Nieuws van politieke partijen in Edam-Volendam over GroenLinks inzichtelijk

3 documenten

Voorstel GroenLinks: koop gemeentelijk vergadercentrum Schepenmakersdijk terug | Edam-Volendam

GroenLinks GroenLinks Edam-Volendam 21-12-2019 00:00

Al geruime tijd heeft de gemeente problemen met haar eigen huisvesting. Het pand aan de Mgr. Veermanlaan is al jaren over datum, het stadskantoor aan de W. van der Knoopdreef is te krap en de huur van het vergadercentrum aan de Schepenmakersdijk loopt in juli 2021 af.

Even is er een idee geweest om een heel nieuw stadskantoor te bouwen, met kantoren en vergadercentrum op één locatie, bijvoorbeeld aan de Dijkgraaf Poschlaan. Maar met het oog op een eventuele fusie met Waterland is dat idee op de lange baan geschoven. De gemeenteraad van Waterland heeft te kennen gegeven dat ze voorshands niet met Edam-Volendam wil fuseren. Zou Edam-Volendam er niet goed aan zou doen om het heft weer in eigen hand te nemen?

De mooie Schepenmakersdijk

De voormalige HHNK-panden aan de Schepenmakersdijk zijn na veel politiek gekrakeel verkocht aan projectontwikkelaar De Vier Jaargetijden. De historische gebouwen aan de voorkant en rond de beeldentuin zullen behouden blijven en binnenkort volledig bewoond zijn. Het daarachter gelegen vergadercentrum, gebouwd in 1978, wordt momenteel nog verhuurd aan de gemeente. De eigenaar wil het gebouw slopen en er nieuwe woningen neerzetten. Is dat wel een goed idee?

Ideale vergaderlocatie

De vergaderzaal van de gemeenteraad is de plaats waar de lokale politiek zich afspeelt. Hier gaan volksvertegenwoordigers met elkaar in debat over heikele onderwerpen. Vaak komen inwoners kijken als er over cruciale zaken besloten moet worden. Onze gemeente heeft recht op een representatief huis voor de democratie. Het huidige vergadercentrum is een ideale locatie. Dat blijkt ook uit het feit dat het gebouw niet alleen gebruikt wordt door onze eigen gemeenteraad maar ook voor regionaal overleg en talloze andere vergaderingen.

Hergebruik is beter dan nieuwbouw

GroenLinks zou graag zien dat de gemeente opnieuw met de Vier Jaargetijden in gesprek gaat om te kijken of het vergadercentrum teruggekocht kan worden. Het zal verbouwd moeten worden en de ingang moet verplaatst worden. Ja, het zal geld kosten, maar het is wel een oplossing die GroenLinks veel minder duur lijkt dan een heel nieuw stadskantoor neerzetten. Gebruik maken van bestaande gebouwen is ook uit oogpunt van duurzaamheid sowieso een goede optie. Als er uitzicht is op een duurzame vergaderlocatie voor de gemeenteraad en de commissies, creëert dat meer lucht voor de ambtenarenhuisvesting. Er komen dan meer kantoorgebouwen in de gemeente in aanmerking omdat er geen grote vergaderzaal in gehuisvest hoeft te worden. Misschien volstaat door deze keuze een herinrichting van het huidige stadskantoor plus een nieuw gebouw aan de Mgr. Veermanlaan?

Debat

Tot nu toe is de verkenning van de nieuwe huisvesting puur een ambtelijke aangelegenheid geweest. GroenLinks wil met het uitbrengen van deze opinie aangeven dat het zo langzamerhand ook een politieke kwestie is geworden en ziet deze het liefst opgelost vóór de verkiezingen van 2022. Met elkaar in debat dus in plaats van opnieuw verkiezingsretoriek over de ambtenarenhuisvesting!

Nico van Straalen

Even is er een idee geweest om een heel nieuw stadskantoor te bouwen, met kantoren en vergadercentrum op één locatie, bijvoorbeeld aan de Dijkgraaf Poschlaan. Maar met het oog op een eventuele fusie met Waterland is dat idee op de lange baan geschoven. De gemeenteraad van Waterland heeft te kennen gegeven dat ze voorshands niet met Edam-Volendam wil fuseren. Zou Edam-Volendam er niet goed aan zou doen om het heft weer in eigen hand te nemen?

De mooie Schepenmakersdijk

De voormalige HHNK-panden aan de Schepenmakersdijk zijn na veel politiek gekrakeel verkocht aan projectontwikkelaar De Vier Jaargetijden. De historische gebouwen aan de voorkant en rond de beeldentuin zullen behouden blijven en binnenkort volledig bewoond zijn. Het daarachter gelegen vergadercentrum, gebouwd in 1978, wordt momenteel nog verhuurd aan de gemeente. De eigenaar wil het gebouw slopen en er nieuwe woningen neerzetten. Is dat wel een goed idee?

