Nieuws van PvdA in Heiloo inzichtelijk

28 documenten

Afvalscheiding op de schop

PvdA PvdA VVD CDA Heiloo 06-09-2020 08:53

Weinig inwoners van Heiloo zal het zijn ontgaan: de gemeente is overgestapt op een andere manier van  afval ophalen en verwerken. Er komen extra rolcontainers en ondergrondse containers voor plastic- metaal- en drankverpakkingen (pdm). En vanaf volgend jaar moeten inwoners van Heiloo  gaan betalen voor het restafval dat ze aanbieden.

Het doel is natuurlijk mooi: een betere afvalscheiding, hergebruik van plastic en metalen en compostering van groente- en fruitafval. En bovendien zijn we dan verlost van de plastic zakken met pdm-afval die vaak openscheuren, waardoor plastic afval op straat belandt.

Toch vinden we dat de nieuwe manier van afval scheiden per direct moet stoppen.

Wat gaat er nu mis?
Het grondstoffenplan dat in juni 2020 in de gemeenteraad is vastgesteld, is onvolledig. De PvdA wilde het daarom van de agenda hebben en stemde tegen. De gevolgen van het plan zijn namelijk niet goed doorgesproken met de bewoners. Sommige mensen die slecht ter been zijn moeten nu bijvoorbeeld sjouwen met hun vuilnis naar een ondergrondse stortplaats. En sommige mensen hebben veel restafval, zonder dat ze dit kunnen terugbrengen (denk aan incontinentiemateriaal, luiers etc); zij moeten hier straks wel extra voor betalen. Bovendien is het risico groot dat als inwoners moeten betalen voor hun restafval, sommigen hun restafval bij het groenafval of bij het pdm-afval zullen zullen stoppen, waardoor de facto de hele afvalscheiding teniet wordt gedaan. Dat is in elk geval de ervaring in andere gemeentes, die dit systeem van afval scheiden al eerder invoerden (en die hier nu vaak op terugkomen). Dit systeem van afval scheiden waarvan we van tevoren al weten dat het niet goed werkt in andere gemeenten – en waar veel burgers tegen protesteerden – kost Heiloo een eenmalige investering van € 1,7 miljoen. (Wat we daar niet van zouden kunnen doen! Een extra sporthal, de Vrienden van de Beun in de lucht houden, de muziek- en dansschool verbouwen, het zwembad renoveren….) Daar komen de kosten voor extra afvalbakken en de stijging van de jaartarieven per 2021 nog bij.
Het traject heeft helaas veel overeenkomsten met de Diftar debacle van twintig jaar geleden, waar onder leiding van – ook toen al – een VVD-wethouder het plan is gesneuveld en er voor enkele miljoenen aan belastinggeld in Heiloo door het putje is gegaan.
De PvdA wil daarom alsnog een gedegen wetenschappelijk onderzoek naar de gevolgen van een systeem van nascheiding. Nascheiding houdt in dat het afval pas wordt gescheiden in de afvalverwerkingscentrale, en niet per huishouden.
In een groeiend aantal gemeenten is er inmiddels voor gekozen het plastic, blik en drinkverpakkingen (PMD) ‘gewoon’ in de vuilnisbak gooien, omdat dit onderaan de streep efficiënter is dan los inzamelen.
Leiderdorp, Nieuwegein, Leiden en Bunschoten zijn inmiddels hierop overgegaan. 
Ook Amsterdam heeft recent besloten om vanaf 2021 over te stappen naar nascheiding en Utrecht is bezig met plannen hiervoor.
Kortom, genoeg redenen voor een gedegen onderzoek. Daarom heeft de PvdA Heiloo zogenoemde artikel 33-vragen hierover gesteld aan het college van B&W (in dat college zitten Heiloo2000, VVD en CDA). Antwoorden hierop worden voor 1 oktober verwacht.

We houden u op de hoogte!

Het bericht Afvalscheiding op de schop verscheen eerst op PvdA Heiloo.

Unicum: PvdA Heiloo stemt tegen de jaarrekening

PvdA PvdA Heiloo 23-06-2020 07:28

Maandag 22 juni kwam de gemeenteraad van Heiloo voor het eerst sinds februari weer fysiek bijeen – in het gemeentehuis van Castricum. Op de agenda stond de jaarrekening van de gemeente Heiloo van 2019.

Hieronder vindt u de inbreng van PvdA Heiloo-fractievoorzitter Ko Hemminga:

Voorzitter,

Met deze jaarcijfers bewijst het College net als vorig jaar, het financieel volstrekt niet op orde te hebben. Vorig jaar bij de jaarrekening 2018 werd de raad geconfronteerd met definitieve cijfers over 2018 die binnen vijf maanden  € 868.000 negatiever bleken dan eind van dat jaar was verwacht en kwam het tekort van Heiloo uit op € 929.000.

We herinneren ons nog de uitspraak van het College in 2018: “dit jaar een minnetje, komende jaren een plus”.

De jaarcijfers van 2019 en de verwachtingen voor 2020 en daarna die we volgende week bespreken geven een nog onthutsender beeld van het financieel beheer. Op 3 juli 2019 was de kop van het persbericht nog. “Kadernota Heiloo: Sluitende begroting voor 2020 en 2021.”

Voor 2019 dus een verlies dat met wat creatief boekhouden wordt gepresenteerd als een verlies van “slechts” € 623.000. De verwachting voor 2020 is € 1,5 miljoen negatief, net als de jaren daarna. De financiële positie van Heiloo is penibel aan het worden onder de leiding van dit College en het wordt tijd dat onder ogen te zien.

Nu dan deze jaarrekening. Het gebruikelijke sluitstuk van de planning & control cyclus. Ook dit jaar is het traject van het opstellen van de jaarcijfers een rit in de rollercoaster geweest waar “met het angstzweet tussen de geknepen billen”  een steile baan naar beneden is afgelegd.

Even de jaarcijfers voor 2019 op een rijtje. Er wordt afgesloten met een nadelig resultaat van € 623.000, maar er zal wel € 943.000 van de algemene reserve worden afgeboekt. Eigenlijk is het verlies dus € 943.000, maar € 623.000 klinkt minder erg.

De algemene reserve is eind 2019 feitelijk nog maar € 8,6 miljoen. Veel te weinig voor een gemeente die ieder jaar een miljoen of meer inteert en ook nog eens van plan is om een investering van ruim € 12 miljoen afslag A9 uit eigen middelen te gaan financieren. Nog los van de extra risico’s waar Heiloo zich met de ondertekening wijzigingsovereenkomst A9 op 28 februari 2019 aan heeft verbonden.   

Nu kom ik op een heikel punt bij deze jaarrekening. Waar is de investering in de afslag A9 eigenlijk gebleven? In 2019 is het bestemmingsplan door de Raad van State vernietigd en is klip en klaar dat het hele traject jarenlang stilligt en extra kosten moeten worden gemaakt.

Uitgaande dat het straks door mag gaan, wat lang niet zeker is. Volgens de Projectgroep A9 gaat het € 5,7 miljoen meer kosten en zal Heiloo bij de huidige kostenverdeling voor een extra € 1,5 miljoen “aan de pan hangen”.

Tijdens de bespreking van de jaarrekening in de audit-commissie bleek na mijn vraag, dat de accountant niet door het College was geïnformeerd over de verhoging van € 5,7 miljoen..

Eind 2019 was in totaal al zo’n € 13 miljoen uitgegeven aan dit project, waaronder € 3,5 miljoen voor rekening van Heiloo. Wij hebben ons suf gezocht in de jaarrekening naar de toelichting op de investering in de afslag eind 2019.

Volgens de tekst in het verslag is het project vertraagd. Dat klopt in ieder geval wel, want de rechter heeft er in 2019 een dikke streep door heen gezet. Maar we gaan de afslag in 2022 niettemin in gebruik nemen, zo kunnen we uit de jaarrekening opmaken. Dat was kennelijk ook de verwachting van deze raad bij het vaststellen van de begroting in november jongsleden.  Volstrekt ongeloofwaardig natuurlijk.

Wat daarvan zij, het zal de lezer van deze jaarrekening niet lukken om de investering van € 3,5 miljoen van Heiloo in de afslag per eind 2019 terug te vinden in dit jaarverslag. Wat blijkt het geval? De Provincie heeft alle tot nu gemaakte kosten voorgeschoten.

Je zou dan denken dat Heiloo een schuld van € 3,5 miljoen aan de Provincie heeft en op zijn balans zet en dat je deze investering  vermeldt onder de activa in ontwikkeling. Je kan je zelfs voorstellen dat je onderzoekt of je die € 3,5 miljoen misschien moet afwaarderen, nu de bestemmingsplanprocedure opnieuw moeten worden gedaan.

Wetende dat er enkele miljoenen bij moeten, waarbij tot de dag van vandaag het volstrekt onzeker is of het project in de toekomst daadwerkelijk door mag gaan. Een jaarrekening moet immers gaan over de werkelijkheid, niet over wat je graag wil zien of – zoals in dit geval – waar je graag de ogen voor sluit.

En zo is er meer in dit verslag dat niet geloofwaardig is.

Op pagina 114 staat het overzicht van de investeringen. Daarin staat dat voor de ondertunneling en de aanpassingen Vennewatersweg gezamenlijk € 10 miljoen beschikbaar was, maar dat daarvan eind 2019 nog geen € 2 miljoen was uitgegeven voor rekening van Heiloo. Het is moeilijk te geloven dat dit het hele verhaal is, nu de tunnel sinds een aantal weken open is.

Wanneer worden de rekeningen eigenlijk geboekt?

Dat je zo moet puzzelen en zoeken in een jaarrekening naar investeringen van vele miljoenen, is een veeg teken. Zoals het ook verontrustend is, als raadsleden er 6 maanden over moeten doen om inzage te krijgen in een BUCH management letter van de accountant.

Het is nu vijf jaar geleden, dat door de raden van Bergen, Uitgeest, Castricum en Heiloo, met de tegenstem van de PvdA Heiloo, de Gemeenschappelijke Regeling BUCH werd aangegaan. Wij constateren dat de kosten de pan uit rijzen en dat daar niets aan gedaan wordt door dit College. Het oorspronkelijke kostenplaatje van € 50 miljoen is naar meer dan € 70 miljoen opgelopen en dit gaat in 2023 naar de € 75 miljoen. Ergo, 50% hogere kosten.

