Poliflw

Tijdens de raadsvergadering van 15 juli 2020 zal onze fractievoorzitter Jan Dekker afscheid nemen van de Krimpenerwaardse gemeenteraad. Met zijn vertrek vinden er een aantal wijzigingen plaats in de fractie van het CDA Krimpenerwaard. Vanaf 15 juli 2020 zal Irma Bultman (26) uit Bergambacht de nieuwe fractievoorzitter zijn. Irma is sinds maart 2018 raadslid en door de fractie gekozen als opvolger van Jan. Irma heeft de kennis en de vaardigheden om dit te doen. Met Irma kiest de fractie voor verjonging en maakt zij een toekomstgerichte keuze. Ervaring en vernieuwing We zijn blij dat ons ervaren commissielid Frank Moné, financieel-specialist en voormalig raadslid in Schoonhoven en Krimpenerwaard, zich bereid heeft getoond om de raadszetel van Jan in te nemen. Frank zal de volledige portefeuille van Jan overnemen (financiën, economie, recreatie en sport), met uitzondering van de fractievoorzittersportefeuille. De raadsfractie van het CDA Krimpenerwaard zal per september dus bestaan uit Irma Bultman uit Bergambacht, Kees Larooij uit Stolwijk en Frank Moné uit Schoonhoven. De 21-jarige Coen Hoogendijk uit Gouderak, op dit moment al actief bij de fractie als fractiesecretaris, zal ons nieuwe commissielid worden. Mooi dat we een jong en enthousiast talent aan de Krimpenerwaardse politiek kunnen toevoegen! Frank en Coen zullen tijdens de raadsvergadering in september worden benoemd.

CDA Krimpenerwaard maakt deel uit van de werkgroep Energietransitie die de Raad ondersteunt bij het aanpakken van de energietransitie.En dat vinden we belangrijk!Ons raadslid Kees Larooij is sinds het vertrekken van Pieter Neven (SGP) als wethouder naar Buren de voorzitter van deze werkgroep.De "energietransitie", waarom eigenlijk?(1) De wereldwijde klimaatverandering leidt tot steeds meer extreme weersomstandigheden. Maar ook de (2) ontwikkelingen in de wereldeconomie: niet bepaald stabiel; steeds meer landen die zich afzetten tegen andere landen of werelddelen; oorlogen in het Midden Oosten. Allemaal redenen om onze afhankelijkheid van (te importeren) brandstoffen terug te dringen. Tegelijkertijd moeten we nuchter zijn: als Krimpenerwaard gaan we het klimaat niet redden en ook de stabiliteit op de wereldmarkt niet. De opgave voor de energietransitie is groot en dus is samenwerking geboden. Nederland heeft haar energieopgave verdeeld over 30 regio's. Krimpenerwaard zit in de regio Midden-Holland en werkt daar nauw samen met de andere gemeenten.Wat CDA daarin belangrijk vind?Dat we dekansenin de energietransitie zien en dat we die kansen ookpakken. Door samenwerking binnen de Krimpenerwaard moet het mogelijk zijn om de kosten te beperken en de opbrengsten ten goede laten komen aan onze eigen inwoners. Dan zijn het niet langer de grote multinationals die de winsten pakken (want die worden gemaakt bij energie!), maar de inwoner die deelneemt aan de nieuwe vorm van energie opwekken.Praktisch?Als overheid dienen we coöperaties (zoals Waardstroom) actief te helpen bij het opzetten van "zon op dak". En windmolens? Als een groep inwoners met elkaar als direct omwonenden de mogelijkheid ziet om één of enkele windmolens op te zetten en te exploiteren? Goede zaak, wat het CDA betreft. De zon schijnt immers niet altijd en wind is een krachtige energiebron. De laatste jaren zijn er trouwens flink wat ontwikkelingen geweest bij windmolens waardoor een aantal negatieve aspecten van windenergie aanmerkelijk zijn verminderd: automatisch stilvallen bij slagschaduw, vogeltrek of overproductie maar ook aangepaste vormgeving van de wieken waardoor de molens minder geluid maken (geluid komt vooral door luchtdruk bij het passeren van de staander door de wieken). Dit maakt dat het CDA liever windmolens ziet als aanvulling op "zon op dak" dan dat we weilanden gaan inrichten als zonneweiden.Maar energiebesparing