Nieuws van politieke partijen in Lansingerland over CDA inzichtelijk

7 documenten

Verhuiskaart

CDA CDA Lansingerland 21-01-2024 13:31

Bij het opruimen van mijn bureau kwam ik een oude verhuiskaart tegen van Jan-Kees. Hij studeerde ook in Leiden en bewoonde een fraaie etage aan de Kloksteeg met uitzicht op het Rapenburg, één van de bekendste grachten van Leiden en zeer geliefd bij de koninklijke familie. Enkele leden van de Oranjefamilie hebben tijdens hun studie aan het Rapenburg gewoond.De eerste oranjetelg was kroonprins Willem, zoon van koning Willem III. Hij kwam in 1854 naar Leiden. Ik had Jan-Kees wel eens ontmoet in de mensa, een universitaire eetgelegenheid. Hij kon vanuit zijn politieke achtergrond niet alleen goed debatteren, maar vooral in de sociëteit veel drinken en ruzie maken. Na te zijn uitgefeest en het na vele jaren uiteindelijk behalen van zijn doctoraal rechtsgeleerdheid bood hij mij zijn woonruimte aan in de Kloksteeg. Een paar dagen later sleepte ik er opgewekt mijn bescheiden inboedel in. Toen ik op de avond van de verhuisdag doodmoe in de vreemde kamer zat en mijn schoenen uittrok omdat het tegen twaalven liep, vernam ik plotseling een merkwaardig gerucht op de gang. Ik dacht aan een actieve inbreker, stond op en liep in gespannen en afwachtende houding naar de deur. Bij de kapstok stond Jan-Kees. Hij had zijn regenjas opgehangen en keek nadenkend voor zich uit. Mijn verschijnen deed hem verbaasd opzien. ‘Zo’, sprak hij. ‘Wie ben jij?’ Dat klonk niet erg vriendelijk, maar ik bleef rustig en vroeg of ik iets voor hem kon doen. ‘Met te vertrekken, ’zei Jan-Kees korzelig. ‘Wat doe jij hier?’ ‘Vooruit Jan-Kees, ’zei ik. Geen grapjes, Je weet wel dat ik hier nu woon en …’ ‘Dat lieg je’, riep hij woest, Ik woon hier!’ Toen hij mij opzij duwde en de kamer binnenging rook ik het probleem; hij was gehuld in zware alcoholische nevelen. ‘Maar hoor nou eens …’riep ik, maar hij had zich al in mijn leunstoel bij de kachel genesteld waar hij luidkeels het populair studentendrinklied Io vivat Nostrorum sanitas! (Hoera, zij leve lang!) ging zingen. Het Io vivat is ten tijde van deBataafse Republiekin Leiden ontstaan en kan bijvoorbeeld worden ingezet bij begroetingen of ceremoniële gelegenheden. Ik probeerde hem er tevergeefs van te overtuigen dat hij hier niet langer thuis was, maar hij sloeg geen acht op mijn betoog, dronk mijn theekopje in één keer leeg en viel in een diepe slaap. Daaruit ontwaakte hij toen ik zat te ontbijten. Hij vroeg waar hij was, net als een patiënt na een narcose. Ik legde hem de zaak uit waarna hij verlegen overeind krabbelde en verzekerde dat het een misverstand was. Bij het weggaan was hij weer de sympathieke vent die mij zijn kamer aanbood; alleen wat bleker, want zoveel drank innemen is niet goed voor het menselijk organisme. Het incident zou hiermee gesloten zijn geweest als niet een week later om kwart over elf een grote vent, die ik niet kende en die eveneens een prooi van alcoholische verhitting was, bij mij had aangebeld met de mededeling dat hij door Jan-Kees was uitgenodigd. Ik verzekerde hem dat Jan-Kees hier niet meer woonde, maar hij liep mij voorbij en ging gezellig aan de tafel zitten. Tien minuten later kwam Jan-Kees in dezelfde toestand. Hij had een fles meegebracht die hij op tafel zette. Uit de kast haalde hij twee glazen en er werd gedronken onder het luid zingen van het Io vivat Nostrorum sanitas! Natuurlijk maakte ik allerlei tegenwerpingen, maar de mannen sloegen daar nauwelijks acht op en zongen luidkeels het vervolg: Nos iungit amicitia, et vinum praebet gaudia. (De vriendschap verbindt ons en de wijn geeft vreugde). De volgende morgen was het weer hetzelfde liedje. Beleefdheden en excuses. Ik wist de sleutel uit de zak van Jan-Kees te ontfutselen en had een volle maand rust. Als ik tenminste afzie van twee ongunstige mannen en twee bedenkelijke dames die in dat tijdvak ieder op hun beurt aanbelden om te vragen of Jan-Kees soms thuis was. Na die maand had Jan-Kees het weer op zijn heupen. Terwijl ik in bed lag hoorde ik hem buiten schreeuwen. Er werd aan mijn bel gerukt, maar ik bleef koppig onder de dekens. Nu begon hij tegen de deur te trappen. ‘Doe je open! Ik wil mijn huis in!’ schreeuwde hij. Het duurde een vol kwartier eer hij foeterend afdroop. Ik had inmiddels overwogen te verhuizen toen na drie dagen die verhuiskaart kwam waarop hij zijn verhuizing naar Maastricht meldde. Of hij in het jolige zuiden de drank zou laten staan betwijfelde ik ernstig, maar ik wist wel zeker dat hij aan het slot van zijn drankgelagen niet meer naar Leiden zou komen om tegen mijn deur te trappen.

