D66 en CDA maken zich zorgen over plannen van Arriva om een bushalte in Dinteloord te schrappen. In schriftelijke vragen van Coen Hendriks (CDA) en Arend Meijer (D66) aan Gedeputeerde van der Maat (VVD) vragen de partijen om dit voornemen van Arriva terug te draaien. Het gaat om de halte Zuideinde, de enige halte binnen de bebouwde kom van Dinteloord. Vooral voor de minder mobiele inwoners van het dorp is het schrappen van de halte onacceptabel.

Het exploitatieplan 2021 voor Arriva stelt dat de keuze gemaakt is op basis van financiële en reistijd gedreven motieven. CDA en D66 betwijfelen de berekening van de ingeboekte winst van reistijd. De halte in hun buurt wordt immers geschrapt. Inwoners van de kern Dinteloord moeten het laatste stuk met buurtbus, fiets of lopend afleggen, bovendien rijdt de buurtbus niet in de avond en op zondag waardoor van reistijdverkorting op die momenten zeker geen sprake is.

CDA en D66 zien het liefst dat Gedeputeerde Staten het voornemen niet accepteren. In september moeten zij hier een besluit over nemen.

De vragen:

Geacht College,

Via onze partijgenoten in West-Brabant zijn wij geïnformeerd over het exploitatieplan 2021 voor West-Brabant van Arriva. Het betreft een schrijven van de heer Been, regiodirecteur Arriva Zuid en het is in de bijlage van deze brief meegezonden voor uw informatie. Naar aanleiding van deze brief en gesprekken met onze partijgenoten hebben wij de volgende vragen:

Bent u op de hoogte van het voornemen van de gemeente Steenbergen om de halte Zuideinde in Dinteloord naar de rotonde buiten de kom (zie pagina 3) te verplaatsen? De halte Zuideinde wordt enkel door Arriva gebruikt voor bussen die onder de regionale concessie vallen; het ligt dan ook voor de hand dat uw College op een of andere wijze betrokken is bij dit besluit. Klopt dat? Is er overleg geweest met uw College hieromtrent? En welke argumenten zijn er om de halte te verplaatsen? Welke rol heeft Arriva in de totstandkoming van dit besluit? Is hun opvatting meegenomen in de besluitvorming naar uw weten? In het exploitatieplan staat geschreven op pagina 3 dat deze keuze is gemaakt op basis van financiële en reistijd gedreven motieven. Kunt u aangeven hoeveel reistijd deze wijziging bespaart en welke financiële voordelen worden voorzien? Welke consequenties zijn er als deze verwachte resultaten niet worden behaald? Is een dergelijke evaluatie voorzien en op welke termijn? Indien de resultaten tegenvallen, wordt de halte dan teruggeplaatst op de oorspronkelijke locatie? Hoe past deze ontwikkeling in Dinteloord in de OV-visie waarin het streven is om wat grotere haltes te creëren juist in de kernen, zodat de fijnmazige OV-infra in stand gehouden kan worden? Deze keuze heeft een grote impact op de leefbaarheid in het dorp, hoe moeten de mensen die minder mobiel zijn naar het busstation buiten de kom? Of van dit nieuwe busstation terug naar het centrum? Dit alles vanuit de wetenschap dat de buurtbus maar een paar keer per uur rijdt en ’s avonds en op zondag helemaal niet.

In september neemt uw College een besluit over de door Arriva voorgestelde wijzigingen; inclusief dit besluit ten aanzien van Dinteloorde.

Is het College bereid deze voorgenomen wijziging tegen te houden waardoor de kern van Dinteloord goed bereikbaar blijft en reizigers ook in de avond en op zondag eenvoudig het dorp kunnen bezoeken?

Alvast bedankt voor uw reactie,

Coen Hendriks, CDA

Arend Meijer, D66