden in slachterijen en stallen. De minister greep niet in, maar vroeg de sector om zelf met verbeteringen te komen. Als die uitbleven kreeg de sector extra tijd, extra geld, extra onderzoek, of wordt het probleem genegeerd in de hoop dat de aandacht overwaait.” Vorig jaar kwamen 175.000 dieren om bij stalbranden. Brandwerende of brandvertragende maatregelen die veel levens zouden kunnen redden, noemde de minister begin 2019 ‘niet proportioneel’, want: te duur. Ze beloofde te onderzoeken welke maatregelen wel mogelijk zijn en hierover in het najaar van 2019 een brief te sturen. Tot op heden heeft de Kamer nog niets ontvangen. Ouwehand noemt dit onacceptabel. “Ook de toegezegde evaluatie van de hitteperiode in 2019, waarbij tienduizenden dieren omkwamen is nog altijd niet naar de Kamer gestuurd. De zomer staat al weer voor de deur. De kans om in 2020 het aantal slachtoffers als gevolg van stalbranden en hittestress terug te dringen lijkt alweer gemist.” In 2019 zijn wederom miljoenen dieren vroegtijdig omgekomen in stallen: zo’n 4,5 miljoen biggetjes, 45.000 geitenlammetjes, 130.000 kalfjes, plus vele miljoenen konijnen, leghennen, vleeskippen, eenden en nertsen waarvan de cijfers niet worden bijgehouden. De minister zou in 2019 een ‘streefcijfer’ formuleren voor het terugdringen van sterfte, maar heeft de Tweede Kamer daar nog niet over geïnformeerd. Ook de belofte zich in te zetten om het aantal diertransporten te beperken heeft nog niet tot een concrete actie geleid. “Wat heeft de minister eigenlijk al die maanden ondernomen op deze dossiers?”, vraagt de PvdD in het (schriftelijke) verantwoordingsdebat . Wegkijken en vooruitschuiven “2019 was een teleurstellend jaar voor de dieren in de veehouderij. Steeds verder weggestopt in alsmaar groter wordende, door de overheid gesubsidieerde, brandgevaarlijke, potdichte stallen is er niemand die naar ze omkijkt”, concludeert Ouwehand. Dit terwijl de crisis van de veehouderij in één klap meer dan ooit urgentie kreeg met de stikstofuitspraak van de Raad van State. Naast de problemen op het gebied van dierenwelzijn en klimaat zijn nu ook de desastreuze effecten van de veehouderij op de natuur niet langer te ontkennen. “Toch weigert de minister de kern van het probleem te benoemen: het grote aantal dieren dat in Nederland wordt gefokt, gebruikt en gedood. Schouten kijkt weg en schuift vooruit, waardoor de problemen niet zijn aangepakt maar juist zijn vergroot.”

