Nieuws van BSD inzichtelijk

25 documenten

VRAGEN EX ART. 36 INZAKE IN 2018 OPGELEGDE DWANGSOMMEN, KENMERK LVDK/19008

BSD BSD Bergen op Zoom 02-07-2019 18:22

Aan het College van Burgemeester en Wethouders der Gemeente Bergen op Zoom

BETREFT: VRAGEN EX ART. 36 INZAKE IN 2018 OPGELEGDE DWANGSOMMEN, KENMERK LVDK/19008.

Uit de jaarstukken 2018 blijkt dan in dat jaar 190.000 euro aan dwangsommen is geïnd bij handhavingstaken en dat deze opbrengst niet geraamd was.

Naar aanleiding van dit gegeven heeft de BSD-fractie een aantal vragen:

Bestuursdwang in de vorm van het opleggen van dwangsommen is een algemeen aanvaard middel in de handhavingspraktijk. Waarom wordt er dan geen opbrengst van dwangsommen geraamd?

Het niet ramen van een opbrengst aan dwangsommen wekt de indruk dat het opleggen van dwangsommen tot 2018 niet in de Bergse handhavingspraktijk werd toegepast. Waarom was dat in 2018 dan wel het geval? Wat is de achtergrond van deze mogelijke beleidswijziging?

Hoeveel handhavingszaken betreft het?

In hoeveel zaken heeft het opleggen van een dwangsom in het jaar 2018 geleid tot het gewenste doel en bij hoeveel zaken is de verwachting dat het opleggen van een dwangsom uiteindelijk zal leiden tot het gewenste doel (het beëindigen of corrigeren van de overtreding)?

Vindt er ook teruggaaf van dwangsommen plaats als uiteindelijk het gewenste handhavingsresultaat is bereikt en is er voor dergelijke gevallen een handelingsprotocol?

WOB ONDERZOEK NAAR DE SCHELP, KENMERK LVDK/19007

BSD BSD Bergen op Zoom 11-06-2019 23:17

Bergen op Zoom, 11 juni 2019

Aan het College van Burgemeester en Wethouders der Gemeente Bergen op Zoom

BETREFT: WOB ONDERZOEK NAAR DE SCHELP, KENMERK LVDK/19007.

Geacht College,

Waarnemingen WOB onderzoek stukken aanbesteding/gunning/realisering zwembad de Schelp:

– Er zijn geen opleveringsstukken meer beschikbaar.

– In het bestek genoemde adviesstukken bijvoorbeeld ten aanzien van de toe te passen verfsystemen zijn niet meer beschikbaar.

– De in het bestek voorgeschreven keuringsrapporten van de toegepaste of toe te passen materialen zijn niet meer beschikbaar.

– Er zijn geen stukken aangetroffen waaruit is af te leiden dat de gebruikte materialen, bijvoorbeeld het thermisch verzinkt staal, voldeed aan de in het bestek gestelde normen. Van steekproeven, bijvoorbeeld simpele hardheidsproeven, is niets te vinden.

– Het meer- en minderwerk is slechts éénregelig, vaak met slechts enkele steekwoorden omschreven.

– Een eerder bestek, dat niet is uitgevoerd omdat de aanbesteding/gunning niet rechtmatig was, bleek niet meer beschikbaar. De kosten van dit eerdere bestek zijn wel ten laste gebracht van het oorspronkelijke budget (verklaring oud wethouder van de Water)

– Het bouwkundig bestek is opgesteld door Hevo Bouwmanagement BV. (P. Eggink)

– De architect was van Jan Brouwer associates (N. van Veen)

– De gehanteerde voorschriften en richtlijnen voor het metaalconstructiewerk voldeden aan de in februari 1997 (datum opgesteld bestek) gestelde richtlijnen.

– De in het bestek voorgeschreven kwaliteitsrapporten of een voorgeschreven “abnahmeprüfzeugnis” voor het laswerk zijn niet meer beschikbaar.

– Er zijn geen fabriekscontrole attesten in de stukken aangetroffen.

– Voor de bevestigingsmiddelen is RVS AISI 316 voorgeschreven.

– Voor verbindingsmiddelen is RVS AISI 304 of 316 voorgeschreven.

– Van de in “agressief milieu” toe te passen “kunststof isolatieringen” wordt wel de dikte (tenminste 3 mm) voorgeschreven niet de samenstelling of kwaliteit).

– Voor vrijwel alle metalen objecten (zoals hekwerken, leuningen, ophangconstructies, beugels, enz. ) is RVS AISI 316 voorgeschreven.

– Voor de dekverfsystemen is verf op basis van alkydhars of op basis van epoxy-alkyd voorgeschreven.

– “Van de aannemer zal een door de verffabrikant en schilderonderaannemer mede-ondertekende garantieovereenkomst, volgens de daarvoor door de Vereniging van Vernis- en Verffabrikanten in Nederland en door het bedrijfsschap Schilderbedrijf gemeenschappelijk opgestelde richtlijnen, worden verlangd voor de kwaliteit van de verfprodukten en over de juiste verwerking daarvan op de aangeboden ondergronden. Vanwege de fabrikant moet in verband met de door hem gegeven garantie, controle op de uitvoering van het schilderwerk. Door de verffabrikant moet vooraf een verftechnisch advies aan de directie worden overlegd.” Dit advies noch de garantieovereenkomst is bij de stukken aangetroffen.

– In het beheersplan realisatie nieuwbouw zwemaccommodatie van Hevo is ten aanzien van de kwaliteit van het bestek te lezen: “Het bewaken van de kwaliteit beschouwt Hevo als een van de hoofdtaken. Het gaat daarbij zowel om de proceskwaliteit als om de productkwaliteit. De productkwaliteit zal in belangrijke mate een afgeleide zijn van het bestek en tekeningen. In het bestek, zie punt 1.2., is de te behalen kwalitatieve en kwantitatieve norm vastgelegd. Binnen de projectorganisatie zal ernaar gestreefd worden een optimale kwaliteit te bereiken binnen de budgettaire kaders.”

– De verslagen van de ‘adviseursoverleggen’ zijn niet compleet.

– Op basis van het bestek kan ik niet helder krijgen of en hoe het doek in het zwemgedeelte in het bestek zat. Het lijkt later opgekomen. In het meer-minderwerk duikt het doek op zonder dat ik het startpunt helder krijg (wegens het ontbreken van enkele verslagen ). Mijn vermoeden is in mei 1999 of daarvoor omdat toen een vraag omtrent het doek aan de architect is gesteld. Afhandeling wordt gemeld op 8 september 1999. Dat lijkt een lange afhandelingstijd.

– In een verlag over meer- minderwerk d.d. 5 november 1999 kwam ik de volgende tekst tegen: “Het is gebleken, dat bij een aanname van de vertragingsfactor van het plafonddoek, destijds niet juist is geweest voor wat betreft de omgevingstemperatuur boven het doek en met name rond de kokers (diameter 200). Hierdoor ontstaat condens, zodat alsnog isolatie is aangebracht, om dit te voorkomen.”

Ik heb gesprekken gehad met drie oud-wethouders over de Schelp. Daar kwamen de volgende punten naar voren:

– Klopt in het ontwerp de afstand (in de buitenwand) tussen de luchtaanvoer en de luchtafvoerpijpen wel?

– Klopt de afzuigroute door het gebouw wel in relatie met het ontwerpgebruik en het huidige gebruik?

– Zijn de concentraties CL++ ionen in het gebouw wel overeenkomstig de ontwerp uitgangspunten?

– Hebben tussentijdse verbouwingen/aanpassingen in het gebouw de luchthuishouding niet ontregeld? Denk aan het gebruik van magazijnruimten.

– Wat is de rol van ‘Sportfondsen’?

– Als bezuiniging zijn de installaties ontworpen op 230.000 bezoekers per jaar. Oorspronkelijk was dat 300.000. Terwijl in het raadsvoorstel We/25 van 29 september 1995 het uitgangspunt nog 400.000 bezoekers was. Wat zijn de werkelijke getallen en kunnen de huidige installaties dat aan?

– De bedoeling was dat in het kader van onderhoud en/of inspectie het ‘zeildoek’ met regelmaat verwijderd zou worden. Is dat ook gebeurd en wat waren de bevindingen?

– Is er met het zeildoek rekening gehouden met de “hangbelasting”?

– De afdeling sport was verantwoordelijk voor de bouw. Wat was de rol van ‘vastgoed’ en was het niet beter geweest als zij als deskundigen de bouw hadden begeleid?

– Garanties golden veelal voor vijf jaar. Wat is de rol van de architect geweest in schadebeperkende zin? Heeft hij zijn zorgplicht ingevuld?

