Nieuws van politieke partijen over CDA inzichtelijk

7 documenten

Geen extra krediet verbouwing Stadhuis [update]

CDA CDA D66 VVD PvdA Leiden 22-09-2019 16:24

Het CDA Leiden zal niet in instemmen met het verzoek om extra krediet voor de verbouwing van het Leidse Stadhuis. Dat liet CDA fractievoorzitter Joost Bleijie weten tijdens de Raadscommissie Werk & Middelen waar het verzoek van het college van B&W om extra krediet op de agenda stond. “We hebben met elkaar een bedrag afgesproken dat de verbouwing mag kosten. Het CDA heeft daarmee ingestemd. Bij de totstandkoming van de raming van de kosten een jaar geleden is niet over een nacht ijs gegaan. Dan is het heel raar dat een jaar na de raming opeens tonnen meer nodig zijn voor de verbouwing van het stadhuis omdat geen enkele aannemer zegt het voor het vastgestelde bedrag kan doen. Dan gaat er ergens in de raming iets mis.” Stijgende bouwkosten wordt als een van de hoofdredenen genoemd waardoor er een tekort is ontstaan. Bleijie vindt dat vreemd. “Stijgende bouwkosten vanwege een aantrekkende bouwmarkt is niet iets van gisteren. Dat weten we al jaren. Niet voor niets heeft het CDA meerdere malen gewaarschuwd dat het college bij het doorrekenen van allerlei ambities zoals de verbouwing van het stadhuis voorzichtiger moet zijn en soberder moet begroten. Dat wordt telkens door D66, GL en Pvda met gezucht ontvangen. Het weerwoord is dan dat de ambities noodzakelijk zijn voor de stad en die mogen iets kosten. Nu krijgen wij dus gelijk! Te veel ambities en te weinig sober begroten heeft een budgetoverschrijding als gevolg.” Het college wil echter extra krediet om door te kunnen gaan met de verbouwing. Gebeurt dat niet dat valt de bouw nog duurder uit, meent B&W. “Dat wil ik graag geloven, maar daarmee wordt wel het mes op de keel van de Raad gezet. Het is slikken of stikken. Niemand wil natuurlijk dat het nog duurder wordt” zo zegt Bleijie. “De vraag is echter wie hier het probleem van budgetoverschrijding heeft veroorzaakt en wie er dus op de blaren moet zitten om het op te lossen. Er is een budget vastgesteld door de raad waarbinnen het college de verbouwing van het stadhuis moest realiseren. Als dat niet lukt, moet je niet om extra krediet vragen maar terug naar de tekentafel en het ontwerp aanpassen. Als dat meer geld kost, zal het college andere uitgaven moeten schrappen.” Dit college, zo meent Bleijie, lijkt echter bij budgetoverschrijdingen altijd om extra geld te vragen en nooit ambities te willen laten varen. “Dat is de financieel riskante variant waar het CDA niet voor kiest. Zeker niet als je ambities overeind wilt houden terwijl je het geld er niet voor hebt.” Wat nu dan? “Voordat er om extra krediet gevraagd werd, zou het college eerst de plannen moeten terugbrengen naar de tekentafel om zodoende met een plan te komen dat wel binnen het gestelde budget te realiseren is. Schrap bijvoorbeeld de niet noodzakelijke investeringen, de zogenaamde ‘nice to haves’ uit de restauratie van de raadzaal. Verrijdbare Televisieschermen zijn handig, maar niemand zal ze missen als ze er niet zijn. Of schrap de warmte-koude pomp van 5 ton die er later tussen is gefietst. De tijd dat de Leidenaar iedere keer om een bijdrage gevraagd wordt voor budgetoverschrijdingen en de tijd dat de raad daar maar moeiteloos mee instemt is wat betreft het CDA wel voorbij.’ Het CDA zal tijdens de gemeenteraadsvergadering op 20 september aanstaande een motie indienen waar ze het college oproept om het ontwerp, bij voorkeur zonder nieuw aanbestedingstraject te starten, aan te passen zodat het binnen de gestelde financiële kaders blijft. [update 20 september] Het CDA heeft tijdens de raadsvergadering tegen de kredietaanvraag voor het stadhuis gestemd. "Wij zijn voor de verbouwing en renovatie van dit eeuwenoude monument, maar dan wel binnen de door de raad gestelde financiele kaders" zo liet CDA fractievoorzitter Joost Bleijie weten tijdens het debat. "Passen de kaders niet dan zal het college terug moeten naar de tekentafel om dot alsnog voor elkaar te krijgen". Het CDA diende een motie in om dit te bewerkstelligen maar die haalde het ondanks de steun van de VVD, de SP en Partij Sleutelstad. "Helaas zien we ook nu weer dat de collegepartijen D66, GL en PvdA niet in staat zijn om kosten te schrappen maar meteen maar weer de buidel trekken om tekorten te dichten. Met het oog op de astronomische leningen die er worden aangegaan, is dit in mijn beleving onverantwoord". Het CDA wacht af of dit de laatste kostenoverschrijding zal zijn. "Ik hoop van wel, maar ik ben bang van niet."

