Nieuws van politieke partijen over BSD inzichtelijk

13 documenten

HET HELE VERHAAL (VERKOOP BERGSE SCHOOLGEBOUWEN)

BSD BSD Bergen op Zoom 28-09-2019 15:48

Afgelopen maand kreeg de gemeenteraad uitleg over wat de gemeente voornemens is rond de huisvesting van basisscholen. Er zou een “beleidsrijk IHP (integraal huisvestingsplan)” moeten komen. BNdeStem kopte: “Bergs college wil af van grillige betaalplicht voor lokalen of onderhoud”. Kortom de gemeente wil de gemeentelijk zorgplicht voor de onderwijshuisvesting doordecentraliseren.

Dan nemen de risico’s van de gemeente af en krijgen de gezamenlijke scholen meer vrijheden om ‘het’ zelf te regelen. “Zo haal je meer uit alle euro’s die er omgaan” zei de wethouder.

Dat is slechts een deel van de waarheid. Als scholen meer samenwerken kan er huisvestingsgeld bespaard worden. Maar de doelstelling van de gemeente is niet alleen doorcentraliseren met een jaarlijkse afkoopsom maar ook de feitelijke overdracht van de gebouwen aan het op te richten samenwerkingsverband. Dus de verkoop van de gebouwen! Zo wordt de schuld van de gemeente verminderd. De vraag is dan tegen welke prijs en hoe komt het samenwerkingsverband aan de benodigde gelden? Die gelden zullen bij banken geleend moeten worden. Ik schat zomaar in dat het te betalen rentetarief eerder hoger dan lager zal zijn dan wat de gemeente, als overheid, nu betaald.

De schuld van de gemeente daalt bij verkoop maar de schuld verdwijnt niet uit de Bergse samenleving, die verschuif alleen van de gemeente naar het samenwerkingsverband.

Bedrijven noemen een dergelijke schuldsanering ‘buiten de balans plaatsen’. Dat heeft in de financiële wereld geen goede naam. Want op het oog nemen de risico’s af maar de werkelijkheid, die vaak pas blijkt als er problemen zijn, is dat uiteindelijk de gemeente wettelijk en financieel verantwoordelijk blijft voor de onderwijshuisvesting!

Een huidig college kan bij verkoop voorlopig pronken met de schuldvermindering. Maar een later college kan wel eens met de gebakken peren komen te zitten als er in het samenwerkingsverband iets fout gaat of het onderhoud verwaarloosd wordt. Maar dat blijkt vermoedelijk pas na jaren.

Doorcentraliseren lost zelden iets op en verschuift vaak de problemen. Dat zouden we als gemeente en financieel slachtoffer toch geleerd moeten hebben van de decentralisaties in het sociaal domein zoals de jeugdzorg. Waarbij het Rijk de eigen taken overdroeg aan ons als gemeente. Zullen we voorkomen dat wij als doorcentraliseerder dezelfde ‘fout’ maken? Want uiteindelijk zijn dan de kinderen weer het slachtoffer.

Ik zou willen dat onze politiek zich iets minder over gaf aan de drie f’s. Mijn suggestie; stoppen met fabuleren en ophouden met het creëren van fantasma’s dan ontlopen we misschien een regelrecht fatum. Dan kan ik vaker flatteren en favorabel schrijven, misschien ga ik mij dan te buiten en schrijf ik dan een festoen over de ideeën van het college. Nieuwsgierig naar al die f-woorden zoek ze maar is op in de Dikke van Dale.

ZORGEN OVER HET IMAGO VAN OPENBAARBESTUUR

BSD BSD Bergen op Zoom 13-09-2019 13:23

Bergen op Zoom, 13 september 2019

Aan het College van Burgemeester en Wethouders der Gemeente Bergen op Zoom

BETREFT: ZORGEN OVER HET IMAGO VAN OPENBAARBESTUUR, KENMERK LVDK/19014.

Geachte Burgervader,

U wordt geacht de hoeder te zijn van de integriteit van het openbaarbestuur in Bergen op Zoom. In die voege richt ik deze brief aan u. Verbijsterd wandelde ik gisteravond na de raadsvergadering naar huis. Wat had ik meegemaakt? Wat had ik waargenomen? Bij een onderwerp dat inhoudelijk geen enkele fractie nog politiek beroerde gebeurde iets ongelofelijks. Een wethouder was voornemens, nog voordat een verordening was aangenomen, deze feitelijk te negeren en zag ik in zijn gezichtsuitdrukking verbazing/ongeloof dat ik daarop reageerde zoals ik deed. Hij zag de afwijking van het te benoemen aantal leden kennelijk niet als een schending van de verordening. Ik zag het als een, hopelijk onbedoelde, schoffering van de wetgever (de gemeenteraad van Bergen op Zoom). Ik waag het niet de gedachten van een wethouder te lezen uit zijn gedrag. Maar ik vraag mij af wat is de oorzaak dat een wethouder kan denken dat hij af mag wijken van de inhoud van een verordening?

Kende hij de inhoud niet?

Ziet hij een verordening slechts als een middel, of een noodzakelijk kwaad, om aan de slag te gaan?

Denkt hij een eigen bevoegdheid te hebben om van een verordening af te wijken of voelt of voelde hij zich niet beperkt door de verordening?

Wat is er vooraf gegaan aan de opvatting of het voorgenomen gedrag van de wethouder?

Zijn er in deze door de wethouder ambtelijke adviezen gevraagd?

Zo ja, wat waren deze?

Zo nee, waarom niet?

Zijn er ongevraagde ambtelijke adviezen gegeven aan de wethouder?

Zo ja, wat waren deze en hoe is de wethouder daarmee omgegaan?

