Nieuws van politieke partijen in Vlissingen inzichtelijk

3 documenten

Veiligheid van strandgebruikers

Partij Souburg-Ritthem (PSR) Partij Souburg-Ritthem (PSR) Vlissingen 05-06-2023 21:37

Het gevaar van een hekgolf hoeven we niet uit te legen. We nemen aan dat het college begrijpt dat de PSR de recente gebeurtenis uiterst verontrustend vindt.

Naar aanleiding van onze vragen in mei 2022, inclusief beantwoording van het college in augustus 2022, recente situatie op het badstrand en het artikel in de PZC op 06 mei 2023 “Vloedgolf blijft gevaar voor Vlissingse badgasten…”(gesprek met dhr Spuijbroek directeur-bestuur Stichting strandexploitatie Veere) wil Partij Souburg- Ritthem antwoord op de volgende vragen:

“Er wordt met regelmaat in overleg getreden met het Schelde Coördinatiecentrum alsook met het Loodswezen. Naar aanleiding van de vragen wordt binnenkort wederom met beide partijen rond de tafel gezeten” (beantwoording augustus 2022). Hebben er, in de periode tussen augustus 2022 en april 2023, gesprekken met het Schelde Coördinatiecentrum ( het SCC) en met het Loodswezen plaats gevonden? Graag toelichting.

Ons antwoord: Wij duiden eerst graag het bovengenoemde specifieke moment. De recente situatie waar u het over heeft, en waarbij u verwijst naar het artikel van 6 mei uit de PZC, gaat over het incident dat op 4 mei 2023 plaatsvond.

Neen. Kort voor de beantwoording in augustus 2022 heeft er een overleg plaatsgevonden. Naar aanleiding van het incident van 6 mei gaan we opnieuw met elkaar in gesprek.

Zo niet, kan het college alvast zo spoedig mogelijk met het SCC en het Loodswezen een overleg inplannen? En na afloop van dit gesprek de raad hier middels een RIB over de uitkomsten informeren?

Ons antwoord: We plannen op korte termijn een gesprek in met alle bevoegde partijen. De wijze van terugkoppeling zullen wij nader bepalen.

Welke afspraken zijn er in het verleden met bovengenoemde partijen gemaakt? Graag toelichting.

Ons antwoord: SCC is het eerste aanspreekpunt en alsook bevoegde partij in relatie tot dit onderwerp. Tijdens het zomerseizoen wordt de scheepvaart ieder uur via het Schelde Scheepvaartbericht (uitgestuurd door SCC) gevraagd langzaam te passeren langs het Badstrand (Sardijngeul). SCC staat in continu contact met SSV. Daarnaast staan ook SCC en het Loodswezen in onderling contact met elkaar.

“Onderzoeksinstituut Deltares concludeerde al in 2011 dat overlast op het Badstrand minder wordt als schepen op voldoende afstand en met aangepaste snelheid varen.” (de PZC). Zijn er voldoende regels en sancties tegen de overtreders die de strandgebruikers in levensgevaarlijke situatie brengen? Graag toelichting.

Ons antwoord: Op basis van dit onderzoek is de Gezamenlijke Bekendmaking 06-20211 “Aanpassen vaargedrag in het Oostgat/Sardijngeul” uitgegeven. Dat is in ogen van de betrokken instanties ook meteen het maximale dat ze kunnen doen. De kern van het probleem is dat sancties altijd pas achteraf worden opgelegd. De betrokken partijen hebben absoluut geen invloed op dat sanctioneren. Dat maakt de situatie niet gemakkelijker.

We kunnen hier in een gesprek dieper op ingaan, maar het aspect ‘’achteraf’’ blijft altijd gelden.

Het SCC heeft de taak om de regels voor passerende schepen te bewaken. Welke maatregelen hebben het SCC en het Loodwezen afgelopen jaar genomen om de overtreders/veroorzakers van de hekgolven stevig aan te pakken? Graag toelichting.