CDA: Geen extra krediet verbouwing stadhuis

CDA CDA D66 Leiden 06-09-2019 10:04

Het CDA Leiden zal niet in instemmen met het verzoek om extra krediet voor de verbouwing van het Leidse Stadhuis. Dat liet CDA fractievoorzitter Joost Bleijie weten tijdens de Raadscommissie Werk & Middelen waar het verzoek van het college van B&W om extra krediet op de agenda stond. “We hebben met elkaar een bedrag afgesproken dat de verbouwing mag kosten. Het CDA heeft daarmee ingestemd. Bij de totstandkoming van de raming van de kosten een jaar geleden is niet over een nacht ijs gegaan. Dan is het heel raar dat een jaar na de raming opeens tonnen meer nodig zijn voor de verbouwing van het stadhuis omdat geen enkele aannemer zegt het voor het vastgestelde bedrag kan doen. Dan gaat er ergens in de raming iets mis.” Stijgende bouwkosten wordt als een van de hoofdredenen genoemd waardoor er een tekort is ontstaan. Bleijie vindt dat vreemd. “Stijgende bouwkosten vanwege een aantrekkende bouwmarkt is niet iets van gisteren. Dat weten we al jaren. Niet voor niets heeft het CDA meerdere malen gewaarschuwd dat het college bij het doorrekenen van allerlei ambities zoals de verbouwing van het stadhuis voorzichtiger moet zijn en soberder moet begroten. Dat wordt telkens door D66, GL en Pvda met gezucht ontvangen. Het weerwoord is dan dat de ambities noodzakelijk zijn voor de stad en die mogen iets kosten. Nu krijgen wij dus gelijk! Te veel ambities en te weinig sober begroten heeft een budgetoverschrijding als gevolg.” Het college wil echter extra krediet om door te kunnen gaan met de verbouwing. Gebeurt dat niet dat valt de bouw nog duurder uit, meent B&W. “Dat wil ik graag geloven, maar daarmee wordt wel het mes op de keel van de Raad gezet. Het is slikken of stikken. Niemand wil natuurlijk dat het nog duurder wordt” zo zegt Bleijie. “De vraag is echter wie hier het probleem van budgetoverschrijding heeft veroorzaakt en wie er dus op de blaren moet zitten om het op te lossen. Er is een budget vastgesteld door de raad waarbinnen het college de verbouwing van het stadhuis moest realiseren. Als dat niet lukt, moet je niet om extra krediet vragen maar terug naar de tekentafel en het ontwerp aanpassen. Als dat meer geld kost, zal het college andere uitgaven moeten schrappen.” Dit college, zo meent Bleijie, lijkt echter bij budgetoverschrijdingen altijd om extra geld te vragen en nooit ambities te willen laten varen. “Dat is de financieel riskante variant waar het CDA niet voor kiest. Zeker niet als je ambities overeind wilt houden terwijl je het geld er niet voor hebt.” Wat nu dan? “Voordat er om extra krediet gevraagd werd, zou het college eerst de plannen moeten terugbrengen naar de tekentafel om zodoende met een plan te komen dat wel binnen het gestelde budget te realiseren is. Schrap bijvoorbeeld de niet noodzakelijke investeringen, de zogenaamde ‘nice to haves’ uit de restauratie van de raadzaal. Verrijdbare Televisieschermen zijn handig, maar niemand zal ze missen als ze er niet zijn. Of schrap de warmte-koude pomp van 5 ton die er later tussen is gefietst. De tijd dat de Leidenaar iedere keer om een bijdrage gevraagd wordt voor budgetoverschrijdingen en de tijd dat de raad daar maar moeiteloos mee instemt is wat betreft het CDA wel voorbij.’ Het CDA zal tijdens de gemeenteraadsvergadering op 20 september aanstaande een motie indienen waar ze het college oproept om het ontwerp, bij voorkeur zonder nieuw aanbestedingstraject te starten, aan te passen zodat het binnen de gestelde financiële kaders blijft.

