Nieuws van D66 in Gouda inzichtelijk

13 documenten

Interview met Maria ten Tusscher, kandidaat-raadslid

D66 D66 Gouda 15-03-2018 16:23

Maria ten Tusscher, geboren aan de rand van Nederland, dichtbij de plek waar Tommy Wieringa zijn ‘De heilige Rita’ situeerde, in het katholieke Twentse dorp Tubbergen. ‘Nederland moet net zo veilig worden als Tubbergen’: de stelling die Sybrand Buma inbracht tijdens het eerste grote verkiezingsdebat op Radio 1 op 9 maart jl. Het dorp wordt dikwijls aangehaald als het veiligste dorp van Nederland. Boven de essen uit torent het standbeeld van de grote staatsman, dichter en schrijver Dr. Schaepman, die een belangrijk aandeel had in de totstandkoming van het eerste confessionele kabinet in 1888. Niet zomaar een keuze dus van Buma, Tubbergen te kiezen als locatie voor zijn huidige campagnespotje. Ik groeide op tegenover het geboortehuis van de beroemde Schaepman.

Al lang geen Tubbergse en geen ‘goed’ katholiek meer, wel gehecht aan introspectie, aan normen en waarden, niet vanuit dogma’s, maar vanuit vrijheid. In dit interview stel ik mezelf enkele vragen. Ik wil duidelijk maken wat ik belangrijke waarden vind in het leven en waarin die waarden overeenkomen met de uitgangspunten van D66. Met andere woorden: waarom voel ik me een D66’er en hoe zie ik mijn rol als D66-raadslid voor Gouda?

De genoemde vrijheid staat voor mij centraal. Ik vind het ongelooflijk belangrijk dat elk mens de ruimte en de tijd krijgt en voelt zichzelf te ontdekken, te ontplooien, te vinden, dat er elke keer opnieuw een weg is om te groeien. Voor de een gaat dat groeien gemakkelijker, sneller of langzamer  dan voor de ander, wat consequenties heeft voor de wijze waarop we de samenleving inrichten, dus ook voor ons politieke beleid. Hoe structureren we ons onderwijs? Hoe organiseren we goede zorg? Hoe stimuleren we creativiteit en goed omgaan met elkaar en met onze aarde?

We leven in een land met grote welvaart en in een wereld met ongekende mogelijkheden. Fantastisch natuurlijk. Maar onze standaarden zijn ook hoog en hier en daar vrij stug, wet– en regelgeving soms zeer complex, de technologische ontwikkelingen schijnbaar ongrijpbaar, het wereldtoneel oogt spanningsvol. Niet iedereen houdt zich staande in zo’n wereld.

Ruimte voor ieder mens om te kunnen groeien in eigenheid vraagt om aandacht voor de individu, niet om stugge standaarden, maar om onderwijs en zorg op maat en hulp waar dat nodig is, om creatieve oplossingen. Presteren vind ik zeker geen vies woord en van stimuleren tot presteren ben ik een voorstander. Zelf het heft in handen nemen waar het kan, onderschrijf ik. Een flexibelere inrichting van onze samenleving met meer aandacht voor de nuances geeft meer mensen daartoe de mogelijkheid.

Jarenlang heb ik met veel plezier in het onderwijs gewerkt. Het lastigst vond ik het leerlingen die er geen zin in hadden om welke reden dan ook, toch aan de gang te krijgen. In mijn lesvoorbereiding zocht ik naar lesstof die aansloot bij de leefwereld van de leerlingen en naar verschillende werkvormen. Ik ervoer gaandeweg dat hoe meer ruimte ik leerlingen gaf om opdrachten vrij in te vullen, hoe beter ze aan het werk waren en hoe leuker ze het vonden. Vrijheid en zelfstandigheid, eigen verantwoordelijkheid, ruimte voor creativiteit vormden echt de oplossing van het probleem. Volgens mij is het een algemeen geldend principe: zoek naar ruimte voor zelfsturing. Het is een principe dat ik terugvind bij D66.

Ik weet dat er grote opgaven liggen op allerlei soorten terreinen, ook in de gemeente Gouda. Goudse politici en Goudse inwoners moeten het met elkaar doen. Voor dat samen doen wil ik me graag inzetten. In Gouda moet iedereen kunnen groeien. In een stad waarin iedereen kan groeien is het leven goed en al het andere wat belangrijk is, groeit dan mee. Daar geloof ik in.

Maria ten Tusscher, moeder van drie prachtige kinderen en twee lieve kleindochtertjes, redacteur bij de Historische Vereniging die Goude, liefhebber van historische en psychologische romans, poëzie, klassieke muziek en tennis en trots op Gouda. ‘Leeft nog Goudse kleigrond tussen hijskraan, kerk en Krugerlaan, laat ons dan die kleigrond kussen waaruit Gouda is ontstaan!’ uit: Schillers ode aan Gouda, Leo Vroman, 201

Interview met Egbert Jan Kuijlaars, raadslid, kandidaat-raadslid

D66 D66 Gouda 07-03-2018 10:19

Opkomend populisme in de jaren 2006-2010 deed Egbert Jan besluiten lid te worden van D66 en actief te worden voor de partij waar hij al jaren op stemde. Zijn uitgangspunt is niet dat mensen alles zelf kunnen, maar dat je op zoek bent naar dat wat mensen zelf kunnen en dat waar ze ondersteuning bij nodig hebben.  Egbert Jan is nu een periode raadslid met de portefeuilles sociaal domein en sport en wil graag doorgaan. Hij vindt Gouda een geweldige stad. Zijn passie is het beste uit de stad naar voren te brengen.

