Het kersverse provinciebestuur van VVD, FvD, CDA en Lokaal-Brabant heeft een probleem. In het bestuursakkoord spreken zij nog alle vertrouwen uit in de wijsheid van de commissie Remkes (formeel het Adviescollege Stikstofproblematiek): “Wij nemen eerder en nog te verschijnen rapporten van de commissie Remkes ter harte en vertalen deze – waar nodig en mogelijk – naar de Brabantse situatie”. Maar nu keert diezelfde commissie zich tegen de nieuwe Brabantse stikstofaanpak.

Ook in Brabant moeten niet de economische ontwikkelingen voorop staan, maar natuurherstel. Dat is wat de commissie Remkes aanraadt. De aanpak moet bovendien veel ambitieuzer en minder vrijblijvend. Het nieuwe college moet dus kiezen. Met de Brabantse Ontwikkelaanpak Stikstof blijven 'pappen en nathouden' met geringe ambities, streefwaarden en inspanningsverplichtingen of – in navolging van Remkes – 'scherp aan de wind', met meer ambitie, heldere doelstellingen, resultaatverplichtingen en een stevige vinger aan de pols.

Volgens de commissie Remkes is voor de oplossing van de stikstofproblematiek versneld natuurherstel en reductie van emissies randvoorwaardelijk om weer toestemming te kunnen verlenen aan nieuwe activiteiten of aan uitbreidingen van bestaande activiteiten. De nieuwe aanpak die de nieuwe coalitie in Brabant voorstaat zet vrijkomende stikstofruimte echter op voorhand in voor de “ontwikkelkracht van Brabant” en niet voor natuurherstel of reductie van stikstofdeposities in kwetsbare natuurgebieden. Volgens Remkes wacht deze aanpak dan ook hetzelfde lot als de PAS, die ruim een jaar geleden sneuvelde bij de Raad van State.

Om te achterhalen of het college nu vasthoudt aan een stikstofaanpak die de Brabantse natuur niet ten goed komt en gedoemd is te stranden bij de Raad van State of toch zo verstandig is de wijze raad van de commissie Remkes ter harte te nemen, stelde de SP-fractie een reeks schriftelijke vragen. Deze vindt u in de bijlage.