Zo nee, waarom zijn er geen ongevraagde ambtelijke adviezen gegeven?

Zijn er voor ambtenaren drempels om ongevraagde adviezen te geven?

Ik vraag mij in ernst af hoe dit soort zaken op collegeniveau behandeld worden?

Is het collegeleden bekend dat zij zich moeten houden aan wet en regelgeving dus ook aan verordeningen?

Spreken collegeleden elkaar hier op aan?

Zo ja, waarom gebeurde dit dan niet in dit geval?

Juist als een wethouder in de raad iets zegt wat in strijd is of zal zijn met vastgestelde of vast te stellen regelgeving verwacht ik uw directe en onverbiddelijke ingrijpen.

We kunnen integriteitsregels vaststellen wat we willen maar als zelfs wethouders menen de regelgeving te kunnen negeren is er iets structureel fout.

Een tweede zaak waar ik op wil wijzen is alles wat er is gebeurd rond de verkoop van gronden en de prijsbepaling rond Brasserie de Berk. Eerder schreef de BSD daar over in september 2018 LVDK 18033 en in oktober 2018 LVDK 18035. Met verbazing heb ik heden ochtend het taxatierapport gelezen op basis waarvan de verkoop heeft plaatsgevonden. Een college bestaande uit u en vijf voormalige raadsleden kan in alle ‘onschuld’ verwijzen naar een dergelijk rapport en besluiten tot een transactie tegen de vermelde prijs, zonder zich af te vragen hoe zouden raadsleden, burgers of bedrijven dit vinden of wat is de realiteitswaarde van de plannen van de koper?

Voor een transactie in 2018 wordt een peildatum gehanteerd van 3 november 2015! Wat is hier de motivatie?

Waarom wordt in tegenstelling tot de verkoop van gronden aan andere bedrijfstypen hier uit gegaan van de residuele grondwaarde?

Waarom worden andere gronden met een (uiteindelijke) bedrijfsbestemming tegen een vaste grondprijs verkocht? Of is het beleid nu dat alle gronden tegen een residuele grondwaarde verkocht gaan worden?

Op basis van een volgens de taxateur niet realistisch plan wordt er zelfs een negatieve grondwaarde berekend en ook bij een minder onrealistisch plan komt er een lagere grondwaarde uit dan de uiteindelijk berekende. Geloof u in sprookjes?

Wat gebeurt er als een burger of een ander bedrijf met een prachtig plan komt dat financieel onhaalbaar is (zoals de taxateur concludeerde over het plan van de Berk) verkoopt het college dan ook voor de waarde op of nabij de residuele grondwaarde en ondersteunt u dit dan als hoeder van de integriteit?

Zo nee, waar is dan het gelijkheidsbeginsel?

De BSD-fractie vraagt zich in ernst af hoe het college tot besluitvorming komt en hoe uw rol als hoeder van de integriteit en het imago is.

Twee voorbeelden binnen 24 uur waarvan ik mij afvraag is dit gewoon? Is er dan niemand in uw college of van uw adviseurs die zich afvraagt “is dit uitlegbaar?”. Is dit politiek-bestuurlijk verantwoord? Wat voor indruk maakt dit op raadsleden of op de burgerij? Schort er iets aan hoe ik als hoeder of het college functioneer in relatie met de burgerij, met de raad of met de ambtelijke adviseurs? Kortom was er een politiek-bestuurlijke of imagoanalyse bij dit soort besluiten of voorgenomen handelswijze?

Ondergetekende is een oude man. Die vast niet meekan met de nieuwe tijd en werkwijze van ‘moderne’ bestuurders maar ik constateer een structurele ondermijning van het politieke imago door degenen die de wet zouden moeten houden en het imago zouden moeten koesteren.

Uw reactie/ handelen afwachtend,

met vriendelijke groet,

namens de BSD-fractie,

Louis van der Kallen.

ELEKTROMAGNETISCHE STRALING I, KENMERK LVDK/19010.

BSD BSD Bergen op Zoom 14-08-2019 09:22

Bergen op Zoom, 14 augustus 2019

Aan het College van Burgemeester en Wethouders der Gemeente Bergen op Zoom

BETREFT: ELEKTROMAGNETISCHE STRALING I, KENMERK LVDK/19010.

Geacht College,

Internationaal woed de 5G discussie en langzaamaan zal die ook in Bergen op Zoom ontstaan. Niet dat de gemeenteraad daarin formeel meebeslist (het Rijk heeft besluitvorming naar zich toe getrokken) maar binnen onze bevolking constateert de BSD een toenemende belangstelling voor dit onderwerp en de mogelijke consequenties die 5G kan hebben binnen ons territoir als het gaat over waar en hoe de eventuele masten en antennes komen. Elders zien wij dat die discussie al (deels) vertaald is/wordt naar een gemeentelijk zendmasten beleid. Mogelijk verdiend dat navolging in onze gemeente. Ook mag de vraag gesteld worden of gemeenten hier geen nadrukkelijke rol dienen op te eisen. Het gaat immers over de gezondheid van onze inwoners en onze flora en fauna.

Ook binnen de BSD heeft die discussie en straling in het algemeen de belangstelling aangewakkerd. Wij (ondergetekende en enkele belangstellenden) zijn begonnen metingen te verrichten waarvan wij de komende weken/maanden kond zullen doen. Uw college mag in deze te gelegener tijd nog een aantal aanvullende vragen verwachten.

