Poliflw

Vandaag presenteerde het nieuwe college van Gedeputeerde Staten het coalitieakkoord voor 2019-2023 dat de titel ‘elke dag beter’ meekreeg. De fractie van D66 is blij dat Zuid-Holland na een lange periode van onderhandelen weer een voltallig bestuur heeft, dat de schouders wil zetten onder tal van zaken in onze provincie. Zijn wij ook blij met de inhoud van het akkoord? Ja en nee.

De introductie stelt dat het coalitieakkoord tot stand is gekomen met het belang van alle Zuid-Hollanders voorop. Er wordt gekozen voor een gezonde en groene economie, waaraan iedereen meedoet. “Dat doet ons sociaal-liberale hart goed”, aldus fractievoorzitter Ria Oosterop. “Ook de 30 miljoen euro die wordt uitgetrokken voor schone energie is op zich positief te noemen.”

Uit het akkoord maken wij op dat het college, net als D66, voorstander is van sterke gemeenten die hun taken goed kunnen uitvoeren. Als een gemeente niet goed presteert, kan de provincie ingrijpen. Wat ons betreft hebben die inwoners recht op goed bestuur en zijn er wat dat betreft nog wel een aantal uitdagingen in de provincie.

Minder optimistisch zijn wij over de passages over “een verantwoord en realistisch klimaat- en energiebeleid.” Daarin herkennen we heel erg de aarzelende houding van de VVD als het gaat om de uitvoering van het Klimaatakkoord.

Ook over de sectorale invulling van het coalitieakkoord maken wij ons zorgen. De Omgevingswet vraag écht om een integrale benadering en een cultuurverandering bij het ambtelijk apparaat. D66 mist deze samenhang en tevens ruimtelijke kwaliteit als belangrijke doelstelling bij alle opgaven in het fysieke domein. En bij grote, belangrijke onderwerpen, zoals OV-aanbesteding, de Duinpolderweg en de overlast van Schiphol, ontbreekt het wat ons betreft aan duidelijkheid.

Ria Oosterop: “De D66 fractie legt de lat komende periode hoger. Vanuit de oppositie gaan wij constructief aan de slag met onder andere bodemdaling, biodiversiteit, landbouw, cultuureducatie en de fiets. Thema’s die in het coalitieakkoord onvoldoende uit de verf komen en waarvoor te weinig geld wordt uitgetrokken. Waar de coalitie kiest voor ‘elke dag beter’ zal D66 zich inspannen voor ‘elke dag nóg beter’. Onze mooie provincie is tenslotte nog lang niet af!”

D66 Zuid-Holland bracht een bezoek aan Transport en Logistiek Nederland (TLN) in Zoetermeer, dé ondernemersorganisatie voor wegtransportbedrijven en logistiek dienstverleners, en was positief verrast door de innovatiekracht binnen de sector. Duurzamer en efficiënter transport staat er torenhoog op agenda.

Algemeen directeur Jan Boeve en beleidsadviseur regionale belangenbehartiging Zuid-Holland Martijn Vonk gaven een uitgebreide toelichting op de ingrijpende veranderingen die op de sector afkomen en de mogelijkheden en kansen die TLN ziet om de druk op wegen te verminderen. Ook praatten zij de fractie bij over de grootste infrastructurele knelpunten in Zuid-Holland, zoals de A12-corridor. Het traject tussen Gouwe en Oudenrijn staat in de top 3 van duurste files voor vrachtverkeer (maar liefst 13 miljoen euro schade in 2016). TLN pleit ervoor om ter hoogte van Bleiswijk een Holland Railterminal te realiseren om lading te kunnen overslaan van de weg naar het spoor. Statenlid Ton van Rijnberk is enthousiast over een dergelijke railterminal. “D66 is een groot voorstander van multimodale goederenstromen, waarbij je continu kijkt wat de beste oplossing is: vervoer over de weg, vervoer over spoor of vervoer over water.”

Rotterdamse haven Na afloop ging de fractie langs bij wegvervoerder H.N. Post en Zonen, een Pijnackers familiebedrijf dat voorop loopt op het gebied van duurzaamheid en innovatie. Zo rijden de trekkers en vrachtauto’s van het bedrijf dankzij ingenieus planningssysteem en datauitwisseling met de Rotterdamse haven zo min mogelijk zonder lading. Ook zijn extra investeringen gedaan om te voldoen aan de emissie-eisen Euro 6. De CO2-besparing per ton lading die dat oplevert, wordt dagelijks op de website vermeld. Post en Zonen is ook een van de bedrijven die zal meedoen aan de pilot van TNO om ‘truck platooning‘ te testen. Met deze technologie kan via een internetverbinding achter elkaar worden gereden, wat brandstof bespaart voor iedere vrachtauto binnen de colonne. De verwachting is dat truck platooning vanaf 2020 realiteit is.