Nieuws van politieke partijen in Hilversum over VVD inzichtelijk

19 documenten

Hilversum op het NS Nachtnet

VVD VVD Hilversum 20-01-2023 12:15

Toen ik hoorde dat Hilversum in de commissie van 18 januari ging over de aansluiting op het nachtnet werd ik meteen enthousiast. Het staat al even in ons verkiezingsprogramma en het is een goede ontwikkeling voor Hilversum als centrumgemeente en grootste gemeente in de regio. Ik kon mij goed vinden in dit plan gezien er een alternatief ontstaat voor het kiezen tussen de laatste trein om één uur, de eerste om een uur of vijf, of een overnachting bij een onbekende als er geen bekende is met een plek om te slapen. Ik herinner mij nog goed hoe ik met een zak chips op een bankje wachtte op de eerste trein die mij weer terugbracht van Utrecht naar Hilversum. Maar naast feestgangers in de buurt die naar Amsterdam en Utrecht trekken, biedt dit ook meer mogelijkheden voor mensen die tot in de latere uurtjes in Hilversum willen blijven. Voor een feest, late borrel of een evenement in de Vorstin bijvoorbeeld!

De commissie was een stuk korter dan gedacht, dit omdat de budgetten die wij moesten vrijgeven al eerder vrijgegeven bleken te zijn. Het initiatief gaat dus van start en vanaf eind 2023 tot 2025 hebben wij in Hilversum een nachttrein gedurende de nachten van vrijdag op zaterdag, en zaterdag op zondag. Aangezien de kosten vooral liggen in het openhouden van station Hilversum, kostte het weinig om Mediapark en Sportpark te betrekken bij deze test. Hoewel de sprinter niet richting Schiphol gaat, zijn er vanaf Amsterdam Centraal veel mogelijkheden om in de late uurtjes de luchthaven te bereiken. Hierom kan dit ook een goede optie zijn voor Hilversummers die een late weekendvlucht hebben, of laat terugkomen van vakantie. Kortom, een natuurlijke stap voor Hilversum om bereikbaarder te worden, ook op de minder gebruikelijke uurtjes.

https://www.vvdhilversum.nl/?p=8599

Jeugdzorg: niet iedere hulpvraag is een zorgvraag

VVD VVD Hilversum 01-02-2022 17:20

Bijna 1 op de 10 Hilversumse jongeren heeft jeugdzorg.

Er wordt steeds meer een beroep gedaan op de jeugdzorg. Eerder schreven wij al dat bijna een op de tien jongeren in Hilversum een vorm van jeugdhulp ontvangt. De groei van het aantal jongeren dat gebruik maakt van jeugdzorg zit vooral in de lichtere vormen van jeugdhulp. Dit betreft bijvoorbeeld ondersteuning in de thuissituatie of op school. Bij de zwaardere zorgvormen, zoals jeugdbescherming en -reclassering, is over het algemeen juist sprake van een lichte daling.

Kosten blijven oplopen

De toenemende vraag naar jeugdzorg vraagt veel van de financiële draagkracht van onze gemeente. Waar in 2018 de oorspronkelijke begroting van de kosten voor de jeugdzorg in Hilversum nog 14,5 miljoen euro betrof, is het budget in 2022 inmiddels 23,3 miljoen euro. Oftewel een groei van 8,8 miljoen euro in de afgelopen vier jaar. De gemeentelijke begroting en de jeugdzorg zelf komt door deze ontwikkeling onder grote (financiële) druk te staan. Als deze stijgende lijn doorzet betekent dat de gemeente op andere zaken moet bezuinigen of meer gemeentelijke belasting moet gaan innen.

We moeten minder gebruik maken van jeugdzorg

Het spreekt voor zich dat we voor de zwaardere zorgvragen een snelle en adequate toegang tot de jeugdzorg moeten realiseren. Het kan niet zo zijn dat een jeugdige met suïcidale gedachten op een wachtlijst wordt geplaatst. Het zijn juist de lichtere hulpvragen die minder of niet via jeugdzorg zouden moeten lopen. Zo zijn er voorbeelden uit de praktijk van aanvragen voor een doorverwijzing naar een psycholoog omdat een jongere last heeft van liefdesverdriet. Of aanvragen voor particuliere huiswerkbegeleiding omdat ouders niet tevreden zijn met de ‘gemiddelde’ schoolresultaten van hun kind. Wat ons betreft zijn dit zaken die -hoe verdrietig een gebroken hart of een onvoldoende ook kunnen zijn- bij het ‘normale’ leven horen. Dit zou geen onderdeel van jeugdzorg moeten zijn.