Bestuur draagt Esther Ouwehand voor als lijst­trekker

Partij voor de Dieren Partij voor de Dieren Nederland 18-06-2020 00:00

Esther Ouwehand is door het partijbestuur van de Partij voor de Dieren voorgedragen als lijsttrekker voor de komende Tweede Kamerverkiezingen. Ruud van der Velden, interim-voorzitter van de Partij voor de Dieren: “Wij zijn heel blij dat we met deze sterke lijsttrekker de verkiezingen in kunnen. Esther Ouwehand heeft bewezen de Partij voor de Dieren uitstekend te vertegenwoordigen in de Tweede Kamer. Na het vertrek van Marianne Thieme uit de Tweede Kamer in oktober vorig jaar heeft zij het fractievoorzitterschap en partijleiderschap op overtuigende wijze overgenomen. Recent wist zij bijvoorbeeld met een breed gesteunde motie de Nederlandse steun voor het Mercosurverdrag van tafel te krijgen. Ook kreeg Esther een Kamermeerderheid achter zich om de verantwoordelijkheid bij de bestrijding van besmettelijke dierziekten te verplaatsen van het ministerie van Landbouw naar het ministerie van Volksgezondheid.” Esther Ouwehand maakte in 2006 tegelijk met Marianne Thieme haar entree in de Tweede Kamer. Zij is onbetwist oppositieleider op dossiers als veehouderij, stikstofcrisis, landbouwgif en in de strijd tegen vrijhandelsverdragen maakt zij zich sterk voor een radicaal ander economisch model waarin vervuilers niet langer gesubsidieerd worden, maar moeten boeten voor milieu-onvriendelijk gedrag. Geheel in lijn met de ingezette koers van de afgelopen jaren gelooft Ouwehand niet in ecomodernistische oplossingen die moeten leiden tot een terugkeer naar business as usual, en bestrijdt zij het concept van oneindige economische groei op een aarde die niet meegroeit. Op het verkiezingscongres in november wordt Ouwehands kandidatuur voor het lijsttrekkerschap voorgelegd aan de partijleden. De kandidatencommissie buigt zich deze zomer over het opstellen van een conceptkandidatenlijst. Van der Velden: “In de peilingen staan we stabiel op 5 tot 6 zetels, een groei in zetels bij de komende verkiezingen voor de Tweede Kamer is een realistische verwachting. Temeer daar steeds meer mensen zien dat de manier waarop wij met onze aarde en al haar bewoners omgaan niet langer houdbaar is. De coronacrisis zou een keerpunt in denken en beleid moeten vormen. Niet in woorden, maar in daden.”

Ouwehand: ‘Nert­sen­kooien blijven leeg’

Partij voor de Dieren Partij voor de Dieren Nederland 10-06-2020 00:00

De Partij voor de Dieren wil dat er onmiddellijk een einde komt aan de nertsenfokkerij in Nederland. In steeds meer fokkerijen breekt het coronavirus uit en daarmee vormen ze, naast een bron van grootschalig en ernstig dierenleed, een bedreiging voor de volksgezondheid. Alle nertsen bij besmette bedrijven worden sinds zaterdag 6 juni gedood. Maar het kabinet staat toe dat fokkers vervolgens gewoon weer met nieuwe dieren verder fokken. Wat de Partij voor de Dieren betreft worden de lege kooien nooit meer gevuld. “De nertsenfokkerij had 20 jaar geleden al moeten stoppen. Het is moreel verwerpelijk om dieren te doden voor hun vacht. Veel mensen wisten niet eens dat er in Nederland nog steeds ieder jaar 4 tot 5 miljoen nertsen worden gefokt en vergast voor bont,” benadrukt fractievoorzitter Esther Ouwehand. “Nu de nertsen gedood worden vanwege corona, is de morele plicht zwaarder dan ooit: geen nieuwe fok van nertsen meer! De kooien moeten leeg, de kooien blijven leeg.” Eind april vroeg Ouwehand al om het vervroegd sluiten van de nertsenfokkerijen toen Nederland de wereldwijde primeur had van coronabesmettingen bij dieren in de veehouderij. Wetenschappers waarschuwden toen voor het risico dat het virus zich in deze bedrijven kan ontwikkelen. Ouwehand: “Op alle fronten worden zeer ingrijpende maatregelen genomen om het coronavirus in te perken, maar het kabinet laat willens en wetens dit volksgezondheidsrisico bestaan door de nertsenfokkerijen open te laten. Behalve dieronvriendelijk zijn de nertsenfokkerijen nu ook een serieus risico voor de volksgezondheid.” In 2012 stemden de Tweede en Eerste Kamer in met een nertsenfokverbod. Hierbij is gekozen voor een lange overgangstermijn om de bedrijfsvoering te kunnen afbouwen. Hierdoor zullen nog tot 1 januari 2024 miljoenen dieren hun leven slijten in kleine draadgazen kooitjes om vergast te worden voor hun vacht. Nu door de coronauitbraak de fokkerijen eerder worden gesloten zet de PvdD alles op alles om een herstart van de bontindustrie te voorkomen. De Partij voor de Dieren heeft tijdens het debat over de coronabesmettingen in de nertsenfokkerij gepleit voor het per direct instellen van een fokverbod in de nertsenfokkerij. Dinsdag wordt gestemd over de moties.