Taxi

CDA CDA Lansingerland 10-12-2023 14:54

Vorige week besloot ik met het openbaar vervoer naar m’n oude woonplaats Leiden te gaan en kwam tijdens m’n wandeling langs een groot verkiezingsbord met daarop door wind en regen half afgescheurde afbeeldingen van politieke lijsttrekkers. Alleen de foto van Henri Bontenbal was door de weergoden niet aangetast. Hij keek betrouwbaar en opgewekt, zoals we hem hebben leren kennen. Omdat ik dicht bij het adres van m’n neef was, besloot ik aan te bellen en hem te verblijden met een onverwacht bezoek. Ik werd hartelijk verwelkomd en na vijf kopjes thee en eigengebakken appelkoek, stond ik op en verklaarde dat het nu heus mijn tijd werd. Er kwamen tegenwerpingen zoals dat gaat bij familie, maar ik hield moedig vol en kwam tenslotte in de vestibule waar zijn echtgenote door het kleine deurluikje keek en vaststelde dat het sneeuwde. Neef sprong ook in het venster, om de constatering van zijn vrouw aan zijn eigen waarneming te toetsen. Hij zag dat er inderdaad vlokken dwarrelden, zodat hij mij onmogelijk de straat op kon sturen. Ik zag mij al in het logeerbed op zolder liggen, maar neef besloot dat er een taxi zou worden gebeld. ‘Onzin neef, ’sprak ik luchthartig, ‘ik loop wel effe naar het station’. De werkelijkheid was dat ik wel een vervoerbewijs had voor de terugreis, maar geen contant geld voor een taxi. Zijn vrouw voelde dat intuïtief aan, want zij zei: ‘Nee, jij gaat met een taxi. Neef zal je wel geld meegeven’. Er werd druk getelefoneerd en in afwachting van de taxi zat ik weer achter thee en appelkoek. Neef zette een nieuw verhaal over vroeger tijden op. De pointe heb ik niet gehoord want toen hij nog met het exposé bezig was kwam de taxi. Neef tastte moeilijk in zijn achterzak en drukte mij, met een vertrouwelijk knikje, iets in de hand. Het deed mij denken aan de goede dagen toen ik als twaalfjarig knaapje naar de kermis mocht, want toen greep mijn vader ook zo karakteristiek in zijn broekzak en zei: ‘Hier ga jij maar eens in de draaimolen’. In de taxi zei ik: ‘Station graag’, opende mijn hand en zag dat neef mij twintig euro had gegeven. Zou dat genoeg zijn? Ik ging rechtop zitten en hield de taximeter in het oog. Hij stond op vijf euro en lange tijd bleef dat zo, tot enige korte ogenblikken later de stand op tien en even later op twintig euro tikte. Zoveel bedroeg ook mijn kapitaal en ik was nog niet bij het station. Wat doet men onder zulke omstandigheden? Er zijn mensen die rustig blijven zitten en te bestemder plaatse een excuus maken dat zo’n chauffeur voor zoete koek neemt, maar wellicht zou ik worden gewantrouwd en mishandeld, zodra het tekort aan duiten duidelijk zou worden. ‘Chauffeur,’ riep ik waardig, ‘stopt u hier maar.’ De man zette de wagen inderdaad stil, en zei: ‘Hier is geen station meneer’. Maar ik stapte uit en vroeg achteloos alsof ik het niet wist: ‘Hoeveel krijgt u?’ Hij boog zich. ‘Da’s precies twintig euro’. Ik haalde het geld uit mijn broekzak met de allure van iemand die daar ook nog briefjes van vijftig bewaart. ‘Goedenavond meneer’, zei ik deftig. De chauffeur keek mij verbaasd aan. ‘Mot u hier wezen?’ ‘Natuurlijk!’ zei ik parmantig en draaide mij om. Nu werd zijn verbazing duidelijk: ik stond vlak voor de ingang van een kerkhof. Onwillekeurig maakte ik een gebaar en keek weer, enigszins onzeker nu, naar de chauffeur, wiens gelaat een en al verbazing en groot wantrouwen uitstraalde. ‘Goedenavond’, zei ik nog eens en wuifde vaagjes. Ik rekende erop dat hij nu weg zou rijden, maar hij bleef om te zien wat ik zou doen. Ik wandelde naar het hek, bleef staan en keek eens naar binnen. Duisternis, alleen de lichte sneeuwval gaf wat licht. Ik greep de pijlers van het hek vast en schudde er wat aan. Meteen keek ik om, maar de auto stond er nog altijd. De chauffeur hing eruit met een door verwondering verwrongen gelaat. Zijn hand hield hij als een dakje boven de ogen, zoals zeelieden wel eens doen wanneer zij staren naar een stip op de horizon. Ik lachte maar eens, maar blij was ik niet. Zolang die chauffeur daar bleef staan was ik aan mijn prestige verplicht mijn komedie aan het hek vol te houden. Want ik had nu eenmaal gezegd dat hij daar moest stoppen. Zou ik hem niet onder een of ander voorwendsel weg kunnen krijgen? Ik draaide mij om en ging op een sukkeldrafje naar hem toe. Toen ik vlakbij kwam gebeurde er iets merkwaardigs. De chauffeur, die mij vol ontsteltenis had zien naderen zette zijn motor aan en reed gehaast in volle vaart weg! Waarschijnlijk hield hij mij voor het kerkhofspook dat naar zijn werk ging, want een verre torenklok sloeg juist twaalf keer….

