Poliflw

De gemeente moet met de verenigingen, sportclubs en buurtsportcoaches afspraken maken over de manier waarop vorm gegeven wordt aan het besluit van de regering om kinderen en jeugd meer ruimte te geven. De SP vraagt het College van B&W hoe ze dat gaat regelen en hoe de handhaving op de regels gaat plaats vinden (zie bijlage).

De regering heeft op 20 april bekend gemaakt dat jonge kinderen vanaf 11 mei weer naar school mogen en tot en met twaalf jaar mag er weer in teamverband gesport worden, onder begeleiding. Ook jongeren van dertien tot en met achttien jaar mogen sporten, maar zij moeten wel een afstand van anderhalve meter tot elkaar houden. Het sporten gebeurt in de buitenlucht, ook bij verenigingen. Dus sporthallen, zwembaden en fitnesscentra moeten vooralsnog de deuren gesloten houden. Wat ook dicht blijft, zijn de kleedkamers. Omkleden en douchen dient thuis te gebeuren. Bovendien mogen ouders niet langs de lijn staan.

Het is van groot belang dat de verruiming van de regels goed verloopt, zodat Nederland niet opnieuw geconfronteerd wordt met een piek, met als gevolg weer een extra belasting voor de zorgsector. Alle reden voor de SP om het college te vragen naar haar aanpak op dit punt.

Bijlage: 

De brief van de SP aan B&W inzake de verzoepeling van de maatregelen

Op 12 november 2019 vond de jaarlijkse bespreking plaats van de begroting van het college van B&W van Horst aan de Maas voor het jaar 2020. Een belangrijk item bij die bespreking betrof de kosten van de Jeugdzorg en dan met name de tekorten. Het college wil daarom bezuinigen op die kosten. De SP vindt dat niet zo logisch.

Bart Cox, fractievoorzitter van de SP in de gemeenteraad: “Het is onlogisch om op de begrotingspost waar de grootste tekorten geconstateerd worden, het meeste geld te bezuinigen”. Volgens de SP’er moet het “sociaal domein”, waar Jeugdzorg onderdeel van uitmaakt, anders en slimmer georganiseerd worden. En de focus moet daarbij gericht blijven op de meest kwetsbare groepen. Zaak is om vooral de marktwerking in de zorg aan te pakken. Daarbij wijst Cox als voorbeeld op de gang van zaken bij het vaststellen van dyslexie. Sinds diagnostisering bij commerciële partijen is ondergebracht lijkt die diagnose gemakkelijk afgegeven te worden. De SP heeft daar al eerder op gewezen (lees hier hier meer info).

De marktwerking kost de gemeente op deze manier jaarlijks veel geld dat opgehoest moet worden uit het budget voor Jeugdzorg. Wethouder Kuijpers (D66/GroenLinks) reageerde met de opmerking dat de oplossingsrichting van de SP – aan de hand van het voorbeeld inzake dyslexie – al meegenomen was in de begroting. Hij vond het verder juist wél logisch om op de plek waar de grootste tekorten zijn het meest te bezuinigen. Kuijpers zegt er met de bezuinigingen voor te zorgen dat alles beter en effectiever ingericht wordt. Volgens hem wordt er aan de kwaliteit van de zorg niet getornd.

In het algemeen – zo verwoordde Cox het standpunt van de SP – moet je de zorg aan zorgprofessionals overlaten. Dat is ook verstandiger en goedkoper! Nu gaat de gemeente – in de plannen van het college – huisartsen controleren om dure specialistische jeugdzorg te vermijden. Een slechte zaak en ook nog eens kostbaar, volgens de SP. Huisartsen zijn voldoende opgeleid en kunnen zelf doorverwijzen. Daar hebben zij geen hulp van de gemeente bij nodig.

Op 12 november 2019 vond de jaarlijkse bespreking plaats van de begroting voor het jaar 2020. De SP hield die begroting kritisch onder de loep en ging in op de plannen voor allerlei prestigeprojecten. Daarnaast deed de SP voorstellen voor verlaging van het aantal wethouders, betere oplossingen voor de kosten van de jeugdzorg en eerlijkere heffing van de gemeentebelasting.

Wat betreft de prestigeobjecten merkt de SP op dat het college erg ambitieus is qua plannen die gepresenteerd worden, zeker als je naar de huidige krappe financiële situatie van de gemeente kijkt. Er worden enkele investeringen uitgesteld maar geen rigoureuze keuzes gemaakt. Dit betekent “opschuiven naar de toekomst zodat we er nu geen last van hebben”. De SP had liever gezien dat er gekeken wordt naar de haalbaarheid.