Door Heiloo is in 2019 bijna € 15 miljoen betaald, dit jaar en de daarop volgende jaren wil De BUCH weer meer geld van Heiloo. Daar kom ik zeker in de kadernota nog op terug. Het financieel beheer is niet op orde.

De “getrapte verantwoordelijkheid” naar de BUCH betekent niet dat het Dagelijks Bestuur  de verantwoordelijkheid kan afschuiven. Het is de taak van de voorzitter van het BUCH bestuur, onze burgemeester Hans Romeyn en wethouder Rob Opdam in het BUCH bestuur, te zorgen voor adequaat management en beheersing van de kosten. Het college is naar de raad en burgers hiervoor primair verantwoordelijk.

Afsluitend, gezien het voorgaande én dat is een novum voor de PvdA Heiloo, kunnen wij niet akkoord met de vaststelling van deze jaarrekening 2019.

Dit college is niet op de goede weg.

In de jaarrekening ontbreekt cruciale informatie en we hebben grote twijfels over hoe dit college de investering van € 3,5 miljoen in de afslag A9 heeft weggestopt zonder toelichting, zoals we ook grote zorgen hebben over het tekort aan daadkracht bij dit college met betrekking tot de ontsporing van de kosten van de BUCH.

Het bericht Unicum: PvdA Heiloo stemt tegen de jaarrekening verscheen eerst op PvdA Heiloo.

Motie corona-steunpunt ondernemers en organisaties

PvdA PvdA VVD D66 CDA Heiloo 24-05-2020 15:59

Op 19 mei dienden we een motie in om ondernemers en organisaties in Heiloo te ondersteunen bij het implementeren van alle coronamaatregelen.

Helaas is deze motie verworpen.

We stelden het volgende voor in de motie:

Veel ondernemers, organisaties en sportverenigingen in Heiloo maken zich gereed hun activiteiten weer op te starten, nu de beperkende maatregelen i.v.m. het coronavirus worden versoepeld. Zij lopen hierbij aan tegen ingewikkelde en (voor niet ingewijden) soms moeilijk te doorgronden voorwaarden en beperkingen, welke bovendien door wijzigingen in (toepassing en interpretaties van) de noodverordening in de tijd wijzigen. Ondernemingen en organisaties hebben behoefte aan extra vergunningen of tijdelijke ontheffingen, bijvoorbeeld om een terras uit te kunnen breiden of om buiten activiteiten te kunnen ontplooien die voorheen binnen gebeurden.

Wij vragen de gemeenteraad:

Een goed toegankelijk ambtelijk steun- en meedenkpunt in te stellen waar ondernemers en organisaties terecht kunnen als zij vragen hebben over de coronamaatregelen. Dit steun- en meedenkpunt is uitdrukkelijk bedoeld om ook advies op maat te geven, en dient niet alleen als doorgeefluik van de lijst met voorwaarden. De portefeuillehouders het mandaat te geven ruimhartig om te gaan met het verlenen van vergunningen c.q. tijdelijke ontheffingen van beperkingen voor gebruik van de publieke ruimte door ondernemers en organisaties, en de aanvragen hiervoor met spoed af te handelen. Bijvoorbeeld de werkafspraak dat iedere indiener/aanvrager binnen 24 uur een gemotiveerde uitspraak van de gemeente ontvangt op zijn/haar verzoek. Verantwoording kan achteraf plaatsvinden, door middel van een maandelijkse rapportage aan de raad van verleende extra vergunningen en ontheffingen i.v.m. het coronavirus. Vergunningen en ontheffingen die op deze wijze worden afgegeven gelden voor één jaar c.q. korter indien de restricties vanuit de noodverordening niet meer van toepassing zijn.

De motie is helaas verworpen.

Voor stemden: PvdA, HeilooLokaal, GBH, D66

Tegen stemden: VVD, CDA, Heiloo2000

Het bericht Motie corona-steunpunt ondernemers en organisaties verscheen eerst op PvdA Heiloo.

Motie noodfonds maatschappelijke organisaties

PvdA PvdA VVD D66 CDA Heiloo 24-05-2020 15:46

Op 19 mei 2020 diende we een motie in voor een noodfonds voor maatschappelijke organisaties in Heiloo. Helaas is deze motie verworpen.

Dit was ons voorstel:

Door de crisis als gevolg van het coronavirus ligt het openbare leven in Heiloo stil. Voor veel maatschappelijke organisaties in Heiloo brengt dit niet alleen met zich mee dat geplande activiteiten helaas niet door kunnen gaan, maar betekent dit ook dat het voortbestaan van deze verenigingen en stichtingen in gevaar kan komen. Sommige organisaties bestaan in Heiloo al honderd jaar, en als die verdwijnen komen ze niet meer terug. De gevolgen voor de verschillende maatschappelijke organisaties nu niet is te overzien, maar dat er organisaties onder grote druk staan is zeker. Omdat deze organisaties op het gebied van cultuur, sport, natuur en welzijnswerk van vitaal belang zijn voor Heiloo is het belangrijk na te denken over een vangnet voor deze organisaties, zodat deze behouden blijven voor de toekomst. Dat zou kunnen door – in navolging van o.a. de gemeente Hillegom (die een vergelijkbaar aantal inwoners kent als Heiloo – voor het jaar 2020 een noodfonds op te richten van (om te beginnen) € 400.000. Het niet de bedoeling is dat geld te ‘verdelen’ over de verschillende maatschappelijke organisaties. Het doel is dat organisaties die in acute geldnood komen, hier een beroep op kunnen doen. Het is de bedoeling het noodfonds ook open te stellen voor maatschappelijke organisaties die op dit moment geen subsidie van de gemeente ontvangen.

Voor de motie stemden PvdA, GBH, D66 en Heiloo Lokaal.

Tegen de motie stemden: Heiloo2000, VVD en CDA

Het bericht Motie noodfonds maatschappelijke organisaties verscheen eerst op PvdA Heiloo.

PvdA-onderzoek Kunst, cultuur en natuur in Heiloo

PvdA PvdA Heiloo 23-01-2020 09:42

Onderzoek maatschappelijke organisaties in Heiloo

Deel I: cultuur, kunst & natuur

Van september 2019 tot en met januari 2020 hield een projectgroep van de PvdA Heiloo[1] een onderzoek onder de maatschappelijke organisaties in Heiloo. Het doel was nagaan hoe het nu gaat met de cultuur-, kunst-, natuur-, sport- en welzijnsorganisaties, na een periode van grote bezuinigingen, zowel in het subsidie- als in het accommodatiebeleid. Welke doelen stellen deze maatschappelijke organisaties zichzelf? Wat hebben ze nodig van de gemeente om deze doelen te kunnen bereiken?

In september en oktober 2019 zetten we een enquête uit onder 121 organisaties. Van deze organisaties vulden er 52 de enquête in. Een aantal gaf aan dat de enquête niet voor hen van toepassing was, omdat ze inmiddels waren opgeheven, niet (meer) in Heiloo actief waren of omdat ze een commerciële organisatie waren. Het verzamelen van maatschappelijke organisaties in Heiloo is een flinke klus geweest, waarbij we vaak via-via gegevens verzamelden. Soms was het een hele opgave de contactgegevens van een organisatie te achterhalen. Ook op de website van de gemeente Heiloo vonden we geen compleet en actueel overzicht.

In november, december en januari hielden we daarnaast zo’n 20 gesprekken met organisaties die niet gereageerd hadden op de enquête en die we onmisbaar achtten voor ons onderzoek en/of met organisaties waarmee we graag verder wilden spreken. Ook de uitkomsten van die gesprekken hebben we verwerkt in dit onderzoek.

Dit eerste deel van dit onderzoek gaat over de organisaties die actief zijn op het gebied van kunst cultuur of natuur. De resultaten en aanbevelingen voor de sportverenigingen en voor organisaties op het gebied van welzijn verschijnen in de loop van 2020.

Een dilemma was hoe om te gaan met kritische opmerkingen van organisaties over lokale politici en/of ambtenaren. Deze opnemen brengt het probleem met zich mee dat we daarmee de organisaties zouden kunnen schaden (ze zijn immers afhankelijk van degenen die ze bekritiseren) en/of dat we schade kunnen toebrengen aan een wethouder of ambtenaar, die bovendien niet in de gelegenheid is gesteld weerwoord te geven. Deze negatieve opmerkingen helemaal weglaten zou als nadeel hebben dat deze kritiek onbenoemd blijft.

We hebben ervoor gekozen alle opmerkingen van de maatschappelijke organisaties te anonimiseren.[2] Zeer kritische opmerkingen hebben we alleen opgenomen als deze vanuit meerdere organisaties geuit zijn en als deze niet een specifieke ambtenaar of portefeuillehouder raken. Het belangrijkste pijnpunt betreft voor de kunst-, cultuur- en natuurorganisaties overigens de rol (invloed) van de ambtenaren die door een aantal partijen als te groot ervaren wordt en door wie sommige verenigingen zelfs het gevoel hebben tegengewerkt te worden. Daar staat tegenover dat enkele andere verenigingen aangeven goed met de ambtenaren te kunnen samenwerken.

We beginnen met twee algemene aanbevelingen die uit ons onderzoek komen. Daarna volgt een overzicht van reacties van de kunst-, cultuur- en natuurorganisaties in Heiloo, met daarin verwerkt meer specifieke aanbevelingen. In de bijlage achterin vindt u de vragenlijsten die we hebben gebruikt voor de enquête.