De BSD is zich er van bewust dat al onze bevindingen voldoen aan de Nederlandse normen. Maar die normen zijn nagenoeg de ruimste van de wereld. Alsof de Nederlanders of Bergenaren veel beter tegen de gevolgen van elektromagnetische straling zouden kunnen dan Duitsers, Belgen, Nieuw-Zeelanders of Zwitsers. Het doet wat vreemd aan dat Nederlanders volgens de normen 2 keer beter tegen straling kunnen dan Duitsers, 9 keer beter dan Nieuw- Zeelanders en 180 keer beter dan Zwitsers (Zie bijlage met normen en onderzoeksresultaten en een foto bijlage.). Ook binnen de normen zou het streven moeten zijn dat binnen ons beleid en bij onze eigen beslissingen gestreefd zou dienen te worden naar beperking van de voortgebrachte straling.

Ondergetekende heeft op zondag 11 augustus 2019 drie meetrondes gemaakt over de Grote Markt met de HF 35 C in het meetbereik 800 MHz -2700 MHz waarmee waarden gemeten kunnen worden tot 2000 microwatt/m2. Er is omstreeks 7.30 uur, 14.00 uur en 18.00 uur gemeten. Dus tijdens een doodstille Grote Markt en een Grote Markt waar de terrassen enige menselijk vulling genoten. De gemeten variaties zijn enigszins te wijten aan het aantal bezoekers (vermoedelijk met mobieltjes in hun zakken of in gebruik) maar vooral aan de aard en aantallen van de gebruikte camera’s/sensors van de terraseigenaren. De verschillen zijn best groot. Sommige camera’s geven aanzienlijk meer straling dan andere en zijn daarmee mogelijk meer schadelijk dan andere. Ook de, door de gemeente opgehangen camera’s, vertonen opmerkelijke verschillen qua afgegeven straling.

Is uw college bereid om zowel naar ondernemers toe voorlichting te geven als bij de aankoop/vervanging van de eigen camera’s/sensors en andere apparatuur invulling te geven aan de doelstelling te komen tot stralingsarmere installaties?

Een tweede zone van meting dit weekeinde betrof het gebied rond de Dikke Boom op het Gouvernementsplein waarbij op dezelfde tijdstippen is gemeten. Op alle drie de tijdstippen waren de metingen verbijsterend hoog. Afhankelijk van de meetpositie tussen de 500 en 2000 microwatt/m2 en zelfs hoger. Nader onderzoek wees uit dat de zendinstallatie op het voormalige pand van Peek & Coppenburg de bron was van de straling. Die zendmast haalt zelfs nog op de hoek Blauwhandstraat/ Engelsestraat circa 800 microwatt/m2 en op de hoek Parade/Kerkstraat in de zichtlijn met de zendmast nog ruim 1000 microwatt/m2. Die waarden zijn, zeker als je in de meegezonden bijlage de mogelijke effecten bekijkt, buitengewoon hoog voor bewoners in de omgeving. Onderzoek van Marjorie Lundquist van de American Physical Society heeft aangetoond dat er al vanaf 0,2 microwatt/m2 een gezondheidsrisico bij zoogdieren optreed. Wat de BSD echter verbijsterend vindt is de belasting van de Dikke Boom. In de ochtend was de hoogste meting circa 1800 microwatt/m2. Bij de middag metingen sloeg de meter buiten de schaal dus meer dan 2000 microwatt/m2. En dat bij een monument! Onze Dikke Boom wordt wel beschermd tegen bijlen en zagen maar niet tegen de straling die hem naar het leven staat. Onderzoek van Alexander Lerchl (Universiteit Bremen) toont een afname van de fotosynthese van planten bij bestraling en een onderzoek van

de Landessanitätsdirektion Salsburg toont aan dat bomen lijken ziek te worden vanaf circa 7 microwatt/m2.

Uw college kan natuurlijk verwijzen naar de Nederlandse normen en stellen dat de gemeten straling daaraan voldoet. Besef dan dat deze normen zijn opgesteld in 1998 met de kennis van toen, dat deze normen zijn gebaseerd op het koken van een zak zoutwater en dat de resultaten niet bedoeld waren om een juiste norm voor de volksgezondheid te zijn (De meting was gericht te kijken hoeveel straling er nodig was om de zak zout water van 72 kg door straling op te warmen. Er werd niet gekeken naar bijvoorbeeld eventuele DNA schade door de straling. Dit alles gebeurde ruim voor de tijd dat mobieltjes en smartphones gemeengoed werden. Met de kennis van nu vraagt de BSD fractie uw college aandacht voor het behoud van de Dikke Boom en voor de bewoners die de straling van dit soort zenders ondergaan.

Wat kan uw college doen om bewoners, plant en dier in de omgeving van dit soort zenders beter te beschermen?

Uw reactie/ handelen afwachtend,

met vriendelijke groet,

namens de BSD-fractie,

Louis van der Kallen.

OP HET VERKEERDE BEEN GEZET, KENMERK LVDK/19009.

BSD BSD Bergen op Zoom 28-07-2019 18:32

Bergen op Zoom, 28 juli 2019

Aan het College van Burgemeester en Wethouders der Gemeente Bergen op Zoom

BETREFT: OP HET VERKEERDE BEEN GEZET, KENMERK LVDK/19009.