De investeringen in het Gasthoês en een nieuw zwembad in Afslag 10 zijn niet uit te leggen aan de burgers. Het nieuwe dak van ’t Gasthoês kost 6 ton. Hoe kan het dat B&W zoiets niet aan zien komen? De verplaatsing van het zwembad naar Afslag 10 is aanvechtbaar, zeker als B&W alleen kan zeggen dat die verplaatsing nou eenmaal afgesproken is in het collegeprogramma. De uitgaven lijken eenmalig, maar door kostenoverschrijdingen, exploitaties en subsidies blijven dit twee gigantische kostenposten die de komende jaren op de begroting blijven drukken. Het zou dan ook logisch zijn in deze situatie om het zwembad en sporthal de Berkel te handhaven op de huidige locatie. Voor wat het Gasthoês betreft, pleit de SP voor een soberdere uitvoering, zodat de kosten niet buitenproportioneel blijven stijgen. Volgens B&W zou het college al versoberingsmaatregelen hebben toegepast. Maar de verplaatsing van zwembad en sporthal blijven op de agenda staan.

Bart Cox, fractievoorzitter van de SP in de gemeenteraad: "Volgens de SP is er veel geld te besparen dat gebruikt kan worden ten gunste van uitgaven voor jeugdzorg en het laag houden van de belastingen".

Tijdens de gemeenteraadsvergadering van 2 juli 2019 zijn de kadernota en de eerste bijstelling van de begroting besproken. Dit is het moment om kaders mee te geven voor de begroting van 2020 en te controleren of het gevoerde beleid van het afgelopen jaar geslaagd is. De SP is erg kritisch op het gevoerde beleid van het huidige college.

We zien dat de druk op het sociaal domein toeneemt, niet alleen bij jeugdzorg maar over de gehele breedte. Uiteindelijk komt het huidige tekort in het sociaal domein uit op een miljoen euro. Volgens de SP betekent dit dat er keuzes gemaakt moeten worden. Wat heeft prioriteit en wat kan wachten of kan helemaal van tafel?

Het is niet uit te leggen dat we momenteel een tekort hebben van een miljoen euro op de Jeugdzorg en er toch gekozen wordt voor het bouwen van een nieuw zwembad en de verbouw van het Gasthoês met jarenlange subsidieverstrekking. Een absoluut onwenselijke ontwikkeling.

Alle partijen hebben al vaker aangegeven dat er niemand tussen wal en schip mag vallen als het om zorgverlening gaat dus het komende jaar is het moment om de daad bij het woord te voegen. Eén ding is voor de SP helder: iedereen die zorg nodig heeft, moet deze ook krijgen en daar is veel geld voor nodig. Als dit voor grotere tekorten zorgt dan moeten we keuzes maken en staat goede zorg voor onze inwoners op de eerste plaats.

In 2015 is de Jeugdzorg gedecentraliseerd naar de gemeenten tegelijkertijd met bezuinigingen. In juni 2014 stelde de SP al dat de gemeente in beroep moest gaan tegen die bezuiniging van jaarlijks 100.000 euro. Inmiddels blijkt dat de tekorten groot zijn. Zaak dus om de Jeugdzorg in Horst aan de Maas tóch zodanig te organiseren dat de kwetsbare kinderen de hulp krijgen die ze nodig hebben. Hoe? Daarover ging een onderzoek van de rekenkamercommissie dat in de raadsvergadering van 16 april jl. besproken werd.

De SP constateert - bij monde van SP-raadslid Aniet Fonteyne - naar aanleiding van het rapport dat aan de uitvoering van de Jeugdzorg nog wel het een en ander schort en heeft gewezen op het ontbreken van grip van de gemeenteraad op het beleid.  Beleidsdoelen zijn te vaag geformuleerd en het ontbreekt aan bijbehorende concrete plannen.                                 

Hoewel ook B&W de conclusies van de rekenkamercommissie ondersteunt, heeft ze verzuimd met concrete plannen aan te geven hoe de bevindingen van de rekenkamercommissie in beleid zijn te vertalen. De SP constateert dat de hogere aantallen en toename van jongeren met jeugdbescherming en/of jeugdreclassering een aanwijzing kan zijn dat de samenwerking met bijvoorbeeld huisartsen niet optimaal is, waardoor problemen niet vroegtijdig worden gesignaleerd en opgepakt.

Voor de SP is het rapport reden B&W op te roepen snel te komen met een concreet plan van aanpak met betrekking tot genoemde bevindingen en aanbevelingen. Daarin moet tot uitdrukking komen hoe het college waarborgt dat goede zorg gerealiseerd wordt. Het gaat daarbij onder andere om de inzet van praktijkondersteuners jeugd-GGZ en het belang van verbinding van de gebiedsteams met het voorliggende veld, onder andere het onderwijs, om aan de hand van signalen en trends te voorkomen dat uitgaven verder dreigen op te lopen. Tenslotte moeten doelen scherper geformuleerd worden waaraan meetbare indicatoren verbonden worden.

Er werd een oproep gedaan door de raad aan het college om zo spoedig mogelijk te komen met concrete plannen. Daarbij kan het helpen dat de signalen, die niet alleen vanuit Horst aan de Maas komen, er toe leiden dat Minister De Jonge (CDA) meer geld gaat vrijmaken voor de Jeugdzorg in de gemeenten.