Positief-kritisch

Het CDA staat in beginsel positief-kritisch ten opzichte van álle voorstellen die aan de raad worden voorgelegd. Dat geldt dus evenzeer voor dit thema. Op dit moment heeft de fractie echter nog géén standpunt. Zij heeft daartoe antwoorden nodig op deze – en mogelijk andere – vragen.

De vragen en opmerkingen van de CDA-fractie

1.    Het onderwerp van het raadsvoorstel is “fusie voetbalverenigingen Estria, GVV ‘57 en SCV ‘58”. De gemeente gaat daar niet over. Daartoe beslissen immers de leden. Het voorstel behelst het investeren in een nieuwe sportaccommodatie. Zijn deze met elkaar verbonden? Oftewel: hangt het fusiebesluit af van het besluit dat de gemeenteraad (op zijn vroegst op 12 februari) neemt? Zo ja, waarom?

2.    Als de leden van één of meerdere verenigingen om hun moverende redenen afzien van fusie, welke gevolgen heeft dit voor (de uitvoering van) het raadsvoorstel?

3.    De gemeente Grave beschikt over meerdere sportaccommodaties. Er zijn vier voetbalverenigingen. Deze hebben elk een eigen accommodatie. Drie van de vier zijn voornemens te fuseren tot (vooralsnog) ‘voetbalvereniging EGS’. Hoe beoordeelt het college de huidige situatie (staat van onderhoud) van zowel de accommodaties als de sportvelden van de voetbalverenigingen van Escharen, Grave en Velp? Op basis waarvan komt het college tot dit oordeel? Welke onderbouwing / bewijslast is daartoe aangeleverd dan wel onderzocht?

4.    Op basis van welke overwegingen is gekozen voor de beoogde locatie? Wie heeft daarin de beslissende stem (gehad)?

5.    De positie van V.V. Gassel en de hockeyclub verdienen nadere duiding. Met name de laatste wordt slechts in de aanhef vermeld. Uit de cijfers in het voorstel kan je afleiden dat zij is meegenomen. De zinsnede over het ‘dan vrijkomende huidige terrein’ wijst daarop. Verder komt deze vereniging, echter, niet voor in de stukken. Nergens staat de positie van de hockeyclub, uit niets blijkt dat haar mening is gevraagd. Vervolgens vind je in de bijlagen dat de opname van een hockeyveld niet meer aan de orde is. Daardoor ontstaat, bij het CDA, de indruk dat dat veld gedurende het proces kwam te vervallen, maar dat de stukken daarop niet zijn aangepast.

6.    V.V. Gassel kiest ervoor niet deel te nemen aan het fusieproces. Heeft het college (blijvende) deelname van deze vereniging aan het fusieproces besproken dan wel actief gestimuleerd? Wat zijn de mogelijke gevolgen voor V.V. Gassel als de gemeente fors investeert in een nieuwe sportaccommodatie op de grens van Escharen en Velp: is er sprake van een precedentwerking voor de buiten beschouwing blijvende voetbalvereniging (of enige andere vereniging dan wel op termijn fuserende clubs)?

7.    Aangenomen dat het samengaan van de drie voetbalverenigingen niet afhangt van een volledig vernieuwde accommodatie de vraag naar behoud dan wel aanpassing van de bestaande situatie. Is dit onderzocht en zo ja, waarom zijn de uitkomsten daarvan niet toegevoegd aan de stukken? Zo nee, heeft het college bij de stuurgroep aangedrongen op een dergelijk alternatief “plan b”? Zo niet, waarom niet?

8.    Heeft het college met betrokken van gedachten gewisseld over een scenario waarbij eerst een fusie plaatsvindt (met behoud van enkele huidige locaties/faciliteiten) en een verregaande verbetering van de accommodatie als kroon op een geslaagde fusie? Zo ja, op basis waarvan houdt men vast aan de gekozen volgorde?

9.    Heeft het college, omdat niet alleen voetbalverenigingen (en de hockeyclub) te maken hebben met maatschappelijke verschijnselen als ontgroening, vergrijzing en krimp, een toetsingskader ontwikkeld om zowel het voorliggende, maar ook vergelijkbare of andere plannen te overzien en te beoordelen?

10.  Heeft het college overwogen om één centraal sportpark voor de gehele gemeente te ontwikkelen (voetbal, hockey, tennis)? Zo niet, in hoeverre biedt de beoogde locatie (inclusief accommodatie) daartoe mogelijkheden?