Waarom D66? Egbert Jan staat net als D66 voor de democratische waarden, voor een samenleving waarin je iedereen z’n vrijheid gunt; ook een samenleving waarin ieder doet wat hij kan. Voor sommige mensen is de maatschappij echter te complex om zelf het heft in handen te nemen, constateert Egbert Jan en die moet je daar dus bij helpen. Op lokaal niveau, vindt hij, moeten we ondernemers zo min mogelijk obstakels in de weg leggen en de overheid moet niet meer of minder belasting heffen dan zij nodig heeft. Egbert Jan typeert D66 als de minst paternalistische doch de vooral pragmatische politieke partij: “Ik waardeer de openheid waarmee D66 de stad bestuurt.” Het Zuidelijk Stationsgebied is daarvan volgens hem een schoolvoorbeeld. Het is een plan dat door alle betrokkenen gedragen wordt, vanuit respect voor elkaars mogelijkheden en grenzen. Dat gezamenlijk tot iets komen heeft hij ook gezien op de informatie-uitwisselingsavond over decentralisaties, waarop alle betrokkenen bij de jeugdzorg met elkaar in dialoog waren. “Zo’n grote opgave kun je alleen gezamenlijk oplossen,” aldus Egbert Jan.

Betere zorg en goedkopere zorg Een grote uitdaging voor Gouda is volgens hem de noodzakelijke bezuiniging van 7,5% in het zeer brede en complexe sociale domein. We slagen er volgens hem nog onvoldoende in het totale pakket van diverse beleidsterreinen met eigen wetten, regels, normen, waarden, te overzien. Daardoor is het moeilijk te bepalen hoe je beter met je geld om kunt gaan, maar binnen elk terrein in het sociale domein acht hij wel verbeterslagen mogelijk. Volgens Egbert Jan moet in het gesprek dat gevoerd wordt tussen gemeente en zorgverleners het accent meer komen te liggen op maatschappelijke doelen en minder op het bedrijfsmatige. Hij benadrukt het belang van toekomstgericht handelen en denken, van het creëren van vertrouwen bij de mensen die de zorg verlenen.  De afhankelijkheid van de Haagse politiek, waardoor verantwoordelijkheden steeds verschuiven, zorgt voor een toename van complexiteit, terwijl juist transparantie nodig is om dat vertrouwen te winnen. Het is een taai en lang proces en Egbert Jan ziet zijn taak als gemeenteraadslid hierin als het continu drukken op het wiel van verandering, om het proces steeds een spaak verder te brengen.

Gelijke monniken, gelijke kappen in de sport Er is volgens Egbert Jan veel scheef in de manier waarop de gemeente omgaat met de diverse verenigingen. Hij vindt het nodig dat zelf medeverantwoordelijkheid nemen het uitgangspunt van beleid is, maar dat geldt dan wel in gelijke mate voor alle clubs: ‘Ik vind het erg dat sommige verenigingen in de watten worden gelegd en dat andere in de kou staan.” Voor verenigingen die hun eigen broek op houden, heeft D66 volgens hem veel respect, maar er moet meer geld naar verenigingen die al lang niet meer door de gemeente zijn ondersteund en die het moeilijk hebben.

Respect voor de vele initiatieven “Gouda is een geweldige stad, niet alleen door de geschiedenis, maar vooral door het grote aantal mensen dat bijdraagt aan het wel en wee in deze stad.” Dat is wat Egbert Jan opvalt in zijn vele gesprekken met stichtingen, verenigingen, vrijwilligers en wat hem raakt: al die de sociale cohesie bevorderende initiatieven, zoals de voedselbank, de non-foodbank, de diverse wijkteam gelieerde stichtingen, de dak- en thuislozenopvang en kinderopvang enzovoort. Die initiatieven zijn zo belangrijk en ze zijn ook sneller en effectiever dan de professionele circuits en daarom moeten we ze ook ondersteunen, zoals met de GoudaPot.

Egbert Jan noemt drie boeken die volgens hem ieder raadslid zou moeten lezen: The Fable of The Bees van Bernard Mandeville, Utopia van Thomas More en Lof der Zotheid van Erasmus. Hij hoopt oprecht dat hij door kan gaan als raadslid, dat hij door kan gaan met het op gang houden van het wiel van verandering.

Zijn afsluitende zin van het interview luidde: “Ik hoop op 21 maart iedereen te zien op het overwinningsfeest van D66.”

 

Tegeltour actie

D66 D66 Gouda 02-03-2018 14:35

Zondag 25 februari voerde D66 Gouda actie tegen wateroverlast, de tegeltour actie.

We leven in een waterrijk land. Dat heeft voordelen, maar biedt ook grote uitdagingen. We zijn in Goverwelle in gesprek gegaan over de regenval en de overlast die dit geeft. Net als in veel gemeenten liggen in Gouda de tuinen vol met stenen en kan water slecht de grond in trekken. Met een stevige bui staan daardoor de straten blank en kan het riool de hoeveelheid water niet aan. Dus zijn er minder stenen nodig, maar meer groen en open ruimte in tuinen en het openbaar gebied.

In Goverwelle hebben we diverse gesprekken gevoerd met de inwoners. De meeste mensen reageerden enthousiast om op deze manier aandacht te vragen voor het klimaat. Sommigen waren bereid om een tegel uit de tuin te halen. Als dank hiervoor ontvingen ze zakjes met zaden vergeet-mij-nietjes. Na afloop hadden we een flinke stapel tegels!

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.