Aanbevelingen algemeen: Zorg dat maatschappelijke organisaties één aanspreekpunt hebben bij de gemeente en dat één portefeuillehouder verantwoordelijk is voor zowel de subsidies als de accommodaties waar zij eventueel gebruik van kunnen maken. De portefeuillehouder die gaat over de subsidie voor maatschappelijke organisaties, heeft nu in een groot aantal gevallen geen zeggenschap over de (beschikbaarheid, kwaliteit en betaalbaarheid van de) accommodaties waar deze organisaties gebruik van maken. Dat komt omdat deze taken zijn belegd bij twee verschillende portefeuillehouders en er geen sprake is van een afgestemd beleid. Voor maatschappelijke organisaties is dat niet helder en dat leidt tot frustraties. Zorg dat voor inwoners een actueel overzicht beschikbaar is van alle activiteiten op het gebied van cultuur, kunst, natuur, sport en welzijn in Heiloo. Dit overzicht zou niet alleen digitaal beschikbaar moeten zijn. Zorg hierbij ook voor een ‘prikbordfunctie’ voor inwoners die samen activiteiten willen ondernemen. Onderzoeksresultaten cultuur, natuur en kunst

Twintig verenigingen die activiteiten organiseren op het gebied van kunst, cultuur en natuur hebben op onze enquête gereageerd, of hebben met ons gesproken. Dit zijn: Koor sWing, Tintoretto, KMTP Groei en Bloei, Openbare bibliotheek, koor Notebook, koor One More Voice, St Willibrordus Draait door, Cultuurkoepel Heiloo, Theaterbende Heiloo, Stichting Cultuurbevordering Witte Kerk, Stichting Kunst-Zin, Hobbyfarm, Heilooer Kamerorkest, Alkmaars Symfonie orkest, Fanfare showband, Muziek- en dansschool Heiloo, Historische vereniging Heiloo, Caecilia, Falkland toneel en Volkstuinvereniging Heiloo, locatie Hoogeweg/Groeneweg.

Al deze verenigingen gaven aan dat de inzet van vrijwilligers de spil is waar zij om draaien. Ook een semiprofessionele stichting als de Cultuurkoepel werkt bijvoorbeeld met – fulltime ingezette – vrijwilligers. Veel verenigingen spreken met trots over hun vrijwilligers, anderen benadrukken de sociale functie die zij hebben. Dat blijkt uit opmerkingen als ‘Wij bieden een groot aantal mensen een fijne hobby’ en: ‘Wij werken met vele vrijwilligers zowel met vrijwilligerspunt Heiloo als de ouders, maar ook met statushouders. We proberen hier ook een maatschappelijke functie te hebben door mensen de mogelijkheid te bieden te integreren in de maatschappij, en begeleiden in dat proces gebeurt spelenderwijs.’

Opvallend is verder dat een groot deel van de organisaties aangaf graag ondersteuning te krijgen bij het vergroten van hun bekendheid onder de inwoners. Er is een grote behoefte aan meer publiciteit, zowel om publiek te trekken als om nieuwe deelnemers/leden te werven. De gemeente zou hierbij als spil kunnen – en volgens ons moeten – optreden.

Aanbevelingen Aanbeveling 1: Maak een Platform Cultuur & kunst Heiloo

Richt een platform Cultuur & Kunst Heiloo op, dat onder regie van de gemeente enkele malen per jaar bijeenkomt. Doel is: knelpunten bespreken, verkennen hoe verenigingen elkaar kunnen versterken, nadenken over waar de inwoners van Heiloo behoefte aan hebben op het gebied van kunst en cultuur.

Motivering Organisaties op het gebied van kunst en cultuur weten elkaar nu slecht te vinden. Er is (te) weinig kruisbestuiving, veel dingen (muziekonderwijs, opslag van materiaal) wordt versnipperd en/of dubbel gedaan. Organisaties geven aan graag meer regie te willen op dit gebied vanuit de gemeente. De gemeente kan met vrij eenvoudige middelen partijen bij elkaar brengen en de regierol op zich nemen.

Opmerkingen hierover vanuit de organisaties

‘Er wordt niet meegedacht [door de gemeente] met culturele instellingen.’ ‘Er is wel ondersteuning vanuit de gemeente, maar die is wel erg passief. De gemeente zou de regierol moeten nemen om organisaties en de behoeftes van burgers verder te helpen.’ ‘De gemeente zou meer samenwerking tussen organisaties kunnen faciliteren of stimuleren. Er heerst vaak een houding van ieder voor zich of van elkaar beconcurreren. Heiloo is hier te klein voor. Zeker wanneer het nieuwe dienstverlening betreft. Nu moeten we als organisaties altijd zelf initiatieven ontplooien en voelen we ons soms op een eiland zitten of zelf weer het wiel moeten uitvoeren.’ ‘Een nadeel van de houding van de gemeente is dat men te veel vertrouwen heeft over de organisatie, hetgeen als niet goed ervaren wordt. Er wordt te veel gedacht: “Het gaat wel goed.”’ ‘We hebben geen ondersteuning aan de gemeente gevraagd. Wel hebben we iets aan het Vrijwilligers Informatie Punt dat ons bestuur (vrijwilligers) ondersteunt met cursussen en informatie.’ ‘Behalve de subsidie merken we weinig van ondersteuning door de gemeente.’ ‘Of we meer in het algemeen tevreden zijn over het beleid van de gemeente Heiloo? Gematigd. Ik heb niet het idee dat Heiloo erg vooroploopt.’ ‘De gemeente kan helpen door de diverse uitvoerende kunsten uit te nodigen voor een denktank en te kijken of het draagvlak er is om te gaan samenwerken en als gemeente het actief interessant maken dit te doen. Investeren is een groot goed met uiteindelijk doel dat het minder kosten met zich meebrengt.’ ‘We zouden graag meer steun en medewerking van de gemeente zien.’ ‘We wilden eigenlijk samen met [andere organisaties die zich met theater bezighouden] een platform creëren. […] Het zou wel mooi zijn als de gemeente een visie ontwikkelt op hoe we het willen organiseren in Heiloo.’ ‘We hebben het gevoel heel weinig te betekenen voor de gemeente en zouden heel erg graag van gedachten wisselen over het belang van een bruisend cultureel platform in Heiloo, omdat Heiloo hier in de omgeving een regiofunctie kan zijn. Onze leden komen veelal niet alleen uit Heiloo, maar ook uit Egmond, Bergen, Akersloot, zelfs Schoorl, wat toch wel veel zegt over de mogelijkheden elders. Aanbeveling 2: Verbouw de muziekschool tot een toegankelijk cultuurcentrum

Maak een accommodatiebeleid waarbij er voldoende geschikte en betaalbare ruimte is voor het rijke verenigingsleven dat Heiloo heeft. Maak hierbij onderscheid tussen 1) semi-professionele locaties als De Beun/de Cultuurkoepel en 2) locaties waar voornamelijk op amateurniveau activiteiten worden ondernomen.

Voor de eerste zou een meer commerciële invalshoek geschikt kunnen zijn (zodat activiteiten ook meer toekomstbestendig zijn dan nu het geval is), in combinatie bijvoorbeeld met horeca en zaalverhuur. De gemeente kan deze organisaties ondersteunen door regelmatig met de partijen te overleggen over noden en wensen en door partijen bij elkaar te brengen. Voor de locaties waar voornamelijk op amateurniveau activiteiten worden ondernomen, of waar vooral wordt gerepeteerd, zoals de Muziekschool en het Bruno-gebouw, zou de gemeente veel meer aansluiting kunnen zoeken met het sociaal domein en het onderwijs. De vele partijen die actief zijn op het gebied van kunst, cultuur en natuur in Heiloo zijn gebaat bij een locatie (of enkele locaties) die voor hen betaalbaar is. De dans- en muziekschool zou voor dit doel verbouwd kunnen worden en maatschappelijke organisaties zouden hier tegen een geringe vergoeding terecht moeten kunnen. Ook andere activiteiten, waarbij welzijn en onderling contact voorop staan zouden hier georganiseerd kunnen worden, zodat het gebouw ook overdag goed gebruikt wordt – denk aan een activiteiten zoals gymnastiek of samenzang voor ouderen. Veel organisaties geven aan grote behoefte te hebben aan een zaaltje of kamertje waar ze even kunnen samenkomen.

 Motivering Het merendeel van de organisaties gaf aan gehinderd te worden door hetzij een slechte accommodatie (ongeschikt voor de activiteit of verouderd) hetzij een te dure accommodatie (waardoor bijvoorbeeld minder gerepeteerd kan worden, lidmaatschap duurder wordt en/of geen of minder voorstellingen gegeven kunnen worden). Dit wordt ervaren als een groot probleem, dat het functioneren en voortbestaan van veel organisaties bedreigt, en vernieuwing van activiteiten belemmert.