11.  Opvallend is dat op pagina 4 van het voorstel onder de kop “Zelfwerkzaamheid DGS/sponsoring” sprake is van vier verenigingen. Wat te doen als die verenigingen of bijvoorbeeld de tennisclubs achteraf alsnog om ondersteuning vragen en dan naar dit voorstel verwijzen?

12.         Welke randvoorwaarden (eisen) heeft de gemeente vooraf meegegeven aan de fuserende voetbalverenigingen? Heeft het college een financieel kader gesteld? Welke meet- en toetsingsinstrumenten waren hen voorafgaande en gedurende het proces bekend?

13.         Het college schrijft: “De kracht van samenwerken heeft geleid tot positieve ervaringen. Vanuit die overtuiging hebben de drie verenigingen besloten om te gaan voor één vitale fusievereniging, vooralsnog onder de naam EGS. Daarbij is men zich ervan bewust geworden dat de samenwerking het beste tot zijn recht komt wanneer er vanuit één locatie wordt gewerkt, daarbij is gekozen voor sportpark Kranenhof. De ontwikkeling van een nieuwe sportaccommodatie is van cruciaal belang om het project te doen slagen. Als eerste stap in het onderzoek naar de realisatie van een nieuwe sportaccommodatie heeft EGS medio 2017 een Programma van Eisen (PvE) opgesteld.” Het raadsvoorstel gaat in het verlengde daarvan uit van een volledig nieuwe sportaccommodatie en nieuwe velden. Zijn er, echter, varianten op dit voorstel aan de gemeente voorgelegd? Heeft het college om meerdere varianten gevraagd? Welke factoren zijn daarin, door de gemeente, meegenomen voor wat betreft de weging en scoring daarvan?

14.         Beschikt de gemeente over een recenter overzicht van de aantallen

leden van de betrokken verenigingen?

15.         In het Programma van Eisen Nieuwbouw accommodatie EGS is opgenomen dat het rapport

Demografische ontwikkeling Gemeente Grave 2015-2025

stelt dat het totaal aantal inwoners naar verwachting toeneemt met 26%. In de

Structuurvisie van de gemeente Grave

is opgenomen dat Grave in 2011 13.030 inwoners telde en in 2030 zijn er 13.100 voorzien (bladzijde 26). De demografische ontwikkeling van de gemeente Grave volgens de provinciale kengetallen (2017) stelt dat Grave in 2030 12.470 inwoners heeft, als gevolg van ontgroening en vergrijzing. Deelt het college de conclusie dat een significante groei van het aantal inwoners tussen 2015 en 2025 daarom niet te verwachten valt?

16.         Ontvangen één of meerdere voetbalclubs een vergoeding van de gemeente ten behoeve van verplaatsing c.q. vergoeding van de verplaatsingskosten? Zo ja, hoe hoog is dit bedrag?

17.         Hoe verhoudt de staat van het sportpark van Estria zich tot de artikelen 4 en 7 van de privatiseringsovereenkomst met Estria?

18.         Hoe verhoudt de staat van het sportpark van GVV ‘57 zich tot de artikelen 4 en 7 van de exploitatieovereenkomst van GVV?

19.         Hoe verhoudt de staat van het sportpark van SCV ‘58 zich tot de artikelen 4 en 7 van de privatiseringsovereenkomst met SCV?

20.         Op 4 april 2017 hebben de voetbalverenigingen S.V. Estria, GVV ‘57 en SCV ‘58 een intentieovereenkomst gesloten met als doelstelling te komen tot een fusieplan. Sindsdien heeft er “intensief overleg plaatsgevonden tussen de stuurgroep ‘accommodatie EGS’ en de gemeente Grave”. Waarom is het proces niet eerder gespreksonderwerp geweest, zodat de gemeenteraad (en daarmee de inwoners van Escharen, Gassel, Grave en Velp – inclusief degenen die niet betrokken zijn bij een van deze verenigingen) kaders kon stellen?

21.         Het lijkt erop dat er druk staat op de voortgang van het proces en dat daarom de bestuurlijke besluitvorming geen uitstel duldt. Is deze indruk juist of is er nog ruimte voor een meer op (bredere) participatie gericht proces, gelet het grote maatschappelijke en financiële belang van het voorliggende voorstel?

22.         Waarom wordt niet gewacht totdat het Rijk beschikt heeft over de subsidieaanvraag? Is dat, tenminste vanuit het gemeentelijk perspectief, niet verstandig?