Vragen naar aanleiding van het BSD onderzoek die beantwoording c.q. verantwoording verdienen

In 2004 verscheen de “Praktijkrichtlijn voor inspectie en onderhoud van (ophang)constructies, bevestigingsmiddelen en voorzieningen in overdekte zwembaden”. Deze praktijkrichtlijn is in opdracht van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, samengesteld door het Nederlands Corrosie Centrum in samenwerking met TNO Industrie en TNO Bouw. Een citaat uit deze praktijkrichtlijn had iedereen in zwembadland wakker moeten schudden:

“De eerste inspectieresultaten lieten zien dat in de laatste jaren in veel gevallen RVS is toegepast in plafondophangingen en in (ophang)constructies van luchtkanalen, leidingen en andere bevestigingsmiddelen in overdekte zwembaden. Het betreft hier de standaard RVS typen 18Cr10Ni (zoals AISI 304) en 18Cr10NiMo (zoals AISI 316), die in het bad of in de spatwaterzone veelvuldig zonder probleem worden toegepast. Onder specifieke omstandigheden blijken deze materialen echter gevoelig te zijn voor zogenaamde spanningscorrosie (Stress Corrosion Cracking: SCC), waarbij scheurenvorming relatief snel op kan treden en tot breuk kan leiden. Deze specifieke omstandigheden blijken zich met name voor te doen bóven het bad, waar een nagenoeg met chloriden verzadigde dunne vochtfilm op deze materialen kan ontstaan en ongehinderd kan inwerken (er treedt geen verdunning op door badwater). Genoemde standaard RVS typen zijn daarmee volstrekt ongeschikt voor gebruik in dragende constructies boven het bad in overdekte zwembaden.”

Zijn er na het verschijnen van deze praktijkrichtlijn, in 2004 of daarna, acties ondernomen, en zo ja welke, om de RVS 304 en 316 bouten en moeren in de Schelp te monitoren, inspecteren of te vervangen?

Zo nee, waarom niet?

Naar de menig van één van de oud-wethouders is bij de bestekopdracht gesproken over de alternatieven voor RVS 304 en 316. Naar zijn mening is de uiteindelijk keuze om financiële redenen gemaakt met als medeargument dat de toepassing van RVS 304 en 316 binnen de toen geldende richtlijnen viel. Is deze keuze binnen het college van B&W ooit aan de orde geweest en wat waren de uitgewisselde argumenten?

Klopt in het ontwerp de afstand tussen de luchtaanvoer en de luchtafvoerpijpen wel? Kan hier onderzoek naar gedaan worden?

Klopt de afzuigroute door het gebouw wel in relatie met het ontwerp gebruik en het huidige gebruik? Kan hier onderzoek naar gedaan worden of is er bij verbouwingen onderzoek naar gedaan?

Zijn de concentraties CL++ ionen in het gebouw wel overeenkomstig de ontwerp uitgangspunten? Kan hier onderzoek naar gedaan worden? Zijn hier metingen van de afgelopen 10 jaar beschikbaar?

Hebben tussentijdse verbouwingen/aanpassingen in het gebouw de luchthuishouding niet ontregeld? Denk aan het gebruik van magazijnruimten. Kan hier onderzoek naar gedaan worden?

Wat is de rol van ‘Sportfondsen’? Heeft het college ooit overwogen tot onafhankelijk onderzoek naar de adviesrol van ‘Sportfondsen’? Is ooit de rol van ‘Sportfondsen’ op landelijke schaal geëvalueerd? Wat waren daarvan de uitkomsten?

Als bezuiniging zijn de installaties ontworpen op 230.000 bezoekers per jaar. Oorspronkelijk was dat in het bestek 300.000. Terwijl in het raadsvoorstel We/25 van 29 september 1995 het uitgangspunt nog 400.000 bezoekers was. Wat zijn de werkelijke getallen en kunnen de huidige installaties dat aan?

De bedoeling was dat in het kader van onderhoud en inspectie het ‘zeildoek’ met regelmaat verwijderd zou worden. Is dat ook gebeurd en wat waren de bevindingen?

Is er met het zeildoek rekening gehouden met de “hangbelasting”?

De afdeling sport was verantwoordelijk voor de bouw. Wat was de rol van ‘vastgoed’ en was het niet beter geweest als zij als deskundigen de bouw hadden begeleid?

Garanties golden veelal voor vijf jaar. Wat is de rol van de architect geweest in schade beperkende zin? Heeft hij zijn zorgplicht ingevuld? Heeft de architect naar aanleiding van de in 2004 verschenen “ Praktijkrichtlijn voor inspectie en onderhoud van (ophang)constructies, bevestigingsmiddelen en voorzieningen in overdekte zwembaden” richting de gemeente actie ondernomen om te wijzen op de risico’s van de gebruikte RVS 304 en 316 bouten en moeren en heeft hij suggesties gedaan hoe met deze risico’s om te gaan?

Is er de afgelopen jaren onderzoek gedaan naar de kwaliteit van de “kunststof isolatieringen”?

In mijn brief d.d. 11 augustus 2018 kondigde ik het volgende vervolg aan:

“Gezien de bevindingen op basis van de stukken betreffende de aanbesteding/ gunning/ realisering zwembad de Schelp, heb ik de behoefte een aantal zaken nader te onderzoeken.

Daartoe verzoek ik met een beroep op de WOB inzage in alle onderhoudsrapportages, inspecties, metingen aan de lucht in het gebouw en in de aan- en afzuigsystemen, jaarverslagen en verslagen van de raad van commissarissen of raad van toezicht vanaf de opening in 1999.”

Het heeft een aantal maanden geduurd alvorens de gemeente een aantal van de gevraagde stukken ter beschikking stelde. Daarna ben ik door ziekte, zowel van mijn echtgenote als van mezelf langdurig niet in staat geweest nader onderzoek te doen.

De aanvullende stukken betreffende de aanbesteding/ gunning/ realisering zwembad de Schelp heb ik ondertussen in kunnen zien. Verslagen van de raad van commissarissen of raad van toezicht vanaf de opening in 1999 zijn tot mijn spijt tot op de dag van vandaag niet vrijgegeven voor nader onderzoek.

Bevindingen aan de laatste vrijgegeven documenten

De inhoud van de stukken zijn een litanie van klachten en problemen over vooral bouwkundige, lucht- en klimaatproblemen in de periode vanaf de oplevering tot mei 2004. Over de periode na 2004 heb ik behoudends jaarverslagen geen stukken ontvangen.

Enkele veelzeggende constateringen/citaten:

Uit het proces-verbaal van oplevering d.d. 27 oktober 1999 blijken problemen met condens- en temperatuurbeheersing.

“Tot drie maal toe hebben wij in de bouwvergaderingen hiervoor gewaarschuwd, terwijl het in feite onze directe verantwoording niet heeft. Men heeft hier niet op gereageerd, althans geen aanpassende besluiten genomen ten aanzien van de keuze van het glas.” (10 december 1999) Citaat uit een brief van een leverancier over de keuze van de beglazing.

Uit een telefax van het hoofd sport blijkt dat tussen de opening (september 1999) en eind maart 2000 de onderwaterverlichting al twee keer is vervangen.

“Het probleem is dat de aangebrachte dampdichte laag op verschillende plaatsen niet dampdicht is aangesloten is. Vandaar een opeenhoping van condens met alle mogelijke kwalijke gevolgen van dien.” (17 mei 2000)

“Perplex stond ik echter van de slordige en provisorische wijze waarop isolatiemateriaal is aangebracht een gebouw van 25.000.000 gulden onwaardig.” (22 mei 2000 in een telefax van het hoofd sport)

“Zoals gezegd zijn er inmiddels tien maanden verstrekken, feitelijk zonder enig tastbaar resultaat. Een betreurenswaardige zaak die alle partijen zich mogen aantrekken. Gezien de ernst van de situatie met mogelijk vergaande consequenties heb ik de wethouder van sportzaken, de heer C. van der Weegen, uitvoerig geïnformeerd. “ ( 11 juli 2000) (hoofd sport over de luchtbehandeling en klimaatbeheersing).

“De gebrekkige beschrijving van het bouwkundige bestek” “De op alle fronten doorgevoerde bezuinigingen gaan nu opbreken.” “Er was geen goede afstemming tussen het ene en het andere bestek.” “Daarnaast laat de kwaliteit van uitvoering grovelijk te wensen over.” “Deskundige uitvoering laat het ook hier afweten en houdt zich verre van een kritische kijk op eigen functioneren.” ( 2 oktober 2000) B&W notitie van het hoofd sport.

“Wat het houten plenum betreft blijven wij ten volle bij ons standpunt, dat het plenum slordig en onoordeelkundig is aangebracht en zelfs los van de functie die het heeft niet de duurzaamheid bezit om te worden aangemerkt als een bouwkundig onderdeel van het gebouw.” (27 maart 2001)

“Het gaat immers niet zo zeer om de vraag of de gemeente nog middelen heeft of middelen kan vrijmaken, maar meer om de vraag of destijds juist is gehandeld, de juiste (bezuinigings-) besluiten zijn genomen.” (27 maart 2001) memo hoofd sport.