Macht bij aanpak dier­ziekten naar minister van VWS

Partij voor de Dieren Partij voor de Dieren Nederland 26-05-2020 00:00

Niet langer de minister van Landbouw maar de minister van Volksgezondheid wordt eindverantwoordelijk bij de preventie en bestrijding van dierziekten die een bedreiging vormen voor de volksgezondheid. Een overgrote meerderheid van de Tweede Kamer schaarde zich vandaag achter dit voorstel van de Partij voor de Dieren. Fractievoorzitter Esther Ouwehand spreekt van ‘een historische overwinning’. Momenteel heeft de minister van Volksgezondheid weliswaar de regie, maar geen zogenaamde doorzettingsmacht om ook op het terrein van de minister van Landbouw maatregelen te nemen in het belang van de volksgezondheid. De PvdD-motie die opriep het ministerie van VWS deze macht te geven kreeg de steun van een meerderheid van de Kamer. Alleen Forum voor Democratie stemde tegen. Tijdens de Q-koorts-epidemie (2007-2010) werden duizenden mensen ziek en zijn uiteindelijk meer dan honderd mensen overleden. In een evaluatie door de commissie Van Dijk (2010) werd geconcludeerd dat het ministerie van Landbouw te lang de belangen van de veehouderij had verdedigd ten koste van de volksgezondheid. De commissie Van Dijk adviseerde dat de minister van VWS de bevoegdheid moest krijgen om ook op de terreinen van het ministerie van Landbouw in te kunnen grijpen bij een besmettelijke dierziektecrisis. De agrarische lobby verzette zich daar hevig tegen. In de jaren die volgden weigerde de regering het advies op te volgen. Ouwehand: “De huidige coronacrisis laat zien dat het beschermen van de belangen van de veehouderij nog altijd ingebakken zit in het systeem. Kijk naar de corona-uitbraak in de Nederlandse nertsenfokkerijen. Opnieuw zien we dezelfde dynamiek, waarvoor de commissie Van Dijk heeft gewaarschuwd: er wordt niet ingegrepen, niet gehandeld op basis van het voorzorgsbeginsel en de minister van Landbouw, in plaats de minister van Volksgezondheid, mag de knopen doorhakken.” Dat accepteert de Tweede Kamer nu niet langer door de aangenomen motie van de PvdD. “Een grote doorbraak waar we jaren voor gevochten hebben. Mensenlevens mogen niet langer geofferd worden op het altaar van de veehouderij. Juist in een tijd waarin de dreiging van zoönosen groter is dan ooit tevoren, is dit een historische overwinning.”

Minister moet met spoedwet hitte­stress komen

Partij voor de Dieren Partij voor de Dieren Nederland 16-05-2020 00:00

Na de extreem warme zomer van 2019 waarin tienduizenden dieren door de hitte zijn omgekomen, beloofde landbouwminister Schouten, in antwoord op vragen van de Partij voor de Dieren, stappen te ondernemen om herhaling te voorkomen. Inmiddels staat de zomer van 2020 voor de deur en nog steeds ligt er geen plan van de minister. Fractievoorzitter Esther Ouwehand heeft daarom opnieuw vragen gesteld waarin ze aandringt op een spoedwet. “Als de minister nu niet preventief ingrijpt in de Nederlandse veehouderij laat ze de dieren welbewust extra risico lopen op hittestress deze zomer. Zeker nu vanwege de coronamaatregelen de kans groter is dat dieren langer in de stallen blijven omdat slachthuizen minder dieren kunnen slachten. Ze moet nu met een spoedwet komen om herhaling van de dramatische zomer van 2019 te voorkomen”, licht Ouwehand toe. In de zomer van 2019 zijn in de Nederlandse veestallen minstens 155.000 dieren omgekomen door oververhitting. Daarnaast bezweken nog meer dieren dan gewoonlijk tijdens de transporten. Ook de minister moest constateren dat de ‘vrijwillige afspraak’ uit het Nationaal Plan om bij 35 graden of meer geen dieren meer te vervoeren lang niet door iedereen werd nagekomen. De pluimveesector bijvoorbeeld, die verreweg het grootste aantal dieren per jaar fokt en afvoert naar de slacht, bleef gewoon doorrijden bij temperaturen boven de 35 graden. “Het feit dat de minister de vrijwillige afspraak nog niet heeft omgezet in een verbod is een gemiste kans om effectief in te kunnen grijpen bij transporten boven de 35 graden”, vindt de PvdD-fractievoorzitter. Hittegolven Deskundigen voorspellen ook voor de aankomende zomer een grote kans op hittegolven. Ouwehand: “Dat maakt het risico zeer reëel dat dit jaar opnieuw grote aantallen dieren zullen stikken in stallen of vrachtwagens.” De Partij voor de Dieren pleit daarom voor: - verlaging van de snelheid in slachthuizen, zodat er minder dieren worden aangevoerd en het risico op wachtende vrachtwagens vol dieren in de hitte wordt verminderd; - regels voor maximale wachttijd bij slachthuizen; - een verbod op diertransporten boven de 35 graden; - adequate controle door NVWA; - vrije uitloop voor kippen, met beschutting en gelegenheid voor stofbaden; - vrije uitloop, met beschutting en modderbaden voor varkens; - minder dieren in de Nederlandse stallen tijdens de zomermaanden door ruim vóór de zomer fokbeperkingen in te stellen.