Geacht College,

Op 12 september en op 8 oktober 2018 stelde ondergetekende middels vragen ex art. 36 over de verkochte grond rond de Berk. In de brief van 8 oktober 2018 kenmerk LVDK/18035 ging ik in op uw antwoord op mijn brief van 12 september, kenmerk U18-014069 waarin u  “anterieure afspraken” memoreerde. In mijn brief van 8 oktober schreef ik: “Uw college geeft tevens aan dat er anterieure afspraken worden vastgelegd om het kostenverhaal te regelen. Voor een beoordeling of de verkoopprijs plus de inhoud van de voorgenomen anterieure afspraken tot een meer reële opbrengst leiden, ontvangt de BSD-fractie graag een overzicht van de verdeling in vierkante meters van de huidige bestemming van de verkochte 26.967 vierkante meter gronden en de voorgenomen bestemmingsplantechnische veranderingen in vierkante meters en de dan, naar de BSD-fractie aanneemt, op basis van de anterieure overeenkomst bijbetaling in euro’s”. Op basis van uw antwoord: “De ruimtelijke invulling en de gevolgen hiervan voor de exploitant / eigenaar van de huidige en toekomstige horeca op het eiland zijn sterk afhankelijk van wat er uit de gesprekken met de provincie komt. Wanneer hier helderheid over ontstaat kunnen concrete bedragen voor afdracht aan infrastructuur, parkeergelegenheid, bouwleges en dergelijke anterieur vastgesteld worden. Pas wanneer deze informatie allemaal in beeld is kunnen wij de eindafrekening opmaken”. Was mijn interpretatie dat er buiten ‘kosten’ ook een ophoging van de verkoopprijs zou plaatsvinden.

Bij een grondtransactie waarbij onzekerheden rond een bestemmingsplanwijziging bestaan is het volstrekt gebruikelijk dat als die onzekerheden zijn weggenomen er een ‘bijbetaling’ plaatsvind die verder gaat dan ‘gemaakte kosten’. Vandaar dat ik na uw antwoord daarvan uitging en dat de eindafrekening zou bestaan uit de gemaakte kosten en een opplussen van de grondprijs vanwege de gestegen waarde op basis van de dan wel heldere bestemmingen.

Herlezen van uw antwoord, hoewel vermoedelijk juridisch/financieel correct geformuleerd, doen mij inzien dat uw college klaarblijkelijk zo blij is met de ontwikkeling ter plaatse dat besloten is tot een ‘onderhandse’ subsidie.

Ik moet naar mij zelf kijken omdat ik klaarblijkelijk te makkelijk uit ben gegaan van de goede bedoelingen van uw college en van correct handelen. Waarbij in de ogen van de BSD, nu blijkt, dat uw college voorbij is gegaan aan het financiële belang van de gemeente en aan de mogelijk concurrentievervalsende elementen als een ondernemer op deze wijze bevoordeeld wordt.

Ik voel mij op het verkeerde been gezet en menige burger zal zeggen/denken dit stink!

Hier is een nadere uitleg vereist.

Uw reactie/ handelen afwachtend,

met vriendelijke groet,

namens de BSD-fractie,

Louis van der Kallen.

Bergse -politieke- ZakenLaten we er ...

BSD BSD Bergen op Zoom 18-07-2019 09:40

BOA OF LOKAAL POLITIEAGENT?

BSD BSD Bergen op Zoom 07-07-2019 09:40

| jaar 6 | nummer 259 |

| 07-07-2019 | 11.40 uur |

| BEZUINIG JE BLAUW, BURGER IN HET NAUW |

Op 1 januari 2013 is de nationale politie ingevoerd. De nationale politie zou ervoor moeten zorgen dat samenwerking in de regio bespoedigd werd, en stiekem werd er natuurlijk ook een bezuinigingsslag geslagen. Door de centralisatie van de nationale politie is inderdaad de samenwerking en informatie-uitwisseling verbeterd. Echter, door de bezuinigingsslag heeft de capaciteit van de politie een klap gehad, en dat is te zien in de samenleving. Veel burgers geven aan dat de autoriteiten niet voor hen klaarstaan, en dit draagt bij aan het gevoel van onveiligheid.

Deze geluiden bereiken ook al een aantal jaar de raadszaal van Bergen op Zoom. Elke bespreking over veiligheid bevat wel de slogan “meer blauw op straat”, ondanks dat het zeggenschap van de gemeente op dit onderwerp nihil is. Welke troef tovert de lokale politiek dan altijd uit de hoge hoed? De BOA; bijzonder opsporing ambtenaar. Afgezien van de beperkte mogelijkheden door de barre financiële situatie van de Bergse staatskas, zou het vast goed zijn als er meer capaciteit voor de BOA’s vrijgemaakt worden. Zo vond ook Lijst Linssen tijdens de raadsbespreking van het beleidskader. Daarom hadden zij een motie ingediend met de noodkreet om twee extra BOA’s toe te voegen aan het domein openbare ruimte. Deze motie vond ik zo opvallend omdat hij een jarenlange politieke tendens beschrijft die inmiddels op een hoogtepunt komt, dat ook in de motie beschreven staat: de BOA ter vervanging van het schaarse politieapparaat dat handen en voeten te kort komt. In de motie stond dit in de overwegingen benoemd door aan te geven dat de nationale politie overbelast is en de wijkagent onvoldoende tijd heeft om zijn of haar taak volwaardig uit te voeren. Als klap op de vuurpijl komt in het dictum, zonder enige overwegingen, dat BOA’s bewapend moeten worden met pepperspray en een wapenstok “omdat zij niet of onvoldoende kunnen optreden”.

De discussie over het standaard bewapenen van BOA’s steekt in het hele land de kop op. Toeval? Of zou het dan toch echt komen door de nationale leegroof van het politieapparaat? Kortom, lokale spierballen voor een nationaal probleem veroorzaakt door nationaal beleid. Daarnaast vind ik het ook bijzonder gevaarlijk om zonder enige overweging te stellen dat de gemeente het initiatief moet nemen om onze BOA’s standaard te bewapenen. Laten we ons verdiepen in het concept van het geweldsmonopolie. De filosoof Weber stelde dat onze gemeenschap in vrede kan leven als geen enkele entiteit het recht heeft tot het toepassen van geweld, behalve deze exclusieve entiteiten die door de overheid zijn aangewezen, zoals onze krijgsmacht en de politie. Dit zodat het verbod op geweld, en de regels die gelden binnen onze staat gehandhaafd kunnen worden.