In november 2003 wijst de directie van de Schelp het college op een onveilige situatie bij het recreatiebad bij zonnig weer omdat door schittering op het water het toezicht “ernstig bemoeilijkt” wordt. Er wordt net als onder (2) gewezen op de glaskeuze en de suggestie gedaan hetzelfde glas te gebruiken als bij de sporthal. Het probleem van de onjuiste ZTA waarde!

In een nota d.d. 25 februari 2004 worden de lucht/klimaat/condens-problemen geweten aan het feit dat het aantal aan/afvoer kokers bij de bouw van twaalf (12) is teruggebracht naar acht (8).

Ondanks dat ander glas de werk- en verblijfklimaatproblemen in het kantoor, de horeca en de entreehal en de veiligheid bij het recreatiebad zou op kunnen lossen, werd er bij raadsbesluit van 27 mei 2004 geen geld (benodigd 65.000 euro) voor ter beschikking gesteld.

Wat opvalt is dat leveranciers van installaties zelden aanboden om bij onderhoud ook rapportages op te stellen.

(Voorlopige) conclusies:

A. Het aanbesteding/gunning/realisering dossier van zwembad de Schelp is verre van compleet. Belangrijke documenten (keuringsrapporten, certificaten, opleverdocumenten), die inzicht zouden kunnen verschaffen in de uiteindelijke kwaliteit van het gerealiseerde gebouw, ontbreken. Dat maakt het onmogelijk om op basis van documenten met enige zekerheid te weten wat de kwaliteiten waren bij oplevering, laat staan wat de te verwachten kwaliteit is nu.

B. De verantwoording van meer- en minderwerk is armzalig. Vaak beperkt tot een enkele zin of steekwoorden en guldens. Ook de verslagen van adviseurs- of bouwoverleggen zijn in dat kader weinig informatief. Dit maakt het verder onmogelijk te komen tot een reëel oordeel over de kwaliteit bij oplevering.

C. Het niet (meer) aanwezig zijn van het verfadvies (zo dat er is geweest) maakt het moeilijk om te kunnen oordelen over de kwaliteit van het uitgevoerde of beoogde onderhoud aan verfsystemen.

D. In zowel de stalen constructie als in allerlei andere ophang- en verbindingselementen zijn de sinds 2004 als volstrekt ongeschikte (voor overdekte zwembaden) RVS typen gebruikt. Het is dan ook voor de BSD-fractie onbegrijpelijk dat niet reeds vanaf 2004 maatregelen zijn genomen c.q. de gemeenteraad is geïnformeerd over hoe met het probleem van de (op termijn) noodzakelijke vervanging van deze RVS typen moet worden omgegaan.

E. De keuze van Hevo Bouwmanagement BV en het architectenbureau waren keuzen voor de te verwachten kwaliteit. Beide hadden in 1999 een goede naam en werden deskundig geacht.

F. De gehanteerde voorschriften en richtlijnen voor het metaalconstructiewerk voldeden aan de in februari 1997 geldende richtlijnen, hoewel in documentatie rond het onderwerp van corrosiebestendigheid en de geschiktheid van de gebruikte RVS typen in zwembaden reeds vragen werden gesteld.

G Vanaf het moment van ingebruikname zijn er ernstige problemen met de verblijfskwaliteit, lucht- en klimaatproblemen waarvan het hoofd sport keer op keer melding deed en duidelijk van zijn hart geen moordkuil maakte. In een voor een ambtenaar soms stevig taakgebruik maakte hij naar leveranciers en naar zijn politieke bazen duidelijk dat er veel niet deugde. Helaas zonder veel resultaat!

H. Wat een ernstige beperking is geweest om te komen tot een kwalitatief zwembad is het beschikbare budget, dat reeds deels was gebruikt voor het maken van een bestek wat niet is gebruikt. Het volgende citaat uit het “beheersplan realisatie nieuwbouw zwemaccommodatie van Hevo” geeft een inkijk in de manier waarop werd gedacht.

“Het bewaken van de kwaliteit beschouwt Hevo als een van de hoofdtaken. Het gaat daarbij zowel om de proceskwaliteit als om de productkwaliteit. De productkwaliteit zal in belangrijke mate een afgeleide zijn van het bestek en tekeningen. In het bestek, zie punt 1.2. is de te behalen kwalitatieve en kwantitatieve norm vastgelegd. Binnen de projectorganisatie zal ernaar gestreefd worden een optimale kwaliteit te bereiken binnen de budgettaire kaders.” Niet de kwaliteit was bepalend maar het beschikbare budget!!!!!!

Vervolg

Het BSD-onderzoek komt in de eindfase. Het is spijtig en misschien wel veelzeggend dat verslagen van de raad van commissarissen of raad van toezicht vanaf de opening in 1999 tot op heden spijtig genoeg niet zijn vrijgegeven voor nader onderzoek. Dat zou alsnog moeten gebeuren!

Wat het recente nadere onderzoek heeft opgeleverd, is dat slechts weinig leveranciers in hun onderhoudsoffertes hebben aangegeven daarbij rapportages te leveren. Nedalo BV en KWB Kunststofwerktuigbouw BV deden dat wel. Deze rapportages zou ik met een beroep op de WOB alsnog willen inzien.

Ten aanzien van het nu lopende externe onderzoek naar de sluiting van zwembad De Schelp (Raadsbesluit RVB18-0067) is het advies van de BSD-fractie onze bevindingen mee te nemen en mogelijk de op de pagina’s 3 en 4 van deze brief opgeworpen veertien vragen te beantwoorden.

Uw reactie/ handelen afwachtend,

met vriendelijke groet,

namens de BSD-fractie,

Louis van der Kallen.

GOOTSPOKEN/ GROENE VETVRETER/ ZOEMT OOK BERGEN OP ZOOM?

BSD BSD Bergen op Zoom 05-06-2019 15:07

In Zaltbommel heeft het Toeristisch Recreatief Informatie Punt (TRIP) Bommelerwaard een gootspokenroute uitgezet. De regionale kunstenaar Joris Baudoin heeft de afgelopen jaren tal van beelden (gootspoken), veelal in beton, gemaakt. Vanaf een gevel of de dakgoot vertellen ze de passant iets over de geschiedenis van het betrokken pand of haar bewoners. Bergen op Zoom heeft een lange traditie van gevelstenen en teksten/namen op dakgoten, die net als de gootspoken iets verhalen over de geschiedenis van het pand of haar bewoners. De gootspoken van Joris Baudoin zijn een soort moderne gevelstenen. Materiaalkeuze en doel zijn soortgelijk. Ze halen een pand uit de anonimiteit en maken het van verre herkenbaar. Misschien een idee voor Bergen op Zoom. Wil je er meer over weten? Kijk dan eens op de website van de kunstenaar. Je vindt er tal van voorbeelden.

ging deels over hoe de gemeente Zoetermeer vetproblemen in het riool biologisch aanpakte. De gemeente Zoetermeer gebruikt een biologische manier om vetproblemen in de gemeentelijke riolen en gemalen aan te pakken. Hun aanpak behelst een systeem genaamd MicroCat, dat een onschadelijk biologisch afbreekbaar polymeer en vetafbrekende bacteriën bevat. Een blok wordt in het rioolwater gehangen en laat dan langzaam, maar continue, bacteriën los die zich hechten aan de wanden van het riool of gemaal en dan de vetlagen afbreken. Er is gebleken dat ze geen nadelig effect op de rioolwaterzuivering hebben en voorkomen op deze wijze verstoppingen. In veel Engelse en Duitse steden worden deze vetafbrekende bacteriesystemen met succes ingezet.

In de februari 2019 uitgave van het blad “Riolering” stond een artikel over de ervaringen van de steden Delft en Arnhem met deze aanpak van de vetproblemen door de ‘’groene vetvreter’’. Het blijkt te werken en een aanzienlijke reductie te geven van de problemen en daarmee van de kosten. Gemeenten en Waterschappen zijn jaarlijks circa 30 miljoen kwijt aan het oplossen en voorkomen van vetverstoppingen van het riool en vet gerelateerde storingen. Dat kan anders en milieuvriendelijker. Het lijkt mij goed als nu ook de gemeenten in het werkgebied van de Brabantse Delta, te beginnen Bergen op Zoom, gaan kijken of dit voor hen de oplossing kan zijn voor hun vetproblemen.

Recent verscheen “The influence of small forest fragments on pollination services in an agricultural landscape”; een proefschrift aan de Universiteit van Gent van Willem Proesmans. Kernpunt van dit proefschrift is het belang van kleine bosfragmenten en zonnige bosranden, welke belangrijk zijn voor bestuivers.