Ons antwoord: Zoals hierboven reeds vermeld, is er in 2011 een Gezamenlijke Bekendmaking uitgegeven: “Aanpassen vaargedrag in het Oostgat/Sardijngeul. Daarnaast is er in 2020 een samenwerkingsovereenkomst tussen SSV en Verkeerscentrale Vlissingen afgesloten die nog jaarlijks wordt uitgevoerd. Het loodswezen attendeert hun loodsen niet alleen ieder jaar voor aanvang van het strandseizoen op de aanwezigheid van badgasten. Ook door het jaar heen worden zij hier met regelmaat attent op gemaakt.

In 2021 heeft de PSR al aangekaart dat het aantal (op een hand te tellen) geplaatste borden niet duidelijk genoeg de badgasten op een levensgevaarlijke situaties wijzen. De PSR heeft toen al gepleit voor de plaatsing van de borden op strand met ‘een boodschap in beeld’ (pictogram borden). In de beantwoording uit augustus 2022 geeft het college aan dat: “Vlissingen is uniek. Er zijn geen andere locaties bekend die te kampen hebben met hekgolven of die zich in een gelijkaardige situatie bevinden”.

Dhr Spuijbroek bevestigt onze mening dat de geplaatste borden niet duidelijk genoeg zijn. De PSR is van menig dat voor deze uitzonderlijke Vlissingse situatie bijzondere waarschuwing pictogramborden gemaakt kunnen worden. Is het college het met de PSR eens dat bij een unieke situatie een unieke aanpak toegepast moet worden? Zo nee waarom niet?

Ons antwoord: Gemeente en SSV geven al voldoende aandacht aan deze situatie door inzet bestaande middelen.

Naar aanleiding van het artikel in de PZC op 09 mei 2023 “Schip die dat vloedgolf in

Vlissingen veroorzaakte, voer inderdaad te snel”

Waarom heeft Rijkswaterstaat geen aangifte gedaan? Graag toelichting.

Ons antwoord: Er geldt op de Westerschelde geen maximumsnelheid. Daarom is het in juridische zin lastig aan te tonen dat er sprake is van te snel varen en of er, als gevolg daarvan, sprake is van een strafbaar feit. Er is daarom geen aangifte gedaan. Wel is de loods van het schip aangesproken op de snelheid die, gezien de omstandigheden, op dat moment te snel was en niet in lijn met de gedragsvoorschriften zoals die vanuit de Gezamenlijke Bekendmaking bekend dienen te zijn.

Is Rijkswaterstaat van mening dat “aanspreken” een oplossing voor dit probleem is?

Ons antwoord: Tijdens het zomerseizoen wordt de scheepvaart ieder uur via het Schelde Scheepvaartbericht gevraagd langzaam te passeren langs het Badstrand (Sardijngeul). Daarnaast wordt in dit specifieke geval de betrokken loods van het schip aangesproken op zijn snelheid.

Het opnieuw “in algemene zin opnieuw onder de aandacht brengen” klinkt weinig hoopvol, moet het eerst fout gaan? Graag een reactie van het college hierop.

Ons antwoord: Neen, het moet niet eerst fout gaan. Dat zou dramatisch zijn. We doen ons uiterste best in het wederom beantwoorden van uw vragen en het wederom in overleg treden met betrokken partijen om erger te voorkomen. Daarom gaan we nogmaals rond de tafel zitten met de betrokken partijen om te kijken of er extra/andere maatregelen kunnen worden genomen.

Er wordt veel energie gestoken in het voorkomen van overlast van hekgolven op het Badstrand. Zo ligt er een samenwerkingsovereenkomst tussen SCC de SSV. Daarnaast wordt er door het loodswezen aandacht aan besteed richting hun loodsen.

Kan het college uitleggen welke rol het Loodswezen speelt in dit niet opvolgen van regels?

Ons antwoord: De loodsen worden er voor aanvang van het seizoen op gewezen dat het strandseizoen weer is begonnen en dat ze in de Sardijngeul langzaam moeten varen. Deze boodschap wordt ook doorheen het jaar met regelmaat herhaald. Indien er een loods in ”de fout” gaat, wordt hij daarop aangesproken. De kapitein blijft te allen tijde eindeverantwoordelijke.

Was er een loods aan boord van het schip? Indien ja, waarom heeft de loods niet ingegrepen door de snelheid te verlagen c.q. te laten verlagen? Of heeft de kapitein de loods hierin overruled? Graag toelichting.

Ons antwoord: Ja, er was een loods aan boord. SCC heeft geen informatie over hoe dit aan boord is verlopen.