Indien onze BOA’s standaard bewapend worden, betekent dat dus dat de toegang tot dit exclusieve geweldsmonopolie uitgebreid wordt. Een verandering in zo’n cruciale structuur in onze staat moet daarom goed onderbouwd worden. De onderbouwing dat een andere entiteit die deze bevoegdheid wel heeft, namelijk de politie, kapot bezuinigd is, is helaas geen legitieme reden. Met deze argumentatie kan iedereen bewapend worden die zich in risico werk bevindt. Dit begint met de treinconducteur, die regelmatig in aanraking komt met agressie, en voor je het weet zal de medewerker van de ernstigste GGZ-afdeling zich ook moeten bewapenen. Want in de moderne samenleving verzinnen we andere oplossingen voor het gebrek aan de luxe van voldoende politiecapaciteit.

Manuela van Gent

GOOTSPOKEN/ GROENE VETVRETER/ ZOEMT OOK BERGEN OP ZOOM?

BSD BSD Bergen op Zoom 05-06-2019 15:07

In Zaltbommel heeft het Toeristisch Recreatief Informatie Punt (TRIP) Bommelerwaard een gootspokenroute uitgezet. De regionale kunstenaar Joris Baudoin heeft de afgelopen jaren tal van beelden (gootspoken), veelal in beton, gemaakt. Vanaf een gevel of de dakgoot vertellen ze de passant iets over de geschiedenis van het betrokken pand of haar bewoners. Bergen op Zoom heeft een lange traditie van gevelstenen en teksten/namen op dakgoten, die net als de gootspoken iets verhalen over de geschiedenis van het pand of haar bewoners. De gootspoken van Joris Baudoin zijn een soort moderne gevelstenen. Materiaalkeuze en doel zijn soortgelijk. Ze halen een pand uit de anonimiteit en maken het van verre herkenbaar. Misschien een idee voor Bergen op Zoom. Wil je er meer over weten? Kijk dan eens op de website van de kunstenaar. Je vindt er tal van voorbeelden.

ging deels over hoe de gemeente Zoetermeer vetproblemen in het riool biologisch aanpakte. De gemeente Zoetermeer gebruikt een biologische manier om vetproblemen in de gemeentelijke riolen en gemalen aan te pakken. Hun aanpak behelst een systeem genaamd MicroCat, dat een onschadelijk biologisch afbreekbaar polymeer en vetafbrekende bacteriën bevat. Een blok wordt in het rioolwater gehangen en laat dan langzaam, maar continue, bacteriën los die zich hechten aan de wanden van het riool of gemaal en dan de vetlagen afbreken. Er is gebleken dat ze geen nadelig effect op de rioolwaterzuivering hebben en voorkomen op deze wijze verstoppingen. In veel Engelse en Duitse steden worden deze vetafbrekende bacteriesystemen met succes ingezet.

In de februari 2019 uitgave van het blad “Riolering” stond een artikel over de ervaringen van de steden Delft en Arnhem met deze aanpak van de vetproblemen door de ‘’groene vetvreter’’. Het blijkt te werken en een aanzienlijke reductie te geven van de problemen en daarmee van de kosten. Gemeenten en Waterschappen zijn jaarlijks circa 30 miljoen kwijt aan het oplossen en voorkomen van vetverstoppingen van het riool en vet gerelateerde storingen. Dat kan anders en milieuvriendelijker. Het lijkt mij goed als nu ook de gemeenten in het werkgebied van de Brabantse Delta, te beginnen Bergen op Zoom, gaan kijken of dit voor hen de oplossing kan zijn voor hun vetproblemen.

Recent verscheen “The influence of small forest fragments on pollination services in an agricultural landscape”; een proefschrift aan de Universiteit van Gent van Willem Proesmans. Kernpunt van dit proefschrift is het belang van kleine bosfragmenten en zonnige bosranden, welke belangrijk zijn voor bestuivers.

Het is daarom belangrijk om te werken aan het behoud van stukjes bos en houtkanten in landbouwgebieden. De insectenstand gaat achteruit en dat brengt onder andere de bestuiving van veel (landbouw)gewassen in gevaar. Insecten/bestuivers hebben, naast landbouwgewassen als voedselbron, ook voedselbronnen nodig die hen het hele jaar door van voedsel kunnen voorzien. Dit vinden ze in bosjes, houtkanten en zonnige bosranden. Zonnige bosranden en open stukjes in het bos zijn een goed bijenbiotoop. Bijensoorten die nestelen in de bodem, vinden er geschikte nestmogelijkheden. Zonnige bosranden trekken meerdere bijensoorten aan. Graduele bosranden en bossen met een rijke kruidlaag, vervullen een belangrijke rol als leefgebied en biotoop voor bijen en andere insecten. Gemeenten zoals Bergen op Zoom hebben veel bossen in bezit en beheer. Daarom zou het goed zijn als ook de gemeente Bergen op Zoom haar bosbeheer meer af gaat stemmen op de behoeften van bijen en andere bestuivers. Dat is goed voor het milieu, voor de insecteneters en voor de landbouw. Laat ook Bergen op Zoom zoemen!

| WAKKER WORDEN ONDER 380kV HOOGSPANNING?  |

Naar aanleiding van een eerder filmpje, link hieronder. De gemeente Bergen op Zoom zou beter op de fijnstof- en hittestressreductie moeten gaan letten door middel van specifieke regelgeving voor dit soort zaken!

