Poliflw

De ChristenUnie heeft tijdens de gemeenteraad van 27 juni tegen het collegeplan voor het Oosterhamriktracé gestemd. Ondanks felle kritiek van inwoners kreeg het collegeplan een meerderheid in de raad. Hierdoor ziet de ChristenUnie een voorstel aangenomen dat grote gevolgen zal hebben voor de leefbaarheid in de wijk, en met name de Vinkenstraat.

De ChristenUnie heeft via verschillende wegen geprobeerd om de oplossing voor de verkeersdrukte buiten het Oosterhamriktracé te zoeken. Allereerst was er de knip-variant, die samen met de SP is ontworpen. Deze knip moest er voor zorgen dat het aantal auto's door woonwijken flink daalt in vergelijking met het collegeplan, zonder dat de bereikbaarheid van het centrum daar onder lijdt. Aangezien een raadsmeerderheid niet aan dit voorstel wilde, steunde de ChristenUnie in de afgelopen raad een aantal moties die om onderzoek naar alternatieven vroegen. Zo kwam GroenLinks met een motie voor onderzoek naar een groot verkeerscirculatieplan dat zijn roots in de knipvariant van de ChristenUnie en SP lijkt te hebben, maar in tegenstelling tot de knip stadsbreed zal worden toegepast. De ChristenUnie is verheugd dat andere partijen geïnspireerd raken door het voorstel van de knip, en hoopt dat de onderzoeken zullen leiden tot het afstappen van het huidige plan. 

Fractievoorzitter Inge Jongman: "We zijn teleurgesteld dat de collegeplannen toch een raadsmeerderheid hebben gekregen. We zien grote problemen met bijvoorbeeld de busbaan door de Vinkenstraat, en de hoeveelheid auto's die zich door wijken heen zal bewegen. We vinden de aantasting van de leefbaarheid van wijken te groot om met dit plan in te kunnen stemmen. Gelukkig zijn er moties ingestemd die onderzoek naar alternatieven faciliteren, we hopen dat we via dit laatste redmiddel alsnog ons doel bereiken". 

Als het aan het Groninger gemeentebestuur ligt rijden er straks dagelijks 12.000 auto’s over de busbaan vanaf Kardinge naar de binnenstad. Terwijl er een alternatief is. In dit opiniestuk vertellen fractievoorzitter Inge Jongman en SP-raadslid Wim Koks je meer over de keuze van het college, en hoe het beter kan.

Sinds de jaren ’70 staat Groningen bekend om de vooruitstrevende aanpak voor een autovrije binnenstad. Met de auto kan je rondom, maar niet middenin het kleine stadscentrum komen. Goede ringwegen met P+R-terreinen verleiden mensen de auto aan de stadsrand te parkeren en verder te gaan met fiets of openbaar vervoer. Maar aan deze vooruitstrevendheid komt een einde met de plannen van dit college voor het Oosterhamriktracé. Er is volgens dit college namelijk een bereikbaarheidsprobleem voor het UMCG.

Het gevolg van de plannen is dat er een autobaan dwars door twee dichtbevolkte stadswijken ontstaat. Daarover moeten dagelijks 12.000 auto’s gaan rijden. Daarbovenop rijden er straks dagelijks 700 bussen een aangepaste route, door twee smalle woonstraten. Een route met bovendien meer verkeerslichten, langs een school en met meer kruisend verkeer. Het gevolg: meer uitstoot van onder andere fijnstof, meer verkeerslawaai voor bewoners en minder verkeersveiligheid én twee wijken die nog meer van elkaar gescheiden zijn door een drukke autoweg en busbaan. En dat alles voor een mega-investering van zestig miljoen euro, waarvoor voor een groot deel nog geen financiële dekking is.

Natuurlijk moet een groot stadsziekenhuis bereikbaar zijn voor patiënten, medewerkers en bezoekers. Maar uit berekeningen blijkt dat slechts 10 procent van de weggebruikers die straks van de nieuwe weg gebruik maken, 1.200 per dag, als bestemming het ziekenhuis heeft. Voor een fractie van die zestig miljoen kunnen we zorgen voor comfortabele shuttleverbindingen over de bestaande busbaan en vanaf goede P+R-terreinen voor patiënten, artsen en bezoekers.