Zorg om wederom breken met horecavisie

CDA CDA GroenLinks Leiden 11-04-2019 10:03

Het college van B&W heeft een aanvraag binnengekregen voor een horecalocatie op een locatie waar de horecavisie nieuwe horeca niet toestaat. Om het plan toch door te kunnen laten gaan overweegt ze nu in te stemmen met het maken van een ingang aan de achterkant van het pand op een niet bestaand adres omdat de horecavisie dat in de ogen van het college wel toestaat. Klopt dat? Het was de strekking van de actualiteitsvraag die CDA’er Joost Bleijie tijdens de commissie Werk en Middelen aan wethouder Van Delft (GroenLinks) stelde. Dat vraag om een uitleg. “In 2016 hebben we in Leiden de horecavisie aangenomen” zo zegt Joost Bleijie. “In die visie is opgenomen waar er in Leiden nog ruimte is voor nieuwe horeca en waar niet. Op de Breestraat is er volgens de visie geen ruimte meer voor horeca en dus zullen alle aanvragen voor nieuwe horeca aldaar worden afgewezen. Maar nu zit de gemeente met het voormalige pand van de ABN-Amro op Breestraat 81 in de maag. Dat pand staat leeg. Er heeft zich kennelijk een ondernemer gemeld die daar wel een horecazaak in wil beginnen. Op zich niets mis mee natuurlijk, maar wel dat het aan de Breestraat niet kan. Dus is de aanvrager inventief geweest en heeft aangegeven dat de ingang van de horeca wel aan de achterkant van het pand, aan aan de Langebrug, te willen maken. Formeel is dat niet de Breestraat, maar het Pieterskwartier. De horecavisie schrijft voor dat daar in het Pieterskwartier nog wel ruimte is voor horeca. Een slim stukje ondernemerschap natuurlijk, maar tegen het beleid dat we als Raad hebben vastgesteld. Want kadastraal en qua bestemmingsplan is dit pand gewoon gelegen aan de Breestraat. Sterker nog, de achterkant is niet eens een bestaand adres! Maar wat is nou het probleem? “Het college dreigt voor de tweede keer met een wel heel dunne argumentatie een uitzondering te maken op de horecavisie. Dan kan je twijfelen aan de houdbaarheid van de visie. Die kan wat mij betreft dan ook meteen de prullenbak in als we dit gaan doen. Daarnaast getuigt het niet echt van betrouwbaar bestuur natuurlijk. Twee jaar geleden hebben we na een lang onderzoek en na intensieve debatten besloten waar wel en waar geen ruimte is voor horeca. Dat is uiteindelijk een goede balans geworden tussen wonen, werken en gezelligheid. Als daar nu op deze gekunstelde manier weer een uitzondering op wordt gemaakt, kan je twijfelen hoe betrouwbaar en toekomstbestendig de besluiten van het stadsbestuur nog zijn.” Maar er is volgens Bleijie nog een probleem. “De wijkbewoners zijn wat horeca betreft wel wat gewend in het Pieterskwartier, maar zeggen van dit plan en met name van het volume aan horeca dat gemaakt wordt dat het ‘too much’ is. Qua verkeersafwikkeling, qua bezoekersstromen, qua verwachte overlast, qua fietsparkeren twijfelen zij of dit wel goed is voor de wijk en of de wijk dit wel aankan. Daar hebben ze zorg over. Die zorg deelt het CDA. Daarom hebben wij het college gevraagd hoe het precies zit.” Het antwoord van Wethouder van Delft was dat er inderdaad een horecaondernemer een aanvraag heeft gedaan en dat het college de aanvraag passend zal beoordelen. Het is nog geen uitgemaakte zaak dat de horeca er ook echt gaat komen. “Daar waren we blij mee. Wij zullen deze aanvraag dan ook met argusogen blijven volgen en een de bel trekken als dat nodig is.” (bron foto: Google Streetview sept 2016)

CDA: "Haal Morspoort van sokkel af!"

