De inwerkperiode van het nieuw Noordwijkse gemeentebestuur, dus van het College van B&W en van de Gemeenteraad, is nog niet voorbij. Dat kon wel geconcludeerd worden na de derde raadsvergadering, dinsdag 19 maart. Na ruim vijf uur vergaderen was pas de helft van de agenda afgewerkt. Als de besluitvormingsmachine van de lokale overheid zo hapert, dan is dat iets om serieus in de gaten te houden. Werd de vergadering te los geleid? Of was de agenda gewoon te vol, met ook nog eens deels onvoldragen stukken?
Van alles een beetje, lijkt het.
Eerst debatteerde de Raad over een verkeerde voorstelling van zaken door wethouder De Jong. Hij had een maand geleden, op de raadsvergadering van 19 februari, uitdrukkelijk en bij herhaling beweerd dat alle betrokken partijen bij de ingrijpende, langdurige en riskante renovatie van de Parallelboulevard de voorkeur gaven aan de zgn. “korte” variant: met doorwerken in de zomer, tijdens het toeristisch hoogseizoen. Daarmee gaf de wethouder een verkeerd beeld, want een groot deel van de Noordwijkse horeca is juist fel tegen deze korte variant. Een gemeentebestuurder mag natuurlijk nooit onwaarheid spreken, maar tijdens een Raadsvergadering is dat helemaal not done. Immers raadsleden baseren er soms op het laatste moment hun voor- of tegenstem op. Om dat punt even goed duidelijk te maken had onze eigen Dick Gutlich een kort debat aangevraagd. Maar in plaats van een ‘interpellatie’ van een kwartier werd het een debat van bijna anderhalf uur, waarin het hele dossier weer inhoudelijk werd besproken. In de wandelgangen werd hard gemopperd op de burgemeester, die als voorzitter te veel ruimte gaf aan een breed debat. Maar als zij vanaf de eerste minuut iedereen strak in het gareel had gehouden was er daarover ongetwijfeld ook veel onvrede ontstaan. Duidelijk is dat het ‘nieuwe vergadermodel’ staat of valt bij veel agendadiscipline, en dat de Noordwijkse Raad zo ver nog niet is. Wethouder De Jong gaf uiteindelijk toe dat hij iets te stellig in zijn uitspraken was geweest en beloofde plechtig dat hij beter met de horecaondernemers in overleg gaat, en dat er vervolgens een definitieve keus gemaakt wordt tussen de korte en de lange variant. We zullen zien.
Vervolgens kwam de nieuwe Vomar aan de Maarten Kruytstraat ten derde male voorbij. PvdA raadslid Janson verwoorde het sterke en nog steeds levende gevoel bij de omwonenden dat de balans tussen projectontwikkelaarswensen enerzijds en de belangen van de omwonenden anderzijds bij dit project zoek was geraakt. Dat, en de zeer gebrekkige communicatie met omwonenden, vooral in de laatste paar maanden, waren voor hem reden om tegen te stemmen. Alle andere partijen, ook D66, stemden uiteindelijk voor, “omdat we daar eindelijk verder moeten”. CDA en VVD maakten daarbij een opmerkelijke draai: na in de vorige collegeperiode tegen te hebben gestemd, legden zij zich nu verrassend enthousiast neer bij het toen genomen democratische meerderheidsbesluit. Van gedachten veranderen moet soms kunnen in de politiek, als nieuwe feiten – bijv. via inspraak – daartoe aanleiding geven, maar onwillekeurig vraag je je hierbij wel af waarom CDA en VVD diezelfde logica dan niet bij Bronsgeest toepassen? Daarover is in de vorige collegeperiode immers ook een meerderheidsbesluit genomen? D66 stemde uiteindelijk, , vóór het Maarten Kruyt plan. Knarsetandend, want sterke twijfels bleven over belangrijke aspecten als straatbreedte (het profiel wordt aan de zuidzijde toch smaller), verkeersafwikkeling, de versmarkt (komt die er echt wel?), fietsenstalling, totale bouwmassa, en parkeeroplossing voor omwonenden, om nog maar te zwijgen over de Gasthuissteeg 9a/b soap van de “illegale” appartementen – Zie het vorige verslag. De wethouder heeft toegezegd op een aantal nog nader te definiëren punten verbeteringen aan te gaan brengen, maar het vertrouwen daarin bij omwonenden is, na de missers van de afgelopen paar maanden, begrijpelijk zeer beperkt. Wethouder Van den Berg, die over de gemeentelijke communicatie gaat, mag zijn mouwen op gaan stropen, we wensen hem veel inspiratie. Nu al gaat het project de geschiedenis in als een voorbeeld van hoe het niet moet. Voor D66 is het een reden om nog eens goed intern te overdenken wanneer je tegen een project stemt, ook als je het hoofddoel daarvan, revitalisering van de Hoofdstraat in dit geval, krachtig ondersteunt. (Om dit raadsblog interessant te houden vergasten we je soms op onze eigen dilemma’s.)
