GroenLinks: waarom zo snel een besluit over de rioolheffing? In de raadsvergadering van 15 februari stond het voorstel op de agenda om met ingang van 2019 de rioolbelasting niet langer van de gebruikers van panden, maar van de eigenaren te gaan heffen. Volgens de huidige regeling kunnen sommige huurders aanspraak maken op kwijtschelding. Door de belasting van de eigenaren te gaan heffen vervalt de kwijtscheldingsregeling en wordt de rioolheffing dus minder hoog. Om de woonlasten gelijk te houden zou de OZB met eenzelfde bedrag verhoogd worden en daardoor zou er financiƫle ruimte komen voor toekomstige voorzieningen in het dorp. Het klonk als een mooi verhaal en het werd met verve verdedigd door de coalitiepartijen VVD, CDA en ONS, aangevuld door de fractie van de SP, die het als een cadeautje voor de huurders presenteerde. De GroenLinks fractie is het echter met deze aanpak niet eens. De voorbereiding van dit voorstel is onvoldoende; betrokken woningcorporaties zijn niet geinformeerd, de gemeentelijke Planning&Control commissie is gepasseerd, en we weten niet welke gevolgen dit besluit gaat hebben op o.a. nieuwbouw, renovaties en verduurzaming van woningen. Bovendien betoogde raadslid Fer von der Assen dat Sinterklaas niet meedoet met dit spelletje. Het geld moet namelijk ergens vandaan komen en de rekening wordt nu veelal gelegd bij de woningcorporaties. Deze zullen dit gaan doorbelasten aan hun huurders, hetzij in huurverhogingen, hetzij in bezuinigingen op renovaties en bezuinigingen op energiebesparende maatregelen. Het enthousiasme van woningcorporaties om in Voorschoten de woningen te verduurzamen wordt met deze hogere belasting bepaald niet gestimuleerd. De woningcorporaties hadden in een recente brief aan de raad ook letterlijk aangekondigd deze maatregelen te zullen gaan proberen te nemen. Volgens GroenLinks was het daarom allerminst duidelijk dat de huurders van corporatiewoningen dit niet zullen gaan merken. De fractie zei het ongepast te vinden dat het college dit voorstel aan de raad voorlegde zonder eerst overleg te hebben gevoerd met de corporaties en andere verhuurders. Daardoor was er volgens de fractie ook onvoldoende inzicht in de gevolgen van het voorstel voor de huurders en de bestaande en toekomstige sociale woningvoorraad. Bovendien was er, zoals wethouder Binnendijk toegaf, geen noodzaak om nu te beslissen, omdat deze beslissing pas per 1 juli 2018 noodzakelijk is. De nieuwe gemeenteraad kan daar, met een beter voorbereid voorstel, prima over beslissen, en ook gewoon op tijd. Ondanks deze argumenten besloot de meerderheid van de raad toch nu het besluit te nemen, maar wat ons betreft dus nog te vroeg en te ondoordacht. Het feit dat de verkiezingen voor de deur staan zal hier volgens GroenLinks ongetwijfeld iets mee te maken hebben.