Het probleem van vloedgolven bestaat al vele jaren. Daarover is regelmatig overleg met de sector. Maar incidenten blijven zich voordoen. Het lijkt in elk geval dat de veiligheid van inwoners en toeristen in het geding blijft. De gemeente Vlissingen wil aan iedereen een veilige verblijf op stranden aanbieden. Handhaving moet dan de enige reactie zijn. De PSR wil graag weten of dit ook echt gaat gebeuren?

Ons antwoord: Indien er aangifte wordt gedaan, is het aan de officier van justitie of er wordt gehandhaafd, en dus niet aan de Gemeente Vlissingen. We begrijpen uw bezorgdheid en nodigen alle betrokken partijen op korte termijn wederom uit voor overleg.

Groenlinks stelt vragen over de waterkwaliteit van de Westerschelde | Vlissingen

GroenLinks GroenLinks Vlissingen 14-06-2020 00:00

Artikel 34 vragen

Vlissingen, 10 juni 2020

Waterkwaliteit Westerschelde

Naar aanleiding van berichtgeving d.d. 27 april 2020 in de media, https://www.pzc.nl/zeeuws-vlaanderen/ecologische-ramp-in-vlaams-deel-bovenschelde-voorkomen-vervuild-water-zeer-verdund-naar-kanaal-gent-terneuzen-br~a7dcf2ab/ , vraagt GroenLinks uitleg over het onderwerp “Waterkwaliteit van de Westerschelde” aan het college.

Bekend is dat de waterkwaliteitsbeheerders (Rijkswaterstaat en waterschap Scheldestromen) ieder jaar van 15 april tot en met 1 oktober de kwaliteit van het zwemwater controleren. Dat RUD Zeeland toeziet dat de controles uitgevoerd worden en op de resultaten van de controles RUD Zeeland controleert of het zwemwater veilig is tijdens het zwemseizoen van 1 mei tot 1 oktober.

Vragen aan het College:

 

Is het college op de hoogte van deze vervuiling die zijn oorsprong in de Bovenschelde kent?

Antwoord van het college: Tot voor het verschijnen van het desbetreffende artikel in de PZC en het stellen van deze artikel 34 vragen, niet.

 

Hoe, door wie en wanneer is het college in deze geïnformeerd over de waterkwaliteit van de Westerschelde?

Antwoord van het college: De Rijkswaterstaat die inzake het bevoegde gezag is, is per mail gevraagd te reageren. Deze reactie is gebruikt bij de beantwoording van uw vragen.

 

Is er gebruikt gemaakt van een algemeen (nationaal of internationaal) waarschuwingssysteem?

Antwoord van het college: Over het recente incident in de Schelde is afgestemd, ook met gebruikmaking van het daarvoor ingerichte Waarschuwings- en Alarmeringssysteem voor de Schelde(WASS).

 

Kunt u aangeven of er nu sprake is van een lagere waterkwaliteit van het Westerscheldewater ten opzichte van 2019?

Antwoord van het college: Neen, het incident heeft geen invloed gehad op de kwaliteit van de zwemwaterlocaties in de Westerschelde. Bij een calamiteit in de Westerschelde zal de waterkwaliteit niet heel snel in gevaar komen. Dit komt omdat er dusdanige grote hoeveelheden water door de Westerschelde stromen dat er heel snel verdunning plaatsvindt.

 

Bent u het met GroenLinks eens dat door vervuiling van het Westerscheldewater de kwaliteit van het zwemwater van onze badstranden afneemt?

Antwoord van het college: Dit incident heeft geen invloed gehad op de zwemwaterlocaties in de Westerschelde. Zie ook het antwoord bij vraag 6.