Opmerkingen hierover van organisaties

‘Nu staan we met vele andere organisaties op onszelf. Idealiter zouden het een fantastisch toekomstperspectief vinden om met de Muziek & Dansschool en andere welwillende stichtingen van kunstvormen een gezamenlijk gebouw te hebben waar we een groot en divers kunstaanbod kunnen genereren voor jong en oud en die allemaal actief bij de samenleving te kunnen betrekken.’ ‘We zouden heel graag vanuit de gemeente zien dat men een toekomst voor zich ziet waarbij de steun van de gemeente realistisch is en stuwend om de diverse stichtingen een locatie te bieden waarbij ze uiteindelijk in staat zijn meer financiële inkomsten te kunnen genereren zodat het bestaansrecht verzekerd kan blijven.’ ‘We moesten op zeer korte termijn op zoek naar een andere repetitieruimte en kregen geen enkele medewerking van de gemeente.’ ‘Niet tevreden, te klein, en slechte akoestiek.’ [over de accommodatie] ‘We vergaderen nu bij bestuursleden thuis, of huren een zaal bij het Trefpunt. De gemeente zou een vergaderzaal kunnen organiseren waar wij als vrijwilligersorganisaties gebruik van kunnen maken.’ ‘We zijn tevreden met de accommodatie. Het gebouw zorgt er mede voor dat we onze dienstverlening goed uit kunnen voeren.’ ‘De onzekerheid en onduidelijkheden over de bestemming van de Strandwal als repetitieruimte zijn vervelend, ook is de prijs te hoog voor ons. Repetitie- en concertruimtes zijn duur; daardoor zijn we beperkt in het organiseren van concerten.’ ‘De muziekschool zou drastisch verbouwd moeten worden en een goede ruimte moeten worden, zodat al deze kunstvormen kunnen worden gepresenteerd. Een betere invulling van de ruimte en meer uren in gebruik houdt ook in dat het gebouw effectiever gebruikt wordt en wellicht meer oplevert.’ ‘We hebben geen eigen locaties maar huren deze. Dit drukt op de begroting. Steun van de gemeente kan daarbij helpen.’ ‘Qua akoestiek is de ruimte ok, qua comfort niet: stoelen zijn niet goed.’ ‘De muziekschool zou drastisch verbouwd moeten worden en een goede ruimte moeten worden zodat al deze kunstvormen kunnen worden gepresenteerd. Een betere invulling van de ruimte en meer uren in gebruik houdt ook in dat het gebouw effectiever gebruikt wordt en wellicht meer oplevert.’ ‘We zouden graag een accommodatie hebben waarbij we meer privacy tijdens de lessen kunnen genereren, maar ook meer uren kunnen vullen met wat meer commerciële activiteiten en meer aansluiting met andere partijen.’ ‘We zien ons graag nog groter worden en we zouden in de toekomst graag alle divisies op één avond willen hebben. Nu is dat verspreid over twee dagen en dat is ook mede door ruimtegebrek.’ ‘Wat betreft het accommodatiebeleid: we hebben ook wel gedacht dat we werd ‘uitgerookt’. Want de gemeente kan het ons onmogelijk maken door zo’n hoge huur te vragen.’ ‘Dit pand heeft jarenlang achterstallig onderhoud. Een multifunctionele accommodatie zou wel onze voorkeur hebben: dat alles met podiumkunsten bij elkaar zit. We kunnen dan de lessen en het secretariaat delen. We zouden elkaar heel erg kunnen versterken door samenwerking. […] We hebben concrete plannen hoe we het voor ons zien.’ ‘Vanuit onze beleving is het jammer dat er in Heiloo zoveel draagvlak en animo is voor met name de uitvoerende kunsten en zie je dit terug aan het grote diverse aanbod. Maar de stichtingen en kunstvormen weten elkaar niet te vinden in een constructieve samenwerking. De gemeente is daar mede debet aan. Ik ben ervan overtuigd dat het zowel voor de gemeente als voor de uitvoerende kunstvorm beter is een ‘Kunstlab Heiloo’ te starten waarbij de verenigingen een goede thuisbasis krijgen van de gemeente, waarvandaan zij allen een groter en breder aanbod kunnen brengen, een gezamenlijk bestuur zouden vormen, opslag, en decor, kostuum kunnen delen, en zo voor zichzelf meer inkomsten kunnen gaan genereren.’ ‘De gemeente zou meer oog kunnen hebben voor culturele activiteiten, bijvoorbeeld door het beschikbaar stellen van repetitieruimten.’ ‘Contacten met gemeente zijn stroef, alles duurt lang, men verwijst naar elkaar. Men weet soms ook niet bij wie welke taak hoort. Doordat het nu allemaal BUCH is, is het nog onduidelijker. Dus gebeurt er gewoon niets. Het plaatsen van een hek duurde twee jaar. Het is onduidelijk wie we moeten hebben voor problemen met afwatering, en als er iemand komt, lost die het probleem niet op.’ Aanbeveling 3: Investeer weer in kunst en cultuur in Heiloo

Erken en koester de waarde die maatschappelijke organisaties op het gebied van kunst, cultuur en natuur hebben voor Heiloo. De afgelopen zeven jaar is hard bezuinigd op deze organisaties. Te hard, blijkt nu: veel organisaties staat het water aan de lippen, en ruimte voor vernieuwing en ontwikkeling is er al jaren niet meer. Het subsidieniveau voor cultuur en kunst zou moeten worden hersteld naar het niveau van 2014, voor de bezuinigingen, in combinatie met betaalbare en geschikte locaties.

Aanbeveling 4: Geef subsidies voor meerdere jaren en subsidieer ook experimenten

Bovendien zou het de kunst en cultuurorganisaties in Heiloo erg helpen als de subsidies op een andere wijze worden verstrekt, waarbij meer duidelijkheid bestaat over het langetermijnsubsidiebeleid en waarbij ook meer ruimte is om te experimenteren met nieuwe initiatieven (ook van nieuwe partijen), met name op het kruisvlak tussen kunst/cultuur en welzijn.

Opmerkingen hierover van organisaties

‘Of we tevreden zijn met de ondersteuning die we vanuit de gemeente krijgen? ‘Nee, het is alle jaren hetzelfde antwoord van de gemeente: we zitten aan het subsidieplafond, en dat verandert dus nooit. Puur oneerlijk dus!!!!’ ‘We krijgen geen subsidie omdat we niet vernieuwend genoeg zijn.’ ‘Er is geen meerjarenplan vanuit de gemeente, ook financieel niet.’ ‘Verdeel de subsidie maar eens beter tussen sport en cultuur.’ ‘We zijn trots dat het ondanks de bezuinigingen van de afgelopen jaren gelukt is de dienstverlening voor de inwoners van Heiloo in stand te houden. Wat we vooral nodig hebben om een organisatie te kunnen zijn die kan meegroeien met de maatschappelijke ontwikkelingen is financiële ruimte voor innovatie en vooral voor scholing. […] De gemeente zou wat betreft de financiële ondersteuning meer rekening kunnen houden met de kostenstijgingen.’ Of de bezuinigingen van de afgelopen vijf jaar vanuit de gemeente voor ons gevolgen hebben gehad? ‘Vooral de sluiting van het Open Huis en daardoor de enorme prijsstijging voor huur van de repetitieruimte.’ ‘De grootste wens is om zekerheden te krijgen over de financiële bijdragen voor de komende jaren, zodat dit verwerkt kan worden in een meerjarenbeleid. De eenmalige subsidie i.v.m. de huisvestingskosten komt te vervallen. Er zou een basis moeten geborgd moeten zijn als dekking voor de huisvestingskosten voor de komende jaren.’ ‘Daar komt niemand met zijn subsidieverzoek meer tussen, want dit gaat al jaren naar dezelfde verenigingen en stichtingen in Heiloo.’ ‘We proberen de contributie zo laag mogelijk te houden. We hebben twee jaar geleden de contributie wel met 50% moeten verhogen van 120 naar 240 euro per jaar.’ ‘De subsidie is verdwenen. We zijn ervan overtuigd dat we wel een bijdrage leveren op een belangrijk terrein, de kennis over de natuur en tuinieren.’ ‘Op welke manier de gemeente ons zou kunnen helpen? ‘De huur van ons onderkomen verlagen. Subsidie toekennen.’ ‘Of we alle activiteiten kunnen organiseren die we zouden willen organiseren? ‘Dat lukt maar er is meer subsidie nodig. […] De subsidie is te veel gedaald.’ ‘We willen de contributie niet te hoog maken. Een beetje subsidie zal ons helpen. We hebben een professionele dirigent die naar opleiding betaald krijgt en dan een pianiste die ook een vergoeding ontvangt. Het aanschaffen van muziek is ook prijzig.’ ‘De gemeente kan helpen ‘door de subsidie te handhaven, waarmee we de contributie binnen de perken kunnen houden’.’ ‘De afgelopen jaren hebben we de toegangsprijzen en contributie moeten verhogen.’ ‘Onze ledenbijdrage is denk ik – buiten die van de muziekschool – de duurste bijdrage. Wij kunnen helaas niet anders door een terugtredend bezoekersaantal en te hoge huur en het teruglopen van onze vrijwilligers zodat we de juiste acquisitie niet op het niveau kunnen plegen zoals we dat enkele jaren daarvoor wel konden. […] De bezuinigingen van de afgelopen vijf jaar hebben ons minder geraakt omdat we de eerste zes jaar geheel niet werden ondersteund. Maar in het algemeen heeft het ons bij het uitvoeren van de voorstellingen wel geraakt door de oplopende kosten voor accommodatie.’ ‘Wat we van de bezuinigingen van de afgelopen vijf jaar hebben gemerkt? Onze spaarrekening is nihil.’ ‘Subsidie voor de huur is nodig voor het voortbestaan van onze vereniging, anders is binnen een paar jaar afgelopen.’ ‘Je moet ook investeren in nieuwe dingen. Daarvoor moet je ieder jaar x bedrag overhouden, voor projecten die ook mogen mislukken. Als je ieder jaar quitte speelt, gaat het niet lukken om nieuwe dingen te proberen. Dat zit niet in subsidieaanvraag.’ ‘Hoe we graag willen dat onze organisatie er over vijf jaar uitziet? Met commitment van de gemeente/provincie, met name in de financiële situatie.’

Noten

[1] In deze projectgroep zitten: Fred Beekhuis, Fred Benner, Wim Buwalda, Hugo den Hartog, Ko Hemminga, Ted Herkes, Harmke de Kruijk, Annemarieke Nierop, Erik Smits, Hein Spaans

[2] De ingevulde enquêtes en gespreksverslagen die de basis vormen voor dit onderzoek zijn op verzoek, en alleen vertrouwelijk, in te zien via Annemarieke Nierop: a.nierop@quicknet.nl.

Het bericht PvdA-onderzoek Kunst, cultuur en natuur in Heiloo verscheen eerst op PvdA Heiloo.

Drukbezochte PvdA thema-avond over geluidshinder Schiphol

PvdA PvdA Heiloo 15-12-2019 14:50

In een goed gevulde zaal in de bibliotheek van Heiloo is dinsdagavond 10 december druk gediscussieerd over de groeiende overlast door Schiphol. De avond werd geopend door Ko Hemminga – fractieleider van de PvdA Heiloo – die de avond had georganiseerd. Ko trapte af met een schets van de historische ontwikkeling van Schiphol en liet zien hoe na de ingebruikname van de Polderbaan in 2003 onze regio pal onder een belangrijke aanvliegroute naar Schiphol kwam te liggen.