Het is daarom belangrijk om te werken aan het behoud van stukjes bos en houtkanten in landbouwgebieden. De insectenstand gaat achteruit en dat brengt onder andere de bestuiving van veel (landbouw)gewassen in gevaar. Insecten/bestuivers hebben, naast landbouwgewassen als voedselbron, ook voedselbronnen nodig die hen het hele jaar door van voedsel kunnen voorzien. Dit vinden ze in bosjes, houtkanten en zonnige bosranden. Zonnige bosranden en open stukjes in het bos zijn een goed bijenbiotoop. Bijensoorten die nestelen in de bodem, vinden er geschikte nestmogelijkheden. Zonnige bosranden trekken meerdere bijensoorten aan. Graduele bosranden en bossen met een rijke kruidlaag, vervullen een belangrijke rol als leefgebied en biotoop voor bijen en andere insecten. Gemeenten zoals Bergen op Zoom hebben veel bossen in bezit en beheer. Daarom zou het goed zijn als ook de gemeente Bergen op Zoom haar bosbeheer meer af gaat stemmen op de behoeften van bijen en andere bestuivers. Dat is goed voor het milieu, voor de insecteneters en voor de landbouw. Laat ook Bergen op Zoom zoemen!

| WAKKER WORDEN ONDER 380kV HOOGSPANNING?  |

Naar aanleiding van een eerder filmpje, link hieronder. De gemeente Bergen op Zoom zou beter op de fijnstof- en hittestressreductie moeten gaan letten door middel van specifieke regelgeving voor dit soort zaken!

VRAGEN EX ART. 36 OVER CUBICCO B.V., KENMERK LVDK/19003.

BSD BSD Bergen op Zoom 21-04-2019 09:02

Bergen op Zoom, 31 maart 2019

Aan het College van Burgemeester en Wethouders

Betreft:          Vragen ex art. 36 over Cubicco BV, kenmerk LVDK/19003.

Geacht College,

Cubicco BV is failliet verklaard. Zie LINK 1e faillissementsverslag: (staat niet veel in, behalve een kerstboom aan BV’s en buitenlandse rechtspersonen). In een artikel in BNde Stem van 22 maart 2019 (zie bijlage) is te vinden: “Ook de NV Aangenaam Bergen op Zoom geloofde in het succes van de Cubicco’s en verstrekte een lening uit het gemeentelijk stimuleringsfonds. “

–        Hoe groot was de lening van de NV Aangenaam Bergen op Zoom aan Cubicco BV?

–        Zijn er ooit aflossingen en of rentebetalingen op deze lening ontvangen?

–        Wat is de rol bij de leningverstrekking aan Cubicco BV geweest van de gemeentelijke commissarissen van de NV Aangenaam?

–        Wie waren de college leden die functioneerden als gemeentelijke commissarissen van de NV Aangenaam Bergen op Zoom ten tijde van de verstrekking van de lening aan Cubicco BV?

Uw reactie afwachtend,

Met vriendelijke groet,

Louis van der Kallen

VERZOEK WET OPENBAARHEID VAN BESTUUR, BRANDWEERKAZERNE, KENMERK PJ/19002.

BSD BSD Bergen op Zoom 21-04-2019 08:54

Bergen op Zoom, 31 maart 2019

Aan het College van Burgemeester en Wethouders

Betreft:          verzoek Wet openbaarheid van bestuur, ons kenmerk PJ/19002.

Geacht College,

Het tot ontwikkeling brengen van het terrein van de voormalige brandweerkazerne heeft tot heel wat commotie en verwarring geleid. Voor de BSD fractie zijn de laatste berichten, waarin de ontwikkelaar Fivente aangeeft af te zien van ontwikkeling, maar wel voornemens is een schadeclaim te vorderen bij  de gemeente Bergen op Zoom, aanleiding kennis te willen nemen van de koopovereenkomst en alle voorgaande stukken in deze.

In het kader van artikel 3 lid 1 van de Wet openbaarheid van bestuur (WOB) verzoeken ondergetekenden inzage in alle dossiers, die betrekking hebben op de besprekingen, mailwisseling, brieven, telefoonnotities en dergelijke met de ontwikkelaar Fivente en eventuele derden over een eventuele realisatie of planvoorbereiding van een ontwikkeling van het terrein van de voormalige brandweerkazerne. Voornoemde dossiers zijn die documenten als bedoeld in artikel 3 lid 2 WOB.

Ondergetekenden verzoeken uw College hen kennisneming van de inhoud toe te staan (artikel 7 lid 1b WOB) en met een beroep op artikel 7 lid 2 WOB de dossiers voor de verzoeker ter inzage te leggen en verzoeker te informeren waar en gedurende welke periode inzage mogelijk is.

Met vriendelijke groeten,

Namens de BSD-fractie,

Piet Juten

Louis van der Kallen

BRAVIS ZIEKENHUIS/ ANDERS KIJKEN/ BLUNDER?!

BSD BSD Bergen op Zoom 21-04-2019 08:49

| jaar 6 | nummer 257 |

| 21-04-2019 | 11.00 uur |

| BRAVIS ZIEKENHUIS |

(geluid aanzetten in video)

Louis van der Kallen beschouwt het Bravis drama. Heden, verleden en toekomst. Er is nog een kans. Die moeten we wel willen pakken.

| ANDERS KIJKEN |

Rijkswaterstaat overweegt de aanleg van een drijvend zonnepark bij de Kreekraksluizen bij Rilland. De gemeente Reimerswaal wil in principe meewerken aan het plan het bufferbekken van 50 hectare daarvoor te gebruiken.

Ook voor Bergen op Zoom kan het een idee zijn een deel van de Binnenschelde in te zetten. Dat zou een enorme stap kunnen zijn in de Bergse energietransitie en in het tegengaan van de zo nu en dan optredende blauwalgbloei. Een drijvend zonnepark van bijvoorbeeld circa 30 hectare nabij de Molenplaat creëert een groot schaduwveld op het water, waardoor dit minder snel opwarmt en de vorming van blauwalg tegengaat, want blauwalgen hebben warmte en zonlicht nodig om te gaan bloeien. Door de schaduwwerking en temperatuurverschillen in de Binnenschelde ontstaat er als het ware op een deel van de Binnenschelde een andere biotoop, wat de biodiversiteit zal vergroten. Met rietvelden als omlijsting kan het geheel landschappelijk mooi ingepast worden. Ook die omlijsting, mits goed gekozen, kan een toevoeging zijn aan de kwaliteit van het water van de Binnenschelde en ook aan de landschappelijke schoonheid. Dit vergt een andere kijk op wat we willen en kunnen met de Binnenschelde. Wat mij betreft is het een overweging waard. De aanpak van de blauwalg vergt dan geen geld, maar kan met de juiste samenwerkingspartners zelfs geld opbrengen. Met als toegift een forse stap in onze energietransitie opgave en mogelijk positief neveneffect op de biodiversiteit.

Louis van der Kallen

| BLUNDER?! |

Afgelopen vrijdag een bericht in BNdeStem Met de kop “Raad van State blokkeert plannen Bergsche Poort. Zorg om natuurschade vormt het grootste struikelblok.” In de plannen van de Bergsche Poort blijkt men geen rekening gehouden te hebben met “de nadelige effecten van het project voor de natuur op de zwaar beschermde Brabantse Wal” noch “dat er door toenemend autoverkeer bij het hotel en nieuwe tankstation toch meer stikstofneerslag, in de vorm van uitlaatgassen, bij zal komen”.

In feite heeft de gemeente noch ontwikkelaar rekening gehouden met de PAS regelgeving (Programma Aanpak Stikstof). De BSD fractie vindt dit onbegrijpelijk, mede omdat men binnen de ambtelijke organisatie van de gemeente Bergen op Zoom inzake de PAS regelgeving, inclusief de doelstellingen en de geschiedenis, heel goed op de hoogte is. In juni 2018 stelde de BSD vragen over de PAS regeling in relatie met de uitgestelde aanleg van de nieuwe containerterminal. In het gemeentelijke antwoord op die vragen is te lezen: “het Hof van justitie moet zich uitlaten over de PAS. Indien het Hof bepaalt dat de PAS in strijd is met artikel 6 van de Habitatrichtlijn, bestaat de kans dat Nederland, voor nieuwe ontwikkelingen die een toename tot gevolg hebben ten aanzien van stikstofdepositie, op slot gaat”. Ook binnen de PAS regeling is het mogelijk dat, indien de PAS niet leidt tot het creëren van ‘ontwikkelruimte’ door het elders terugdringen van de neerslag van stikstof, ontwikkelingen geblokkeerd kunnen worden of zoals de gemeente het in haar antwoord op de BSD vragen zelf formuleerde “op slot gaat”. De Brabantse Wal is een te beschermen Natura 2000 gebied (voor stikstof gevoelige natuur). Wie heeft hier geblunderd? De ontwikkelaar en/of de gemeente? Of is de sfeer binnen ons stadskantoor er één waarbij waarschuwende geluiden weggewuifd of monddood gemaakt worden?