dan?Absoluut noodzakelijk om daar - ook nuchter! - naar te kijken. Het is natuurlijk zonneklaar dat energie die je niet nodig hebt, ook niet opgewekt hoeft te worden. Met name warmte-isolatie kan sterk helpen de hoeveelheid benodigde energie te beperken. Gelijktijdig met het aanpakken van opwekking van energie is besparing van energie een topprioriteit. Maar ook hierin is nuchterheid geboden: als je in een karakteristiek monumentaal gebouw woont, dan is het niet haalbaar om er een "nul op de meter woning" van te maken.Kortom: met elkaar bezien hoe we (de kosten van) het energiegebruik kunnen beperken én kijken hoe we de opbrengsten voor eigen inwoners kunnen vergroten!En wanneer moeten we daarmee beginnen? We zijn al lang begonnen! Meer en meer mensen pakken dit op.Maar lopen we dan niet te had van stapel? Zeker niet! Om het met Cruyff te zeggen: "je hoeft niet hard te lopen! Je moet gewoon op tijd beginnen." En daarom wil het CDA Krimpenerwaard veel energie steken in het aanmoedigen en ondersteunen van initiatieven.Kees Larooijraadslid CDA Krimpenerwaard

CDA Krimpenerwaard maakt deel uit van de werkgroep Energietransitie die de Raad ondersteunt bij het aanpakken van de energietransitie.En dat vinden we belangrijk!Ons raadslid Kees Larooij is sinds het vertrekken van Pieter Neven (SGP) als wethouder naar Buren de voorzitter van deze werkgroep.De "energietransitie", waarom eigenlijk?(1) De wereldwijde klimaatverandering leidt tot steeds meer extreme weersomstandigheden. Maar ook de (2) ontwikkelingen in de wereldeconomie: niet bepaald stabiel; steeds meer landen die zich afzetten tegen andere landen of werelddelen; oorlogen in het Midden Oosten. Allemaal redenen om onze afhankelijkheid van (te importeren) brandstoffen terug te dringen. Tegelijkertijd moeten we nuchter zijn: als Krimpenerwaard gaan we het klimaat niet redden en ook de stabiliteit op de wereldmarkt niet. De opgave voor de energietransitie is groot en dus is samenwerking geboden. Nederland heeft haar energieopgave verdeeld over 30 regio's. Krimpenerwaard zit in de regio Midden-Holland en werkt daar nauw samen met de andere gemeenten.Wat CDA daarin belangrijk vind?Dat we dekansenin de energietransitie zien en dat we die kansen ookpakken. Door samenwerking binnen de Krimpenerwaard moet het mogelijk zijn om de kosten te beperken en de opbrengsten ten goede laten komen aan onze eigen inwoners. Dan zijn het niet langer de grote multinationals die de winsten pakken (want die worden gemaakt bij energie!), maar de inwoner die deelneemt aan de nieuwe vorm van energie opwekken.Praktisch?Als overheid dienen we coöperaties (zoals Waardstroom) actief te helpen bij het opzetten van "zon op dak". En windmolens? Als een groep inwoners met elkaar als direct omwonenden de mogelijkheid ziet om één of enkele windmolens op te zetten en te exploiteren? Goede zaak, wat het CDA betreft. De zon schijnt immers niet altijd en wind is een krachtige energiebron. De laatste jaren zijn er trouwens flink wat ontwikkelingen geweest bij windmolens waardoor een aantal negatieve aspecten van windenergie aanmerkelijk zijn verminderd: automatisch stilvallen bij slagschaduw, vogeltrek of overproductie maar ook aangepaste vormgeving van de wieken waardoor de molens minder geluid maken (geluid komt vooral door luchtdruk bij het passeren van de staander door de wieken). Dit maakt dat het CDA liever windmolens ziet als aanvulling op "zon op dak" dan dat we weilanden gaan inrichten als zonneweiden.Maar energiebesparing dan?Absoluut noodzakelijk om daar - ook nuchter! - naar te kijken. Het is natuurlijk zonneklaar dat energie die je niet nodig hebt, ook niet opgewekt hoeft te worden. Met name warmte-isolatie kan sterk helpen de hoeveelheid benodigde energie te beperken. Gelijktijdig met het aanpakken van opwekking van energie is besparing van energie een