VRAGEN EX ART. 36 OVER CUBICCO B.V., KENMERK LVDK/19003.

BSD BSD Bergen op Zoom 21-04-2019 09:02

Bergen op Zoom, 31 maart 2019

Aan het College van Burgemeester en Wethouders

Betreft:          Vragen ex art. 36 over Cubicco BV, kenmerk LVDK/19003.

Geacht College,

Cubicco BV is failliet verklaard. Zie LINK 1e faillissementsverslag: (staat niet veel in, behalve een kerstboom aan BV’s en buitenlandse rechtspersonen). In een artikel in BNde Stem van 22 maart 2019 (zie bijlage) is te vinden: “Ook de NV Aangenaam Bergen op Zoom geloofde in het succes van de Cubicco’s en verstrekte een lening uit het gemeentelijk stimuleringsfonds. “

–        Hoe groot was de lening van de NV Aangenaam Bergen op Zoom aan Cubicco BV?

–        Zijn er ooit aflossingen en of rentebetalingen op deze lening ontvangen?

–        Wat is de rol bij de leningverstrekking aan Cubicco BV geweest van de gemeentelijke commissarissen van de NV Aangenaam?

–        Wie waren de college leden die functioneerden als gemeentelijke commissarissen van de NV Aangenaam Bergen op Zoom ten tijde van de verstrekking van de lening aan Cubicco BV?

Uw reactie afwachtend,

Met vriendelijke groet,

Louis van der Kallen

WELBESTEED?/ HET NIEUWE GEZICHT VAN HET COLLEGE VAN B&W/ FACILITAIR BEDRIJF

BSD BSD VVD CDA Bergen op Zoom 14-04-2019 12:04

| jaar 6 | nummer 256 |

| 14-04-2019 | 13.30 uur |

| WELBESTEED? |

Voor fietspaden blijkt geen geld, ondanks de ruime subsidies van de provincie. Dat is verkeerde zuinigheid. Eerder stond in deze nieuwsbrief een artikel “de prijs van fouten”, met  onder andere hoe Tilburg goedkoop aan fietspaden kwam.

Waar blijkt dan wel geld voor? Kijk nog eens terug naar het filmpje wat de BSD maakte over de renovatie van een fontein. Kosten circa 250.000 euro. Ook werd in 2018 het Esperanto monument ‘opgeknapt’. In september 2018 stond er in de nieuwsbrief onder ‘ergernissen’ nog een weinig complimenterend stukje over. Ik noemde het monument volstrekt mishandelt en schreef:  “Wat er nu met het Esperanto monument is gebeurd staat voor mij gelijk aan vernietiging en een volstrekte miskenning van de symbolen van het Esperanto. Gemeente hoe heeft dit kunnen gebeuren?” Ik kreeg op de vraag geen antwoord. Maar wat schetst mijn verbazing afgelopen week? Het dure blinkende staal is verdwenen. Het monument ziet er nu weer een stuk minder oorlogszuchtig uit en doet meer recht aan de betekenis en doelstellingen van Esperanto. Maar wat heeft deze hele exercitie gekost? Weer geld over de balk gesmeten. Dit was geen welbesteed geld! Of de fontein aan de Burgemeester Stulemeijerlaan welbesteed is daar kan je over van mening verschillen. De fontein staat er weer prachtig bij, hoewel je over de kleurstelling een stevige boom kan opzetten. Maar een kwart miljoen voor een fontein, terwijl er voor fietspaden geen geld is, zoals nu voor het snelfietspad tussen Roosendaal en Bergen op Zoom terwijl de staat van onderhoud al jaren slecht is. De BSD schreef over die slechte staat van onderhoud al in 2014 een brief over aan het college van B&W. Over het (wel)bestede geld is het laatste woord nog niet gezegd.

Het Esperanto monument na de eerste renovatie

Het Esperanto monument na de tweede renovatie

Louis van der Kallen

| HET NIEUWE GEZICHT VAN HET COLLEGE VAN B&W |

Afgelopen raadsvergadering stonden er slechts een paar punten op de agenda.  Eén van de punten was de beëdiging van wethouder Evert Weys. Omdat wethouder van der Weegen nog niet hersteld is van een burn-out, wat persoonlijk triest genoeg is, zal hij voorlopig nog niet terugkeren en zal de heer Weys hem waarnemen. Dat hij daar voor, na 3 maanden reeds als waarnemend wethouder te hebben gefunctioneerd, nu opnieuw beëdigd moet worden, zal de wet wel voorschrijven, maar vreemd en erg overdreven vind ik het wel.

Maar waar ik het vooral over wil hebben is het optreden van de heer Weys afgelopen donderdag. Bij het lastige dossier Facilitair Bedrijf werd hij bestookt met een groot aantal moeilijke vragen met  vaak een politieke lading. Bij de beantwoording van deze vragen werd ik aangenaam verrast door de deskundige en politiek behendige wijze waarop deze waarnemend wethouder dit deed. De zaak niet mooier voorstellen dan het is en tegelijk afstand nemen van de hijgerige politieke inbreng van een aantal fracties. Voor mij geeft Evert Weys hiermee aan in staat te zijn op een communicatief vaardige en op inhoud deskundige wijze aan het (nieuwe) gezicht van het college van B&W invulling te geven.

Ga zo door Evert, ook al hoef ik het inhoudelijk niet altijd met je eens te zijn.

Piet van den Kieboom

| FACILITAIR BEDRIJF |

Afgelopen donderdag vond er een stevige discussie plaats in de gemeenteraad  over de plaats en het functioneren van het Facilitair Bedrijf. Aanleiding was een subsidie van € 89.000,- in verband met inrichtingskosten die het Facilitair Bedrijf nodig heeft voor de verhuis naar het Eventum.