Jammer dat de door de BSD ingediende motie inzake de uitbreiding van het plangebied van het bestemmingsplan Poortgebied Bergse Heide het in december 2018 niet haalde. Anders had natuurcompensatie op korte termijn al (deels) geregeld kunnen worden.

Louis van der Kallen

WELBESTEED?/ HET NIEUWE GEZICHT VAN HET COLLEGE VAN B&W/ FACILITAIR BEDRIJF

BSD BSD VVD CDA Bergen op Zoom 14-04-2019 12:04

| jaar 6 | nummer 256 |

| 14-04-2019 | 13.30 uur |

| WELBESTEED? |

Voor fietspaden blijkt geen geld, ondanks de ruime subsidies van de provincie. Dat is verkeerde zuinigheid. Eerder stond in deze nieuwsbrief een artikel “de prijs van fouten”, met  onder andere hoe Tilburg goedkoop aan fietspaden kwam.

Waar blijkt dan wel geld voor? Kijk nog eens terug naar het filmpje wat de BSD maakte over de renovatie van een fontein. Kosten circa 250.000 euro. Ook werd in 2018 het Esperanto monument ‘opgeknapt’. In september 2018 stond er in de nieuwsbrief onder ‘ergernissen’ nog een weinig complimenterend stukje over. Ik noemde het monument volstrekt mishandelt en schreef:  “Wat er nu met het Esperanto monument is gebeurd staat voor mij gelijk aan vernietiging en een volstrekte miskenning van de symbolen van het Esperanto. Gemeente hoe heeft dit kunnen gebeuren?” Ik kreeg op de vraag geen antwoord. Maar wat schetst mijn verbazing afgelopen week? Het dure blinkende staal is verdwenen. Het monument ziet er nu weer een stuk minder oorlogszuchtig uit en doet meer recht aan de betekenis en doelstellingen van Esperanto. Maar wat heeft deze hele exercitie gekost? Weer geld over de balk gesmeten. Dit was geen welbesteed geld! Of de fontein aan de Burgemeester Stulemeijerlaan welbesteed is daar kan je over van mening verschillen. De fontein staat er weer prachtig bij, hoewel je over de kleurstelling een stevige boom kan opzetten. Maar een kwart miljoen voor een fontein, terwijl er voor fietspaden geen geld is, zoals nu voor het snelfietspad tussen Roosendaal en Bergen op Zoom terwijl de staat van onderhoud al jaren slecht is. De BSD schreef over die slechte staat van onderhoud al in 2014 een brief over aan het college van B&W. Over het (wel)bestede geld is het laatste woord nog niet gezegd.

Het Esperanto monument na de eerste renovatie

Het Esperanto monument na de tweede renovatie

Louis van der Kallen

| HET NIEUWE GEZICHT VAN HET COLLEGE VAN B&W |

Afgelopen raadsvergadering stonden er slechts een paar punten op de agenda.  Eén van de punten was de beëdiging van wethouder Evert Weys. Omdat wethouder van der Weegen nog niet hersteld is van een burn-out, wat persoonlijk triest genoeg is, zal hij voorlopig nog niet terugkeren en zal de heer Weys hem waarnemen. Dat hij daar voor, na 3 maanden reeds als waarnemend wethouder te hebben gefunctioneerd, nu opnieuw beëdigd moet worden, zal de wet wel voorschrijven, maar vreemd en erg overdreven vind ik het wel.

Maar waar ik het vooral over wil hebben is het optreden van de heer Weys afgelopen donderdag. Bij het lastige dossier Facilitair Bedrijf werd hij bestookt met een groot aantal moeilijke vragen met  vaak een politieke lading. Bij de beantwoording van deze vragen werd ik aangenaam verrast door de deskundige en politiek behendige wijze waarop deze waarnemend wethouder dit deed. De zaak niet mooier voorstellen dan het is en tegelijk afstand nemen van de hijgerige politieke inbreng van een aantal fracties. Voor mij geeft Evert Weys hiermee aan in staat te zijn op een communicatief vaardige en op inhoud deskundige wijze aan het (nieuwe) gezicht van het college van B&W invulling te geven.

Ga zo door Evert, ook al hoef ik het inhoudelijk niet altijd met je eens te zijn.

Piet van den Kieboom

| FACILITAIR BEDRIJF |

Afgelopen donderdag vond er een stevige discussie plaats in de gemeenteraad  over de plaats en het functioneren van het Facilitair Bedrijf. Aanleiding was een subsidie van € 89.000,- in verband met inrichtingskosten die het Facilitair Bedrijf nodig heeft voor de verhuis naar het Eventum.

Het voelde voor mij als een poging tot zware mishandeling van mijn eigen kind. Immers, ik was als wethouder in 2001 degene die het Facilitair Bedrijf heeft opgericht, mij baserend op twee belangrijke onderzoeksrapporten uit 1998. Daaruit kwam naar voren dat in Bergen op Zoom sprake was van twee knelpunten, namelijk het letterlijk ontbreken aan voldoende ruimte voor culturele verenigingen en het onvoldoende plaatsvinden van communicatie tussen de verenigingen onderling enerzijds en met de gemeente anderzijds. Ik heb van het begin af aan forse steun ondervonden van Gert-Jan Huisman vanuit het culturele veld. Hij was en is de man die deze noodzakelijke cultuuromslag handen en voeten kon geven onder verantwoordelijkheid van een bekwaam bestuur.

Het Facilitair Bedrijf heeft zich de afgelopen jaren meer dan bewezen. Dat ze daarbij, zeker in het begin, voor een groot deel afhankelijk was van gemeentesubsidie is evident. Immers, de gemeente heeft er alle belang bij dat haar culturele schatten en talenten kunnen worden ingezet voor haar ambities op het vlak van vrije tijdseconomie en ter promotie van Bergen op Zoom als culturele hotspot.

Ronduit verbaasd was ik over de inbreng van de VVD-fractie. Woordvoerder Joost Pals, die ik de afgelopen jaren in de raad heb ervaren als een slim raadslid, die nadenkt voordat hij iets beweert, veegde de vloer aan met het Facilitair Bedrijf en haar functioneren. Wat is er toch gebeurd Joost dat je zo hardvochtig uithaalt naar de directeur van het Facilitair Bedrijf, jouw voormalig fractievoorzitter van de VVD? Natuurlijk het functioneren van een vrijwilligersorganisatie is vaak voor verbetering vatbaar, dat is inherent aan een organisatie die voor het overgrote deel op vrijwilligers steunt. Maar waarom dan niet eerder deze kritiek geuit? Was dat eerder niet gepast tegenover jouw toenmalig fractievoorzitter? Had dit te maken met de kritiek die mevrouw Stinenbosch, als toenmalig fractievoorzitter van de CDA-fractie, regelmatig had op Gert-Jan Huisman, terwijl ze zweeg over het feit dat de woordvoerder welzijnsbeleid van de toenmalige CDA-fractie werkzaam was bij Stichting Welzijn die volledig afhankelijk is van gemeentesubsidie.

Dat een gemeenteraad kritisch is over uitgave van gelden door het college is vanzelfsprekend. Maar geachte raadsleden, bent u ook zo kritisch over de 1,5 miljoen euro die u gedurende drie jaar heeft uitgegeven voor “Het Stadslab” en nu structureel € 300.000,- per jaar? Sinds kort ben ik een heel kleine ondernemertje in de binnenstad. Het enige wat het stadslab voor mijn zaakje heeft gedaan is het overhandigen van een bosje bloemen om vervolgens drie dagen later terug te komen met de mededeling dat voor een vignet op de winkelruit wel betaald moet worden. Neen, gemeenteraad, blijf kritisch, maar kijk ook naar wat de resultaten zijn van de middelen die u beschikbaar stelt aan het college.

Het Facilitair Bedrijf heeft in ieder geval aangetoond vele vrijwilligers aan zich te kunnen binden met een groot maatschappelijk rendement. De uitgaven voor het Facilitair Bedrijf zijn vanuit deze optiek geen kosten maar investeringen die rendement op kunnen leveren. Het is misschien aan te bevelen dit soort resultaten ook eens te meten bij andere forse uitgaven die u mogelijk maakt.

