Tijdens de raadsvergadering van 5 juli reageerde ons raadslid Annelies Kleve op de motie van VVD over hoe om te gaan met het rapport van de Notaionale Ombudsman “Zorgen voor de burgers”.

De transitie als gevolg op de decentralisaties is een omvangrijk proces voor alle partijen; de zorgvrager, mantelzorger, de uitvoerend medewerkers, de organisaties en de gemeenten. Om te leren en te verbeteren is tijd nodig en tijd heeft de zorgvrager meestal niet. 

Kan het anders en moet het anders?

Vanaf 2015 hebben vijf gemeenten waaronder Zaanstad ervaringen opgedaan met een andere manier van werken. Het doel was en is om maatwerk te leveren door sociaal werkers van de wijkteams, om zo betere ondersteuning te kunnen bieden tegen hetzelfde budget.

Zo werkt Zaanstad met een wijkbudget. Het klinkt aantrekkelijk om nu die kant op te bewegen maar uit de 1ste evaluatie in februari 2017 door het Verwey-Jonker Instituut blijkt dat in de praktijk  80% van het budget wordt ingezet om huisuitzettingen te voorkomen of zorgkosten te betalen en dit is niet het maatwerk wat men voor ogen had.

Ook in de tweede evaluatie wordt opgemerkt dat veel problemen financieel gerelateerd zijn en dat oplossingen vaak nog jaren gaan duren. Ook de sociaal werker loopt tegen de beperkingen aan die veelal mede door de overheid veroorzaakt worden, denk hierbij aan de complexiteit van het toeslagen systeem en de problemen die daardoor ontstaan. 

Een van de conclusies die er worden gemaakt is dat veel resultaten pas op de langere termijn zichtbaar worden. Monitor daarom in de vervolg effecten op langere termijn en probeer beter zicht te krijgen op de groep die maatwerk nodig heeft. 

Met andere woorden: heb geduld!

Zowel de VVD als de Ombudsman pleiten voor een overbruggingskrediet. Dit lijkt een voor de hand liggende oplossing. De vraag hierbij is wel: waar halen we de financiën vandaan? Als deze ten koste van de huidige zorgaanbieders gaat zal dit opnieuw veranderingen en onzekerheid binnen de organisaties met zich meebrengen. Juist de zorgvrager is gebaat bij organisaties die in een rustiger vaarwater komen. En nog belangrijker is dat de organisaties de tijd krijgen om te verbeteren. 

D66 wil graag eerst van de zorggebruiker, de uitvoerend medewerkers, de organisaties en de  gemeente horen hoe zij de transformatie ervaren. Een consulterende raadsvergadering in het najaar is wat ons betreft de eerste stap. 

De vraagstelling wat ons betreft is:

wat gaat er goed?  wat kan beter?   en wat moet beter? 

Wanneer hierover een duidelijk beeld is en ook evaluaties van andere werkwijzen rijper zijn, zal een eventuele wijziging wat D66 betreft bespreekbaar zijn. 

The post Reactie motie over rapport Nationale Ombudsman appeared first on D66 Assen.