 

Zijn er door deze watervervuiling meetbare effecten op de biodiversiteit (vissterfte etc.) waargenomen? En kan het college de gemeten resultaten beschikbaar stellen

Antwoord van het college: Dit incident heeft grote effecten veroorzaakt in Wallonië en Vlaanderen waaronder vissterfte. Het vervuilde water heeft alvorens Nederland te bereiken een route afgelegd van meer dan 100 km. Door verdunning van het water en inspanningen door Wallonië en Vlaanderen lijken effecten in Nederland uitgebleven. Het incident betreft het vrijkomen van afvalwater verontreinigd met bietenpulp, een organische substantie die voornamelijk zuurstof onttrekt uit oppervlaktewater. Om die reden is in de hele Schelde, en door Rijkswaterstaat aan de grens bij Sas van Gent, zuurstof gemeten. Uit meting van het zuurstofgehalte in Nederland is gebleken dat verdere effecten niet te verwachten waren, iets dat in lijn was met de metingen in Vlaanderen. Verdere effecten stroomafwaarts zijn dan ook uit te sluiten waaronder die op zwemwaterlocaties gelegen in de Westerschelde. Het betreft een bevoegdheid van de Rijkswaterstaat. Het college kan deze gegevens niet beschikbaar stellen.

 

Is er (inter)nationaal overleg tussen alle betrokken partijen, organisaties die door de Westerschelde met elkaar verbonden zijn?

Antwoord van het college: Rijkswaterstaat is waterbeheerder van het Kanaal van Gent naar Terneuzen, de Westerschelde en de daarin gelegen zwemwaterlocaties. Rijkswaterstaat is daarnaast betrokken in de Internationale Scheldecommissie (ISC) waar afstemming met Frankrijk en België plaatsvindt over onderwerpen als waterkwaliteit, overstromingsrisico’s en calamiteiten.

 

Bent u het met GroenLinks eens dat we preventief met de betrokken organisaties er alles aan moeten doen om dit soort milieurampen te voorkomen?

Antwoord van het college: Dit betreft een taak voor de Rijkswaterstaat en de handhavende instanties in de des betreffende landen.

 

Is het college bereid om samen met de betrokken organisaties in overleg te gaan?

Antwoord van het college: De bevoegdheid ligt bij de Rijkswaterstaat. De gemeente heeft hierin geen rol. Bij calamiteiten hebben de dienstdoende officieren van dienst van de Rijkswaterstaat de opdracht de desbetreffende betrokken partijen te informeren. Dit gaat verder via het proces van crisis situaties via Grip 1 naar Grip 2. Zodra er sprake is van een Grip 2 situatie wordt de Veiligheidsregio ingeschakeld.

 

Hoe gaat het college preventief inzetten op behoud van een goede waterkwaliteit van de Westerschelde en dus ook ons zwemwater?

Antwoord van het college: De gemeente heeft hierin geen bevoegdheid. Dit ligt bij de Rijkswaterstaat. Ter controle van de kwaliteit van het zwemwater worden door de Rijkswaterstaat bacteriologische bepalingen verricht (gerelateerd aan fecaliën) waar onderhavig incident een organisch/plantaardige oorsprong kent. Wanneer een incident een multidisciplinaire aanpakt vergt kan breder worden samengewerkt binnen de Veiligheidsregio Zeeland waarbij partners als gemeenten ook geïnformeerd kunnen worden.

 

Teleurstellend besluit kabinet: marinierskazerne niet naar Vlissingen

CDA CDA Vlissingen 14-02-2020 18:01

Het zat er al een paar weken, of misschien wel een paar jaar, aan te komen: de marinierskazerne komt niet naar Vlissingen. Uitermatie teleurstellend, en ook wel boosmakend, want de rijksoverheid toont zich een onbetrouwbare contractpartner. In Den Haag is een afspraak blijkbaar geen afspraak.Vlissingen en Zeeland hebben fors geinvesteerd, dat moet sowieso vergoed worden. De kazerne had er al in 2017 moeten staan, en we zijn als Vlissingen al 3 maal een half miljoen aan onroerendgoedbelasting misgelopen. De beloofde impuls voor de economie blijft ook uit, en dat raakt heel Zeeland. Er moet dus op een andere manier een structurele verbetering van de Zeeuwse economie vanuit de rijksoverheid komen. Er is ook immateriele schade, imagoschade namelijk. De mariniers hebben Zeeland voorgesteld als een provincie waar je niet wilt wonen, als een achtergebleven gebied. Ook dat moet hersteld worden, en ook daar moet de rijksoverheid een bijdrage aan leveren. Fractievoorzitter Coen Bertijn van het CDA Vlissingen gaf een interview aan PowNews, u kunt het hier bekijken.

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.