CDA CDA Leiden 10-04-2019 05:02

Wat een betrekkelijk eenvoudig rondvraag leek te zijn, eindigde in een wonderlijk tafereel tussen twee wethouders. “Ja” lacht Joost Bleijie, “van de een kreeg ik een keurige toezegging dat ik in een brief antwoord zou krijgen op mijn vragen, maar de ander veegde dit resoluut van tafel. Waar ik nu aan toe ben weet ik niet echt.” Bleijie stelde in de raadscommissie Werk en Middelen een rondvraag over de sokkel waarop de Morspoort sinds enige jaren staat. Een situatie waaraan het Leidsch Dagblad onlangs aandacht aan besteedde (foto). “In de plannen voor het Singelpark is ook het Morspoortplein aangepakt en daarin is kennelijk het idee dat de Morspoort op een sokkel komt te staan er door heen geglipt. Nu heeft de stadspoort dus een trappetje aan weerszijden van de poort en ziet het er uit alsof de poort op een sokkel staat. Nog los van het feit dat dat een mooi stukje moderne geschiedvervalsing is, is het ook onveilig. Mensen die het trappetje niet opmerken kunnen lelijk vallen. Bovenal, een poort was er om er onder door de stad in of uit te gaan. Door het trappetje, maar ook door het terras aan de stadskant van de poort wordt dat nu lastig. Een poort waar je met moeite onder door kan, dat kan nooit de bedoeling zijn geweest van Stadsarchitect Willem van der Helm die de poort in 1669 op trok.” Bleijie wilde tijdens de rondvraag, in navolging van de Historische Vereniging Oud Leiden (HVOL) die meerdere malen aan de bel trok over de sokkel, weten wat Wethouder Van Delft (Cultuur en Erfgoed) vindt van de situatie en of ze werk wilde maken van de oplossing die de HVOL haar aanbood. “HVOL gaf in een brief terecht aan dat het trappetje tijdelijk verdwijnt als de Marathon door Leiden gelopen wordt. Dan wordt er een hellingbaantje aangelegd. Mijn vraag was inderdaad of de wethouder die ‘tijdelijke’ hellingbaan kon laten liggen en wilde onderzoeken of het mogelijk is en wat het kost om van die tijdelijke hellingbaan een permanente te maken. Dan is iedereen tevreden volgens mij en zijn we met minimaal budget af van het vermaledijde trappetje.” Wethouder van Delft zegde dat toe, maar wethouder Dirkse (Sport) veegde dat resoluut van tafel en gaf aan helemaal niets te willen veranderen of te willen onderzoeken. Daarmee liet hij Bleijie en de commissie verbouwereerd achter. “Dat was een wonderlijk situatie. Ik vond het antwoord van wethouder Van Delft beter en ook wat sympathieker. En logischer trouwens, want niet Dirkse maar Van Delft gaat over cultuur en erfgoed” zo zegt Bleijie die uiteindelijk dus geen toezegging kreeg. En nu? “Ja, dat is een goede vraag. Ik wil gewoon nog steeds weten of die tijdelijke hellingbaan kan blijven liggen en of het mogelijk is om de oude situatie met niet al te veel geld te herstellen. Ik zal mijn vragen dan ook maar schriftelijk stellen. Want antwoord krijg ik!” Joost Bleijie over de sokkel waarop de Morspoort staat, luister hier (bron foto: Herman Kleibrink via Erfgoed Leiden (PV 3252.50))

“Bij LEAD is participatie gewoon een wassen neus”