Ideale vergaderlocatie

De vergaderzaal van de gemeenteraad is de plaats waar de lokale politiek zich afspeelt. Hier gaan volksvertegenwoordigers met elkaar in debat over heikele onderwerpen. Vaak komen inwoners kijken als er over cruciale zaken besloten moet worden. Onze gemeente heeft recht op een representatief huis voor de democratie. Het huidige vergadercentrum is een ideale locatie. Dat blijkt ook uit het feit dat het gebouw niet alleen gebruikt wordt door onze eigen gemeenteraad maar ook voor regionaal overleg en talloze andere vergaderingen.

Hergebruik is beter dan nieuwbouw

GroenLinks zou graag zien dat de gemeente opnieuw met de Vier Jaargetijden in gesprek gaat om te kijken of het vergadercentrum teruggekocht kan worden. Het zal verbouwd moeten worden en de ingang moet verplaatst worden. Ja, het zal geld kosten, maar het is wel een oplossing die GroenLinks veel minder duur lijkt dan een heel nieuw stadskantoor neerzetten. Gebruik maken van bestaande gebouwen is ook uit oogpunt van duurzaamheid sowieso een goede optie. Als er uitzicht is op een duurzame vergaderlocatie voor de gemeenteraad en de commissies, creëert dat meer lucht voor de ambtenarenhuisvesting. Er komen dan meer kantoorgebouwen in de gemeente in aanmerking omdat er geen grote vergaderzaal in gehuisvest hoeft te worden. Misschien volstaat door deze keuze een herinrichting van het huidige stadskantoor plus een nieuw gebouw aan de Mgr. Veermanlaan?

Debat

Tot nu toe is de verkenning van de nieuwe huisvesting puur een ambtelijke aangelegenheid geweest. GroenLinks wil met het uitbrengen van deze opinie aangeven dat het zo langzamerhand ook een politieke kwestie is geworden en ziet deze het liefst opgelost vóór de verkiezingen van 2022. Met elkaar in debat dus in plaats van opnieuw verkiezingsretoriek over de ambtenarenhuisvesting!

Nico van Straalen

Voor een dubbeltje op de eerste rang | Edam-Volendam

GroenLinks GroenLinks Edam-Volendam 09-10-2019 00:00

Een jaar of vijf geleden hoorden wij in de gemeenteraad voor het eerst van het begrip ‘meekoppelkansen’. In het dijkversterkingsproject - teneinde de voeten van de burgers droog te houden en de minieme kans op dijkdoorbraken nog kleiner te maken - werd ons door de projectleider een keuzelijstje voorgelegd.

Een overzicht met kansen om aan te haken/koppelen aan ‘de rijdende trein’ zoals het project van HHNK metaforisch werd aangeduid. De wethouders in de collegebanken veerden op, hun ogen werden groot en glanzend. Ze bogen naar voren om de projectleider beter te kunnen verstaan en ook de raadsleden spitsten verwachtingsvol hun oren.

De eerste wortel die de raad door het college werd voorgehouden was de mogelijkheid voor een weg onderlangs de Dijk. Als ze dan toch op het stuk dijk bij het Noordeinde aan het spitten waren, konden ze net zo goed die weg voor auto’s en bussen aanleggen. Bij het strandje van Wullempie zou dan een mooie afrit naar het parkeerterrein van Spaander kunnen komen. De kosten voor deze afrit waren voor de gemeente zelf. Dat was echter geen probleem: in een vloek en een zucht werd hiervoor vier ton gereserveerd. Er werd nog een aantal opties geboden: een doorlopende fietsroute vanaf Hoorn naar Amsterdam, een subsidiepotje hier, een subsidiepotje daar en uiteraard heel veel inspraak en participatie voor een ieder die zich er mee zou willen bemoeien.

Onze gemeenteraad en college van burgemeester en wethouders vonden het allang prima zo. Ze hadden de magische woorden ‘weg’, ‘afrit’ en ‘subsidie’ gehoord en hoe, wanneer en hoe grootschalig de dijk versterkt zou worden vond men niet zó boeiend. De meeste aandacht ging vanaf het prille begin uit naar de meekoppelkansen: ‘we willen graag een weg en zoeken er nog een dijk bij’. Men verdiepte zich niet of nauwelijks in bezorgde woorden van burgers die zich hadden verenigd in Stichting ‘Red de Zuyderzeedijk’. Er was geen aandacht voor inwoners die zich zorgen maakten om de aantasting van de Dijk als monument, of inwoners die vraagtekens zetten bij de voorgenomen grootschalige aanpak van de dijkversterking. Deze participerende burgers kwamen met nieuwe onderzoeken, met innovaties zoals Dijken op Veen, met pompen, dijkverankering, met onderzoek ‘Bewezen sterkte’.