Piet van den Kieboom

DE ANNEXATIE VAN BERGEN OP ZOOM/ FAILLIET/ LEUK

BSD BSD VVD D66 CDA Bergen op Zoom 31-03-2019 07:28

| jaar 6 | nummer 255 |

| 31-03-2019 | 09.30 uur |

| DE ANNEXATIE VAN BERGEN OP ZOOM |

“Bergen op Zoom zoekt grond voor bedrijven bij de buren” was afgelopen week een kop in BNdeStem. “Bergen op Zoom wil bedrijven de ruimte bieden. Maar loopt tegen beperkingen aan. De voorraad bedrijfsgronden is nijpend. ,,Een gevolg van de aantrekkende economie, zegt gemeentewoordvoerder Erwin Stander.” NEE gemeentelijke woordvoerder. Roeptoeter van het college. Dat gebrek aan bedrijfsgronden is geen gevolg van de aantrekkende economie, maar van gemeentelijk wanbeleid!

Keer op keer laten partijen als de VVD, het CDA, Lijst Linssen, D66 zich bij collegeonderhandelingen knevelen door GBWP door geen bedrijfsontwikkelingen te willen In de Auvergnepolder. Ik schreef er uitgebreid over in 2014. Al jarenlang zijn vele kansen gemist om de unieke ligging langs de Rijn-Schelde verbinding te benutten voor bedrijfsvestiging. In een artikel in oktober 2016 schreef ik over de bedroevende ontwikkeling van de werkgelegenheid in Bergen op Zoom over de periode 1998-2013. De ontwikkeling daarna is er niet beter op geworden. En daar is maar één oorzaak voor. Niet genoeg bedrijventerreinen en het niet benutten van de unieke mogelijkheid langs de drukste vaarroute van Europa. Nee meneer de woordvoerder, de aantrekkende economie is niet de oorzaak. De oorzaak is de onderdanigheid van politieke partijen die een zetel in het college belangrijker vinden dan de toekomst van Bergen op Zoom. In november 2016 diende ik nog een motie in over de ontwikkeling van een bedrijventerrein. Ook de VVD, die al meer dan 20 jaar de ontwikkeling van de Auvergnepolder in haar programma had staan, stemde weer tegen. Het behoud van een wethouderszetel is op die manier verraad aan de toekomst van Bergen op Zoom en het eigen programma geworden. Weer gaat de kans voorbij om gebruik te maken van de aantrekkende economie. Sinds de annexatie in 1997 van Bergen op Zoom door de Halsterse politiek is Bergen op Zoom hard op weg richting een dorp te worden. Ik denk dat de eerst komende raadsexcursie dan ook naar Bergen op Zoom in Suriname zal zijn (de voormalige houtplantage). Want de bossen zullen nog wel even blijven. Stedelijke taken als werkgelegenheid en industrie overhevelen naar de omliggende dorpen (met excuses voor Steenbergen) is een absurde verwaarlozing van de toekomst en het verleden van Bergen op Zoom. Terecht verloren we in 1801, toen het Markiezaat Bergen op Zoom aangekocht werd door de Bataafse Republiek, alle rechten. Het was een ingeslapen zooitje. Nu zijn we weer bezig uitverkoop te houden van onze eigenheid en rechten op een toekomst. Waar blijft de annexatie door Woensdrecht en Steenbergen? Door met de pet in de hand de omliggende gemeenten te vragen ons ‘werk’ te doen is een SCHANDE! De aantrekkende economie de schuldgeven is dan ook een gotspe.

Hier past een klacht bij de vakbond. Een medewerker opdragen dit soort onzin uit te slaan zou strafbaar moeten zijn.

Louis van der Kallen

| FAILLIET |

In haar column getiteld “Failliet” in BNde Stem van 30 maart legt Majda Ouhajji de vinger op een plek die door de BSD al heel wat keren is aangeduid.

In februari van 2014 schreef ik “WE ZIJN DUS EEN SOORT VAN FAILLIET?” Als je totaal circa 100 miljoen euro verliest op twee bestemmingsplannen (De Bergse Haven en de Markiezaten) ben je eigenlijk failliet. Je bent als gemeentelijke overheid, in mijn ogen, handelingsonbekwaam gebleken. Er was in 2008 een ontsnappingsroute, de artikel 12 procedure. Vanaf november 2008 heb ik daarvoor gepleit. Een verlies van circa 100 miljoen is nu eenmaal niet eenvoudig weg te poetsen. Zeker niet door colleges en partijen die feitelijk doen alsof er niets aan de hand is. Artikel 12 had een uitweg geboden. Maar dan hadden de belastingen omhoog gemoeten. Dan hadden andere gemeenten tot nu toe al meer dan 40 miljoen meebetaald aan onze fiasco’s. Vrijwel alle partijen wezen toen een aanvraag van artikel 12 af. Ze wilden geen extra belastingverhogingen. Alsof de schuldenberg vanzelf zou verdwijnen. Ondertussen is Bergen op Zoom een gemeente geworden met hoge (belasting)tarieven en een gemeente waar eigenlijk niets meer kan. Geen geld! Soberheid troef. Slecht onderhoud. Weinig voorzieningen. De Bergse burger hangt tot in lengte van dagen, om in Brabantse termen te spreken, aan de achterste mem.

In december 2018 schreef ik “de-prijs-van-fouten”. Tot op heden is er nog niets veranderd. De Bergenaar blijft geloven dat er ooit een goede fee de problemen oplost en het college denkt oprecht dat ‘versoberen’ de oplossing is. Met als resultaat een armoedig verpaupert zooitje. De geschiedenis van de Schelp laat zien dat versoberen (verkeerde RVS bouten) leidt tot financiële rampen. Fouten kunnen gemaakt worden, maar leer er van en accepteer de gevolgen. Als dat in 2008 of in 2009 was gedaan. Hadden we nu niet, tot het einde der tijden hoeven te versoberen op de zaken die we belangrijk vinden. Of we gaan alsnog naar de provincie en het rijk om te praten over een artikel 12 procedure van de Financiële-verhoudingswet en verhogen de belastingen. Nu zijn de voorwaarden/regels een stuk strenger dan in 2008/2009. Maar willen we ooit een ‘normale’ gemeente worden, met voorzieningen die recht doen aan onze burgers, zullen we dat moeten accepteren. Of gaan we aan de gemeente Woensdrecht en Steenbergen vragen of ze ons willen annexeren?  Onder aan de column van Majda Ouhajji stond in blauw. “Het had even geen prioriteit. Er was geen geld. Ook toen al niet”. Ik ben bang dat over weer vijf jaar, of over 10 jaar, of over 20 jaar dezelfde column geschreven kan worden. Tenzij we het accepteren dat: wie zijn achterste brandt, op de blaren moet zitten.

Louis van der Kallen

| LEUK |

In december schreef ik over “the Gamer”. Over een spel bijvoorbeeld in de openbare ruimte, waar kinderen verleidt worden lichaam en geest te gebruiken. Ik ben dan ook blij verrast dat ik in de openbare ruimte plotseling spelopstellingen aantref die kinderen kan verleiden tot het spelen van een spel waarbij ze worden uitgedaagd het brein te gebruiken. Voor de verandering mijn complimenten. Ik hoop dit soort voorzieningen straks op het Ravelijn of in het park ook aan te treffen. Het Ravelijn als speeltuin met strategische spelletjes! Dan is het een openbare ontmoeting- en ontspanningsplek geworden die lichaam en geest van jong en oud inspireert.

Een ideetje voor het Ravelijn

EEN KRANKZINNIGE WEEK

BSD BSD VVD CDA Bergen op Zoom 24-03-2019 07:03

Er zijn van die weken in een mensenleven die eigenlijk niet kunnen. Die zo onwaarschijnlijk zijn dat ze je altijd bij zullen blijven.

Dinsdagmorgen, terwijl ik net ons kantoor had verlaten met een scholier aan de telefoon, hoorde ik mijn echtgenote roepen. Ze lag op de grond en ondanks haar geroep reageerde ze niet op mijn vragen. Ze verbleef in een half bij bewustzijn wereld waar de verbale communicatie éénrichtingsverkeer was. Ik belde voor het eerst van mijn leven 112. Dat was voor mij, in een toestand van nabij paniek, een verwarrende en deels frustrerende ervaring. Met de telefoon aan mijn oor probeer ik mijn echtgenote bij volledige bewustzijn te brengen door tegen haar te praten en tegelijkertijd de vragen van de dame van 112 te beantwoorden. Ik luisterde in mijn paniek vermoedelijk maar half en hoorde vast niet alles was de 112 dame zei. Door mijn angst en paniekgevoelens sloop boosheid en frustratie in. Stuur een ambulance nu! Ik werd boos. Maar enkele minuten later bleek dat die ambulance vermoedelijk gelijk onderweg was gegaan. Hoewel minuten eeuwen lijken als je gestrest bent, was die ambulance er vermoedelijk binnen vijf minuten. De broeders gingen gelijk aan de slag en werd er besloten op weg te gaan. Hoewel mijn echtgenote in haar laatste jaar zit van haar leven (kleincellige longkanker) was de indruk van de broeders een neurologisch probleem. Dus naar Bravis Bergen op Zoom. De dienstdoende spoedeisende-hulp-arts besloot snel wegens de super lage hartslag (om en nabij 40) tot het toedienen van een stofje, wat het niveau razend snel opkrikte tot circa 70 waarna mijn echtgenote snel herstelde. Vermoedelijke oorzaak: een bijwerking van een nieuw medicijn om de misselijkheid na haar chemokuur te bestrijden. In de middag kon ik haar weer mee naar huis nemen.

