”Anderen, zoals Don Ceder (CU), leggen de nadruk op het aspect van mensenhandel, iets wat volgens hem door liberalen wordt onderschat. Of op het feit dat het economische belang vaak prevaleert boven het opkomen voor de rechten van de vrouw. Deze kritische geluiden werden steevast neergezet als ‘moralistisch’. Zoals door raadslid Zeeger Ernsting (GroenLinks): ‘Je moet met sekswerkers praten en niet moreel beoordelen vanaf afstand’. (..) ‘Moralist!’ is het eerste wat vaak wordt tegengeworpen bij kritiek op prostitutie. Maar een moreel serieus argument formuleren is iets anders dan moralistisch zijn. Het is moreel verantwoord om de zelfbeschikking van deze groep prostituees ter discussie te stellen, gezien de omstandigheden waarin de keuze tot stand komt. Dat gaat verder dan de verhalen herhalen van enkele sekswerkers die openlijk aangeven het uit vrije wil te doen, of te denken dat we genoeg doen door het te reguleren, of omdat het economisch belangrijk is, of erger, omdat de Wallen nu eenmaal ‘horen bij’ Amsterdam.”