De toename van het aantal vluchten en met name het aantal nachtvluchten – zo’n 32.000 per jaar – en de vaak lage aanvlieg-hoogten (circa 600 meter) maken dat de geluidsoverlast door vliegverkeer inmiddels tot recordhoogte stijgt. Ter indicatie: op de route van de parallelle Zwanenburgbaan wordt circa tweeënhalf keer hoger aangevlogen.

https://heiloo.pvda.nl/nieuws/drukbezochte-pvda-thema-avond-over-geluidshinder-schiphol/

Na Ko zijn inleiding gaf Jacobje Visser van GGD Hollands Noorden een inkijkje in de gezondheidsrisico’s die mensen lopen als nachtrust structureel wordt verstoord door geluidsoverlast. Alleen al in Heiloo wordt geschat dat het aantal mensen met ‘ernstige slaapverstoring’ als gevolg van vliegverkeer op circa 4100 inwoners ligt.

Uit GGD-onderzoek blijkt dat Heiloo hoog scoort met klachten over geluidsoverlast, net als onze buurgemeenten Bergen, Castricum en Uitgeest. In de zaal waren ook vertegenwoordigers van het Platform Vlieghinder Regio Castricum (www.vlieghinder.nl/paginas/page/over-ons), die duidelijk uitleg gaven hoe deze vereniging zich inzet om de hinder te verminderen.

Het was een levendige en leerrijke bijeenkomst die ongetwijfeld een vervolg gaat krijgen. De lokale en regionale politiek mag het niet langer laten afweten en moet opkomen voor het recht van inwoners op een onverstoorde nachtrust!

Het bericht Drukbezochte PvdA thema-avond over geluidshinder Schiphol verscheen eerst op PvdA Heiloo.

Plan van aanpak bestrijding overlast Schiphol

PvdA PvdA VVD CDA Heiloo 08-11-2019 10:05

De PvdA Heiloo vraagt regelmatig aandacht voor de toenemende geluidshinder van vliegverkeer. In de raadsvergadering van maandag 11 november deden we dat opnieuw, door een motie in te dienen waarin we het college van VVD-CDA-Heiloo2000 oproepen nu eindelijk eens werk te maken van de overlast door vliegverkeer boven Heiloo. Helaas is deze motie verworpen.

‘Succes op korte termijn is niet te verwachten’, antwoordde het college ons in april jl. al  (antwoord op artikel 33-vragen 24 april 2019). Dat vinden we een merkwaardig standpunt: er is geen enkele reden om de vlieghinder en vervuiling van vliegtuigen te moeten accepteren. Steeds meer burgers klagen over de overlast van vliegverkeer. Onzes inziens is het een urgent probleem dat vraagt om een daadwerkelijke oplossing.

Ernstige slaapverstoring door vliegtuigen

De Gezondheidsmonitor GGD Hollands Noorden meldt dat bijna 76% van de bewoners in Heiloo geluidshinder door vliegverkeer ondervindt en dat ruim 35% deze hinder als ernstig ervaart. De GGD schat dat voor circa 4100 burgers in Heiloo, dit leidt tot ernstige slaapverstoring.

Wat wij willen

Schiphol moet volgens ons aantoonbaar de huidige hinder (geluid en vervuiling) verminderen voor bewoners van Heiloo maar ook voor bewoners uit de gehele regio gemeenten.

Het gaat om aanzienlijke hinder op twee gebieden:

vermindering van CO2-/ (ultra) fijnstof-/ stikstof uitstoot; vermindering geluidshinder.

In de motie die we op 11 november indienen verzoeken we het college om uiterlijk voor het tweede kwartaal van 2020 met een (regionaal) plan van aanpak te komen voor de bestrijding van overlast door Schiphol.

Laag over Heiloo

Vliegtuigen komen vaak erg laag over Heiloo aanvliegen. Onbegrijpelijk laag als je bedenkt dat we hier 35 kilometer van Schiphol vandaan zitten. De minimale vlieghoogte boven Heiloo is 609 m, maar regelmatig wordt er lager gevlogen.

Dat leidt tot veel geluidsoverlast. bovendien heeft het zo laag aanvliegen boven het kwetsbare Natura 2000 gebied van het Noord-Hollands duinreservaat, extra milieubelasting tot gevolg.

Nu is het moment van actie

In de Luchtvaartnota 2020-2050 geeft de minister van Infra- structuur en Waterstaat aan na 2020 het aantal vluchten van en naar Schiphol te willen verhogen van 500.000 naar 540.000 per jaar. De bestuurlijke Agenda Vliegverkeer Schiphol 2019-2022 d.d. april 2019, is in juni door het CDA/VVD/Heiloo2000-college goedgekeurd. In de commissie en de raad is deze bestuurlijke agenda niet besproken. Op 10 september heeft het Ministerie van I&W de Notitie Reikwijdte en Detailniveau luchtruimherziening gepubliceerd als startpunt voor de inspraak plan Milieueffectrapportage. Nu deze besluitvorming voorligt met een impact voor vele jaren, is dit het momentum om voor Heiloo en de regio duidelijk te maken dat het vliegverkeer niet moet groeien maar juist moet krimpen!

Het bericht Plan van aanpak bestrijding overlast Schiphol verscheen eerst op PvdA Heiloo.

Onderzoek onder sportverenigingen in Heiloo – persbericht

PvdA PvdA VVD CDA Heiloo 06-10-2019 19:50

September 2019 zette de PvdA Heiloo een enquête uit onder de sportverenigingen van Heiloo. 53 verenigingen zijn aangeschreven, 32 verenigingen reageerden.

Resultaten onderzoek: regie vanuit de gemeente ontbreekt, sportverenigingen voelen zich niet gezien, ervaren willekeur in wie er subsidie of accommodaties krijgen en hun leden sporten vaak in slecht onderhouden en verouderde accommodaties.

De resultaten worden nog bestudeerd door de projectgroep Sport, cultuur, natuur en welzijn van de PvdA Heiloo. Omdat maandagavond 7 oktober de exploitatie van de binnensportaccommodaties in de gemeenteraad wordt besproken, komen we nu al met de eerste bevindingen uit dit onderzoek naar buiten.

Deze zijn namelijk relevant voor de beslissing die de gemeenteraad maandag neemt. Het voorstel van Heiloo2000, VVD en CDA is om de exploitatie van die binnensportaccommodaties uit te besteden aan een derde partij, die ook de sportaccommodaties in Castricum op zich zal nemen. Dit is vooral een maatregel die is gericht op het beheersen van de kosten.

Als dit voorstel maandag wordt aangenomen, betekent dat dus nog meer bezuinigen op sportvoorzieningen in Heiloo, zonder de verenigingen te raadplegen en zonder visie op wat de gemeente aan sportvoorzieningen in Heiloo wil hebben (en voor wie).

Resultaten onderzoek De meest opvallende bevinding uit ons onderzoek is dat een flink aantal sportverenigingen willekeur ervaart in de manier waarop de gemeente omgaat met subsidies en ondersteuning. De ene vereniging huist in een mooi gebouw en krijgt subsidie, de andere vereniging wacht al jaren op een noodzakelijke opknapbeurt, heeft geen geschikte accommodatie en/of ontvangt geen subsidie.

Verenigingen geven aan graag meer regie van de gemeente te zien, waarbij ze wensen dat de gemeente alle verenigingen betrekt. Veel verenigingen zeggen nu geen of nauwelijks contact met de gemeente te hebben, en hebben daar wel behoefte aan. Doordat subsidies de laatste jaren zijn gedaald, zijn bij veel verenigingen bovendien de contributies flink gestegen.

Binnenkort komen we met een uitgebreide analyse van de resultaten van de enquête, hieronder enkele citaten van respondenten: – ‘De ambtenaren zijn kundig, maar de wethouder houdt vernieuwing tegen.’ – ‘Er is geen ondersteuning van de gemeente. De gemeente Heiloo is slechts eigenaar van de sportvelden en verder alleen maar een partij waarvan wij in toenemende mate last hebben, omdat zichtbaar is dat men bij voortduring bezig is de kosten van sport te verlagen, zonder te willen nadenken over sportbeleid. Met overleg en samenwerking is geld te bespraken, maar de gemeente doet niets.’ – ‘Verenigingen kampen met problemen die schreeuwen om een visie van de gemeente als eigenaar van de sportvelden. Deze gemeente zit echter angstvallig op haar hand alleen maar te bezien hoe ze zo snel mogelijk de kosten voor sport naar beneden kan krijgen.’ – ‘Ik begrijp nog steeds niet waarom de sportverenigingen in Heiloo zo verschillend worden behandeld (lees gesubsidieerd en gefaciliteerd).’ – ‘Niemand komt er met zijn subsidieverstrekking meer tussen, want dit gaat al jaren naar dezelfde verenigingen en stichtingen in Heiloo.’ – ‘Stel in Heiloo een sport-coördinator aan met mandaat, in plaats van een sportraad die niet wordt gehoord.’ – ‘De gemeente moet met spoed regelen dat alle verenigingen aan tafel komen en de gemeente moet beleid gaan maken. Een tweede sporthal bijvoorbeeld past hier prima in. De gemeente moet nu al gaan bouwen aan het sportpark van de toekomst, gebaseerd op de wensen van de toekomst, zowel op ecologisch als op maatschappelijk vlak. Dus: de gemeente moet een actieve partner in sport worden in plaats van de zak geld die ze nu vormt.’ – ‘De gemeente moet de subsidie en de accommodatie verbeteren. Met de subsidie kunnen we o.a. materiaal verbeteren. En het zou fijn zijn als onze hoofdzaal goed nagekeken wordt op klimaatbeheersing. Het is te koud, te warm, te nat of er is droge lucht. Hierdoor gaan onze spullen eraan.’ – ‘Ik denk dat er alleen zaken kunnen veranderen als de gemeente alle verenigingen op gelijke wijze behandelt. Daar ligt een eerste prioriteit. – ‘We werken samen met een vereniging uit Heerhugowaard. Deze vereniging wordt actief financieel ondersteund vanuit die gemeente. Wij krijgen nul komma niks.’ – ‘Er is geen ondersteuning vanuit de gemeente meer. Alles draait om vrijwilligers’. – ‘We krijgen al jaren hetzelfde antwoord van de gemeente. “We zitten aan het subsidieplafond.” En dat verandert dus nooit. Puur oneerlijk dus!!!’ – ‘We zijn maar een heel simpele club. We hebben wel eens contact met de buurtsportcaoch, maar veel activiteiten zijn toch gericht op de grote verenigingen en jongere doelgroepen.’ – ‘Er zou meer nadruk moeten komen op gezond ouder worden. Ook Heiloo is aan het vergrijzen. Meer nadruk op gezond ouder worden is belangrijk, en de bewustwording daarover is mijns inziens mede een taak voor de gemeente.’ – ‘Ik weet van geen steun van de gemeente aan sportactiviteiten.’ – ‘De gemeente informeert nooit bij de verenigingen naar de situatie, noch verdiept de gemeente zich de maatschappelijke situatie en het verenigingsleven. Als er iets te vieren is, staat de gemeente vooraan, dan is steevast het antwoord: doe maar een voorstel. De gemeente realiseert zich niet dat zij door eigenaarschap van de meeste sportvelden, zich actief moet opstellen, met name omdat het van belang is dat sporten in de toekomst in de gemeente behouden blijven. Dit loopt momenteel een risico. Veel verenigingen dateren uit de tijd van de verzuiling, hetgeen ook geldt voor opstellen. Zonder actieve inbreng van de gemeente wordt sporten straks onbetaalbaar.’ – ‘De subsidie vanuit de gemeente is teruggeschroefd. Het gevolg is dat de contributies omhoog moesten.’ – ‘Doordat de subsidies omlaag zijn gegaan is de contributie gestegen. Een ander gevolg is dat er minder geld is voor extra dingen die het verenigingsleven leuk maken. Versobering is het sleutelwoord. Er is een risico dat een negatieve spiraal ontstaat.’ – ‘Onze accommodatie is niet ideaal, maar er is geen betere plek.’ – ‘De accommodatie waar wij zitten is verouderd met slechte service en bovendien erg duur.’ – De omheining van onze accommodatie is in slechte staat. De sloten op toegangspoorten zijn van abominabele kwaliteit.’ – ‘De zalen zijn vies en er is geen goede schoonmaak. De klimaatbeheersing is ronduit slecht.’ – ‘De accommodatie is verouderd. Kleedkamers zouden worden opgeknapt, maar dat is niet gebeurd. Er is te weinig zaalruimte.’ – ‘We zijn heel benieuwd of het resultaat van deze enquête zal leiden tot actie binnen de gemeente. Gemeente die dit actiever doen zijn er legio, kijk bijvoorbeeld naar Alkmaar.’ – ‘Een pro actievere opstelling van de gemeente naar de verenigingen is gewenst. Meer dan de buurtcoache in elk geval.’ – ‘We ervaren weinig interesse vanuit de gemeente en de politiek, terwijl we met meer dan 1000 leden wel van betekenis denken te zijn voor Heiloo.’