Dan woensdag: de waterschapsverkiezing. Een verkiezing waarbij ik voor het eerst van mijn leven dacht de grootste te kunnen worden. Na twee keer derde plaatsen achter de VVD en het CDA moest dat kunnen. In de peilingen stonden die partijen immers op verlies. De verkiezingscampagne die mijn kandidaten en ik hadden gevoerd was intenser dan ooit. Veel Ons Water kandidaten voerden campagne zoals nooit te voren. Het was echt een nu of nooit. Ondanks ruim zevenduizend meer stemmen (totaal 48774) niet de grootste! Tweede achter de VVD. Vier jaar lang laat je de kiezer wekelijks weten wat je doet. Dat doet niemand anders. Toch lijken kiezers zich vooral te laten verleiden door een stemwijzer die vooral goedkoopte belooft en gebaseerd is op stellingen waarvan de antwoorden niet gebaseerd hoeven te zijn op echt uitvoerbaar beleid of de daden van de afgelopen vier jaar. Ik schreef daar al eens eerder over ‘liegende/dromende politici’. Als je eerlijk bent, is het helder dat de tarieven van de waterschappen de komende tien jaren jaarlijks zullen stijgen met meer dan de inflatie. Dijken moeten verhoogd en versterkt worden en waterbergingen uitgebreid. En in tegenstelling tot dromen kost dat echt geld. Toch zou ik blij moeten kunnen zijn met het feit dat Ons Water en West-Brabant Waterbreed in zeteltal gelijk zijn gebleven en Ons Water nu tweede is geworden.

Er zijn ook lichtpuntjes. Eén daarvan was de uitslag in de gemeente Geertruidenberg. Ik dacht daar gehaat te worden. De discussies rond het dijkverbeteringsproject Geertruidenberg/Amertak waren hoog opgelopen toen ik, tegen de ambtelijke adviezen en het gemeentelijke advies in, ging voor dijkverlegging in plaats dijkversterking. Ik werd daar geconfronteerd met een zaal vol boze burgers en een gemeentebestuur, wat op zijn zachts gezegd, niet blij met mij was. Ook de provincie was boos. Ondanks dat scoorde Ons Water in Geertruidenberg bijna 29 % en was daar de grootste en de combinatie met West-Brabant-Waterbreed (mijn fractie van totaal zeven) bijna 40 %. Daar wisten de kiezers de extra inzet voor veiligheid wel te waarderen.

Gaan voor je principes kan dus wel, maar het is voor politici keer op keer een dilemma. Mijn dilemma toen was enerzijds een keuze te maken die recht doet aan ieders inbreng en anderzijds de taak van het waterschap om binnen de mogelijkheden de beste route te kiezen naar de hoogst haalbare veiligheid van alle inwoners van dijkkring 34A Geertruidenberg. Ik schreef uitgebreid over mijn dilemma in Over Water 86. In de BSD nieuwsbrief van 16 april 2017 schreef ik mijn frustratie toen weg in het stukje “Pasen”. Ter voorbereiding van de DB vergadering van toen heb ik mijn motivatie op papier gezet om niet akkoord te gaan met het voorstel aan het DB inzake het voorkeursalternatief Slikpolder. Uiteindelijk volgde het DB op basis hiervan mijn redenering en besloot, bij de keuze van het voorkeursalternatief, bij de Slikpolder te kiezen voor een dijkverlegging. Toen schreef ik: “Als bestuurder wil ik staan voor een waterschap wat zich de waterautoriteit voelt en wilt zijn.” Ik wil nog steeds zo’n bestuurder zijn. Het is alleen jammer dat veel kiezers hun keuze door geheel andere zaken laten bepalen. Websites van de politieke collega’s geven vooral inzage in wat ze ‘willen’ niet wat ze hebben gedaan. Bij Ons Water kan de bezoeker dat, tot tientallen jaren terug, wel zien.

Mij past dank aan de kandidaten van Ons Water, aan al degenen die hen hebben geholpen de kiezers te overtuigen, aan mijn Ank die bijna alle filmpjes monteerde, aan Marcel Mulder die ze heeft opgenomen en aan de ruim 48 duizend stemmers op Ons Water die de gekozenen van Ons Water weer een kans geven zich in te zetten voor de veiligheid van West-Brabant en voor een betere levenskwaliteit van mens, dier en ondernemers in ons werkgebied. DANK!

Donderdag was ook de dag van het verschijnen van Elsevier weekblad, waarin ik uitgebreid aan het woord kom in het voorpagina artikel “De Nederlander is BOOS”.  Mijn deel is het resultaat van een ruim 2,5 uur durend interview door Gertjan van Schoonhoven, die mijn verhaal verwerkt heeft  in het ‘Verhaal van de week’. Ik in een, om met de jaren zeventig termen van ‘een rode rakker’ te spreken, lijfblad van de rechterkant van Nederland. HET MOET NIET GEKKER WORDEN! Toch ben ik tevreden over hoe mijn woorden zijn vertaald in een relatief beknopte tekst en hoe mijn verhaal past in de totaliteit van het artikel. En zelfs een beetje trots op “op internet schrijft Van der Kallen empathische en slimme stukjes over de gelehesjesbeweging”. Dit vat ik op als een compliment: ‘slimme stukjes’ in een rechts blad.

Donderdagavond ben ik naar beeldvorming 1 geweest. De bijeenkomst waar burgers in kunnen spreken. Daar kwamen twee zaken voorbij waarvan ik dacht: ’t kan nie waar zijn!

Bij het onderwerp “stand van zaken Containerterminal” werd duidelijk dat een belangrijk deel van de geluidsoverlast veroorzaakt wordt door een ‘zonk’ in de Vierlinghweg. De spreker namens het bedrijf wat de containerterminal exploiteert, bood zelfs aan dat probleem samen met de gemeente aan te pakken. Inspectie ter plaatse leerde mij dat er wel meer is dan alleen een ‘zonk’. Er ligt een ernstige ‘zonk’ ter hoogte van de parkeerplaats, maar het geheel met klinkers bestrate deel van de Vierlinghweg ligt er aller belabberdst bij. Observatie leerde dat iedere passerende vrachtwagen, zeker die onbeladen waren, een hels kabaal gaf op dat deel van de weg. Ook op het geasfalteerde deel werd veel geluidsoverlast veroorzaakt door de oneffenheden in het wegdek, vooral die veroorzaakt waren door de aanwezigheid van rioolputten. Van mij krijgt de gemeente, die hier de wegbeheerder is, een dikke onvoldoende. Een ondernemer die van de klachten af wil en feitelijk voorstelt om een deel van de taak van de gemeente over te nemen en de ’zonk’ weg te werken verdient alle lof. Hij krijgt keer op keer de schuld van de geluidsoverlast, terwijl een belangrijk deel daarvan veroorzaakt wordt door het zeer slechte weg onderhoud door de gemeente. ’t Kan nie waar zijn!

Het tweede ’t kan nie waar zijn moment was een inspreekster, die sprak over de problemen rond de verkeersafwikkeling kruising Markiezaatsweg/ Zuiderdreef. Ze omschreef de problemen op die kruising als het druk was, zoals tijdens de spitsmomenten, en dat het haast onmogelijk was de Markiezaatsweg op te komen. Waar blijven de verkeerslichten??? De palen om ze aan te bevestigen staan er al vele jaren. Maar geen verkeerslichten. Wel veel voorkomende verkeersonverdraagzaamheid en verkeersagressie. Ze had bij de gemeenteraadsverkiezing speciaal gestemd op de partij (GBWP) die in het verkiezingsprogramma had beloofd “verkeerslichten Zuiderdreef/Markiezaatsweg realiseren”. Nu die partij met maar liefst 2 wethouders in het college zat verwachtte ze wel actie. Dat verkiezingsprogramma en de aanwezige bevestigingspalen hadden bij kopers van huizen en gronden verwachtingen gewekt, die niet bewaarheid werden.  ’t Kan nie waar zijn! Een ondernemer die het werk van een falende gemeente gaat doen en een bewoonster die de politiek fijntjes herinnert aan verkiezingsbeloften en gewekte verwachtingen. Ons vestigingsklimaat voor bewoners en bedrijven maak hiermee geen beste beurt.