23.         De financiële constructie die onder de voorstellen ligt, oogt enigszins complex. Kan het college vóór de raadsvergadering een, separate, volledige en vereenvoudigde projectbegroting aanleveren met daarin een helder overzicht van álle financiële consequenties voor de gemeente?

24.         De gemeente Grave is minstens sinds medio 2017 als gesprekspartner intensief betrokken bij de voorgenomen fusie. Naarmate 2018 voortschreed werd duidelijk dat er eind dat jaar of begin dit jaar een voorstel naar de raad ging. Waarom is dit plan niet in de voorjaarsnota verwerkt?

25.         Heeft de gemeente een gevoeligheidsanalyse uitgevoerd op de financiële situatie van de betrokken sportverenigingen? Zo ja, wat zijn daarvan de resultaten? Zo nee, waarom niet?

26.         Wat zijn de financiële gevolgen van de fusie (inclusief het voorliggende accommodatieplan) voor de betrokken verenigingen en leden (contributie) ter verkrijging van een sluitende EGS-begroting?

27.         Mocht dit raadsvoorstel in de huidige vorm aangenomen worden, wat is de impact hiervan op de financiële kengetallen van de gemeente Grave, zoals die te vinden zijn in de begroting en jaarverslag? Hoe typeert het College de huidige schuldpositie van de gemeente Grave? Wat is (indicatief) de omvang van het weerstandsvermogen (na instemming met het voorliggende plan door de gemeenteraad)? Hoe verhoudt zich één en ander tot de reactie van de provincie op de begroting 2019?

28.         Is er voorzien in een begroting ten behoeve van de aanpassingen van de toegangswegen in het kader van de (verkeers-)veiligheid en de parkeervoorzieningen? Op bladzijde 7 van het voorstel, bij de financiële risico’s, stelt het college dat er “in elk geval (!)” een onderzoek en beoordeling plaatsvinden. Meerkosten zijn alleen daarom al onvermijdelijk. Waarom worden deze niet geraamd, zodat een totaalbeeld van het gehele project ontstaan? Graag zien wij deze als onderdeel van de gevraagde projectbegroting.

29.         Waarom adviseert het college de raad om, in het geval van een afwijzing van het subsidieverzoek, die één miljoen euro voor rekening van de gemeente te brengen (bóven het investeren in bestaande locaties, die

– zonder onderbouwing met een rapportage –

‘verouderd’ worden genoemd.) Als je de bestaande situatie (inclusief bebouwing) als vertrekpunt neemt, is het moderniseren (aanpassen) daarvan duurder dan het totaalbedrag dat nu ter tafel ligt? Zo ja, uit welk onderzoek blijkt dat?

30.         “De kosten van alle investeringen zijn, vanwege economische groei en daarmee stijgende aannemersprijzen, sterker gestegen dan de in de begroting geprognosticeerde 3%.” Het college zegt daarop: “Hier ligt een taakstellende opdracht voor EGS die als bouwheer richting aannemers zal optreden.” Hoe realistisch is dit, gelet ervaringen uit het verleden, ook elders in het land? Hoe hard is de taakstellende opdracht van maximaal 5.137.372,02 euro (voor de gemeente)?

31.         Kan het college, gezien het tot op de cent nauwkeurig berekende bedrag, voorbeelden geven uit de afgelopen 10 jaar waarbij ramingen aangaande investeringen (ten laste van de algemene middelen c.q. de gemeente) tot op de komma nauwkeurig, achteraf bezien, werkelijkheid zijn geworden?

32.         In het document

Financiële onderbouwing accommodatie EGS

staat op bladzijde 2 een eigen bijdrage in de investering vanuit de zijde van EGS van 1.505.060,92 euro (op totaal van 7.426.053,14 euro). Na de optimalisatieslag op de kosten die de clubs hebben doorgevoerd, is in het raadsvoorstel deze bijdrage door EGS teruggebracht tot 635.777,02 euro (op totaal van 5.773.149,04, namelijk 5.137.372,02 euro gemeentelijke bijdrage/subsidie + 635.777,02 bijdrage EGS). Relatief daalt daarmee de bijdrage van EGS van 20% naar 11% van de totale investeringssom t.o.v. de eerste indicatie. Is de conclusie juist dat 1,5 miljoen euro “een brug te ver” was (is) voor EGS? Zo ja, waarom? Daarnaast: Welk percentage bijdrage van EGS in de investeringen acht het college reëel?

33. Naar aanleiding van het document

Financiële onderbouwing accommodatie EGS:

Is de exploitatiebegroting die is opgesteld op pagina 4 door de gemeente gevalideerd met gegevens uit voorgaande jaren?