CDA CDA GroenLinks D66 PvdA Leiden 03-02-2019 13:11

Onlangs was het CDA te gast bij een informatiemiddag georganiseerd door bewoners en belangenorganisaties vanwege de komst van de 120 meter hoge toren aan de Willem de Zwijgerlaan. In druilerig, Hollands weer werden Julius Terpstra en Joost Bleijie samen met andere raadsleden ontvangen op de plek waar de torens moeten verrijzen. Het verhaal dat beide CDA’ers hoorden van bewoners en belangenorganisaties was voorspelbaar: Het project LEAD is on-Leids, te megalomaan en trekt een te zware wissel op de faciliteiten in de aangrenzende wijken Groenoord, Leiden Noord en Nieuw Leyden. Bovendien is toekomstig parkeren een zorgenkindje, net als de verkeersafwikkeling en de vraag of deze manier van bouwen wel de problemen op de Leidse woningmarkt gaat oplossen. Hoogbouw is immers ‘duurbouw’ wat betekent dat sociale woningbouw en betaalbare starterswoningen lastig te realiseren is. De kosten die voor een woning op hoogte moeten worden gemaakt wegen immers niet op tegen de kosten. “Het zijn allemaal bezwaren die het CDA deelt. Niet voor niets is het CDA ook tijdens de verkiezingscampagne van vorig jaar als enige tegen hoogbouw geweest. Wij zullen dan ook in de Raad blijven strijden tegen dit plan. Zijn wij dan tegen woningbouw op deze plaats? Nee hoor, maar het moet wel een beetje inpasbaar zijn en passen bij de wijk en de stad” zo zegt CDA’ er Joost Bleijie Bleijie gaat verder: “Het is wrang om met mensen te praten die D66 of GroenLinks gestemd hebben maar nu spijt als haren op hun hoofd hebben. Eentje zei letterlijk dat hij zich zwaar genaaid voelde. Ik heb ze allen geadviseerd om met hu klachten, bezwaren en ideeën vooral deze partijen te benaderen. Die denderen vrolijk door namelijk zonder de bewoners het idee te geven dat ze echt serieus genomen worden.” Terpstra vult aan: “Participatie is echt een wassen neus geweest. Er mocht niet meegesproken worden over het volume, de hoogte of het aantal parkeerplekken, maar alleen over de kleur van de plinten en de hoogte van de wipkip. Dat is geen participatie natuurlijk. Zeker niet als je het participatieproject door de ontwikkelaar zelf laat doen. Tsja, wat denk je dat die zeggen dan?” Komende donderdag zal het project LEAD voor het eerst in de raad behandeld worden. Dan worden de insprekers gehoord. “Ik ben benieuwd of wethouder Spijker, en met haar D66, GroenLinks en de PvdA dan achterover leunend het één en ander gaan aanhoren of op het puntje van hun stoel gaan zitten om de gegronde bezwaren die hier spelen echt serieus te nemen om zodoende het plan nog te wijzigen. Als je samen een stad wil maken zou je dat laatste verwachten. Het CDA is een beetje bang voor het eerste”. Wilt u reageren of wilt u de CDA-fractie iets meegeven inzake LEAD, mail dan met woordvoerder Roeland Storm via fractie@cdaleiden.nl