In september 2016 bleek na uitkomsten van verschillende onderzoeken dat de dijk aanzienlijk minder robuust hoefde te worden versterkt. De jarenlange wens van ons gemeentebestuur (en van een aantal dijkondernemers) – een weg onderlangs de dijk, inclusief afrit – zou dus niet doorgaan.  

Dat zou je wel denken, maar die afrit (door vrijwel het gehele gemeentebestuur bijna liefkozend ‘afritje’ genoemd) staat nog steeds op de begroting en wordt beschouwd als een ‘verkeersveiligheid verhogende kans’. Om het afritproject koste wat kost door te zetten baseert het College haar onderbouwing op een verouderd onderzoek van Goudappel Coffeng uit 2010 (!!) naar het auto-, fiets- en voetgangersverkeer op het Noordeinde en Haven. De verkeerssituatie anno 2019 is echter sterk veranderd ten opzichte van 2010. Dankzij de verkeersmaatregelen in de afgelopen jaren en het gebruik van de Parallelweg voor touringcarbussen is de verkeersintensiteit op het Noordeinde en de Haven sterk afgenomen. Ieder weldenkend mens denkt: vooral houwen zo. Waarom zouden we de klok terugdraaien en opnieuw auto’s en bussen via een afrit naar een gebied vol voetgangers leiden?

Donderdag behandelen we in het raadsplein 1A het voorstel rond keuzedocument Meekoppelkansen. Opnieuw is de rode draad in het verhaal: hoe zorgen we ervoor dat we zoveel mogelijk kans maken op subsidie van de provincie? De Provincie Noord-Holland heeft bij belanghebbende gemeenten in het dijkversterkingsgebied geïnventariseerd welke ambities zij voor het gebied hebben. Welnu, onze gemeente ambieert een kwaliteitsslag voor het toeristische product. Voor Edam, Volendam en Zeevang zou het huidige toeristische product verbeterd en/of vernieuwd moeten worden met als doel het huidige aantal toeristen vast te houden en daarnaast een ander type bezoeker te trekken. Meer kwaliteitstoerisme wordt dat genoemd.

Wat ik in dit keuzedocument heel erg mis, is een duidelijk geformuleerde, geloofwaardige en realistische visie op het toerisme binnen onze gemeente. Vertel me bijvoorbeeld: hoe gaan we binnen het project Waterrijk Museum een ‘iconische waarde toevoegen aan de fiets/wandelverbinding’ en hoe gaan we in vredesnaam ‘de beleving optimaliseren’. De Dijk is niet zómaar een monument. Iedere week ervaar ik tijdens mijn wandeling tussen Edam en Volendam de schoonheid, de lucht en het water die iedere keer weer anders zijn. Oh, wat wonen we toch mooi! Dit gebied hoeft niet opgeleukt te worden met allerlei iconische evenementen. De dijk is al een beleving op zichzelf.

Voorwaar ik zeg u: zolang de Nota Toerismebeleid van 2015 nog (steeds) niet is herijkt, zolang onze gemeente nog volop inzet op massatoerisme, zolang er enige visie ontbreekt op waar we naar toe willen met toerisme in een übertoeristische gemeente als Edam-Volendam, zolang onze Stichting Tourist Information EV moet sappelen om het hoofd boven water te houden, zolang we nog zuinig beknibbelen op het toch al schamele aantal fte’s op afdeling Toerismebeleid … is het niet nodig om bij voorbaat zenuwachtig te worden over al dan niet gemiste meekoppelkansen. 

Gudy van den Hogen

 

Een overzicht met kansen om aan te haken/koppelen aan ‘de rijdende trein’ zoals het project van HHNK metaforisch werd aangeduid. De wethouders in de collegebanken veerden op, hun ogen werden groot en glanzend. Ze bogen naar voren om de projectleider beter te kunnen verstaan en ook de raadsleden spitsten verwachtingsvol hun oren.

