Lansingerland – Het was 2 juni 2014 toen Jeroen Heuvelink voor het eerst door de draaideuren van het stadhuis liep als wethouder. “Ik weet niet echt meer hoe die dag verliep”, vertelt hij. “Maar de eerste week herinner ik mij nog wel goed. We moesten gelijk een monsterklus zien te klaren.” In de serie College in Beeld blikt Heuvelink terug op de afgelopen vier jaar van dit college.
Redactie en fotografie door Boyan Ephraim van Hart van Lansingerland.
“Het was de eerste keer dat mijn partij D66 in een college kwam in Lansingerland”, vertelt Heuvelink. “En we konden gelijk aan de bak. Er moest een begroting voor het volgende jaar worden gemaakt en daar hadden we welgeteld vijf dagen voor. Een monsterklus. De begroting was nog door het vorige gemeentebestuur gemaakt, dus wij waren het niet echt met alle punten eens. Gelukkig hebben we in die paar dagen onze D66-stempel er een beetje op kunnen drukken.” Dat die ‘monsterklus’ geklaard werd, lag volgens de wethouder aan de fijne band die alle wethouders en de burgemeester gelijk hadden. “Het klikte. We hadden direct een professionele klik, maar ook een persoonlijke. We gunnen elkaar alles en vinden elkaar ook oprecht aardig. Dat is wel eens anders geweest, want de vorige wethouders vochten elkaar de tent uit. Er waren toen veel bestuurlijke wisselingen en er kwam zelfs een waarnemend burgemeester om de stabiliteit te herstellen. Nu is de rust weergekeerd in de Lansingerlandse politiek. Gelukkig maar.”
Duurzaamheid
De grootste uitdaging die Heuvelink kreeg, was duurzaamheid terug op de kaart zetten. “Er was totaal geen aandacht meer voor. Het budget was nul. Duurzaamheid was compleet uit de begroting gesloopt. De hele afdeling die daarmee bezig was, was als het ware opgedoekt en dat snapte ik ook wel. Het ging financieel niet bepaald goed met Lansingerland. Dan heeft duurzaamheid natuurlijk niet de hoogste prioriteit. Maar mijn doel was om het weer terug op de agenda te zetten.”
“We begonnen met een budget van nul euro, nul mensen werkten aan duurzaamheid. Direct heb ik voorgesteld om het budget naar 300.000 euro per jaar te brengen en daar stemde de gemeenteraad ook mee in. Inmiddels is het budget zelfs 400.000 euro per jaar. Dat betekent dat we echt iets kunnen doen op dit gebied. Om te voldoen aan het klimaatakkoord van Parijs moeten we groene energie gaan produceren en de CO2-uitstoot fors verminderen. In 2050 willen we dat Lansingerland klimaatneutraal is. Daar heb je wel wat centjes voor nodig. Dit is het begin.” Met dat budget zijn de eerste stappen gezet. Heuvelink: “Er is nu een team dat volledig werkt aan duurzaamheid en de eerste projecten zijn opgestart. In Bleiswijk worden woningen gebouwd die meer dan energieneutraal zijn en dus meer energie produceren dan ze gebruiken. Bij een project in de Meerpolder worden woningen gebouwd waarvan bouwmaterialen in de toekomst zijn her te gebruiken. Circulair bouwen heet dat. De nieuwe wijk Wilderszijde in Bergschenhoek zal volledig gasloos en energieneutraal worden aangelegd. Over een paar jaar moet de bouw van die wijk beginnen.” Ook is er druk nagedacht over het verkeer. “Onze auto’s zijn natuurlijk een enorme belasting voor het milieu”, zegt Heuvelink. “Bij elkaar stoten ze veel CO2 uit. In de toekomst zullen elektrische auto’s en het openbaar vervoer daarom belangrijker worden. Daarnaast wordt verwacht dat we auto’s met elkaar gaan delen. Als jij ‘m niet gebruikt, kan je buurman ‘m toch pakken?”
“Dat vraagt ook iets van onze infrastructuur. De nieuwe wijk Wilderszijde moet de wijk van de toekomst worden. Met de ZoRo-busbaan ernaast is de openbaar vervoersverbinding uitstekend. Er komen ook wel parkeerplekken voor auto’s, maar die richten we zo in dat we met die ruimte makkelijk iets anders kunnen doen als ze in de toekomst niet meer nodig zijn.” De komende jaren zullen er ook steeds meer laadpalen voor elektrische auto’s in het straatbeeld te zien zijn. “Er staan er nu z’n twintig, maar er komen er nog eens tweehonderd bij. We hebben onlangs een concessie gesloten samen met de gemeente Rotterdam. Zo kunnen we de palen voordeliger krijgen.”
“Maar er lopen ook kleinere projectjes”, gaat Heuvelink verder. “De verlichting van onze sportvelden wordt vervangen door led. Dat scheelt ons allemaal CO2-uitstoot en sportverenigingen energiekosten. Ook gaan we op de gebouwen die in bezit zijn van de gemeente zeshonderd zonnepanelen leggen. Op het dak van het gemeentehuis liggen er al wat, maar dat zijn er niet zo veel. Door alles vol te leggen proberen we het goede voorbeeld te geven en hopen we dat andere bedrijven volgen.”
Onderwijs
Op het gebied van onderwijs is ook aardig wat veranderd de afgelopen vier jaar. “Dan gaat het vooral over huisvesting, want dat is onze kerntaak. Ik heb vier nieuwe scholen geopend, maar er ging er helaas ook een failliet. De Kleine Kapitein. Dat was voor de leerlingen, ouders en leerkrachten, maar ook voor mij een zeer frustrerende ervaring. De school had bovendien een uniek onderwijsconcept.”
“De Prins Mauritsschool in Berkel en Rodenrijs dreigde ook om te vallen. Er waren te weinig leerlingen over om nog geld van het Rijk te krijgen. Het vervelende is dat ik als wethouder aan geen enkele knop kan draaien. Het Rijk gaat erover. Wij als gemeente konden alleen machteloos toekijken. Ouders vonden het natuurlijk ook verschrikkelijk en dat begrijp ik. Ze verwachtten dat ik iets deed. Uiteindelijk hebben we ingewikkelde afspraken kunnen maken en krijgt de Maurits vijf jaar de tijd om er weer bovenop te komen. Dat was de enige keer dat ik ooit applaus heb gekregen tijdens een gemeenteraadsvergadering. Dat moment vergeet ik niet.”
“Een ander moment dat ik nooit vergeet, was de opening van de uitkijktoren in het Hoge Bergse Bos. Dat was letterlijk mijn hoogtepunt van de afgelopen vier jaar. Ik ben abseilend van die toren gegaan als openingsact. Dat werd uitgezonden op tv, het stond in de kranten en op internet. Ik heb nog nooit zoveel reacties op iets gekregen. Normaal hoor je nooit wat.”
Nóg eens vier jaar
Het duurt niet lang meer tot de volgende gemeenteraadsverkiezingen. Op 21 maart mogen alle Lansingerlanders weer naar de stembus. “Spannend”, vindt de wethouder. “De kiezer mag weer spreken.” Heuvelink heeft er nu bijna vier jaar opzitten, maar wil graag door. “Ik ben zeker nog niet klaar”, roept hij lachend.