Gisteravond heeft in de raad besluitvorming plaatsgevonden over de reflectie van het college op Chroom6 en op een drietal moties die zijn ingediend. Onze woordvoeringslijn vindt u hier.
Afgelopen maandag hebben wij uitvoerig gesproken over Chroom6. Duidelijk werd dat er vele beelden bestaan over dit dossier.
Van dichtbij zien we woede, frustratie, machteloosheid en verdriet. We horen dat men het eens is met de harde conclusie van de commissie maar ook dat ruim twee jaar van onderzoek niet alle vragen weet te beantwoorden.
Als we verder uitzoomen zien we ook andere reacties. Dan zien we ook waardering. Waardering voor de wijze waarop de harde conclusies van de commissie zijn ontvangen en zijn omgezet in helder uitgesproken excuses. Waardering voor de snelheid waarmee men tot een financiële regeling heeft weten te komen die als ruimhartig wordt gekenmerkt. En waardering voor de voortvarendheid waarmee de ondersteunende structuren – zoals bijv het steunpunt – zijn opgezet om er op toe te zien dat de mensen de komende tijd goed worden begeleid.
Vandaag kunnen wij niet anders dan accepteren dat deze beelden naast elkaar bestaan, hoezeer dat ook lijkt te wringen. Het liefst zouden wij geloven dat zoiets als Chroom6 nooit meer kan en zal voorkomen. Maar dat gaat niet vanzelf. Daarom willen wij als D66 het moment benutten om aandacht te vragen voor een aanbeveling uit het rapport van de onafhankelijke commissie die tot nog toe weinig aandacht heeft gekregen.
De commissie schrijft het volgende:
‘Fouten zijn om van te leren. Lessen van ervaringsdeskundigen helpen anderen waakzaam te zijn. Daarom nodigt de Commissie iedereen met ervaring uit om een gids te zijn.Tilburg en de Nederlandse Spoorwegen in het bijzonder. Deel de opgedane ervaring. Leg uit. Help voorkomen. In de eigen organisatie. En in de rest van Nederland.’
De commissie heeft gelijk. De komende periode ligt er een verantwoordelijkheid om de rol van ervaringsdeskundige op te pakken – en wel in een ruimere vorm dan hier beschreven. Daarom vragen wij het college om de rol van ervaringsdeskundige op te pakken zowel op de inhoud als ook op het proces.
Vanuit de ervaringsdeskundigheid kunnen twee hoofdvragen worden beantwoord.
Als eerste: Wat is er gebeurd tijdens Chroom6 en hoe had dat kunnen worden voorkomen?
Als tweede: Wat is er sindsdien gebeurd? Hoe is het proces van onderzoek verlopen? Hoe heeft men aanbevelingen weten om te zetten tot acties? En tot welke adviezen leidt dat richting andere gemeenten en overheden?
Opdat de overheid steeds beter in staat zal zijn om fouten te voorkomen en daar waar dat niet gelukt is, fouten te herstellen of te compenseren.
Afsluitend voorzitter,
Wij willen de medewerkers die de afgelopen maanden hard hebben gewerkt om sinds het uitkomen van het rapport de juiste stappen te zetten, danken voor het voortvarende en zorgvuldige handelen. Daarnaast willen wij ook alle betrokkenen danken voor hun inzet de afgelopen jaren. Ook de komende periode hopen wij hen te blijven treffen om zeker te stellen dat de zorg voor hen goed wordt opgepakt.
———
Als reactie op onze woordvoering heeft het college toegezegd haar rol als ervaringsdeskundige op te gaan pakken. Daarnaast zijn er een drietal moties behandeld, waarvan D66 twee moties heeft gesteund.
Wij hebben onze steun gegeven aan het verzoek om het RIVM uit te nodigen om een aanvullende toelichting (bijeenkomst) te geven over de mogelijke aanwezigheid van zware metalen in de verflagen van de geschuurde treinen en indien mogelijk daarbij de monsters van NedTrain te betrekken.
Wij hebben onze steun gegeven aan het geven van de opdracht aan het college om de veiligheidscultuur binnen de organisatie te meten en te monitoren en daar via de P&C cyclus een terugkoppeling naar de raad te doen.
Wij hebben geen steun gegeven aan de opdracht om het RIVM te verzoeken om de betrokken partijen, die niet zijn geïnterviewd in het deelonderzoek 2018-0168, alsnog te interviewen en de resultaten hiervan beschikbaar te stellen aan de raad en commissie CTC6. Onze overweging daarbij is de volgende:
De onafhankelijke Commissie heeft eigenstandig geoordeeld over wie te spreken. Zij heeft de tijd genomen om met diepgang haar onderzoek te verrichten en heeft zich voldoende geïnformeerd geacht om tot haar rapport te komen. Wij – als D66 – accepteren zowel de uitkomsten van de commissie als haar werkwijze en zien geen noodzaak om nog andere partijen te laten horen door de commissie.
Met het voltooien van dit debat slaan wij een zwarte bladzijde om en richten wij onze aandacht op de toekomst. Wij – samen met onze collega’s in de raad – zullen de vorderingen van de onafhankelijke commissie met belangstelling volgen en er op toezien dat mensen de hulp krijgen die nodig is.