CDA zet vraagtekens bij het Leidse bestuursakkoord

CDA CDA GroenLinks VVD D66 PvdA Leiden 13-04-2018 18:08

In een open brief aan zijn collega-raadsleden zet CDA fractievoorzitter n.a.v. het debat over de overschrijding in het project huisvesting statushouders en bijzondere doelgroepen vraagtekens bij het Leidse bestuursakkoord. Het akkoord dateert uit 2010 en had (heeft) als doel om de verzuurde verhoudingen in de Leidse Raad te verbeteren. Bleijie zet daar na afgelopen donderdag zijn vraagtekens bij. “Als het akkoord betekent dat we wethouders blijven sparen en ze niet meer verantwoordelijk willen houden omdat dat onvriendelijk overkomt en niet past in onze collegiale omgang met elkaar, dan weet ik niet of het CDA dat bestuursakkoord nog moet ondertekenen. In het DNA van onze partij zit dat we fatsoenlijk met mensen omgaan en dat we niet te pas en te onpas met moties van wantrouwen wapperen. Dat mogen andere partijen van het CDA verwachten. Het is echter ook zo dat er iemand politiek verantwoordelijk is voor het uitvoeren van het beleid. Niet alleen in goede tijden als er successen te vieren zijn, maar ook als het faliekant mis is gegaan. Het college is politiek verantwoordelijk en als wij als Raad ons controle-instrument vanwege de Leidse bestuursakkoord en de daarbij horende bestuurscultuur te grabbel gooien omdat we kosten wat het kost vriendelijk met elkaar om willen gaan, dan moeten we bij onszelf te rade gaan. De bestuurscultuur moet niet ten koste gaan van de plicht die wij als Raadsleden hebben om een college te controleren en het verantwoordelijk te houden als dat nodig is.” Lees onderstaand de open brief van Bleijie aan zijn collega Raadsleden: Beste collega-raadsleden, Afgelopen donderdag ontving ik net als jullie het boek ‘ De Gemeenteraad, ontstaan en ontwikkeling van de lokale democratie’ van de hand van onder andere mijn goede vriend Geerten Boogaard. Met Geerten zat ik tussen 2006 en 2008 in de Commissie Bestuur en Leefbaarheid van de Leidse Gemeenteraad. Geerten was een dijk van een Raadslid en bovenal een bijzonder leuke, gezellige en capabele collega. En inmiddels universitair docent Staats- en Bestuursrecht aan de Universiteit Leiden. Man wat hebben wij vaak met een pils in de hand gelachen om wat er in ‘het theater’ aan de Breestraat zoal plaatsvond. Vooral om de stok waarmee de partijen die toen nog het leuke, lekkere, linkse, Leidse college vormden terug het hok in werden geslagen Als er al een bestuurscultuur was in die tijd, dan werd die vorm gegeven door de lange rode knuppel die in een hoek van de PvdA-fractiekamer stond. En het collegeprogramma was net zo dichtgetimmerd als Fort Knox. Het was een mooie samenloop van omstandigheden dat we juist afgelopen donderdag het boek van Boogaard e.a. kregen. Boogaard is namelijk samen met CDA-er Wouter den Hollander en D66-Tweede Kamerlid Paul van Meenen architect van de nieuwe Leidse bestuurscultuur zoals we die sinds 2010 kennen. Een nieuwe manier van omgaan, vastgelegd in een bestuursakkoord met als doel om niet bij iedere scheet het vertrouwen in een wethouder op te zeggen, niet bij ieder zuchtje kritische tegenwind de collegepartijen terug het hok in te slaan en niet bij iedere Raadsvergadering te grossieren in allerlei jij-bakken die de sfeer en de besluitvorming in de Raad niet ten goede komt. De Raad moest weer de ruimte krijgen om de instrumenten te gebruiken om het college te kunnen controleren. Een akkoord overigens waarbij ten overvloede werd afgesproken dat het college de Raad adequaat en afdoende informeert, ook als dat lastig of negatief is. Het bestuursakkoord en de inherente collegiale manier van samenwerken komt immers van twee kanten. Juist die manier van omgaan stond afgelopen donderdag tijdens het interpellatiedebat centraal. Saillant detail was dus dat het boek van een van de geestesvaders van dit akkoord bij ons op de leggers lag. Waar ging het interpellatiedebat dan om? Twee dingen: als eerste kostenoverschrijding van € 1,2 miljoen die Wethouder Van Gelderen aan de Raad moest melden op het project huisvesting van statushouders en bijzondere doelgroepen. In februari meldde de wethouder het tekort in het college en die besloot pas op 27 maart, een week na de verkiezingen, de Raad hierover te informeren. Het was overigens niet het eerste tekort dat er op dit project te melden was. In 2017 moest de Raad ook al eens een half miljoen bij plussen. Het tweede ging over de informatievoorziening aan de Raad. Die rammelde niet alleen als een ouwe Oost-Duitse Trabant, maar tevens staat die haaks op het gesloten bestuursakkoord. Hadden we immers niet met