STER werkt mee aan boeren­bedrog door gratis zendtijd voor FDF en Agractie

Partij voor de Dieren Partij voor de Dieren Nederland 21-04-2020 00:00

Met het verstrekken van gratis reclamespots aan Farmers Defence Force en Agractie werkt STER mee aan het verspreiden van desinformatie. “De spotjes zitten vol boerenbedrog”, zegt Esther Ouwehand. Ouwehand heeft ook kritiek op het feit dat de gratis zendtijd alleen beschikbaar is voor verenigingen die belangen van ondernemers vertegenwoordigen. “Waar is de gratis zendtijd voor maatschappelijke organisaties zonder winstoogmerk die laten zien hoe het er écht aan toe gaat met de dieren, de natuur en de bodem die verpieteren door onze landbouw?”, vraagt zij minister Slob. STER stelt gratis zendtijd beschikbaar omdat de reclameblokken in coronatijd anders niet vol komen. Alleen brancheorganisaties en belangenverenigingen die opkomen voor de belangen van ondernemers komen in aanmerking voor deze gratis zendtijd. Charitatieve instellingen die opkomen voor de belangen van dieren, natuur, het klimaat en de volksgezondheid zijn uitgesloten. “Deze maatschappelijke organisaties zonder winstoogmerk moeten nu dus gewoon betalen als zij in de huidige crisis corona-gerelateerde boodschappen willen uitzenden. Bijvoorbeeld over de oorzaken van deze crisis of over de gevolgen hiervan voor de dieren in de veehouderij nu de stallen overvol dreigen te raken. Dat is niet uit te leggen en in strijd met de mediawet”, vindt Ouwehand. Een van de organisaties die gebruik maakt van het gratis aanbod is Farmers Defence Force. In één van haar spotjes stelt de boerenorganisatie dat “boeren goed zorgen voor onze bodem”. Daarbij zijn varkens te zien die buiten lopen en ook geitenlammetjes die bij hun moeder liggen. Ouwehand: “In werkelijkheid raakt de Nederlandse bodem juist uitgeput door de landbouw en kan minder dan 1% van de varkens in Nederland naar buiten. Geitenlammetjes in de zuivelindustrie worden vrijwel altijd direct na hun geboorte bij hun moeder worden weggehaald, omdat de melk van de moedergeit wordt gebruikt voor geitenkaas en geitenmelk voor mensen. Complete desinformatie dus en het lijkt me niet tot de taakopdracht van de STER behoren die te verspreiden.” De Partij voor de Dieren vindt dat reclameboodschappen die in strijd zijn met de Reclame Code van de Reclame Code Commissie niet in aanmerking zouden mogen komen voor gratis zendtijd bij de STER. Als er gereden klachten binnenkomen bij de Nederlandse Reclame Code zou de reclamespot offline gehaald moeten worden tot er een uitspraak is van de RCC. Ook vindt de PvdD dat de STER aan charitatieve instellingen tenminste een gelijkwaardig aandeel moet geven in de verdeling van gratis zendtijd ten opzichte van commerciële organisaties.

