Het CDA heeft, samen met de VVD, PvdA, GL en D66, raadsvragen gesteld over de kleiput. De berichtgeving online en in de papieren Gelderlander doet namelijk iets anders vermoeden dan dat ons uit het debat in de Tweede Kamer blijkt. Op 7 november 2018 heeft er in de Tweede Kamer een debat plaatsgevonden met Staatssecretaris van Veldhoven (ministerie van Infrastructuur en Waterstaat). Tijdens het debat is een oproep aan gemeenten besproken om in het kader van bodemkwaliteit voorzichtig om te gaan met acties die gestart worden. De motie betekent, aldus de Staatssecretaris, expliciet niet dat de staatssecretaris de gemeente gaat vragen om te stoppen met de kleiput, maar om te kijken naar de nieuwe wetgeving. En bij de stappen die gezet gaat worden dan af te wegen of Winterswijk die stappen dan nog op dezelfde manier wil doen. In de Gelderlander lezen we echter een ander bericht; 'Oproep om te stoppen met storten in plas'. Het artikel in de Gelderlander suggereert dat de staatssecretaris Winterswijk zou gaan oproepen om te stoppen met het storten in de kleiput. Dit in afwachting van evaluatie van bestaand beleid over bodemkwaliteit en dat tot die tijd nergens grond meer zou mogen worden gestort. Wij hebben de volgende vragen aan het college. 1. Is het college op de hoogte van wat de nieuwe wetgeving inhoud? 2. Heeft deze nieuwe wetgeving invloed op de plannen zoals deze nu zijn met de kleiput? 3. Is het debat in de Tweede Kamer voor het college reden om (voorlopig) te stoppen met het storten van grond in de kleiput?