elkaar afgesproken dat de Raad juist en tijdig geïnformeerd zou worden, ook als het nieuws minder rooskleurig is? Ook als het verkiezingstijd is? Tijdigheid voor volledigheid? Het college wist al veel eerder van dit tekort en toch koos ze ervoor om het pas een week na de verkiezingen aan de Raad te melden. Van Gelderen probeerde de Raad nog te overtuigen dat het ‘echt een toevallige samenloop van omstandigheden was geweest’. Ik vind dat maar lastig te geloven. Na het debat van gisteravond vraag ik me hardop af of de houdbaarheidsdatum van dit bestuursakkoord niet verstreken is. De Raad controleert het college en als de Raad vanwege de bestuursakkoord niet meer van plan is wethouders verantwoordelijk te houden dan is het eind zoek. Anders gesteld: Wat moet een wethouder in Leiden nog doen om politiek verantwoordelijk te worden gehouden? Gaan we alles met de mantel der bestuursakkoordliefde bedekken? Gaan we nu bij ieder debacle ons verschuilen achter het bestuursakkoord om zodoende wethouders maar niet verantwoordelijk te hoeven houden omdat dit onze gezellige manier van samenwerken kan schaden? Natuurlijk ben ik er geen voorstander van dat wethouders te pas en te onpas weggestuurd worden, maar een project dat 2x zo duur wordt, waar 2x geld bijgelegd moet worden en waarvan de Raad al dan niet vanwege de verkiezingen half en veel te laat over geïnformeerd is, is in veel gemeenten gewoon reden tot vertrek. Sterker nog, het controle-instrument van de Raad waarover ook Boogaard in zijn boek schrijf, is wel aan heel veel slijtage onderhevig als een Raad dit vanwege de bestuursakkoord weigert te gebruiken. Maar waarom heeft het CDA dan geen motie van wantrouwen ingediend? Simpel, omdat die het niet zou halen. Andere partijen vonden en vinden dat je zo niet met wethouders omgaat. Het bestuursakkoord en de controlerende rol van de Raad stonden dus lijnrecht tegenover elkaar. Het bestuursakkoord won. Een meerderheid in de Raad vond dit namelijk geen reden om middels motie het vertrouwen in de wethouder op te zeggen omdat dit niet past bij de manier van omgaan met elkaar. Dus werd het de veel minder zware variant van treurnis gebruikt. Het hoogst haalbare voor het CDA om onze verontwaardiging kenbaar te maken. Dan rijst nogmaals de vraag: wat moet je in Leiden dan wel doen om politiek verantwoordelijk te worden gehouden? En waar ligt de grens tussen het bestuursakkoord en de politieke verantwoordelijkheid van een wethouder? Ik kan slechts concluderen dat die grens gisteravond nog verder is opgerekt. Het bestuursakkoord en de inherente manier van aardig met elkaar omgaan is heilig, zelfs als een wethouder een project financieel uit de hand laat lopen en het college er voor kiest de Raad maar half en veel te laat daarover te informeren. Als de Raad niet meer haar tanden wil laten zien omdat ze bang is de goede lieve vrede te verstoren, wordt ze een tandeloze tijger. Af en toe brullen, maar nooit bijten als dat nodig is. Een slechte zaak als je het mij vraagt. Gelukkig krijgen we binnen een maand een nieuwe kans als het college, wellicht nog in de persoon van Van Gelderen inhoudelijk verantwoording af zal leggen over het onderzoek naar dit financiële en organisatorische debacle. Ik ben benieuwd. Ter afsluiting nog een saillant detail: D66, GroenLinks en de VVD werken momenteel aan een nieuw college en hebben daarbij de wens uitgesproken om het bestuursakkoord net als vier en acht jaar geleden opnieuw te bekrachtigen. Als dat in de lijn van het debat van gisteravond betekent dat we wethouders blijven sparen en ze middels onze controlerende taak niet meer verantwoordelijk willen houden, dan weet ik niet of het CDA dat bestuursakkoord nog moet ondertekenen. In het DNA van onze partij zit dat we fatsoenlijk met mensen omgaan en dat we niet te pas en te onpas met moties van wantrouwen wapperen. Dat mogen jullie van het CDA verwachten. Het is echter ook zo dat er iemand politiek verantwoordelijk is voor het uitvoeren van het beleid. Niet alleen in goede tijden als successen te vieren zijn en als er complimenten worden uitgedeeld, maar ook als het faliekant mis is gegaan zoals gisteravond. Het college is politiek verantwoordelijk en als wij als Raad ons controle-instrument vanwege de Leidse bestuursakkoord en de daarbij horende bestuurscultuur te grabbel gooien, dan moeten we bij onszelf te rade gaan. De bestuurscultuur moet niet ten koste gaan van de plicht die wij als Raadsleden hebben om een college te controleren en het verantwoordelijk te houden als dat nodig. Dat was afgelopen donderdag helaas wel het geval. Joost Bleijie, fractievoorzitter CDA Leiden

