Poliflw

Na het al eerder aangekondigde vertrek van Marja van der Tas als Algemeen Bestuurslid en van Jeroen Bronswijk als commissielid was het officiële afscheid er op maandagavond 4 maart. Marja nam met warme woorden afscheid en is inmiddels al een paar maanden actief als waarnemend burgermeester van de gemeente Bronckhorst. We namen op 4 maart niet alleen afscheid, maar vierden ook de installatie van Wimjan van der Heijden als Algemeen Bestuurslid en van Mark Obbink als commissielid. Inmiddels vormen we met ons drieën de nieuwe fractie. Daarmee is nog plaats voor een extra commissielid. De zoektocht is nog volop gaande door contact te zoeken met de kandidaten van de afgelopen waterschapsverkiezingen in maart 2023. Op het moment van schrijven is het hoofdlijnenakkoord van de PVV, VVD, NSC en BBB gepresenteerd. De uitdagingen op het gebied van voldoende en schoon water worden nauwelijks benoemd. Wat dit betekent voor de watersector wordt tijdens een bijpraatsessie binnenkort verder toegelicht door de Unie van Waterschappen. Bezoek Eempolder Ondertussen hebben we als nieuwe fractie onze eerste vergaderingen gehad. We bereiden ons voor op een tweetal belangrijke peilbesluiten, onder andere in de Eempolder. Daar maakte ik een wandeling met de Dijkgraaf in het kader van verdere kennismaking met elkaar en het gebied. Met prachtig weer liepen we door het gebied waar veel ruimte is voor weidevogels. Zo zagen we onder andere grutto’s en broedende zwanen en maakten we een prachtige ronde langs de Eem. De komende weken ligt de focus op de Voorjaarsbrief en de begroting van 2025. We staan voor grote uitdagingen als waterschap en daarom is het van groot van belang om enerzijds te blijven zorgen voor een solide basis en anderzijds ook ruimte te houden om te blijven innoveren en samen te werken met andere overheden. Daar blijven we ons voor inzetten. Albert Pansier Fractievoorzitter CDA Waterschap Vallei en Veluwe

Op 1 januari 2025 wordt er gehandhaafd door de belastingdienst bij de inhuur van zzp’ers. De gemeente Amersfoort huurt ook zzp’ers in en doet dat al geruime tijd. Hier heeft het CDA gericht vragen over. Het college wordt verzocht de volgende vragen schriftelijk te beantwoorden: 1. Inhuur Zzp'ers a. Hoeveel zzp'ers heeft de gemeente Amersfoort de afgelopen 5 jaar ingehuurd? b. Wat was de totale uitgave aan zzp-inhuur in de afgelopen 5 jaar? c. Hoe is de inhuur van zzp'ers verdeeld over de verschillende gemeentelijke diensten? d. Zijn er beleidsregels ten aanzien van de inhuur van zzp'ers? Zo ja, kunt u deze toelichten? e. Hoe wordt er gecontroleerd of zzp'ers die door de gemeente worden ingehuurd daadwerkelijk zelfstandig ondernemer zijn? 2. Handhaving Belastingdienst a. Is het college op de hoogte van de aanstaande handhaving door de Belastingdienst per 1 januari 2025 met betrekking tot schijnzelfstandigheid? b. Zo ja, wat zijn de geanticipeerde gevolgen van deze handhaving voor de gemeente Amersfoort? c. Heeft het college al stappen ondernomen om de gemeente hierop voor te bereiden? 3. Beheersmaatregelen a. Welke beheersmaatregelen heeft de gemeente Amersfoort getroffen om het risico op schijnzelfstandigheid bij de inhuur van zzp'ers te beperken? b. Wordt er gebruik gemaakt van modelovereenkomsten of andere instrumenten om de positie van de gemeente te beschermen? c. Zo ja, kunt u deze toelichten? 4. Latente belastingclaim a. Is er op de balans van de gemeente Amersfoort een latente belastingclaim opgenomen met betrekking aan de inhuur van zzp'ers? b. Zo ja, wat is de hoogte van deze claim? c. Via de inhuurdesk worden tarieven gecommuniceerd van €100,00 per uur, hoe bruteert de belastingdienst dit bij naheffing met terugwerkende kracht van 5 jaar. Wat wordt dan de claim? d. Wat zijn de mogelijke gevolgen van deze claim voor de begroting van de gemeente? 5. Afstemming met Belastingdienst: a. Heeft er de afgelopen periode afstemming plaatsgevonden met de Belastingdienst over de inhuur van zzp'ers door de gemeente Amersfoort? b. Zo ja, wat waren de uitkomsten van dit overleg? 6. Risico onwillige zzp’ers a. Is het college bekend met het risico dat zzp'ers die door de gemeente worden ingehuurd niet in loondienst willen, terwijl dit fiscaal en arbeidsrechtelijk gezien wellicht wel moet? b. Zo ja, hoe gaat het college om met dit risico? c. Wat zijn de mogelijke gevolgen van dit risico voor de gemeentelijke ambities, als ze niet in loondienst willen? David van Swol (CDA)