BIODIVERSITEIT/ GEGOKT OF RISICO GENOMEN?/ KLAAGBRIEVEN

BSD BSD Bergen op Zoom 17-02-2019 14:45

| jaar 6 | nummer 252 |

| 17-02-2019 | 16.00 uur |

| PARKEERTERREIN NETTORAMA |

(geluid aanzetten in video)

De gemeente Bergen op Zoom, ooit gekozen tot groenste stad, kijkt niet meer op een boom meer of minder. De BSD, maar ook de burgers willen dat hier anders mee omgegaan gaat worden. Helaas is het voor de bomen op het parkeerterrein bij de Nettorama te laat. De mishandeling van de bomen aan de Parade daarbuiten gelaten, al begrijpen wij daar helemaal niets van.

| BIODIVERSITEIT |

De bebouwde omgeving is de plek voor meer flora en fauna in Nederland en Bergen op Zoom. Wildgroei, beplantingen, natte oeverzones of een verticaal bos langs de gevel van hoogbouw, gevarieerd groen zorgt voor meer biodiversiteit. In een stedelijke omgeving staat de biodiversiteit onder druk door de sobere inrichting van de buitenruimte, efficiënt en traditioneel beheer en versteende tuinen.

Dat moet anders! Een rijker insecten- en dierenleven begint met meer en gevarieerder groen. Bloeiende planten trekken bestuivende insecten aan. Ze zijn belangrijk voor een gezond ecosysteem. Het groen en de insecten zijn een voedselbron voor vogels en andere dieren. De BSD gaat voor een meer insectvriendelijk beheer. Bermen en grasvelden minder frequent maaien zodat percelen bloemrijker worden. Ook niet alles tegelijk maaien en maaisel enkele dagen laten liggen zodat zaden achterblijven. Ook is het goed delen van de groene percelen niet winterklaar te maken zodat insecten en kleine dieren er in de winter kunnen schuilen. Richt nieuw groen zo in dat natuurlijke processen kunnen plaatsvinden. Er liggen veel, nu nog ongebruikte, kansen voor de natuur op daken en langs gevels. Of geef ‘onkruid’ een kans.

De groene agenda factsheets laten zien dat de stad een goed leefgebied kan zijn voor vlinders en (wilde) bijen als 10% van het oppervlak is voorzien van gevarieerd groen. Als er gezaaid wordt gebruik dan zaad van Nederlandse soorten. Ze horen in onze klimaatzone en zullen het dan ook goed doen. Ze passen ook beter bij de soorten insecten die hier van nature voorkomen.

Meer biodiversiteit is één van de voordelen van meer groen in de stad. Andere voordelen zijn te behalen op gebieden als: economie, sociale cohesie, gezondheid en klimaat. Groen helpt ook bij de aanpak van hittestress. Voor de BSD het thema voor de komende tientallen jaren. Meer weten kijk dan eens op https://www.thegreencity.eu

Louis van der Kallen

| GEGOKT OF RISICO GENOMEN? |

Donderdag 7 februari heb ik, na bijna een jaar, weer eens een bezoek gebracht aan het Stadhuis op de Grote Markt. Er was een raadsvergadering gepland waarvoor de fracties van Lijst Linssen en de  PvdA een verzoek tot het houden van een interpellatie hadden ingediend. De verzoekers wilden een volledige beantwoording en alle informatie van het college van B&W over de volgens hen overhaaste en niet transparante aankoop van het gebouw IRS, het suikerlab aan de van Konijnenburgweg.

Voor de mensen op de publieke tribune en de luisteraars thuis was het weinig aantrekkelijk om deze voorgekookte en strak geregisseerde vergadering bij te wonen of te beluisteren. Vooral collegeleden verwezen in hun beantwoording naar eerdere besluiten en raadsstukken die bij veel toehoorders niet of nauwelijks bekend waren. Een weinig aantrekkelijk schouwspel voor het publiek. Het begon al met een uitgebreide inleiding van de voorzitter, de burgemeester, over de spelregels van de vergadering. Het was niet de bedoeling dat bij de beantwoording door het college, de vragen opnieuw opgelezen zouden worden bij de beantwoording. Het was uitgerekend de burgemeester die bij de beantwoording van “zijn” vragen, de vraag uitgebreid voorlas. Ook de beantwoording van de vragen door de leden van het college vond plaats door het voorlezen van de antwoorden die vooraf door een breed gezelschap van ambtenaren zorgvuldig waren geformuleerd. Ruimte voor discussie was er niet of nauwelijks, dat was ook niet de bedoeling gaf de voorzitter vooraf aan.

In de bijdragen van de diverse fracties viel mij de bijdrage van de D66- fractie op. Een afgewogen verhaal over de inhoud van het agendapunt en zonder een belerende of verwijtende houding aan te nemen naar andere fracties. Een bijdrage gericht op de toekomst. De andere fracties hielden zich in hun bijdragen vooral bezig met de regeltjes of met zichzelf. Een werkelijk ongeloofwaardige inbreng kwam van de heer van den Ouden, fractievoorzitter van Groen Links. Hij wilde een  nieuw en fris beeld weg zetten van Groen Links door met een zekere flinkheid te melden dat zijn fractie bij de aankoop van het suikerlab een bewust risico had genomen. Immers zonder risico’s te nemen mis je kansen voor de toekomst. Diezelfde van den Ouden nam het zijn collega van de PvdA  kwalijk toen die het handelen van het college het nemen van  een onverantwoorde gok noemde. Wat is nu het verschil tussen een risico nemen of een gok nemen. Als je daar over dieper nadenkt kom je tot de conclusie dat bij het nemen van een risico het gevaar bestaat op schade of verlies. Een gok nemen is een spel spelen. En dat laatste is de enige juiste typering voor het handelen van het college.

Piet van den Kieboom

| KLAAGBRIEVEN |

In Frankrijk verzamelen burgemeesters nu burgerklachten om de onvrede van gele hesjes te kanaliseren. Er is een ‘Nationaal Debat’ gestart. Gestructureerd in vier thema’s: “ecologische transitie”, “belastingen en publieke uitgaven”, “democratie en burgerschap”, en “organisatie van de staat en publieke diensten”.

Het is een manhaftige poging de onvrede om te zetten in concrete maatregelen om het deksel op de beerput te krijgen of moet ik zeggen op de doos van Pandora. Want die gaat steeds verder open en er komt steeds meer rottigheid uit. Want hoe meer kennis de gele hesjes krijgen over de structuur van hun overheid en hoe er door een beperkt deel van de bevolking er van geprofiteerd wordt, hoe bozer ze zijn geworden. Die klaarblijkelijk blijvende boosheid begint de economie te schaden en de overheid moet nu wel gaan handelen zo lijkt de gedachte.

De afgelopen weken heb ik op mijn persoonlijke website een aantal artikelen over de mogelijke motieven van de gele hesjes geschreven. Steeds vaker komt bij mij de vergelijking op met de situatie van voor de Franse Revolutie die min of meer qua geschiedschrijving begon met de bestorming van de Bastille in Parijs, op 14 juli 1789. In de maanden voor de bestorming deponeerden boze burgers onder de titel Cahiers de Doléances, ‘klaagbrieven’ hun grieven bij koning Lodewijk XVI in Versailles.

De vereniging van burgemeesters van plaatsen met minder dan 3.500 inwoners, de Association des Maires Ruraux de France heeft het initiatief genomen de gemeentehuizen open te zetten om burgers in staat te stellen middels de aloude Cahiers de Doléances hun klachten en suggesties onder de aandacht te brengen van de officiële instituties. Zij hopen hiermee de onvrede te kanaliseren en het ‘Nationale Debat’ inhoud te geven dat volgens Macron moet leiden tot “een nieuw contract voor de natie”. Worden de Cahiers de Doléances net als in de maanden voor de bestorming van de Bastille een ‘maskerade’ dan hoop ik dat het demasqué, wat dan onvermijdelijk komt, niet een verloop zal krijgen als de Franse revolutie.

Het klaagbrieven idee van de club van burgemeesters van de ruim 30.000 kleine gemeenten in Frankrijk is wel een goede. Nodig de burgers uit tot klagen. Laat de gele papiertjes maar komen. Neem het maar op. En stuur de banden en plakboeken maar op naar Rutte. Of zou Rutte net als Lodewijk XVI ze alleen bewaren en er niet of te laat iets mee willen doen. In Frankrijk zijn er 60.000 bewaard gebleven. Nu wordt er vooral op de sociale media kond gedaan van de frustraties.

Vertaald naar de gemeente Bergen op Zoom zouden er speciale openbare zittingen kunnen komen van de burgemeester, van het college van B&W en van de gemeenteraad met als enig agendapunt het aanhoren van burgers. Te beginnen op marktdagen in een warm stadhuis met een gratis bak soep en een kop koffie. Laat de daklozen hun klaagzang maar eens kunnen richten aan de politici. Zonder agenda of onderwerp. Dat lijkt mij een goede manier om burgerparticipatie in deze tijd vorm te geven.

Louis van der Kallen

| DOMINO’S |

(geluid aanzetten in video)

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.