STER werkt mee aan boeren­­bedrog door zendtijd voor FDF en Agractie

Partij voor de Dieren Partij voor de Dieren Nederland 21-04-2020 00:00

Met het verstrekken van reclamespots aan Farmers Defence Force en Agractie werkt STER mee aan het verspreiden van desinformatie. “De spotjes zitten vol boerenbedrog. Niet de taakopdracht van STER om die te verspreiden, lijkt me”, zegt Esther Ouwehand, die Kamervragen heeft gesteld. De fractievoorzitter van de Partij voor de Dieren wil bovendien van minister Slob weten of FDF dan wel Agractie de zendtijd met korting of zelfs gratis hebben gekregen. STER stelt momenteel gratis zendtijd beschikbaar omdat de reclameblokken in coronatijd niet vol komen. Alleen brancheorganisaties en belangenverenigingen die opkomen voor de belangen van ondernemers komen in aanmerking voor deze gratis zendtijd. Charitatieve instellingen die opkomen voor de belangen van dieren, natuur, het klimaat en de volksgezondheid zijn uitgesloten. “Deze maatschappelijke organisaties zonder winstoogmerk moeten nu dus gewoon betalen als zij in de huidige crisis corona-gerelateerde boodschappen willen uitzenden. Bijvoorbeeld over de oorzaken van deze crisis of over de gevolgen hiervan voor de dieren in de veehouderij nu de stallen overvol dreigen te raken. Dat is niet uit te leggen en in strijd met de mediawet”, vindt Ouwehand. Ook inhoudelijk heeft Ouwehand bezwaren tegen de reclames van de boerenprotestorganisaties. Farmers Defence Force stelt in één van haar spotjes dat “boeren goed zorgen voor onze bodem”. Daarbij zijn varkens te zien die buiten lopen en ook geitenlammetjes die bij hun moeder liggen. Ouwehand: “In werkelijkheid raakt de Nederlandse bodem juist uitgeput door de landbouw en kan minder dan 1% van de varkens in Nederland naar buiten. Geitenlammetjes in de zuivelindustrie worden vrijwel altijd direct na hun geboorte bij hun moeder worden weggehaald, omdat de melk van de moedergeit wordt gebruikt voor geitenkaas en geitenmelk voor mensen. Complete desinformatie dus en het lijkt me niet tot de taakopdracht van de STER behoren die te verspreiden.” De Partij voor de Dieren vindt dat reclameboodschappen die in strijd zijn met de Reclame Code van de Reclame Code Commissie niet in aanmerking zouden mogen komen voor (gratis) zendtijd bij de STER. Als er gereden klachten binnenkomen bij de Nederlandse Reclame Code zou de reclamespot offline gehaald moeten worden tot er een uitspraak is van de RCC. Ook vindt de PvdD dat de STER aan charitatieve instellingen tenminste een gelijkwaardig aandeel moet geven in de verdeling van gratis zendtijd ten opzichte van commerciële organisaties.

'Kom met een alom­vattend aanvalsplan om virus­uit­braken te voorkomen'