Op de 19e maart was het nieuwe college precies 75 dagen in functie, zodat de discussie over het “wat willen we bereiken in 100 dagen” document merkwaardig laat kwam. De bespreking van het document, met 9 speerpunten die de Noordwijkse burgerij duidelijk moeten maken dat er een nieuw College is neergestreken, was kennelijk vooral bedoeld als een uitnodiging aan de oppositiepartijen om – te elfder ure – ook nog speerpunten aan te geven. De oppositiepartijen waren, zoals te verwachten viel, niet erg van het document onder de indruk. “Bevat niets nieuws” en “komt niet verder dan het maken van plannen van aanpak” waren algemeen gedeelde kritiekpunten. Jan Janson van de PvdA besloot zelfs om helemaal niet inhoudelijk te reageren, zo zinloos vond hij de hele discussie, en daarmee verwoorde hij gedachten die ook op de tribune rondzweefden. Dick Gutlich wees op het opnieuw uitblijven van enig duurzaamheidsbeleid, en droeg verder de verbetering van het openbaar vervoer en het welzijnsbeleid van nieuw Noordwijk als opvallend ontbrekende speerpunten aan. NZLokaal verbaasde vriend en vijand met een motie die in feite opriep om 2000 extra woningen in De Zilk te bouwen, omdat het voorzieningenniveau daar steeds verder terugloopt. Enerzijds begrijpelijk, maar anderzijds een bijzondere zet van een partij in een College dat eerst de bouwklok flink wil terugdraaien om geen verdere (Bronsgeester) bollengrond te verliezen – waar haalt NZLokaal de 25 hectare dan vandaan die nodig zijn voor zelfs maar de eerste 1000 huizen in de Zilk, dat immers geheel ingeklemd ligt tussen eerste klas bollenvelden, vroeg de Zilker woordvoerder van Puur zich terecht af. Uiteindelijk werd de motie in sterk afgezwakte vorm door een grote meerderheid aangenomen, kennelijk omdat de meeste partijen het belangrijk vonden om De Zilkers een positief signaal te geven. Al met al is een 100 dagenplan een goed idee als het roer radicaal omgaat, na een langdurige periode van “tegenovergesteld bewind”. Maar binnen de context van de gemeente Noordwijk, waar partijen grotendeels doorregeren op het beleid van hun voorgangers, is het eerder een potsierlijke vertoning, die gebrek aan daadkracht juist etaleert.
De vergadering werd voortgezet op donderdag 28 maart. Voor deze raadsblog was er daarbij maar één agendapunt interessant: het voornemen om een in 2015 zonder vergunning gebouwd bijgebouw op de Heerlijckheit Dykenburch te “legaliseren” (= alsnog een bouwvergunning verstrekken). Legaliseren klinkt voor veel mensen als vriendjespolitiek, en dat is ook wel begrijpelijk, maar in de ruimtelijke ordening werkt het vaak anders dan je in eerste aanleg verwacht, en soms is dat nog logisch ook. Als je een bouwvergunning aanvraagt voor een gebouw dat aan de regels van het bestemmingsplan voldoet, dan heeft de gemeente GEEN keus om zo n vergunning wel of niet af te geven. De gemeente MOET dan een vergunning afgeven (het bestemmingsplan geeft “bouwrecht”). Daarom zal de gemeente, indien geconstateerd wordt dat een bouwwerk zonder vergunning gebouwd is, altijd eerst kijken of dat bouwwerk alsnog “vergund” kan worden. Maar in het onderhavige geval kon dat niet, want het illegale bijgebouw was 30 m2 te groter dan het bestemmingsplan toelaat. Daarom moet voor deze legalisering een procedure worden gevoerd om van het bestemmingsplan af te wijken, en dat plan is pas twee jaar voor de illegale bouw definitief geworden. NZLokaal. Groen Links en D66 vonden juist dát verdacht, oordeelden daarom dat de noodzaak tot de afwijking in de verstrekte “ruimtelijke onderbouwing” onvoldoende was onderbouwd, en stemden daarom – ondanks het ogenschijnlijk beperkte bezwaar van de ook nog eens nagenoeg onzichtbare overschrijding met 30 m2 – tegen het voorstel. De argwaan werd extra gevoed omdat het bijgebouw, dat officieel berging annex garage wordt genoemd, en volgens het bestemmingsplan niet bewoond mag worden, opvallend grote panoramische ramen bevat. Doorgaans geven auto’s weinig om een leuk bollenuitzicht, en zonlicht kunnen ze ook missen. Met een in relatie tot het recente bestemmingsplan goed beargumenteerd voorstel had D66 vast wel kunnen leven, maar dit legaliseringsvoorstel leek tóch nogal veel op….precies, dát