Ministerraad

CDA CDA PvdA Lansingerland 31-05-2023 07:52

Het geklaag van de buitenwereld, media en oppositie is niet van de lucht. De voornaamste klacht is dat de overheid het vertrouwen van de burgers heeft verspeeld. Grote dossiers van Rutte IV lopen vast of zijn bevroren. Geen van de coalitiegenoten buigt voor de ander, of het zijn derde partijen zoals rechters en de Europese Unie die een sta-in-de-weg vormen. Dat is in elk geval het beeld. Door een miljardenrekening voor zich uit te schuiven, dreigt Rutte IV de vangrail in te rijden, zegt de Raad van State. En volgens de Algemene Rekenkamer schaatst het kabinet op dun ijs, door tekortkomingen in het financieel beheer. De twee Hoge Colleges van Staat kritiseerden in één en dezelfde week in niet mis te verstane beeldspraak het begrotings- en financiële beleid van Rutte IV. Waarschuwingen die de hele politiek zich ter harte moet nemen. Uitvoerbaarheid Soms lijken problemen te complex voor het kabinet, zoals de stikstofmaterie. Het almaar nijpender gebrek aan ruimte in het land, in combinatie met de voortdenderende bevolkingsgroei, helpt ook niet. Veelzeggend is dat in tijden van woningtekort moet worden geleurd met flexibele woningen omdat er geen bouwvergunningen loskomen. Frustratie alom. Maar die vrijdagse ministerraad, hoe ingewikkeld de problemen ook zijn, is blijkbaar ongeschikt om er met elkaar eens goed voor te gaan zitten en de boel op te lossen. De ministers komen om tien uur bij elkaar en zij vertrekken na de lunch om één uur vaak alweer naar hun departement. Wat stelt de vrijdagse ministerraad nog voor? Alles lijkt al voorgekookt. Politici moeten eindelijk eens oog hebben voor de uitvoerbaarheid van hun plannen; dat een democratie niet kan zonder actieve burgers en dat topambtenaren vakkennis moeten hebben van hun ministerie. De ABD, de Algemene Bestuursdienst, die uit ‘managers’ bestaat, kan dan ook volgens Herman Tjeenk Willink, oud-voorzitter van de Tweede Kamer en voormalige vicepresident van de Raad van State, beter worden afgeschaft. Trêveszaal. De vergaderingen van het kabinet vinden plaats in de zeventiende-eeuwse Trêveszaal. ‘Trêves’ betekent wapenstilstand. De zaal werd zo genoemd omdat in de zaal gedurende de Tachtigjarige Oorlog tussen Nederland en Spanje (1568-1648) besprekingen werden gehouden die leidden tot het Twaalfjarig Bestand (1609-1621). Welke ruimte is idealer voor het sluiten van compromissen? Ministers komen daar al sinds 1823 bij elkaar om te vergaderen. Eerst als adviesorgaan van de Koning. Na 1840 werd grondwettelijk