Het bericht Onderzoek onder sportverenigingen in Heiloo – persbericht verscheen eerst op PvdA Heiloo.

Een tekort van negen ton

PvdA PvdA Heiloo 24-06-2019 19:26

Bij de gemeenteraadsvergadering van 24 juni 2019 lagen de jaarstukken 2018 ter bespreking voor. Taaie kost. Maar zeker niet onbelangrijk. Hieronder de inbreng van PvdA-fractievoorzitter Ko Hemminga.

 

Voorzitter,

Heiloo: dit jaar een minnetje, komende jaren een plus. Dit was het bericht waarmee het College de cijfers vorig jaar, met trots, aan de pers presenteerde. Wanneer je nu de jaarcijfers bekijkt, is er een volstrekt ander beeld van de werkelijkheid.

Eind 2018 werd uitgegaan van een relatief klein tekort van € 61.000. In de goedgekeurde eindcijfers 2018 blijkt – binnen 5 maanden – het werkelijke tekort € 868.000 negatiever uit te komen.

Het komen tot de jaarrekening 2018, geeft de PvdA het beeld van het College in een de rollercoaster in de Efteling,  waar ‘met geknepen billen’ een steile baan naar beneden is afgelegd.

Bij het lezen van tussentijdse managementletter d.d. 8 januari van de accountant, moet de schrik,  er goed in hebben gezeten. Teleurstellend is het gebrek aan openheid vanuit het College hierover.

De auditcommissie, hét orgaan van de raad als het de gemeentelijke financiën gaat, is niet hierover geïnformeerd door de wethouder Dellemijn. De auditcommissie is zelfs de afgelopen periode twee keer komen te vervallen omdat er niets te bespreken was..

Vrijdag is de managementletter van 8 januari, op mijn verzoek donderdag in de auditcommissie, met de raad gedeeld. Schrijnend maakt het, dat inmiddels helder is, dat de portefeuillehouder in Castricum begin dit jaar deze stukken wel gedeeld heeft met de Raad.

Het lijkt erop dat in Heiloo belangrijke informatie, blijkbaar onder de pet wordt gehouden.

De algemene reserves zijn opgepimpt met het “vrijvallen” van de verliesvoorziening Boekelermeer. Maar moet in de praktijk nog wel bewezen dat dit ook daadwerkelijk wordt verdiend of dat de gemeente zich rijk rekent.

 

De onttrekking van 800.000 uit de reserve van de bibliotheek en de toevoeging 425.000 euro de geluidwal Oost in de algemene reserve,  is make-up waarbij ons inziens het College de problemen naar de toekomst verschuift, met alle gevolgen van dien.

 

Daarbij komt dat -ondanks de stevige aandrang van de accountant- , de strategische gronden voor zover nog niet in exploitatie genomen binnen Zandzoom,  nog steeds niet op daadwerkelijke waarde zijn getaxeerd en dit mogelijk tot een afwaardering gaat leiden.

Van het College daarom ook  graag de harde garantie dat dit uiterlijk voor Q4 is afgerond, en de uitkomst wel direct naar de raad gaat. Dit om inzicht in mogelijke afboeking te hebben.

Dit geldt over voor mogelijke tegenvallers in de twee grote projecten. De afslag A9 waar veel extra onzekerheid is door de PAS-wetgeving met betrekking tot extra de stikstofuitstoot en waarbij  het niet onmogelijk is dat het gehele project sneuvelt. Ook is er eventueel extra meerwerk spoorwegonderdoorgang Vennewatersweg, dat geheel voor risico van Heiloo wordt gerealiseerd.

De PvdA heeft grote moeite met de gemakzucht waarmee dit College reageert op een verlies van bijna 1 miljoen aan gemeenschapsgeld. De ‘getrapte verantwoordelijkheid’ naar de BUCH impliceert niet dat het DB met schone handen staat. Het is de taak om voor adequaat management te  zorgen.

Het college is naar de raad en burgers hiervoor primair verantwoordelijk. Vandaag, is het exact vier jaar geleden, dat door de raden van Bergen, Uitgeest, Castricum en Heiloo, met de tegenstem van de PvdA Heiloo, het besluit tot de ambtelijke werkorganisatie BUCH is genomen. Met inmiddels een extra investering van 4 miljoen aan ICT en een verbeterplan van 1,6 miljoen,  is het nog steeds niet op orde in de BUCH werkorganisatie.

Dat in de jaarcijfers, een dotatie dubieuze debiteuren is opgenomen, waar feitelijk staat, dat € 666.000, ergo bijna 70 % op een uitstaand debiteurensaldo van €968.000, dubieus is, geeft klip en klaar aan dat het financieel volstrekt niet op orde is.

De accountant geeft helder aan, dat de BUCH werkorganisatie niet in control is. Bij de risicobeheersing komt wanneer het verder mis gaat, dit opnieuw voor rekening van de BUCH gemeenten. Daarbij is ook  bijv. het verlofstuwmeer met een omvang van 2 miljoen euro,  een aanzienlijk risico omdat de uitbetaling in 2022 verjaard.

Hoe kijkt het College hierna en de toekomst ontwikkeling van de BUCH? Wordt er wel gehandeld naar hetgeen in de 2 aangenomen moties op 24 juni 2015, is vastgelegd?

Het voorstel om € 929.000 in mindering op de algemene reserve te brengen met een huidige leningenportefeuille van ca. € 53 miljoen, ziet de PvdA als potverteren.  (algemene reserve is eind 2018 € 10,6 miljoen) De vraag is in hoeverre, ook gezien de risico’s bijv.  in de grote projecten, dit verantwoord is.

 

 

Het bericht Een tekort van negen ton verscheen eerst op PvdA Heiloo.

PvdA, GL, SP en Progressief trekken samen op tegen aanbesteding in de jeugdzorg

PvdA PvdA GroenLinks Heiloo 04-06-2019 15:30

PvdA, GroenLinks, SP en de Progressieven van Heiloo, Alkmaar, Bergen, Castricum, Den Helder, Drechterland, Enkhuizen, Heerhugowaard, Hollands Kroon, Hoorn, Koggenland, Langedijk, Medemblik, Opmeer, Schagen, Stedebroec, Texel en Uitgeest trekken gezamenlijk op voor een betere specialistische jeugdzorg in onze regio.

We hebben gezamenlijk een discussienota gemaakt (hieronder) die we van juli tot en met september zullen bespreken in onze 18 gemeenteraden.

Waarom deze 18 gemeenten? Omdat deze Noord-Hollandse gemeenten gezamenlijk de jeugdzorg plus bovenregionaal hebben aanbesteed. Tot op heden zijn de gemeenteraden niet betrokken geweest in de discussie hierover. Ze zijn enkel op de hoogte gesteld van de uitkomst van de aanbesteding en de consequenties voor de zorgaanbieders. De progressieve partijen van de 18 Noord-Hollandse gemeenten luiden nu de noodklok.

Met deze nota willen we een open debat met hun collega-raadsleden op gang brengen. We zijn van mening dat de gemeenteraden veel meer betrokken moeten worden omdat het over ‘onze kinderen’ gaat, en omdat er nu heel veel niet goed gaat in de specialistische jeugdzorg. Daar zijn de gemeenten verantwoordelijk voor.