DE VRAGEN VAN LLVC

Vragen LLVC Grave, Dhr. Hendriks, Technische vragen ter voorbereiding van de commissie Inwoners &

Fusie voetbalverenigingen

Algemene opmerking vooraf.

Liberaal LVC Grave stelt vragen bij dit voorstel om te komen tot het best mogelijke voorstel voor de inwoners

van Grave, Escharen, Velp en Gassel. Dat wij vragen stellen over het een of ander betekend nog niet dat wij iets goed of slecht vinden. Daarin hebben wij als fractie nog geen keuze in gemaakt.

Het voorstel gaat over een grote investering. Deze investering kan heel noodzakelijk zijn voor een sportieve

gemeente. Destijds hebben wij in ons verkiezingsprogramma (van Keerpunt 2010) nadrukkelijk opgenomen dat we samenwerking tussen sportverenigingen stimuleren.

Wel willen wij dit voorstel ook in verhouding zien met eventuele keuzes die we, als we hiermee instemmen,

niet meer kunnen maken. Het is een groot bedrag en dat staat in schril contrast met de bezuinigingen die wij

hebben met pijn in ons hart hebben moeten doorvoeren in het sociaal domein.

Vragen over de (bestuurlijke) aanloop

1. Is het in zijn algemeenheid juist dat met de privatisering van de voetbalverenigingen in 2006 beoogd

werd om in 20 jaar naar een totale afbouw te komen van de subsidierelatie tussen de gemeente en de voetbalclubs, met uitzondering van de reguliere jeugdledensubsidie en stimuleringssubsidie-regeling

2. Welke strategische visie heeft college ten aanzien van de diversiteit van sporten en beschikbaarheid

van voorzieningen in de gemeente Grave en op regionaal niveau?

3. Heeft het vorige college ooit in haar (wekelijks) overleg tijdens de vorige periode, bijvoorbeeld vanuit

strategische overwegingen, nadrukkelijk sportpark Kranenhof aangewezen als centrale gemeentelijke

4. In het voorstel staat: ‘in te stemmen met het verzoek om sportpark Kranenhof aan te wijzen als

sportlocatie voor de gefuseerde sportvereniging EGS’. Uit de presentatie van de voetbalverenigingen is een heel ander beeld naar voren gekomen, namelijk dat de wethouder sport, destijds de heer Joon,

alleen wou praten over de locatie Kranenhof. In hoeverre is er daadwerkelijk sprake van een verzoek

om die locatie of hadden de potentiële fusiepartners eigenlijk helemaal geen keuze?

5. Op welke momenten en op welke wijze heeft de wethouder sport de gemeenteraad geïnformeerd

over de keuze voor sportpark Kranenhof als beoogde locatie voor de voetbalverenigingen? (N.b.: de

voetbalverenigingen hebben voor een informatiebijeenkomst zowel het college als raad uitgenodigd,

dit was dus geen actie van het college of de wethouder)

6. Is het sportpark Kranenhof een doel of een middel? Het wordt hier omschreven als een doel, terwijl

uit flankerend beleid (o.a. subsidieregelingen) dat de gemeente in dit soort gevalen vooral voorziet in

middelen als die noodzakelijk zijn.

Vragen over de samenwerking tussen de gemeente en de voetbalverenigingen.

7. Hoe moet het eerste beslispunt (de gemeente gaat met de voetbalverenigingen een fusieproces in)

worden uitgelegd? Hoe zit dat juridisch? Gaat de gemeente privaatrechtelijk onderdeel uitmaken vaan deze samenwerking? En welke gevolgen heeft deze (niet) juridische keuze bijvoorbeeld in het geval

van aansprakelijkheid bij algehele blijvende invaliditeit opgelopen op het sportpark Kranenhof?

8. Welke juridische vormen van samenwerking is vanuit het college overwogen en welke afwegingen zijn gemaakt bij welke keuzes? Welke risico’s zijn hierbij voorzien?

9. Hoe typeert het college de relatie met de voetbalverenigingen t.o.v. andere sportverenigingen? Zijn de banden met voetbal sterker of zwakker?

10. Wat voor gevolgen heeft de mogelijke fusie voor de relatie tussen de gemeente en de voetbalclub in

Gassel? Wordt het voor die club bijvoorbeeld moeilijker om subsidie aan te vragen? Of als die club een nieuw veld nodig heeft in de toekomst, bestaat er dan een reële mogelijkheid dat het college zegt dat

er voldoende faciliteiten in Grave (op sportpark Kranenhof) beschikbaar zijn?