vastgelegd dat ze besluiten van de Koning mede moesten ondertekenen, waarmee ze verantwoordelijk werden. De Grondwet van Thorbecke uit 1848 gaf de aanzet tot een Reglement van Orde voor de Raad van Ministers in 1850. De raad bestond uit de hoofden van departementen die bij meerderheid besloten over het algemeen regeringsbeleid. Sinds 1848 is het in principe gedaan met de koninklijke macht in de Grondwet. Koning Willem III ging nog wat bokkig om met die vervelende ‘ministeriële verantwoordelijkheid’ die onder zijn vader was ingesteld – en ook zijn dochter Wilhelmina kon zich best een grondwet voorstellen die haar als staatshoofd meer bevoegdheden zou geven. Maar prinses Juliana had hier al niets meer mee en noemde haar moeder plagerig een ‘ouwe Romanov’, ter herinnering aan hun autocratische, Russische voorouders. Koning is onschendbaar De term ‘ministerraad’ staat pas sinds 1983 in de Grondwet. ‘De ministerraad beraadslaagt en besluit over het algemeen ­regeringsbeleid en bevordert de ­eenheid van dat beleid.’ Vanaf 1983 is de Grondwet nog duidelijker over de principieel niet-politieke rol van het staatshoofd. In de Grondwet (art. 42), staat: ‘De Koning is onschendbaar en de ministers zijn verantwoordelijk’ waarmee het staatshoofd is ontdaan van zelfstandige staatsrechtelijke bevoegdheden. Binnen deze beperking kon koningin Beatrix zich laten leiden door haar ‘rechten om te adviseren, aan te sporen en vermanen’, zoals de Britse schrijver Walter Bagehot in de negentiende eeuw de rol van de moderne koning omschreef. Oranjetraditie Koning Willem-Alexander is nog altijd de verbinder in lijn met de Oranjetraditie. Het erfelijk koningschap vloeit niet voort uit de logica van de moderne democratie. Maar hoe richtinggevend het democratische uitgangspunt in de staatkunde ook behoort te zijn en hoe rationeel we ook te werk willen gaan, een gezonde democratie behoeft ook een culturele en historische inbedding. Zo is in de koninkrijken in Noordwest-Europa het constitutionele koningschap al lange tijd, en op stabiele wijze, verweven met de parlementaire democratie. Hoewel het koningschap qua vorm in de loop der tijd enorm is veranderd, hechten de burgers nog altijd aan hun vorstenhuizen. In een toespraak over het Oranjekoningschap en de democratie zei oud-premier Willem Drees (PvdA, Amsterdam,5 juli1886–Den Haag,14 mei1988), dat gevoelens zoals Oranjeliefde nu eenmaal deel uitmaken van de werkelijkheid en daarin ook hun betekenis hebben. Historisch gezien heeft juist Oranje een bijzondere plaats in de Nederlandse geschiedenis.