We willen met deze discussienota bereiken dat onze 18 gemeenteraden:

zich uitspreken over de randvoorwaarden voor goede (gesloten) jeugdzorg; kaders stellen voor de samenwerkingsrelatie die wordt aangegaan met de zorgaanbieder alsook; alsook de wijze van financieren. Discussienota Jeugdzorg Plus

Goede Jeugdzorgplus voor onze kinderen Bouwen aan een stabiel netwerk rondom kinderen die gespecialiseerde Jeugdzorg nodig hebben 

Stellers: fracties van PvdA, GroenLinks, SP en Progressieven in Noord-Holland Noord Doel: het formuleren van gezamenlijke kaders voor de financiering van Jeugdzorgplus in Noord-Holland Noord

Inleiding 

De zorg voor jeugd en jongeren is sinds de decentralisaties een integrale verantwoordelijkheid voor gemeenten. Met verreweg de meeste kinderen (en jongeren) gaat het gelukkig goed. Met sommige, al dan niet tijdelijk, wat minder. Zij doen een beroep op (ambulante) jeugdzorg. Met een deel van deze kinderen gaat het nog minder goed. Voor hen is er specialistische jeugdhulp, onder andere in de vorm van jeugdzorgplus, een vorm van gesloten jeugdhulp.

We bevinden ons momenteel in een nieuwe fase van de decentralisaties. Na de transitie, de overgang van de zorg van het Rijk en de provincie naar de gemeenten, zitten we nu in een fase van transformatie. In iedere regio is hiervoor een transformatieplan opgesteld, waarin de regiogemeenten hun ambities ten aanzien van de jeugdzorg geformuleerd hebben.2 De jeugdzorgplus heeft hierin een bijzondere plaats, omdat deze bovenregionaal aanbesteed wordt. Jeugdzorgplus is zeer specialistische zorg die, gelukkig, maar zo weinig ingezet hoeft te worden dat een betaalbare voorziening alleen te realiseren is als deze een groot aantal gemeenten bedient. Daarom is momenteel ook expliciet gekozen voor een model met één aanbieder van jeugdzorgplus voor alle 18 gemeenten in Noord-Holland Noord.

Tegelijkertijd maakt die bovenregionale samenwerking het ook lastig met elkaar het gesprek aan te gaan over de toekomst van de jeugdzorgplus. De opstellers van dit discussiestuk zijn van mening dat er iets moet veranderen aan de jeugdzorgplus. Niet aan de inhoud van behandelingen, dat laten we graag en met alle vertrouwen over aan de professionals, maar aan de manier waarop de gezamenlijke gemeenten deze zorg organiseren. In dit stuk zetten we uiteen waarom we dat vinden en wat we vinden dat er anders zou moeten.

Iedereen wil de beste zorg voor deze kwetsbare kinderen. De ouders, hulpverleners, gemeenteraadsleden, wethouders, de Tweede Kamer en de minister. Die gedeelde ambitie is ons gezamenlijk vertrekpunt en ook de reden dat we dit, in 18 gemeenten tegelijkertijd, agenderen. Wij denken dat een discussie kan leiden tot een betere gezamenlijke bovenregionale visie op de randvoorwaarden voor die goede zorg. Laten we de tijd nemen om hier serieus met elkaar over in gesprek te gaan.

Wat is jeugdzorgplus? 

De term JeugdzorgPlus wordt gebruikt voor gesloten jeugdhulp. Opname en verblijf van jeugdigen in gesloten accommodaties is geregeld in de Jeugdwet. Het gaat om een zeer intensieve vorm van residentiële jeugdzorg. Het betreft een 24-uurs opname op een gesloten behandelgroep waarbij, indien nodig, aanvullende vrijheid beperkende maatregelen kunnen worden ingezet. De doelgroep van JeugdzorgPlus bestaat uit jongeren met ernstige gedragsproblemen, vaak in combinatie met een psychiatrische stoornis, een verstandelijke beperking en/of verslavingsproblematiek. In een aantal gevallen gaat het ook om jongeren die (tegen zichzelf) in bescherming genomen moeten worden, bijvoorbeeld in geval van loverboy problematiek. Een van de wettelijke voorwaarden voor een machtiging gesloten jeugdhulp is dat de jeugdige zich onttrekt aan de noodzakelijke hulp of behandeling.

Er maken (gelukkig) maar relatief weinig jongeren gebruik van jeugdzorgplus. In het Zorggebied Noord-West (de provincies Noord-Holland en Utrecht) zijn er jaarlijks 400 die door de rechter in een jeugdzorgplus-instelling geplaatst worden.4 Omdat jongeren daar niet het hele jaar zitten, is er in de regio Noord-Holland-Noord totaal een capaciteit van ca. 50 plaatsen nodig voor jeugdzorgplus.

Waarom moet de gemeenteraad zich hierover uitspreken? 

Een van de gedachten achter de decentralisaties in het sociale domein was dat gemeenten, vanuit hun kennis van de specifieke lokale situatie, zelf integraal verantwoordelijk zouden worden voor de zorg voor minderjarigen. De combinatie van integrale verantwoordelijkheid en de wens voor meer maatwerk, maakte de gemeente de aangewezen bestuurslaag om de jeugdzorg bij te beleggen.5

Tegelijkertijd wordt in verschillende onderzoeken geconstateerd dat de gemeenteraden te weinig betrokken zijn (geweest) bij, bijvoorbeeld, het vaststellen van de doelen van de transformatie van de jeugdzorg.6 Als een van de oorzaken hiervoor wordt de complexiteit van bovenregionale samenwerking genoemd.7 Daarnaast spelen landelijke regelgeving en tijdsdruk een rol.

De opstellers van dit discussiestuk zijn van mening dat dit geen wenselijke situatie is. Jeugdzorgplus gaat over ‘onze’ kinderen, waar de gemeente verantwoordelijk voor is. Daarnaast hebben we het afgelopen najaar gezien dat veranderingen in de jeugdzorgplus tot maatschappelijke onrust kunnen leiden. Daarom vinden wij dat we ons er over uit moeten spreken. Vier uitgangspunten moeten volgens ons hierbij vooropstaan.

Vier uitgangspunten 

1. Het kind staat voorop 

Het belang van het kind moet altijd voorop staan. Discussies over geld, randvoorwaarden, inkoopprocedures of wisselingen van aanbieder mogen nooit ten koste gaan van deze kwetsbare kinderen. Bovendien is het in het belang van jeugdigen om, voor zover mogelijk, binnen de regio de juiste hulp te krijgen en zo min mogelijk naar andere regio’s – of zelfs provincies – te worden overgeplaatst.

2. Samenwerken aan innovatie 

Dat er iets moet veranderen in de Jeugdzorgplus, daar is iedereen het over eens. De transformatieagenda 2018-2020 van de regio Alkmaar stelt bijvoorbeeld als ambitie: “We willen het verblijf beperken van kinderen in traditionele verblijfsinstellingen door de ambulante jeugdhulp dichterbij en meer integraal aan te bieden, alternatieve woon- en verblijfsvormen te creëren en meer ruimte te scheppen voor jeugdhulp in gezinsvormen. Hiermee komt hopelijk ook een einde aan het ‘doorschuiven’ van kinderen van instelling naar instelling omdat iedere aanbieders uitsluitend binnen het eigen specialisme behandelt.”

Om die gewenste innovatie van de grond te krijgen, moeten echter twee valkuilen vermeden worden. Enerzijds moet voorkomen worden dat de organisatorische belangen van jeugdzorgaanbieders de boventoon gaan voeren. Anderszijds moet voorkomen worden dat gemeentelijk ‘wensdenken’ leidt tot veranderambities die niet te realiseren zijn. Om deze balans te bewaken, is het van belang dat de gemeenten en de zorgaanbieder continu met elkaar in gesprek blijven. Niet eenmalig bij het vaststellen van een aanbesteding of het goedkeuren van een subsidieaanvraag, maar ook tijdens de looptijd.

Samenwerking betekent niet alleen samenwerking tussen gemeenten en zorgaanbieder, maar ook samenwerking tussen jeugdzorgaanbieders (en andere partijen) onderling. De complexe zorg die jongeren in een jeugdzorgplus-instelling nodig hebben, vraagt vaak ook expertise van anderen. Van psychiaters, van specialisten op het gebied van loverboy-problematiek, van gedragsdeskundigen of verslavingszorg. Bovendien hebben jongeren scholing nodig, ook tijdens hun plaatsing. En wellicht een appartement met begeleid wonen, of andere vormen van ambulante zorg als ze er weer uit komen. Uit landelijk onderzoek blijkt dat minimaal 10-20% van de jongeren langer in de jeugdzorgplus zit vanwege het ontbreken van goede vervolghulp.9 Een jeugdzorgplus-behandeling is daarmee automatisch een deel van een veel uitgebreidere keten, verzorgd door een netwerk van zorgaanbieders.

Wat ons betreft zou juist dat netwerk versterkt moeten worden. Aanbieders van verschillende vormen van zorg, van onderwijs, van (jongeren)huisvesting, moeten elkaar goed kunnen vinden en samen kunnen kijken hoe het specifieke belang van ieder specifiek kind het beste gediend is. Deze ketenverantwoordelijkheid moet goed geregeld zijn, waarbij de rol van de gemeente als regievoerder essentieel is.

Focus op langdurige relaties 

In de Jeugdzorgplus is het onderhouden van langdurige relaties van niet te onderschatten belang. Organisaties, maar ook personeel van een organisatie, moeten de zekerheid hebben dat de gemeentelijke financiering niet van de ene op de andere dag opdroogt. Investeringen in personeel, in vernieuwende behandelingen, in onderzoek, in opleidingsplaatsen en in huisvesting moeten de kans krijgen zichzelf te bewijzen en terug te betalen.

