In de gemeenteraadsvergadering van dinsdag 24 september 2019 heeft de SP-fractie vragen gesteld over het besluit van B&W om in het buitengebied het keukenafval nog maar één keer per week op te halen.

Het gaat in totaal om 3200 adressen, verdeeld over de hele gemeente, waar het keukenafval minder vaak aan de straat kan worden gezet. Voor de overige 14.200 adressen in Horst aan de Maas blijft alles bij hetzelfde. Daar komt de vuilnisman twee keer per week langs voor het keukenafval.

Verantwoordelijk wethouder Roy Bouten (PvdA) antwoordde op de vraag van SP-fractievoorzitter waarom dit besluit genomen, dat de bewoners van dunbevolkte gebieden niet alleen minder keukenafval aanleveren, maar dat ook minder vaak doen. Mensen in het buitengebied hebben vaker meer ruimte voor een mesthoop of houden kippen e.d. waar het afval naartoe gaat. Je kunt je dan afvragen waarom de mensen daar dan toch een veel grotere container krijgen, die dus minder vaak opgehaald wordt en sneller zal leiden tot stank en andere overlast. Overigens zijn er natuurlijk ook mensen, die geen mesthoop hebben en in de praktijk juist meer afval hebben, bijvoorbeeld omdat ze vaker vers koken.

In de brief aan de betreffende bewoners stond dat in de aangeboden afvalcontainer geen plastic zak gebruikt mocht worden (zoals mensen tot nu toe wél mochten). Het niet toestaan van plastic zakken is naar de mening van de SP een groter probleem. Niet alleen voor de bewoners (stinken, rotzooi die achterblijft waardoor de bak steeds goed schoongemaakt moet worden), maar ook voor de vuilnisophalers. Het zal langer duren om het spul op te halen. Nu lopen die mannen naar de bak, trekken de zak eruit en smijten 'm in de wagen. Reden voor de SP aan de wethouder te vragen waarom burgers geen plastic zakken meer mogen gebruiken. Wethouder Bouten gaf aan dat - alsnog - plastic zakken gebruikt mogen worden.

Zie ook: Milieu