Budget voor verkeerskundig onderzoek naar de knelpunten van de N209

CDA CDA Lansingerland 12-02-2023 13:25

In de commissie ruimte op 7 februari 2023 werd besproken om een ​​krediet van € 475.000 beschikbaar te stellen voor een uitgebreid onderzoek naar de in totaal 12 kruisingen en tussenliggende trajecten van de N209 in Lansingerland. Al jaren wordt er gesproken over de N209, de verkeersstroom van Lansingerland. Door de gemeente is er de afgelopen jaren verschillende keren een oproep aan het college van B&W gedaan om samen met de provincie Zuid-Holland een integraal plan te ontwikkelen om de doorstroming, veiligheid, ontsluiting en leefbaarheid binnen de gemeente te verbeteren. De start en fasering van de bouw van de woningbouwlocaties Merenweg en Lange Vaart in Bleiswijk en Wolfend in Bergschenhoek zijn afhankelijk van de maximale maatregelen op de N209. Het is dus van belang om de knelpunten op en rond de N209 snel en daadkrachtig, samen met de provincie op te lossen. Op 21 januari 2022 spraken gedeputeerde Zevenbergen (provincie Zuid-Holland) en wethouder Fortuyn om een gezamenlijke studie te doen naar deze knelpunten, en naar het oplossen ervan. Ondertussen is een projectorganisatie opgezet en een gezamenlijk plan van aanpak voor de eerste processtappen opgesteld. Het doel van het verkeerskundig onderzoek is om alle kruisingen en trajecten van de knelpunten te analyseren en voor de knelpunten met de hoogste prioriteitsoplossingen te zoeken. Uitgangspunt is dat de N209 toekomstbestendig wordt en er wordt gerekend met alle aankomende ontwikkelingen met betrekking tot woningbouw, ontwikkeling bedrijventerreinen en de gevolgen van de verbinding A16/A13. Als gevolg van de hoge urgentie is het voorstel van het college om voorlopig de financiering van het onderzoek te trekken. De N209 is echter wel een provinciale weg en daarmee de verantwoordelijkheid van de provincie. Er zullen dus met de provincie financieringsafspraken moeten worden gemaakt over de verdeling van de goede kosten en de daaropvolgende uitvoering. Het gevraagde budget betreft het verkeerskundig onderzoek en valt ook onder het ontwerpen van verschillende oplossingsvarianten voor deze knelpunten. Het onderzoek zal naar verwachting eind 2023 zijn afgerond. In de fase na dit onderzoek (geen deel voortgekomen uit het voorgestelde budget) komen de oplossingskeuzes voor de knelpunten met de hoogste prioriteit aan de orde en is het streven naar een uitvoeringsprogramma op te stellen in de eerste helft van 2024. De hele commissie kon instemmen met het raadsvoorstel voor het gevraagde budget, wat in de raadsvergadering van 23 februari zal worden aangenomen.

Jan-Willem bij bij Paprika Tasty Radio

CDA CDA Lansingerland 03-03-2022 17:07

Onze lijsttrekker Jan-Willem van den Beukel was vanochtend te gast bij Paprika Tasty Radio. Luister dit interview terug via onderstaande link. Jan-Willem is te horen vanaf minuut 7. https://goedemorgen.podbean.com/.../paprika-tasty-radio.../