Tegelijk moeten langdurige financiële relaties niet leiden tot een vanzelfsprekendheid en een ‘achteroverleunen’ van jeugdzorgaanbieders. We verstrekken geen ‘blanco cheque’ aan een zorginstelling, maar stellen duidelijke voorwaarden, die ook bijgesteld kunnen worden. Voor de huidige aanbesteding zijn die voorwaarden opgesteld in samenspraak met zorgaanbieders. Uitgaande van het idee dat goede jeugdzorgplus een gezamenlijke verantwoordelijkheid is, lijkt dit ons een goed idee. Wat ons betreft gaan de voorwaarden echter in ieder geval over de volgende zaken:

de wil tot innovatie en ‘willen leren’ van andere jeugdzorgaanbieders, zowel lokaal als landelijk; een integrale aanpak, inclusief een realistisch plan voor samenwerking met andere partijen; een goed personeelsbeleid, met ruimte voor nascholing en continue ontwikkeling; marktconforme salarissen voor de medewerkers. De inkomens van de medewerkers mogen niet onder druk komen te staan door te lage tarieven. een kritische houding m.b.t. kosten voor overhead en management; salariëring voor de top van de organisatie in overstemming met de Wet Normering Topinkomens; verantwoording op kwaliteit (zie volgende uitgangspunt). Verantwoording op kwaliteit 

Bij de zorg voor de kwetsbare kinderen die in een jeugdzorgplusinstelling behandeld worden, staat de kwaliteit van hun behandeling voorop. Die kwaliteit zou dan ook leidend moeten zijn in de verantwoording die de jeugdzorgplusaanbieder aflegt aan de gemeente. Visitatie audits, klanttevredenheidsonderzoeken, medewerkerstevredenheidsonderzoeken, de hoogte van investeringen in personeel en innovatie, leefklimaat- en werkklimaat-indicatoren zijn wat ons betreft goede instrumenten om deze kwaliteit te toetsen en hier verantwoording over af te leggen. Deze inhoudelijke verantwoording kan gepaard gaan met een veel lichtere financiële verantwoording. Het is immers het resultaat dat telt, niet hoeveel uren er aan wat voor soort behandeling door welk niveau behandelaar gespendeerd zijn. Deze keuzes laten we over aan de instelling zelf. In het vertrouwen dat de instelling weet wat het beste is voor een jongere. Deze beweging sluit aan bij de ambitie te willen ‘sturen op resultaten’, zoals verwoord in het Transformatieplan Jeugdzorg 2018-2020 en vermindert de administratieve lasten van de aanbieder.

Wel of niet aanbesteden? 

De discussie over Jeugdzorgplus lijkt zich soms toe te spitsen op de vraag of deze via aanbesteding ingekocht moet worden. Landelijk wordt ca. 33% van de jeugdhulp in het gedwongen kader ingekocht via aanbesteding.11 Voordelen van aanbesteden zijn dat de gemeente(n) vooraf sturing kunnen uitoefenen, door in de aanbestedingsvoorwaarden een richting op te nemen die de winnende aanbieder op zou moeten gaan. In het kader van de ‘transformatie’ van de gesloten jeugdzorg is hier in 2018 dan ook nadrukkelijk voor gekozen. Als we kiezen voor aanbesteding, moeten gemeenteraden wel meer worden meegenomen in de besluitvorming over de voorwaarden en kaders.

Tegenstanders van aanbesteden wijzen op de risico’s van discontinuïteit bij het veranderen van jeugdzorgplusaanbieder en op de hogere administratieve lasten die aanbestedingen met zich meebrengen.12 Weliswaar blijven jongeren die in behandeling zijn bij dezelfde zorgaanbieder, maar het hele netwerk om de jeugdzorgplus heen moet bij elke verandering van aanbieder opnieuw afspraken maken met een nieuwe partij. In de landelijke tussenevaluatie van de Jeugdwet wordt dan ook gesteld dat het systeem van aanbesteden zich slecht verhoudt tot doelstellingen als: samen met jeugdhulpaanbieders innoveren/transformeren. De systematiek van aanbesteden vereist een zakelijke opdrachtgever/nemer verhouding en is minder gericht op het samen bereiken van inhoudelijke doelen.

Als er voor aanbesteding wordt gekozen wordt de relatie om elkaar te vertrouwen als partners op het spel gezet. De instelling wil overleven, de gemeenten focussen op meetbaarheid en budget. Partnerschap vereist voor de instelling de zekerheid van een bestendige financiering voor meerdere jaren. Bestaanszekerheid van de werkgever is voor personeel essentieel om in de sector te willen werken. Een werkgever zal willen investeren in de kwaliteit van het personeel, maar zal dit risicovol vinden bij een kortdurende aanbesteding. Samen borg staan voor de zorg, door gemeenten en uitvoeringsinstelling, past niet in een model waarbij aanbesteding centraal staat. Iedere partij heeft dan immers een ander belang.

De meest voorkomende alternatieven voor aanbesteding zijn subsidiering (18% van de inkoop gedwongen kader) en ‘Open House’ aanbesteding (49%). Een Open House-constructie houdt in dat de gemeente criteria opstelt waar zorgaanbieders aan moeten voldoen, en dat zij vervolgens iedere zorgaanbieder contracteert die kan voldoen aan deze criteria en die deze vorm van zorg wil leveren. Vanwege het beperkte aantal plaatsingen en de vereiste multidisciplinaire aanpak in de jeugdzorgplus is open house feitelijk geen geschikt inkoopmodel voor de jeugdzorgplus. Het loont voor een aanbieder niet om een volledige jeugdzorgplus-instelling op te tuigen voor slechts enkele jongeren. Om deze reden is tien jaar geleden dan ook besloten alle jeugdzorgplus in onze regio’s samen onder te brengen bij Transferium.

Subsidie is een bijdrage van de overheid of een niet-commerciële organisatie ten behoeve van het starten van een activiteit waarvan het economische belang niet direct voor de hand ligt. Aan subsidies zijn randvoorwaarden verbonden. Subsidiëren biedt duidelijkheid en stabiliteit. Het ontwikkelen van innovatiekracht is een meerjarig proces op basis van wederzijds commitment en financiële zekerheid. Veel wijk- en gebied-gebonden teams in Nederland worden via subsidie bekostigd. Ook voor Jeugdbescherming en Jeugdreclassering, twee andere vormen van specialistische jeugdhulp, adviseert de VNG deze te financieren via een subsidie met randvoorwaarden.

Natuurlijk kunnen we ook denken aan een meer duurzame samenwerkingsrelatie. Zoals we die ook hebben met de GGD, de Veiligheidsregio, de SW/WSW bedrijven en de omgevingsdiensten. Dit zijn gemeenschappelijke regelingen van de gemeenten. Via deze regelingen zijn gemeenten in staat om met elkaar af te spreken welke producten/diensten zij willen afnemen (productencatalogus), wordt per gemeente/regio afgestemd wat de dienstverleningsovereenkomsten zijn, worden begrotingen en jaarverslagen vastgesteld en vindt regelmatig overleg plaats via ofwel een aandeelhoudersvergadering of een bestuursvergadering. Jaarlijks betalen gemeenten een lumpsum bedrag, corresponderend met het aantal geprognotiseerde jongeren die deze zorg nodig hebben. Dit model vereist dat je bereid bent om een aantal jaren met elkaar samen te werken. Dit kan via een nieuw te vormen gemeenschappelijke regeling of aansluiting (bijvoorbeeld middels een dienstverleningsovereenkomst) bij een al bestaande dienst.

Conclusie en vragen aan de commissies 

Als we vanuit de hierboven geformuleerde uitgangspunten naar de discussie over inkoop/subsidiering van de jeugdzorgplus kijken, maken we ons grote zorgen. Bij de vorige aanbesteding is Horizon verkozen als nieuwe aanbieder van Jeugdzorgplus in onze regio’s, op basis van hun innovatieve ‘Jouwzorg’ aanpak. In de eerste maanden hebben de colleges en Horizon samen de aanloopproblemen met de betrokken gemeenteraden gedeeld. Door de uitdagingen van het tijdig gereed maken van een geschikt en veilig pand en het organiseren van onderwijs was ondersteuning van Transferium in de vorm van onderaannemerschap noodzakelijk.

Bij de presentatie van Horizon, in februari 2019, aangaande JeugdzorgPlus voor Noord-Holland-Noord 2018-2020 met als inhoud visie, vraagstelling, aanbod, uitdagingen en mogelijkheden werd de beperking van een aanbesteding van een periode van twee jaar duidelijk. Het opbouwen van een goed netwerk van (ambulante) jeugdzorgaanbieders en het daadwerkelijk doorvoeren van innovaties in de jeugdzorgplus zijn beide zaken die een lange(re) adem vereisen.

Het zorglandschap NHN zal de nieuwe aanbieder Horizon willen leren kennen, doorgaans duurt dat twee jaar. Ook de werving en selectie van personeel vraagt veel in verband met de nieuwe werkwijze, dit vraagt om een transformatie/scholing. Horizon komt daarmee in een periode van twee jaar mogelijk niet toe aan het ontwikkelen van kleinschalig hoogspecialisme in de regio. Dit ligt niet aan de organisatie of aan de kwaliteit van hun voorstel, maar laat wel duidelijk de nadelen zien van aanbesteden voor een zo korte periode (2019-2020, met mogelijkheid van 2 keer een jaar verlenging). Dit roept bij de fracties van PvdA, GroenLinks, SP en Progressieven in Noord-Holland Noord de volgende vragen op, die we graag in de commissies van alle 18 gemeenten zouden willen bespreken:

Als we kiezen voor aanbesteding, zou dit dan niet voor een langere periode dan 2-4 jaar moeten zijn? En hierop aansluitend, betekent dit dan ook dat het contract met Horizon in ieder geval met twee keer een jaar verlengd moet worden? Is aanbesteding wel de juiste financieringsvorm voor specialistische jeugdzorg? Hoe geven we vorm aan een duurzame samenwerkingsrelatie waarbij innovatie en verbeteringen mogelijk zijn zonder van aanbieder te wisselen?

Wij zouden graag een financieringsmodel zien waarbij de betrokken gemeenten aan de knoppen kunnen draaien als ze iets wil veranderen, in plaats van over te stappen naar een andere aanbieder. Hoe dit model er precies uit moet zien en welke knoppen we precies moeten hebben, weten we op dit moment nog niet. Maar wij vinden wel dat het onze taak als gemeenteraden is hier over na te denken en met elkaar, én met zorgaanbieders en experts op dit gebied, tijdig kaders te stellen die recht doen aan het idee dat we de uitdagingen in de specialistische jeugdhulp gezamenlijk (met gemeenten én zorgaanbieder(s)) oppakken en die zorgen voor zo min mogelijk administratieve lasten bij zowel gemeenten als zorgaanbieders.

Het bericht PvdA, GL, SP en Progressief trekken samen op tegen aanbesteding in de jeugdzorg verscheen eerst op PvdA Heiloo.

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.