Partij voor de Dieren Partij voor de Dieren Nederland 17-04-2020 00:00

De Partij voor de Dieren vindt dat er een alomvattend aanvalsplan moet komen om virusuitbraken als corona te voorkomen. “De nietsontziende exploitatie van dieren en natuur door de mens heeft het risico op pandemieën aanzienlijk vergroot. De veehouderij moet op de schop, de ontbossing moet een halt toegeroepen worden en de handel in dieren moet worden aangepakt”, licht fractievoorzitter Esther Ouwehand in de ruim 50 Kamervragen toe die ze met haar collega’s stelde aan de ministers van Landbouw, Buitenlandse Handel en Justitie. Zo’n 75 procent van de infectieziekten van de afgelopen tien jaar zijn zoönosen, dat wil zeggen dat ze worden overgedragen van dieren op mensen. Denk aan SARS, MERS, Q-koorts, de Mexicaanse griep, HIV, ebola, zika en nu het coronavirus COVID-19. Wetenschappers, waaronder de meest vooraanstaande virologen, en de Wereldgezondheidsorganisatie waarschuwen al jaren dat epidemische uitbraken van zoönosen de afgelopen jaren zijn toegenomen, en zij gaven aan dat het wachten was op de volgende ontwrichtende pandemie. De milieuorganisatie van de VN (UNEP) waarschuwt dat het risico op het overspringen van ziektes van dieren op mensen wordt vergroot door de grootschalige en intensieve veehouderij, door ontbossing, door de toename van contact tussen mensen en wilde dieren, door de illegale handel in wilde dieren, het gebruik van antibiotica in de veehouderij en klimaatverandering. Veehouderij De intensieve veehouderij is een tikkende tijdbom. Door het fokken van dieren op specifieke eigenschappen (zoals snelle groei) is het afweersysteem tegen ziektes slechter geworden. Pluimveehouderijen bijvoorbeeld hebben regelmatig te maken met vogelgriepuitbraken. Zo’n vogelgriepvirus kan met enkele mutaties zo veranderen dat het gemakkelijk overdraagbaar is van mens op mens. Het is niet de vraag óf dat gebeurt, maar wannéér. Varkens worden in dit proces ‘mixing vessels’ genoemd, een soort ‘mengvaten’. Ze kunnen besmet worden door varkensgriepvirussen, vogelgriepvirussen en humane virussen. Daardoor kunnen virussen in varkens gemakkelijk muteren en evolueren. “Dit is een zeer reële dreiging voor de volksgezondheid, zeker voor Nederland als meest vee-dichte land ter wereld met het hoogste aantal kippen en varkens per vierkante kilometer”, waarschuwt Ouwehand. Ontbossing De mens heeft tegenwoordig wereldwijd meer contact met wilde dieren dan vroeger, vanwege de toenemende economische activiteiten zoals landbouw, houtkap, mijnbouw en de aanleg van infrastructuur, dorpen en steden in natuurgebieden. Door de verkleining van het leefgebied van wilde dieren zullen mens en dier elkaar steeds gemakkelijker en vaker treffen. Dat maakt het risico op het overslaan van virussen op mensen veel groter. Nederland is een van de grootste veroorzakers van wereldwijde ontbossing, omdat we de grootste importeur van veevoer (soja) en palmolie van de Europese Unie zijn. De productie hiervan leidt tot grootschalige ontbossing en het ontstaan van monoculturen in landen elders. Ouwehand: “Ons land heeft dus een extra grote verantwoordelijkheid om ontbossing een halt toe te roepen, zowel in eigen land als in het buitenland, en om zo het risico op het ontstaan van virusuitbraken te verkleinen.” Illegale handel in wilde dieren Nederland kan ook een belangrijke rol spelen in het voorkomen van een virusuitbraak door de legale en illegale handel in wilde dieren, zowel op internationaal als nationaal vlak, te bestrijden. “De Rotterdamse haven en Schiphol zijn belangrijke doorvoerhavens voor de handel in wilde dieren. Nederland is daarmee een schakel in de verspreiding van zoönosen. De minister zou zich daar met spoed voor in moeten zetten in Europees en internationaal verband”, stelt Ouwehand. Zowel Nederland als Europa moeten daarnaast meer prioriteit geven aan het bestrijden van de handel in wilde dieren door te investeren in kennis en capaciteit. Ouwehand: “Interpol vraagt al geruime tijd aandacht voor het gebrek aan capaciteit voor het opsporen van de handel in wilde dieren. Daardoor is dat wat op dit moment onderschept wordt slechts het topje van de ijsberg.” Ook op beurzen en markten in Nederland is het nog altijd toegestaan om wilde en exotische dieren te verhandelen. Deze markten moeten per direct verboden worden, vindt de Partij voor de Dieren. Daarnaast wil de PvdD dat de positieflijst voor zoogdieren, reptielen en vogels flink aangescherpt moet worden, omdat in ons land veel wilde, exotische dieren nog altijd als huisdier gehouden worden.