Kerstmis 2021

CDA CDA DENK Lansingerland 19-12-2021 12:41

Als de mens in zijn bewogen ­geschiedenis iets heeft bewezen, is het wel dat hij weerbaar is. Dat hij of zij altijd weer weet op te staan. Midden in de puinhopen en de ruïnes, die hij vaak zelf heeft aangericht, zie je hem aarzelend rondkijken om vervolgens gedecideerd met opruimen te beginnen. Grote crisissen die de mensheid teisteren hebben vaak een positieve weerslag dankzij het herstel dat meestal op een rampzalige gebeurtenis volgt. Grote gebeurtenissen die ons overvallen en de samenleving in beroering brengen veroorzaken een fenomeen. Mensen behouden er een scherpe herinnering aan. Door het sluipende begin met berichten over een mysterieuze ziekte zal dat met deze pandemie ook zo zijn. Het afgelopen jaar zal niet snel worden vergeten. Het coronavirus respecteerde wederom geen grenzen en drukte ons met onze neus op de onontkoombaarheid van het menselijk bestaan. Subjectieve tijd Luid en precies tikken de laatste weken van dit jaar de uren weg, de chronologische tijd die niet versnelt of vertraagt. We ervaren nu een subjectieve tijd, die wordt gevormd en soms vervormd door onze zintuigen. Met al dat thuis zitten worden de dagen nu eenvormiger. Het wordt moeilijker gebeurtenissen te dateren in het verleden. De dagen zijn voor velen lang en lastig door te komen. Niet eerder in ons bestaan zorgt het wegvallen van structuur en dagelijkse routine voor zoveel problemen. Niemand weet hoelang deze situatie voortduurt. Gelukkig vinden mensen in deze moeilijke periode herkenning bij elkaar, inspireren elkaar met oplossingen, en zo ontstaat er een soort gezamenlijke veerkracht. De waardering voor de Zorg is ongekend groot, het is mooi om zoveel saamhorigheid te zien. Verwachtingsvolle sfeer Kerstmis is een verwachtingsvolle sfeer, een periode van rust en bezinning. Er is nu behoefte om uit de mist van de duisternis te stappen. Wat van dit bijna volledig geconsumeerde jaar overblijft, is het besef dat we een eenheid vormen. Een collectief dat bereid is zijn leefwijze grondig te wijzigen om te overleven, ook al gaat dit vaak gepaard met twijfels en protesten. Tal van kerken houden evenals vorig jaar geen speciale kerstbijeenkomsten met religieuze zang en een bemoedigende boodschap. Toch zijn juist nu steeds meer mensen op zoek naar de ware boodschap van Kerst en de betekenis hiervan. Met kerst vieren we de geboorte van Jezus Christus. God zelf is mens geworden, als vervulling van de profetie zoals honderden jaren voor Zijn komst al wordt beschreven in het Oude Testament. Jezus is de beloofde Messias, de verre nakomeling van Koning David. De geboorte van Jezus vond plaats in sobere omstandigheden: een kribbe in een eenvoudige stal. Dit was geheel in overeenstemming met de profetische woorden van Jesaja die zegt dat de Messias zal komen als een rijsje uit een afgehouwen boomstronk. (Jesaja 11 vers 1). Aandacht Juist in deze tijd is aandacht voor elkaar erg belangrijk. Zeker voor veel mensen die nu het alleen zijn ervaren. Denk in de weken vooraf aan Kerst aan dierbaren, dank hen voor de mooie vriendschap en sta vooral ook stil bij wat er nog om je heen is. Maar ook met alles wat er helaas niet meer is. Het afgelopen jaar zijn veel mensen een dierbare verloren. Sta tijdens de decembermaand bewust eens stil bij tranen om ziekte en eenzaamheid en verdriet. Bij die tafel waar een lege stoel staat. En wens hun in gedachten sterkte, liefde en licht. Kerst is het feest van het licht en reflectie om met elkaar naast gezelligheid en verbondenheid perspectief te bieden aan eenieder die dat verloren is. Dit jaar zijn er wederom geen traditionele kerstmarkten met die typische kerstdelicatessen. Wel heerst er zoals elk jaar een kerstsfeer. Stralende verlichting in tuinen en balkons zorgen voor een sfeervol gezicht in deze donkere dagen van het jaar. Zo kan de decembermaand en ook de donkere maanden daarna toch een warme en sfeervolle periode zijn. Met elkaar kijken we hoopvol vooruit naar 2022. Het is maar een markering in de tijd. Uitgevonden door paus Gregorius XIII, die in 1582 bedacht dat 1 januari het begin van het jaar zou worden. Door hem komt het dat we in december het jaar definitief afsluiten. Ik wens u en uw dierbaren, een sfeervolle Kerst en een liefdevol en vooral gezond 2022. In het licht van de onzekerheid waar we nu allemaal mee te maken hebben blijven we hopen.