topprioriteit. Maar ook hierin is nuchterheid geboden: als je in een karakteristiek monumentaal gebouw woont, dan is het niet haalbaar om er een "nul op de meter woning" van te maken.Kortom: met elkaar bezien hoe we (de kosten van) het energiegebruik kunnen beperken én kijken hoe we de opbrengsten voor eigen inwoners kunnen vergroten!En wanneer moeten we daarmee beginnen? We zijn al lang begonnen! Meer en meer mensen pakken dit op.Maar lopen we dan niet te had van stapel? Zeker niet! Om het met Cruyff te zeggen: "je hoeft niet hard te lopen! Je moet gewoon op tijd beginnen." En daarom wil het CDA Krimpenerwaard veel energie steken in het aanmoedigen en ondersteunen van initiatieven.Kees Larooijraadslid CDA Krimpenerwaard

Dinsdag 2 april heeft de gemeenteraad ingestemd met het inbrengen van een gebiedsbod richting het MIRT-overleg met als doel om de keuze voor een tweede oeververbinding op de variant bij Krimpen aan de Lek te laten vallen. Het CDA Krimpenerwaard stemde tegen het gebiedsbod omdat de bereikbaarheidseffecten niet in beeld zijn gebracht terwijl het hier wel over een bod van 25 tot 40 miljoen gaat. Ook de participatie door de inwoners op deze gebiedsvisie vonden wij onvoldoende. CDA is overigens in principe wel voorstander van een oeververbinding, mits voldoende in samenspraak met de inwoners ingepast èn aantoonbaar effectief voor de bereikbaarheid. Dat je als gemeente hierin financieel participeert, is logisch. Maar hoe je als gemeente dit geld "verdient", is aan de gemeente; hierover kun je hoogstens eisen aan de Provincie met het bod meegeven. De spreektekst - uitgesproken door ons raadslid Kees Larooij - in eerste termijn: 1: Het bod en 2: de keuze.1: Het bodVoor ons ligt een 78 pagina's tellend concept-document onder de titel "studie gebiedsbod Krimpenerwaard". Verwezen wordt naar diverse eerder gedane studies die uitkomen op: "er moet iets gebeuren in en aan de Krimpenerwaard om in de toekomst de leefbaarheid op peil te houden". CDA ziet dit rapport dan ook als een visie naar gewenste ontwikkelingen ten bate van onze eigen gemeente. Zoals het document zelf samenvat: "Ambitie van het bod is bij te dragen aan een duurzame toekomst van de Krimpenerwaard en, waar mogelijk, bij te dragen aan versterking van de omliggende regio." en: "Deze scenario's dragen bij aan een leefbaarder, duurzamer en toekomstbestendiger Krimpenerwaard". En wie kan daar tegen zijn? Deze criteria stonden echter niet in het afweeglijstje voor de keuze tussen Oost en Oost-Oost, dus daar zal het niet aan bijdragen. Of je moet het hebben van de redeneerlijn dat de versterkte verbindingen tussen steden en platteland bijdragen aan het geheel. CDA Krimpenerwaard beschouwt dit gebiedsbod als een input-document voor de nog te maken woonvisie 2030 - 2050 van de gemeente Krimpenerwaard. Relevant voor de oeververbinding is wel dat becijferd wordt dat het mogelijk moet zijn om aan de ontwikkelingen zoals geschetst in het gebiedsbod geld over te houden: tussen de 25 en de 40 miljoen Euro. En dat is wèl een relevant gegeven voor de oeververbinding. Het raadsvoorstel rept echter niet over het aanbieden van geld. Dus kennelijk is dat nu nog iets dat wat impliciet boven de markt hangt. 25 tot 40 miljoen inzetten voor een oeververbinding, zou samen met Krimpen aan den IJssel kunnen leiden tot een financiering van pakweg 60 miljoen Euro; 10% van de geraamde kosten van de oeververbinding Oost - Oost. Voor een infrastructuurproject is dat een niet ongebruikelijk percentage. Maar collega's, 40 miljoen is heel veel geld! Om een beeld te schetsen: vier jaar lang de complete gemeentelijke inkomsten van de OZB. Of ruim vijf jaar lang alle uitgaven van leefbaarheid, sport en cultuur. Ook ruim vier jaar lang alle huidige uitgaven voor verkeer en vervoer.2: De keuzeCDA Krimpenerwaard heeft altijd gesteld voor een