Voorzitter,

Dank voor het woord. Trots dat ik hier vandaag mag staan, namens mijn partij en namens de kiezers uit Brabant die op mij gestemd hebben. Maar ook omdat ik vandaag over juist dit belangrijke onderwerp mijn maidenspeech mag geven, dank daarvoor aan de indieners. De stikstof aanpak is een breed onderwerp dat veel verschillende sectoren raakt en leeft onder de Brabanders. Maar het raakt allereerst en in het bijzonder de Brabantse natuur. Ik ben blij dat ik over dit onderwerp het woord kan voeren. Immers, bijen en bloemen kunnen niet naar het provinciehuis of Den Haag trekken om hun stem te laten horen. Zij verdwijnen in stilte.

Nederland kent een groot stikstofoverschot dat onze kwetsbare natuurgebieden aantast. De kwaliteit gaat achteruit en de biodiversiteit neemt af.

Dit gaat mij persoonlijk aan het hart en is een drijfveer om me in te zetten als volksvertegenwoordiger. Van kinds af aan ben ik gefascineerd door alles wat groeit en bloeit. Deze diepgewortelde liefde voor dieren en de natuur heb ik niet van een vreemde. Zo was mijn opa Jan, ik heet niet voor niets Janneke, ook grote dierenvriend en natuurliefhebber. Hij vond alle dieren in de natuur geschikt om te aaien, zo ook pluizige hommels. Samen met hem voorzichtig hommels proberen te aaien zal mij altijd bij blijven.

De thema’s natuurbescherming, milieu en duurzame ontwikkeling lopen als een rode draad door mijn studies en carrière.

Buiten de schade aan de natuur, ik zie ook het maatschappelijk belang van gezonde economische ontwikkeling. Hiervoor is ook ruimte nodig. Het gaat om de juiste balans, en het vinden van oplossingen in het midden.

De Brabantse economie draait op volle toeren. De druk op de omgeving neemt toe en ruimte wordt schaarser. Zo ook in de steden zoals Eindhoven, Tilburg en Breda. De woningopgave in Brabant is groot. Momenteel is er een stilstand ontstaan waar we zo goed mogelijk uit moeten komen.

D66 wil ruimtelijke ontwikkeling duurzaam, gezond en in balans met de omgeving vormgeven. Maar laten we niet nu bouwen voor de leegstand van morgen.

Onze fractie ziet graag dat we eerst in de steden, waar de woningnood het hoogst is, letterlijk de hoogte in gaan. Vervolgens moeten eerst leegstaande kantoorpanden en gebouwen herbestemd worden. Pas als dat nog niet afdoende is, dan zou volgens D66 pas aanspraak gedaan kunnen worden op bouwen in het buitengebied. De volgorde hierin is voor ons erg belangrijk. Bouwen in het buitengebied kan alleen als dat zo duurzaam mogelijk gebeurd en in balans met de natuur. Hierbij is het belangrijk dat we goed nadenken over wat voor type woningen. Denk hierbij aan nieuwe innovatieve bouwvormen zoals modulair en van tijdelijke aard.

Van bouwen het buitengebied kom ik nu bij de landbouw sector, voorzitter. Over de agrarische sector is veel te zeggen… dat was wel te zien toen vele agrarische ondernemers naar het Malieveld trokken. Ik begrijp dat de verandering weerstand op roept. De sector wil geen negatief imago en graag duidelijkheid over de toekomst, en dat is ook heel begrijpelijk. Er moeten belangrijke keuzes gemaakt worden. Gelukkig heeft het College van Brabant al in 2017, met een vooruitziende blik een helder besluit genomen over de verduurzaming van de sector. Door te kiezen voor schone lucht en gezondheid, maar ook een duurzame toekomst voor de boeren zelf. Zo weten de boeren in Brabant al sinds 2017 waar ze aan toe zijn.

Dankzij rapport Remkes zijn er nu naast de middelen die de provincie Brabant al beschikbaar had gesteld, nog extra financiën vanuit het Rijk beschikbaar, om de groep ondernemers met een goed plan te helpen met verduurzamen. Voor de boeren die willen stoppen, zijn er naast de provinciale middelen vanuit het bestuursakkoord, ook extra middelen beschikbaar gesteld; eerst vanuit het klimaatakkoord en nu ook vanuit de aanpak die het kabinet vorige week heeft aangekondigd.

D66 is blij dat het College heeft aangekondigd een gebiedsgerichte aanpak in te zetten, waarbij de bedrijven die de meeste stikstof uitstoten vrijwillig worden uitgekocht. D66 wil graag het eerlijke verhaal vertellen; de uitstoot van stikstof moet omlaag. Wat ons betreft kan het ook voorkomen dat ondernemers minder vrijwillig worden uitgekocht. Natuurherstel is immers het doel.

Maar, laten we vooral niet vergeten, dat een belangrijk deel van onze Brabantse landbouw al voorop loopt, en van absolute topklasse is! Deze bedrijven zijn uiterst innovatief, circulair en zeer efficiënt. Zij produceren het voedsel van de toekomst waarbij kringlooplandbouw en natuurinclusief het uitgangspunt is. Door te innoveren en voorop te lopen, ontstaan weer nieuwe kansen voor sector richting de Europese markt.

Qua mobiliteit zijn we in Brabant al op de goede weg. Vorig jaar is een OV-visie vastgesteld die al geënt is op schone vervoersmiddelen en duurzaam openbaar vervoer. Robuust, slim en groen is het streven. D66 ziet de fiets als onmisbare schakel hierin. De fiets is een fijn, schoon en gezond vervoersmiddel waarvoor een netwerk van Brabantse snelfietspaden gerealiseerd wordt. Tevens is de fiets een middel om extra beweging te stimuleren. Kortom, D66 wil dat iedereen mee kan doen, daarvoor moet het OV gemakkelijk binnen fiets en of wandelafstanden te bereiken zijn. Als andere partijen zichzelf de vroom-vroom partij noemen, zijn wij graag de Tring-Tring partij.

Het Rijk heeft aangekondigd dat de snelheden op wegen omlaag gaan. Andere partijen willen de snelheid op alle provinciale wegen verlagen van 80 km p/u naar 60 km p/u. Wij zien liever de gebiedsgerichte aanpak van het College. Maar voorzitter, wat volgens ons echt effectief is, en bovendien de veiligheid ten goede komt, is het aanpassen van de inrichting van onze provinciale wegen. Zodat de Brabantse automobilist niet alleen een bordje 60km/u ziet, maar zodat we ons ook daadwerkelijk aan deze snelheid gaan houden. En richting de politiek leider van de VVD zeg ik daarom: we moeten juist meer bomen planten langs onze N-wegen dan ze te kappen.

Om de uitstoot van stikstof terug te dringen zal er van alle sectoren inzet worden verwacht, want alleen dan en door integraal samen te werken, is voldoende effect te realiseren. Gelukkig kenmerkt onze provincie zich door juist in dit soort tijden zijn innovatieve kracht te laten zien. Onze fractie ziet dan ook al veel positieve ontwikkelingen en initiatieven gericht op de lange termijn.

Alleen zo zorgen we ervoor dat ook de volgende generatie Brabanders, straks nog pluizige hommels kan aaien.