De eerste wortel die de raad door het college werd voorgehouden was de mogelijkheid voor een weg onderlangs de Dijk. Als ze dan toch op het stuk dijk bij het Noordeinde aan het spitten waren, konden ze net zo goed die weg voor auto’s en bussen aanleggen. Bij het strandje van Wullempie zou dan een mooie afrit naar het parkeerterrein van Spaander kunnen komen. De kosten voor deze afrit waren voor de gemeente zelf. Dat was echter geen probleem: in een vloek en een zucht werd hiervoor vier ton gereserveerd. Er werd nog een aantal opties geboden: een doorlopende fietsroute vanaf Hoorn naar Amsterdam, een subsidiepotje hier, een subsidiepotje daar en uiteraard heel veel inspraak en participatie voor een ieder die zich er mee zou willen bemoeien.

Onze gemeenteraad en college van burgemeester en wethouders vonden het allang prima zo. Ze hadden de magische woorden ‘weg’, ‘afrit’ en ‘subsidie’ gehoord en hoe, wanneer en hoe grootschalig de dijk versterkt zou worden vond men niet zó boeiend. De meeste aandacht ging vanaf het prille begin uit naar de meekoppelkansen: ‘we willen graag een weg en zoeken er nog een dijk bij’. Men verdiepte zich niet of nauwelijks in bezorgde woorden van burgers die zich hadden verenigd in Stichting ‘Red de Zuyderzeedijk’. Er was geen aandacht voor inwoners die zich zorgen maakten om de aantasting van de Dijk als monument, of inwoners die vraagtekens zetten bij de voorgenomen grootschalige aanpak van de dijkversterking. Deze participerende burgers kwamen met nieuwe onderzoeken, met innovaties zoals Dijken op Veen, met pompen, dijkverankering, met onderzoek ‘Bewezen sterkte’.

In september 2016 bleek na uitkomsten van verschillende onderzoeken dat de dijk aanzienlijk minder robuust hoefde te worden versterkt. De jarenlange wens van ons gemeentebestuur (en van een aantal dijkondernemers) – een weg onderlangs de dijk, inclusief afrit – zou dus niet doorgaan.  

Dat zou je wel denken, maar die afrit (door vrijwel het gehele gemeentebestuur bijna liefkozend ‘afritje’ genoemd) staat nog steeds op de begroting en wordt beschouwd als een ‘verkeersveiligheid verhogende kans’. Om het afritproject koste wat kost door te zetten baseert het College haar onderbouwing op een verouderd onderzoek van Goudappel Coffeng uit 2010 (!!) naar het auto-, fiets- en voetgangersverkeer op het Noordeinde en Haven. De verkeerssituatie anno 2019 is echter sterk veranderd ten opzichte van 2010. Dankzij de verkeersmaatregelen in de afgelopen jaren en het gebruik van de Parallelweg voor touringcarbussen is de verkeersintensiteit op het Noordeinde en de Haven sterk afgenomen. Ieder weldenkend mens denkt: vooral houwen zo. Waarom zouden we de klok terugdraaien en opnieuw auto’s en bussen via een afrit naar een gebied vol voetgangers leiden?

Donderdag behandelen we in het raadsplein 1A het voorstel rond keuzedocument Meekoppelkansen. Opnieuw is de rode draad in het verhaal: hoe zorgen we ervoor dat we zoveel mogelijk kans maken op subsidie van de provincie? De Provincie Noord-Holland heeft bij belanghebbende gemeenten in het dijkversterkingsgebied geïnventariseerd welke ambities zij voor het gebied hebben. Welnu, onze gemeente ambieert een kwaliteitsslag voor het toeristische product. Voor Edam, Volendam en Zeevang zou het huidige toeristische product verbeterd en/of vernieuwd moeten worden met als doel het huidige aantal toeristen vast te houden en daarnaast een ander type bezoeker te trekken. Meer kwaliteitstoerisme wordt dat genoemd.

Wat ik in dit keuzedocument heel erg mis, is een duidelijk geformuleerde, geloofwaardige en realistische visie op het toerisme binnen onze gemeente. Vertel me bijvoorbeeld: hoe gaan we binnen het project Waterrijk Museum een ‘iconische waarde toevoegen aan de fiets/wandelverbinding’ en hoe gaan we in vredesnaam ‘de beleving optimaliseren’. De Dijk is niet zómaar een monument. Iedere week ervaar ik tijdens mijn wandeling tussen Edam en Volendam de schoonheid, de lucht en het water die iedere keer weer anders zijn. Oh, wat wonen we toch mooi! Dit gebied hoeft niet opgeleukt te worden met allerlei iconische evenementen. De dijk is al een beleving op zichzelf.