Het voelde voor mij als een poging tot zware mishandeling van mijn eigen kind. Immers, ik was als wethouder in 2001 degene die het Facilitair Bedrijf heeft opgericht, mij baserend op twee belangrijke onderzoeksrapporten uit 1998. Daaruit kwam naar voren dat in Bergen op Zoom sprake was van twee knelpunten, namelijk het letterlijk ontbreken aan voldoende ruimte voor culturele verenigingen en het onvoldoende plaatsvinden van communicatie tussen de verenigingen onderling enerzijds en met de gemeente anderzijds. Ik heb van het begin af aan forse steun ondervonden van Gert-Jan Huisman vanuit het culturele veld. Hij was en is de man die deze noodzakelijke cultuuromslag handen en voeten kon geven onder verantwoordelijkheid van een bekwaam bestuur.

Het Facilitair Bedrijf heeft zich de afgelopen jaren meer dan bewezen. Dat ze daarbij, zeker in het begin, voor een groot deel afhankelijk was van gemeentesubsidie is evident. Immers, de gemeente heeft er alle belang bij dat haar culturele schatten en talenten kunnen worden ingezet voor haar ambities op het vlak van vrije tijdseconomie en ter promotie van Bergen op Zoom als culturele hotspot.

Ronduit verbaasd was ik over de inbreng van de VVD-fractie. Woordvoerder Joost Pals, die ik de afgelopen jaren in de raad heb ervaren als een slim raadslid, die nadenkt voordat hij iets beweert, veegde de vloer aan met het Facilitair Bedrijf en haar functioneren. Wat is er toch gebeurd Joost dat je zo hardvochtig uithaalt naar de directeur van het Facilitair Bedrijf, jouw voormalig fractievoorzitter van de VVD? Natuurlijk het functioneren van een vrijwilligersorganisatie is vaak voor verbetering vatbaar, dat is inherent aan een organisatie die voor het overgrote deel op vrijwilligers steunt. Maar waarom dan niet eerder deze kritiek geuit? Was dat eerder niet gepast tegenover jouw toenmalig fractievoorzitter? Had dit te maken met de kritiek die mevrouw Stinenbosch, als toenmalig fractievoorzitter van de CDA-fractie, regelmatig had op Gert-Jan Huisman, terwijl ze zweeg over het feit dat de woordvoerder welzijnsbeleid van de toenmalige CDA-fractie werkzaam was bij Stichting Welzijn die volledig afhankelijk is van gemeentesubsidie.

Dat een gemeenteraad kritisch is over uitgave van gelden door het college is vanzelfsprekend. Maar geachte raadsleden, bent u ook zo kritisch over de 1,5 miljoen euro die u gedurende drie jaar heeft uitgegeven voor “Het Stadslab” en nu structureel € 300.000,- per jaar? Sinds kort ben ik een heel kleine ondernemertje in de binnenstad. Het enige wat het stadslab voor mijn zaakje heeft gedaan is het overhandigen van een bosje bloemen om vervolgens drie dagen later terug te komen met de mededeling dat voor een vignet op de winkelruit wel betaald moet worden. Neen, gemeenteraad, blijf kritisch, maar kijk ook naar wat de resultaten zijn van de middelen die u beschikbaar stelt aan het college.

Het Facilitair Bedrijf heeft in ieder geval aangetoond vele vrijwilligers aan zich te kunnen binden met een groot maatschappelijk rendement. De uitgaven voor het Facilitair Bedrijf zijn vanuit deze optiek geen kosten maar investeringen die rendement op kunnen leveren. Het is misschien aan te bevelen dit soort resultaten ook eens te meten bij andere forse uitgaven die u mogelijk maakt.

Piet van den Kieboom

DE ANNEXATIE VAN BERGEN OP ZOOM/ FAILLIET/ LEUK

BSD BSD VVD D66 CDA Bergen op Zoom 31-03-2019 07:28

| jaar 6 | nummer 255 |

| 31-03-2019 | 09.30 uur |

| DE ANNEXATIE VAN BERGEN OP ZOOM |

“Bergen op Zoom zoekt grond voor bedrijven bij de buren” was afgelopen week een kop in BNdeStem. “Bergen op Zoom wil bedrijven de ruimte bieden. Maar loopt tegen beperkingen aan. De voorraad bedrijfsgronden is nijpend. ,,Een gevolg van de aantrekkende economie, zegt gemeentewoordvoerder Erwin Stander.” NEE gemeentelijke woordvoerder. Roeptoeter van het college. Dat gebrek aan bedrijfsgronden is geen gevolg van de aantrekkende economie, maar van gemeentelijk wanbeleid!