Burgerfora een wondermiddel?

CDA CDA DENK Lansingerland 09-11-2021 08:03

Een ruime meerderheid van de Nederlanders staat achter het idee van burgerfora. De steun voor lokale burgerfora is met 66 procent zelfs groter dan voor een nationaal burgerforum (54 procent). Dat blijkt uit een recent opinieonderzoek van de Radboud Universiteit (RU) en het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP). Aanvulling op democratie Ruim een derde van de respondenten vindt dat politici het advies van het forum naast zich neer mogen leggen. Ruim 27 procent vindt echter dat een advies altijd moet worden overgenomen. De overige respondenten staan daar neutraal in. Duidelijk is in ieder geval dat burgerfora niet wordt gezien als wondermiddel, concluderen de onderzoekers. De meeste Nederlanders zien het niet als een alternatief voor algemene verkiezingen, wel als een aanvulling op de democratie of als een correctie op de representatieve democratie. Belangrijke maatschappelijke thema’s als wonen, klimaat, zorg, en onderwijs zijn volgens veel Nederlanders geschikte onderwerpen voor een burgerforum. Een burgerforum, ook wel burgerraad of burgervergadering genoemd, is eencommissie diedoor loting wordt geselecteerd ombesluitvorming over specifieke kwestieste ontwikkelen. Het bestaat uit een groep burgers die gaat meepraten over een maatschappelijk vraagstuk. Daarover brengen ze advies uit aan de politiek, eventueel na raadpleging van deskundigen. Op lokaal niveau zijn al verschillende burgerfora afgerond. Denk aan de zogeheten G1000 bijeenkomsten. Toekomst zorg Op nationaal niveau zijn nog geen burgerfora georganiseerd. Wel is die mogelijkheid en de meerwaarde daarvan een aantal keer bepleit. Recent opperde de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) via een burgerforum burgers te betrekken bij de discussie over detoekomst van de zorg. Daarmee zouden latere beleidskeuzes kunnen worden gelegitimeerd. In 2020 stelde de commissie-Brenninkmeijer kansen te zien om burgers via burgerfora te betrekken bij klimaatbeleid. Via een burgerforum kunnen andere ervaringen, belangen en perspectieven in het politieke debat worden ingebracht, stellen de onderzoekers op basis van de opiniepeiling. Politieke betrokkenheid, een kans voor mensen om tussen de verkiezingen door ook mee te doen en de kwaliteit van de besluitvorming, worden vaak als pluspunten genoemd. Een groot deel van de respondenten ziet burgerfora als correctie op de representatieve democratie. Politici weten vaak niet wat er werkelijk speelt en luisteren niet naar burgers, is een veel gehoorde klacht over die representatieve democratie. Bij burgerfora is, als het goed wordt geregeld, veel meer sprake van echte representativiteit en diversiteit. Representatieve afspiegeling Bedenkingen zijn er ook. Te weinig kennis van de deelnemers en te veel meningen om tot overeenstemming te komen worden als bezwaren genoemd. Hoe meer mensen bij belangrijke zaken betrokken worden, hoe moeilijker een beslissing wordt. Een belangrijk punt is te zorgen voor een representatieve afspiegeling van de samenleving onder de deelnemers. Vooral lager opgeleiden en mensen met weinig vertrouwen in hun eigen politieke kunnen, staan niet te trappelen om mee te doen. Gebrek aan kennis, tijd of interesse zijn redenen om een eventueel burgerforum aan zich voorbij te laten gaan. Maar ook invloed te hebben op politieke beslissingen en burgerplicht worden door respondenten als reden genoemd om aan een burgerforum deel te nemen.

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.