Voor de tweede keer trad de Socialistische Partij in het college van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant. De voorgaande periode hebben we goede dingen kunnen doen, maar het werk van socialisten is nooit klaar. In 2015 gingen we weer meebesturen. Mede hierdoor hebben we het verschil kunnen maken. Wij namen als tweede grootste partij deel in het college met de VVD, D66 en PvdA en we leverden twee gedeputeerden: Johan van den Hout (Natuur en Milieu en Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving) en Henri Swinkels (Cultuur en Sport).

Vier jaar later kunnen we wel zeggen dat we op voor ons belangrijke onderwerpen het verschil hebben kunnen maken. Zo heeft gedeputeerde Johan van den Hout paal en perk gesteld aan de uitstoot van intensieve veehouderij en zijn er maatregelen genomen om Brabant te beschermen tijdens periodes van droogte, of juist periodes met veel regen. Daarnaast heeft gedeputeerde Henri Swinkels veel werk gemaakt van het programma ‘Sociale Veerkracht’. En om de leefbaarheid in de Brabantse dorpen, steden en wijken te vergroten, heeft hij gehandicaptensport ondersteunt en het Brabants Erfgoed vol op de kaart gezet.

Ook de fractie heeft niet stil gezeten. Zo hebben we gestreden voor gerechtigheid voor de slachtoffers van de Q-koorts en hebben wij ervoor gezorgd dat kennis en kunde over voor de mens gevaarlijke dierziekten niet verloren zijn gegaan. We zorgden ervoor dat de provincie aandacht besteedde aan stageplaatsen voor MBO’ers en dat provincie de werkgelegenheid voor lager geschoolden in bijvoorbeeld het toerisme niet uit het oog verloor. Ook buitenparlementair zijn wij actief: samen met de inwoners van Waalwijk strijden wij tegen de uitbreiding van de gaswinning en steunden wij de stakende buschauffeurs volop.

Maar zoals eerder gezegd: het werk van socialisten is nooit klaar. We hebben heel wat kunnen doen, maar klaar zijn we nog lang niet. De komende jaren liggen er nog forse uitdagingen in de landbouw: het aantal dieren is nog steeds veel te hoog. De omschakeling naar duurzame energie is zo mogelijk een nog grotere uitdaging. De ‘markt’ lijkt de transitie naar zich toe te trekken, waarbij de lusten vooral in de diepe zakken van de energiecowboys dreigen te verdwijnen en Brabant en haar inwoners opgezadeld worden met de lasten. Dat is niet rechtvaardig en slecht voor het draagvlak. 

Tegelijkertijd speelt de discussie rondom de kerntaken van de provincie steeds vaker op. Steeds vaker horen we dat de provincie zich alleen daarmee bezig zou moeten houden. Dat is jammer, wantvolgens de SP bevindt de provincie zich in de ideale positie om een antwoord te geven op gemeentegrensoverstijgende sociale en maatschappelijke vraagstukken. Voorbeelden zijn de lange wachtlijsten in de jeugdzorg, de leefbaarheid van dorpen en wijken en de volksgezondheid. De SP gaat graag deze uitdagingen aan. Binnen het college als wij weer het verschil kunnen maken. Buiten het college als het moet. Eén ding is zeker: de SP zal blijven strijden voor een rechtvaardig en sociaal Brabant, voor iedereen.

Lees alles hierover, op onze speciale verkiezingspagina