Op een hoorzitting, georganiseerd door de gemeenteraad, bleek dat veel bewoners in de Professorenbuurt en De Oosterparkwijk het oneens zijn met de plannen. Zij vrezen aantasting van hun leefomgeving, hun gezondheid en veiligheid.

De SP en ChristenUnie ontwikkelden een alternatief. In dat plan worden de woonwijken ontzien en wordt doorgaand verkeer gedwongen om van de ringweg gebruik te maken. Dat leidt tot minder verkeer in de woonstraten, minder uitstoot en een betere verkeersveiligheid. Bovendien is ons alternatief goedkoper zodat het hele gebied rond het Oosterhamrikkanaal groener en mooier ingericht kan worden.

De kogel is nog niet definitief door de kerk. De inspraakperiode loopt nog. Dit is een uitgelezen kans om de plannen voor het Oosterhamriktracé aan te passen. Het plan moet en kan groener, veiliger, mooier, goedkoper en met een fietsverbinding met de oostelijke stadswijken uitgevoerd worden. Dan is brede steun van de bevolking mogelijk. Verkeersveilig, een fietsverbinding, meer groen en een breed draagvlak, het zal toch met name de coalitiepartijen D66 en GroenLinks als muziek in de oren klinken.

Hoewel wij zeker niet stellen dat ons alternatief het ei van Columbus is, bespaart het de stad een hoop geld en ellende en biedt het in ieder geval de mogelijkheid de veranderingen in het vervoersgedrag van mensen naar duurzaam te stimuleren in plaats van autogebruik te belonen met meer asfalt. Tot slot is ons alternatief goedkoper en niet onomkeerbaar. Tijdens de bewonersavonden bleek er veel steun in de wijken voor ons alternatief. Een mooi, groen en verkeersveilig Oosterhamriktracé met goede fiets- en loopverbindingen tussen de Oosterparkwijk en de Professorenbuurt is wat de bewoners verdienen na jarenlang meepraten over de plannen.

Bron: Dagblad van het Noorden (http://www.dvhn.nl/Meningen/Opinie-Wil-de-Stad-elke-dag-12.000-auto%E2%80%99s-door-een-woonwijk-23022362.html)

CU-Kamerlid en D66-Europarlementariër zijn Groenste Politicus

Gisteren, 09:58

Aangepast Gisteren, 09:59

Binnenland, Politiek

CU-Kamerlid Carla Dik-Faber ANP

ChristenUnie-Kamerlid Carla Dik-Faber en D66-Europarlementariër Gerben-Jan Gerbrandy zijn uitgeroepen tot de Groenste Politicus 2017. Dat gebeurde vanochtend in het NPO Radio 1-programma Vroege Vogels.

Directeur Marc van den Tweel van organisator Natuurmonumenten zegt dat de natuur alleen vergroend kan worden als natuur- en landbouwdossiers in Den Haag en Brussel in handen komen van politici van topklasse. "En dat zijn Dik-Faber en Gerbrandy. Inspirerend, volhardend en diplomatiek brengen zij een natuurvriendelijke landbouw dichterbij."

Lange adem

De jury bestaat uit journalist Ferry Mingelen, bioloog Jelle Reumer en Natuurmonumenten. De jury noemt Gerbrandy een man van de lange adem, die al jaren werkt aan een betere natuurbescherming door Europa. "En als hij bijt, laat hij niet meer los. Hij werkt vanuit het Europees Parlement aan vergroening van het Europese landbouwbeleid, herstel van biodiversiteit en een verbod op het landbouwgif glyfosaat."

Europarlementariër Gerben-Jan Gerbrandy ANP

Ook over Dik-Faber heeft de jury lovende woorden. "Boeren en natuurbeschermers kunnen niet zonder elkaar. Begrip voor elkaars werk is nodig. Dik-Faber brengt met concrete voorstellen de sectoren bij elkaar, door eerlijke prijzen voor voedsel en beloningen voor boeren die zich inspannen voor koeien in de wei of weidevogelbeheer. Maar ook voor innovatie en onderzoek naar landbouw met minder bestrijdingsmiddelen. Geen gedeelde eer, maar dubbel zoveel eer voor deze winnaars."

Het is de tiende keer dat Natuurmonumenten de verkiezing organiseert. Dit jaar waren opvallend veel wethouders en burgemeesters genomineerd, zegt Van den Tweel. GroenLinks-Kamerlid Rik Grashoff ging bij de vorige editie met de prijs naar huis.