Keer op keer laten partijen als de VVD, het CDA, Lijst Linssen, D66 zich bij collegeonderhandelingen knevelen door GBWP door geen bedrijfsontwikkelingen te willen In de Auvergnepolder. Ik schreef er uitgebreid over in 2014. Al jarenlang zijn vele kansen gemist om de unieke ligging langs de Rijn-Schelde verbinding te benutten voor bedrijfsvestiging. In een artikel in oktober 2016 schreef ik over de bedroevende ontwikkeling van de werkgelegenheid in Bergen op Zoom over de periode 1998-2013. De ontwikkeling daarna is er niet beter op geworden. En daar is maar één oorzaak voor. Niet genoeg bedrijventerreinen en het niet benutten van de unieke mogelijkheid langs de drukste vaarroute van Europa. Nee meneer de woordvoerder, de aantrekkende economie is niet de oorzaak. De oorzaak is de onderdanigheid van politieke partijen die een zetel in het college belangrijker vinden dan de toekomst van Bergen op Zoom. In november 2016 diende ik nog een motie in over de ontwikkeling van een bedrijventerrein. Ook de VVD, die al meer dan 20 jaar de ontwikkeling van de Auvergnepolder in haar programma had staan, stemde weer tegen. Het behoud van een wethouderszetel is op die manier verraad aan de toekomst van Bergen op Zoom en het eigen programma geworden. Weer gaat de kans voorbij om gebruik te maken van de aantrekkende economie. Sinds de annexatie in 1997 van Bergen op Zoom door de Halsterse politiek is Bergen op Zoom hard op weg richting een dorp te worden. Ik denk dat de eerst komende raadsexcursie dan ook naar Bergen op Zoom in Suriname zal zijn (de voormalige houtplantage). Want de bossen zullen nog wel even blijven. Stedelijke taken als werkgelegenheid en industrie overhevelen naar de omliggende dorpen (met excuses voor Steenbergen) is een absurde verwaarlozing van de toekomst en het verleden van Bergen op Zoom. Terecht verloren we in 1801, toen het Markiezaat Bergen op Zoom aangekocht werd door de Bataafse Republiek, alle rechten. Het was een ingeslapen zooitje. Nu zijn we weer bezig uitverkoop te houden van onze eigenheid en rechten op een toekomst. Waar blijft de annexatie door Woensdrecht en Steenbergen? Door met de pet in de hand de omliggende gemeenten te vragen ons ‘werk’ te doen is een SCHANDE! De aantrekkende economie de schuldgeven is dan ook een gotspe.

Hier past een klacht bij de vakbond. Een medewerker opdragen dit soort onzin uit te slaan zou strafbaar moeten zijn.

Louis van der Kallen

| FAILLIET |

In haar column getiteld “Failliet” in BNde Stem van 30 maart legt Majda Ouhajji de vinger op een plek die door de BSD al heel wat keren is aangeduid.

In februari van 2014 schreef ik “WE ZIJN DUS EEN SOORT VAN FAILLIET?” Als je totaal circa 100 miljoen euro verliest op twee bestemmingsplannen (De Bergse Haven en de Markiezaten) ben je eigenlijk failliet. Je bent als gemeentelijke overheid, in mijn ogen, handelingsonbekwaam gebleken. Er was in 2008 een ontsnappingsroute, de artikel 12 procedure. Vanaf november 2008 heb ik daarvoor gepleit. Een verlies van circa 100 miljoen is nu eenmaal niet eenvoudig weg te poetsen. Zeker niet door colleges en partijen die feitelijk doen alsof er niets aan de hand is. Artikel 12 had een uitweg geboden. Maar dan hadden de belastingen omhoog gemoeten. Dan hadden andere gemeenten tot nu toe al meer dan 40 miljoen meebetaald aan onze fiasco’s. Vrijwel alle partijen wezen toen een aanvraag van artikel 12 af. Ze wilden geen extra belastingverhogingen. Alsof de schuldenberg vanzelf zou verdwijnen. Ondertussen is Bergen op Zoom een gemeente geworden met hoge (belasting)tarieven en een gemeente waar eigenlijk niets meer kan. Geen geld! Soberheid troef. Slecht onderhoud. Weinig voorzieningen. De Bergse burger hangt tot in lengte van dagen, om in Brabantse termen te spreken, aan de achterste mem.

In december 2018 schreef ik “de-prijs-van-fouten”. Tot op heden is er nog niets veranderd. De Bergenaar blijft geloven dat er ooit een goede fee de problemen oplost en het college denkt oprecht dat ‘versoberen’ de oplossing is. Met als resultaat een armoedig verpaupert zooitje. De geschiedenis van de Schelp laat zien dat versoberen (verkeerde RVS bouten) leidt tot financiële rampen. Fouten kunnen gemaakt worden, maar leer er van en accepteer de gevolgen. Als dat in 2008 of in 2009 was gedaan. Hadden we nu niet, tot het einde der tijden hoeven te versoberen op de zaken die we belangrijk vinden. Of we gaan alsnog naar de provincie en het rijk om te praten over een artikel 12 procedure van de Financiële-verhoudingswet en verhogen de belastingen. Nu zijn de voorwaarden/regels een stuk strenger dan in 2008/2009. Maar willen we ooit een ‘normale’ gemeente worden, met voorzieningen die recht doen aan onze burgers, zullen we dat moeten accepteren. Of gaan we aan de gemeente Woensdrecht en Steenbergen vragen of ze ons willen annexeren?  Onder aan de column van Majda Ouhajji stond in blauw. “Het had even geen prioriteit. Er was geen geld. Ook toen al niet”. Ik ben bang dat over weer vijf jaar, of over 10 jaar, of over 20 jaar dezelfde column geschreven kan worden. Tenzij we het accepteren dat: wie zijn achterste brandt, op de blaren moet zitten.

Louis van der Kallen

| LEUK |

In december schreef ik over “the Gamer”. Over een spel bijvoorbeeld in de openbare ruimte, waar kinderen verleidt worden lichaam en geest te gebruiken. Ik ben dan ook blij verrast dat ik in de openbare ruimte plotseling spelopstellingen aantref die kinderen kan verleiden tot het spelen van een spel waarbij ze worden uitgedaagd het brein te gebruiken. Voor de verandering mijn complimenten. Ik hoop dit soort voorzieningen straks op het Ravelijn of in het park ook aan te treffen. Het Ravelijn als speeltuin met strategische spelletjes! Dan is het een openbare ontmoeting- en ontspanningsplek geworden die lichaam en geest van jong en oud inspireert.

Een ideetje voor het Ravelijn

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.