Stop met gif-injecties in bomen tegen eiken­pro­ces­sierups

Partij voor de Dieren Partij voor de Dieren Nederland 12-04-2020 00:00

De Partij voor de Dieren roept minister Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit op om een proef waarbij 2500 eikenbomen geïnjecteerd worden met gif ter bestrijding van de eikenprocessierups per direct stop te zetten. Kamerlid Frank Wassenberg heeft hiervoor vragen gesteld aan de minister. In de proef worden eikenbomen geïnjecteerd met het middel Vertimec, waardoor de bladeren giftig worden. Het doel is om de eikenprocessierupsen die de bladeren eten, daarmee te doden. Maar niet alleen de eikenprocessierups eet deze bladeren: honderden insectensoorten leven op en rond eiken. Fractievoorzitter Ouwehand en Kamerlid Wassenberg noemen het onbegrijpelijk dat het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) de proef heeft goedgekeurd, ondanks dat het zelf erkent dat de proef schadelijke effecten kan hebben op de gezondheid van mensen, dieren en het milieu. Ouwehand: “Net als je denkt dat het Nederlandse natuurbeleid niet slechter kán, dient een nieuw dieptepunt zich aan. In plaats van werken aan herstel van biodiversiteit en vogelpopulaties waardoor een overdaad aan eikenprocessierupsen kan worden voorkomen, is een nieuwe proef toegestaan: bomen injecteren met landbouwgif. Ik zou willen dat het een verlate, hele slechte 1 aprilgrap was, maar helaas: dat is het niet.” Ecologische methodes Om het aantal eikenprocessierupsen te verminderen roept de Partij voor de Dieren op om uitsluitend ecologische methodes te gebruiken. Zo kunnen natuurlijke vijanden, zoals sluipwespen, koolmezen en vleermuizen gelokt worden door het plaatsen van nestkasten en het zaaien van wilde bloemen. Daarnaast ligt er een belangrijke rol voor de landbouw: die moet snel omschakelen naar veel minder gebruik van landbouwgif. Daardoor krijgen insectenpopulaties de kans zich te herstellen en zal de overlast door de eikenprocessierups op de lange termijn verminderen.

Investeer 40 miljoen in natuur in stede­lijke gebieden

Partij voor de Dieren Partij voor de Dieren Nederland 26-03-2020 00:00

De Partij voor de Dieren vindt dat het kabinet meer geld moet uittrekken voor natuur in en rond steden en dorpen. Fractievoorzitter Esther Ouwehand heeft een voorstel ingediend voor een eenmalige investering van 40 miljoen euro in bestaande en nieuwe groengebieden zodat er voldoende bewegingsruimte wordt gerealiseerd voor alle Nederlanders, ook als zij in de stad wonen . In de eerste dagen van de verscherpte maatregelen tegen de verspreiding van het corona-virus zochten veel mensen het groen in hun woonomgeving op. De vele mensen op de stranden, in de bossen en in de parken lieten zien dat voor veel Nederlanders de natuur van groot belang is. “Maar we zagen ook dat groen in en om de stad schaars is. Op smalle bospaden en in kleine stadsparken bleek het praktisch onmogelijk om 1,5 meter afstand te houden van elkaar”, licht Ouwehand toe. ,,Er is te weinig groen voor de vele mensen, met name in stedelijke gebieden, om aan hun broodnodige frisse lucht en dagelijkse beweging te komen.” In het voorstel van de Partij voor de Dieren, vandaag ingediend tijdens het debat over het economische noodpakket, gaat de investering van 40 miljoen euro naar het programma Recreatie om de Stad (RodS). Sinds 2010 bouwt het kabinet de jaarlijkse rijksbijdrage van 40 miljoen euro aan deze regeling af, terwijl de verwerving en inrichting van het groen nog niet gerealiseerd is. Ook voor het beheer van bestaande recreatiegebieden lopen provincies tegen financieringsproblemen aan nu de resterende rijksbijdragen aan RodS aflopen. Ouwehand: “Door deze bezuiniging, ingezet door Henk Bleker, lopen plannen voor meer en betere natuur in en om de stad vast. Hoogste tijd om deze projecten vlot te trekken en meer natuur te creëren, zodat mensen de ruimte krijgen voor hun dagelijkse beweging en ontspanning in het groen. Dat is van vitaal belang om moeilijke tijden als deze draaglijk te houden.”

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.