Voorwaar ik zeg u: zolang de Nota Toerismebeleid van 2015 nog (steeds) niet is herijkt, zolang onze gemeente nog volop inzet op massatoerisme, zolang er enige visie ontbreekt op waar we naar toe willen met toerisme in een übertoeristische gemeente als Edam-Volendam, zolang onze Stichting Tourist Information EV moet sappelen om het hoofd boven water te houden, zolang we nog zuinig beknibbelen op het toch al schamele aantal fte’s op afdeling Toerismebeleid … is het niet nodig om bij voorbaat zenuwachtig te worden over al dan niet gemiste meekoppelkansen. 

Gudy van den Hogen

 

Het hart van Volendam op de schop: een-tweetje tussen gemeente en HHNK | Edam-Volendam

GroenLinks GroenLinks Edam-Volendam 06-12-2018 00:00

Het hoogheemraadschap wil onze Dijk, het hart van Volendam, op de schop nemen. Meer dan de helft van de dijk bij het Noordeinde en nog verder tot aan het gemaal wil men afgraven en vervangen door een industriële kering verderop in het water op de slappe ondergrond die nog nooit een dijk gezien heeft. Bij het bebouwde deel wil men de kruin verdubbelen. Ook in Warder tot aan Schardam moet een groot deel van de dijk eraan geloven. Bij bewoners staat veiligheid voorop maar zij hebben grote zorgen dat de monumentale dijk onherstelbaar wordt vernietigd. Ook zijn er veel vragen over risico’s en kosten van deze monsteroperatie. Zij zijn er ook helemaal niet bij betrokken. Een derde deel van de hele dijkversterking vindt plaats in Edam-Volendam, maar waar was ons gemeentebestuur al die tijd?

Waar was de gemeente?

Tijdens voorlichtingsavonden van de gemeenteraad over de dijkversterking ging de belangstelling  vooral uit naar het meekoppelproject “afrit bij Wullempie”. Juist nu de Dijk na jaren van bestuurlijk gesteggel auto- en busluw is wil de gemeente met gemeenschapsgeld een afrit naar Spaander aanleggen die juist meer verkeer aantrekt. In haar schriftelijke zienswijze op de plannen sprak de gemeente alle vertrouwen uit in de aanpak van het hoogheemraadschap. Geen kritische noot of twijfel te bekennen. Ouwe jongens krentenbrood. Maar ook geen woord over de “afrit bij Wullempie”, want die is niet opgenomen in het projectplan. Je kon er dus ook geen bezwaar tegen maken.

Voor 500 miljoen bouwen op een tompouce

Terwijl de gemeente het dijkproject ziet als een kans om de eigen plannen voor een afrit eindelijk te verwezenlijken, zijn bewoners ongerust of er alles aan gedaan is om de monumentale dijk zoveel mogelijk te behouden. Zij worden gesteund door onafhankelijke ingenieurs van naam die de plannen zwaar overtrokken vinden en schatten dat de dijk voor de helft van de kosten veilig versterkt kan worden. 250 miljoen euro in plaats van 500 miljoen. Er hangt een waas van geheimzinnigheid over de samenwerking tussen HHNK en de aannemers: de aanbesteding, de risico- en kostenberekeningen en hoe meevallers onder hen worden verdeeld. Alles is “bedrijfsgeheim”.

Deskundigen wijzen verder op de risico’s van afgraven en verplaatsen van de dijk. “Bouwen op een tompouce”, zoals een bestuurder van het HHNK het zelf omschreef. Wat gebeurt er met woningen als je een paar meter verderop vele duizenden tonnen grond gaat verplaatsen? Bij dijkversterking ga je in Nederland meestal uit van behoud van de bestaande dijk. Die ligt er al eeuwen, heeft wel vaker voor langere tijd hoge waterstanden weerstaan zonder een krimp te geven en de ondergrond is goed ingeklonken. De vele alternatieve versterkingsmethoden - zoals vernageling - zijn onvoldoende onderzocht. En de bewoners zijn niet bij het ontwikkelen van de plannen betrokken. Langs de dijk geen polderoverleg.

Gemeente blij met afrit bij Wullempie

En zie: daags na de goedkeuring door Provinciale Staten ondertekenden de portefeuillehouders van onze gemeente en van het hoogheemraadschap een samenwerkingsovereenkomst over ondermeer de “afrit bij Wullempie”. Navraag over deze bijzondere timing leerde dat de tekst niet eerder klaar was voor ondertekening. Na al die jaren! Breed glimlachend poseerden beide heren achter de papieren met pen in de hand voor de foto. Het hoogheemraadschap blij, de gemeente blij. En de Volendammers en de rest van de wereld? Die wandelen straks door een bouwput, geflankeerd door auto’s en toeristenbussen.

 

John Kluessien namens GroenLinks

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.