oeververbinding tussen de Krimpenerwaard en Ridderkerk te zijn,mits die ook daadwerkelijk helpt voor een snellere verbinding met de A16. En mits die oeververbinding ook daadwerkelijk in samenspraak met betrokken inwoners goed zal worden ingepast in het landschap. Later in het jaar willen we daar inhoudelijk op terug komen. In ieder geval vóór we ons als gemeente gaan binden aan intenties tot aanleg.Iedereen weet dat de locatie bij Feijenoord bij de gemeente Rotterdam favoriet is. De kans dat daarop de keuze komt te liggen is dus reëel. Graag willen we uitspreken dat àls de keuze op de Oost komt te liggen, er hier toch de komende tijd stevig wordt doorgepakt op de verbeterde verbinding tussen Krimpenerwaard en A16. Belangrijk voor werk en veiligheid. Dit geldt dan op de korte termijn met kleinschalige maatregelen maar ook voor de langere termijn is het CDA van mening dat er ingezet moet worden op een structurele verbetering van de bereikbaarheid van de Krimpenerwaard. Ook na een eventuele keuze voor de Oost houdt het bereikbaarheidsvraagstuk hier niet op.Kortom: het gebiedsbod is een positief geschreven verhaal over de toekomst van de Krimpenerwaard; input voor de nog te maken woonvisie 2030 - 2050 en ook input voor de Omgevingsvisie. Maar onvoldragen als serieus bod aan de MIRT-partners; het zal gelezen worden als: daar valt 40 mio te halen. CDA Krimpenerwaard is van mening dat je heel goed moet weten wat je aan het doen bent als je een impliciet bod doet van 25 tot 40 miljoen euro. Een bod doen op infrastructuur waarvan je niet weet of je daarmee wel geholpen gaat zijn, dat isecht een brug te ver.

Op 5 maart 2019 stelde de gemeenteraad het Bestemmingsplan Veenweiden vast. Met dit bestemmingsplan wordt 2.250ha aan - veelal agrarische - gronden omgezet naar natuur. Op veel punten werd het plan aangepast (geamendeerd), zodat er verbeteringen werden aangebracht. Het CDA Krimpenerwaard is blij met alle wijzigingen, maar stemde alsnog (als enige partij) tegen. Hieronder leggen we uit waarom.De tekstwijzigingen zijn vaak met grote raadsbrede steun vastgesteld. CDA Krimpenerwaard is positief over de samenwerking met de andere partijen, alsmede de wethouders en ambtelijke ondersteuning en is erkentelijk voor het vele goede werk dat de afgelopen tijd is uitgevoerd.Op een paar punten vond CDA Krimpenerwaard het plan echter niet rijp om mee in te stemmen: - De afgelopen weken zijn zodanig turbulent geweest dat het CDA heeft gepleit voor een maand kwaliteitstijd om e.e.a. nog eens rustig tegen het licht te houden. Dat zou ook de tijd bieden om oplossingen te genereren voor een paar situaties waarbij bedrijven onevenredig en onredelijk hard worden geraakt. Ecologische discussies over "robuustheid van verbindingen" zouden dan ook in alle rust afgerond kunnen worden.- Dat zou ook de kans bieden om het beheercollectief te erkennen en aan het werk te krijgen. Nu ligt er een boterzachte uitspraak dat dat - heel belangrijke! - beheercollectief operationeel zal zijn over een maand. CDA wilde ook op dat front meer zekerheid. - Het college zegde toe dat het zich zal inzetten om overlast te voorkomen bij agrariërs buiten het natuurgebied, door ganzen en zwanen uit het natuurgebied (voorkomen van proletarisch grazen bij de buren). Ook daarover had het CDA graag tevoren meer praktische uitwerking gezien. Voor velen, inclusief de gemeente, is het nu nog te veel een 'sprong in het diepe' (en nu maar hopen dat er voldoende water in het zwembad zit...). Wat ons betreft horen we nog te veel woorden als 'geloven', 'hopen' en 'vertrouwen'. CDA had en heeft een meer zakelijke afweging: eerst meer duidelijkheid en daarna pas een echt 'go'. De komende weken zal CDA Krimpenerwaard zeker de vinger aan de pols houden! Lees hier de spreektekst van ons raadslid Kees Larooij bij de behandeling van het bestemmingsplan.