Vragen vanuit een financiële benadering.

11. Als een vereniging zich bij het college zou melden omdat ze een wereldwijd immens populaire sport

beoefenen, darts, en ze vragen aan de gemeente om mee te helpen een nieuw clubhuis te realiseren – waarbij in een notitie van de nationale bond staat dat het heel belangrijk is om een forse frituur

(voldoende vermogen!) en uitgebreide tapinstallatie te hebben i.v.m. de sociale aspecten van de sport – zou het college dan bereid zijn om ongeveer 80% van de kosten op zich te nemen?

12. Er zit een behoorlijk open einde in het voorstel: kosten voor de aanleg van parkeervoorzieningen,

waarschijnlijk te realiseren op het bedrijventerrein de Bons. Om welke ordegrootte van uitgaven

hebben we het hier die nog niet gekwantificeerd zijn in dit voorstel? € 10.000? € 25.000? € 250.000?

Graag bij uw inschatting ook rekening houden met eventueel noodzakelijk verkeerskundige

onderzoek, flora- en fauna onderzoek, eventuele onderzoeken die noodzakelijk zijn vanwege een

mogelijke bestemmingsplanwijziging en ook graag meenemen gevolgen van eventueel niet meer te

verkopen grond op het bedrijventerrein vanwege de inrichting als parkeervoorziening.

13. De wethouder sport heeft zich laten ontvallen dat de investering in het sportpark Kranenhof eigenlijk

maar € 320.000 zouden zijn. Dat maakt de toch al lastig te begrijpen financiële onderbouwing niet veel meer geloofwaardig.

Om tot een oordeel te kunnen komen of de financiering van dit plan goed is vragen wij om via een

aparte notitie dit duidelijk inzichtelijk te maken

Graag zien wij een overzicht waarbij de volgende aspecten duidelijk naar voren komen:

a) wat het kost om alleen het gebouw en velden er neer te zetten met uitzondering van kosten van

zaken die later (uitsluitend) door de voetbalverenigingen wordt geëxploiteerd zoals een bar,

barinstallaties, koeling, biertap, frituur, reclamebebording, enzovoorts.

b) wat zijn de kosten van de zaken die later (uitsluitend) door de voetbalverenigingen worden

c) welk bedrag betaalt de gemeente (voor a en b zoals hiervoor genoemd uitsplitsen) en welk bedrag

betalen de voetbalverenigingen (voor a en b zoals hiervoor genoemd uitsplitsen)?

d) Hoe gaat de gemeente in eerste instantie dat bedrag (dus op korte termijn) als antwoord op vraag c betalen? Wordt er een langlopende lening aangegaan? Is er nog een reserve die we hiervoor mogen

e) Stel dat de drie beoogde voetbalverenigingen niet meer zouden bestaan (per direct), hoeveel geld

per jaar is de gemeente dan goedkoper uit doordat daar geen subsidie meer naar toe gaat?

f) In het voorstel staat dat ‘ter dekking’ het bedrag als antwoord op vraag e wordt gekozen. Hoe staat

dit in verhouding tot andere sportverenigingen die, naast jeugdledensubsidie, alleen aanspraak

kunnen doen op de stimuleringssubsidie?

14. In het voorstel en onderliggende documenten staat diverse keren te lezen dat er geen rekening wordt

gehouden met de te verwachten demografische effecten en tegelijkertijd wordt er wel een groei van 26% jeugd verwacht.

a) Hoe komt u aan die 26% en met welke objectieve bron kunt u dat verifiëren?

b) Waarom houdt u niet rekening met de duidelijke demografische verwachtingen van bijvoorbeeld

het CBS, de provincie, de woningmarktmonitor of het planbureau voor de leefomgeving?

c) Hoe verklaart u ‘groei’ terwijl hiervoor genoemde bronnen voor Grave en omstreken alleen maar

krimp voorzien, met een toenemende vergrijzing en een afname van het aantal kinderen (0-12) en

d) Is bij een krimpscenario de opzette voorlopige exploitatiebegroting door de voetbalclus nog

15. In het voorstel staat dat de eventuele kosten boven € 5.137.372,02 voor rekening en risico komen van de voetbalclubs. Uitgaande van een vrij gebruikelijke 10% budgetoverschrijding: zijn de voetbalclubs instaat om financieel een tegenvaller van +/- € 500.000 op te vangen, bovenop hetgeen wat ze al

16. Waarom zijn de kosten voor de te realiseren parkeervoorziening niet meegenomen in dit voorstel?