De wethouder stelt namens het College dat op de Isselt windturbines gebouwd mogen worden ook al zeggen de voorlopige landelijke kaders / normen dat ze niet binnen 400 meter van bewoonde huizen mogen worden geplaatst. Op de beoogde locaties op de Isselt staan ten minste drie woningen wél binnen die 400 meter grens. De wethouder beroept zich op mogelijke ‘zwaarwegende economische en maatschappelijke belangen’ om dit voorlopige landelijke kader naast zich neer te leggen. Om goed te begrijpen wat het college onder deze omschrijving verstaat, vraagt CDA Amersfoort, zoals dat ook in een eerdere behandeling in de Raadszaal is gevraagd, wat dit precies betekent. Wat bedoelt het college met ‘zwaarwegende economische en maatschappelijke belangen’? Het college wordt verzocht de volgende vragen schriftelijk te beantwoorden: 1. Welke zwaarwegende economische en maatschappelijke belangen zijn in deze lokale casus in het geding? 2. Hoe definieert het college het woord ‘zwaarwegend’ in relatie tot deze lokale casus? 3. Hoe definieert het college ‘economische belangen’ in relatie tot deze lokale casus? 4. Hoe definieert het college ‘maatschappelijke belangen’ in relatie tot deze lokale casus? Angeliek Noortman (CDA)

Op 13 februari 2024 heeft CDA Amersfoort enkele feitelijke vragen gesteld over de BOA-organisatie bij agendapunt 8 van de commissie Bedrijvigheid. De beantwoording hiervan, naast gesprekken met betrokkenen, zijn aanleiding om aanvullende vragen over de organisatie, inzet en aansturing te stellen. Het college wordt verzocht de volgende vragen schriftelijk te beantwoorden: 1. Een van de vragen die de fractie van CDA Amersfoort heeft gesteld ging over een organogram van de organisatie. Uit de beantwoording blijkt dat de 30 (waarvan 2 deeltijd) Amersfoortse boa’s werkzaam zijn in diverse domeinen: (1) openbare ruimte, (3) leerplicht en (5) werk, inkomen en zorg. We willen graag een organogram van de organisatie zien. Zowel naar FTE, als naar de deelgebieden. 2. Ook willen we graag overzicht van de verschillende management-lijnen. Wie stuurt wie aan, wie is beslisbevoegd, wie stelt werkschema’s op, en wie stelt de prioriteiten vast. Wie beslist bijvoorbeeld dat er op Eerste Kerstdag niét gehandhaafd wordt? 3. Waar, wanneer en hoe vaak is er overleg tussen de leidinggevenden van de politie en leidinggevenden van de boa’s? 4. Uit diverse gesprekken blijkt dat de inzet van boa’s op andere gebieden plaatsvindt dan waar (vanuit de samenleving, de gemeenteraad) behoefte aan is. Zo is men per FTE ca. 176 uur aan opleidingen per jaar kwijt (dat is ongeveer 10% van hun inzet per jaar). Ook heeft SO team Verkeer de verplichting opgelegd om controles uit te voeren waar relatief veel uren in gaan zitten. Klopt deze inschatting van CDA Amersfoort en zo ja, waarom is het volgens het college noodzakelijk dat boa’s zoveel bijscholing krijgen? 5. Hoe ziet volgens het college een gemiddeld werkschema van een boa eruit; hoeveel van zijn werkweek is hij daadwerkelijk en effectief op straat? 6. Ons is ter ore gekomen dat de inzet in de nachtelijke uren een slurper van boa-uren is. Welk percentage van de totale capaciteit wordt hieraan gespendeerd? 7. Ons is gebleken dat de werkdruk bij de Bba’s hoog is. Hoe ziet het college dat? Welke pogingen heeft het college ondernomen om deze werkdruk te verlagen en de effectiviteit op straat te verhogen? 8. Goed opgeleide boa’s worden soms verleid over te stappen naar de politie of beter betalende banen in de beveiliging. Is dit in Amersfoort aan de orde, en zo ja, welke stappen heeft het college hiertegen genomen? 9. Uit gesprekken is CDA Amersfoort gebleken dat boa’s vaker op straat willen zijn dan nu mogelijk is. Een vaker gehoorde klacht is de te grote administratieve last. Ziet het college kansen om deze administratieve last te verminderen? 10. Ziet het college kans om in Regio Amersfoort-verband toe te werken naar samenwerking met de omliggende gemeenten. Bijvoorbeeld door de introductie van een flexpool? Arie den Ouden (CDA)

In de actualiteitenraad is dinsdag 26 maart gesproken over wie het bevoegd gezag is bij de kap van enkele bomen op het terrein van het Eemklooster. Nu blijkt dat binnen de bebouwde kom van Amersfoort de verantwoordelijkheid ligt bij Amersfoort en daarbuiten bij de provincie. Het college wordt verzocht de volgende vragen schriftelijk te beantwoorden: 1. In welk jaar is deze afspraak gemaakt? En welke argumenten - financieel, bestuurskracht, etc. - hebben destijds tot deze verdeling geleid? 2. In de afgelopen jaren is Amersfoort onstuimig gegroeid. Van 80.000 naar 160.000 inwoners in veertig jaar tijd. Is de aard van de afspraak of de grensafbakening van de bebouwde kom hierop ooit aangepast? 3. Waarom valt dit nieuwe wijkje van Amersfoort, dat pal grenst aan het Bergkwartier en het Beroemde Vrouwenwijkje niet binnen de bebouwde kom? 4. Acht het college het opportuun om tot een nieuwe afspraak te komen in de werkverdeling tussen provincie en gemeente? Moet de subdefinitie van ‘bebouwde kom’ (naast gemeentegrens) gehandhaafd blijven, en zo ja waarom? 5. Zijn er nog meer bouwontwikkelingen in Amersfoort - Zon en Schild? - die binnen de huidige bebouwde kom-afspraken de provincie deels tot bevoegd gezag maken? 6. Wie is bevoegd gezag om in Amersfoort te bepalen wat onder de bebouwde kom valt? 7. Waarom zou Amersfoort niét in staat zijn om de verantwoordelijkheid voor zijn gehele grondgebied te dragen? 8. Vindt het college het wenselijk om zsm deze verantwoordelijkheid voor zijn gehele grondgebied te gaan dragen? Alex Engbers (CDA)