D66 en GroenLinks gaan in Leiden college vormen met VVD

CDA CDA GroenLinks VVD D66 Leiden 05-04-2018 10:06

In Leiden gaan D66 en GroenLinks met de VVD onderhandelen over de vorming van een nieuw college van burgemeester en wethouders. De twee informateurs (Fleur Spijker namens D66 en Rob van Lint namens GroenLinks) vinden dit de meest kansrijke combinatie. Zij baseren dit oordeel op gesprekken met alle fracties in de gemeenteraad. D66 en GroenLinks onderschrijven dit oordeel. Zij hebben de VVD uitgenodigd om samen de onderhandelingen te beginnen. De VVD heeft deze uitnodiging geaccepteerd. CDA lijsttrekker Joost Bleijie geeft aan blij te zijn dat de ronde van de informateurs snel is afgerond en dat er gewerkt kan worden aan een nieuw college. “Op basis van de verkiezingsuitslag en de zetelverdeling in de nieuwe raad lijkt het mij logisch dat deze 3 partijen een poging gaan wagen om tot een college te komen. Inhoudelijk wens ik ze veel succes. Het wordt nog een behoorlijke uitdaging om met de inhoudelijke verschillen die er tussen de partijen zijn, een college te vormen. Ik ben erg benieuwd wat daar uiteindelijk uit komt.” De opstelling van het CDA voor de komende periode zal door het bericht van de informateurs niet veranderen. “Plannen die goed zijn voor de stad zullen wij altijd steunen, plannen die minder goed zijn die zullen wij proberen te veranderen zodat ze alsnog de steun van het CDA kunnen krijgen. Bij plannen die slecht zijn voor de stad gaan wij er met gestrekt been in.” Vorige week schoven Joost Bleijie en Roeland Storm namens het CDA aan bij de informateurs om de mening van het CDA over een nieuw te vormen college te geven. “Wij hebben aangegeven dat het CDA graag toetreedt tot een nieuw college en dat wij dat ook vol enthousiasme zouden doen, maar dat we wel onze plek kennen. We hebben een zetel verloren (van 4 naar 3) en dus is onze inbreng kleiner geworden. Bovendien zijn wij cijfermatig ook niet nodig voor een college. Maar het CDA heeft een lange traditie van het nemen van bestuursverantwoordelijkheid en die hadden wij ook dit keer graag willen nemen. Echter, de realiteit is dat andere partijen dan wel groter zijn, dan wel gewonnen hebben. Dan moet je eerlijk en realistisch zijn en een beetje je plek kennen. Wij wensen D66, GroenLinks en de VVD veel succes en wijsheid toe de komende periode bij het schrijven van een coalitieakkoord. Mochten ze er niet uit komen dan kan er altijd een beroep op het CDA gedaan worden.” Opvallend in het rapport van de informateurs is de alinea waarin staat dat de meeste fracties moeite hebben met het bouwstandpunt van het CDA en dat onze partij zich daarmee buitenspel heeft gezet. “Bouwen is het thema geworden tijdens de verkiezingen en zal samen met de donkere wolken die hangen boven de gemeentelijke financiën, hèt thema gaan worden de komende vier jaar. Wij hebben aangegeven dat het CDA best wil bouwen en de noodzaak daar ook voor ziet, maar dat hoogbouw in wijken en het maar volbouwen van groen wat ons betreft niet direct een optie zijn. Het moet wel passen bij de wijk en bij de omgeving. Ik concludeer dat andere partijen dit niet delen en dit zelfs als een soort breekpunt zien. Opvallend, aangezien gaandeweg de verkiezingscampagne de standpunten over de bouwopgave steeds genuanceerder werden. Iedereen ziet volgens mij wel in dat je niet oeverloos kan blijven bouwen in Leiden. Ik ben dan ook erg benieuwd wat er uit de onderhandelingen komt als het om bouwen gaat. Het CDA zal ook in de oppositie blijven strijden voor de menselijke maat op bouwen.” Meer informatie over het bericht van de informateurs is te krijgen via joost@cdaleiden.nl

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.