Normalisering

In formele taal wordt dit ‘normalisering’ genoemd. De verantwoordelijkheid wordt in eerste instantie neergelegd waar die hoort, namelijk bij de ouders en de jongere zelf. Als er lichte ondersteuning nodig is, dan moet daarvoor eerst gezocht worden in de eigen sociale omgeving. Een ‘lastige puber’ kan bijvoorbeeld best gebaat zijn bij twee keer in de week bij opa en oma eten, als daarmee rust wordt gecreëerd. Natuurlijk blijft professionele ondersteuning daarbij mogelijk, als de situatie daarom vraagt. Normaliseren is ook een kind gewoon een kind laten zijn dat door fasen heen gaat tijdens het opgroeien. Een kind dat druk is op school, heeft niet meteen ADHD. Een uur sporten kan soms beter helpen dan medicatie. Het medicaliseren van problemen bij jongeren is in zekere zin ook kiezen voor de ‘makkelijke’ oplossing. Als ouder of als school geef je op die manier de aanpak van het probleem en de regie uit handen. Maar het is sterk de vraag of dit het beste antwoord is. Bovendien leidt het ertoe dat meer kinderen en jongeren dan nodig het label van een stoornis krijgen en opgroeien met het idee dat ze ziek zijn. En ze komen vaak moeilijk van het label af. Ook daarom is normaliseren belangrijk.

Kind van de rekening

Als je jezelf de druk oplegt dat je leven succesvol en geslaagd moet zijn, dan ligt het risico op teleurstelling op de loer. Als het niet onmiddellijk lukt om volgens dergelijke (groeps)normen succesvol te zijn, zoeken mensen de oorzaak het liefste buiten hun eigen invloedssfeer. Het is nu eenmaal moeilijker om jezelf verantwoordelijk te zien en gemakkelijker om naar een externe oorzaak te wijzen. Een (medisch) label of een behandeling wordt dan al gauw in dank aanvaard. Maar een kind dat het bijvoorbeeld minder goed doet op school, heeft echt niet meteen een aandoening waarvoor dan ook een zorgtraject nodig is. Natuurlijk moeten er diagnoses gesteld kunnen worden, maar we moeten oppassen niet te snel een etiket op onze kinderen te willen plakken.

Zelfreflectie

Een andere vraag die je kunt stellen is of het kind wel altijd degene is met het probleem. Uit onderzoek naar de toename van jongeren in de jeugdzorg blijkt bijvoorbeeld dat (vecht)scheidingen – en daarmee de groei van het aantal eenoudergezinnen – een belangrijke oorzaak zijn van de groeiende vraag naar jeugdzorg. Als een kind problemen ervaart van een scheiding, moet hij of zij dan in therapie of moeten de ouders zorgen dat de gezinssituatie verbetert? En als er sprake is van externe factoren, zoals bijvoorbeeld geldzorgen, dan hoeft het kind niet meteen in behandeling, maar is er praktische ondersteuning nodig om rust en stabiliteit te doen terugkeren.

Conclusie

Kinderen met problemen moeten snel en goed geholpen worden, maar niet elke hulpvraag is een probleem waarbij een jeugdzorgtraject hoort. Sommige jongeren en hun ouders hebben een andere focus en aanpak nodig, en dat geldt ook voor de jeugdhulpverlening. Met als kern de acceptatie dat het leven nu eenmaal niet altijd rimpelloos verloopt en vanuit het idee dat het heel normaal is dat opgroeien een proces is dat gepaard gaat met vallen en opstaan.

Freek Reijmerink Raadslid en woordvoerder sociaal domein

Zorgcowboys worden rijk van jeugdzorg? De realiteit is veel gecompliceerder.

VVD VVD Hilversum 28-09-2021 09:55

‘Rijk worden van jeugdzorg. Commerciële nieuwkomers maken forse winsten van tonnen of zelfs miljoenen. Gaat al het geld wel naar de zorg voor kwetsbare kinderen?’ Dit kopte de Gooi- en Eemlander op 18 september 2021 naar aanleiding van grootschalig onderzoek door de journalistieke organisatie Follow the Money.

Anderhalf jaar lang verzamelde Follow the Money (FTM) op grootschalige wijze data achter de geldstromen in de jeugdzorg. Tot op bedrijfs- en gemeenteniveau is onderzocht hoeveel geld jeugdhulpaanbieders ontvingen en hoeveel winst er werd gemaakt. Om de geldstromen binnen het jeugdzorgstelsel in kaart te brengen, vroeg FTM onder andere alle 352 gemeenten mee te doen aan hun data-onderzoek. Zeventig gemeenten (waaronder Hilversum) deden hieraan mee. Omdat de steekproef niet groot genoeg was, de verdeling van grote en kleine gemeenten niet juist en niet elke gemeente dezelfde data aanleverde, was de resulterende database onvoldoende representatief. Toch is het volgens FTM de grootste jeugdzorgdatabase van Nederland, waaruit wel degelijk patronen konden worden gehaald. Zes jaar na de decentralisatie van de jeugdzorg naar gemeenten kan geconcludeerd worden dat meer kinderen een beroep doen op jeugdzorg, het aantal aanbieders sterk is gegroeid en de uitgaven onhoudbaar worden. Met als gevolg een landelijk miljardentekort. Inmiddels zijn de kosten opgelopen van 3,75 miljard in 2015 naar een geraamde 5,76 miljard in 2022.

Zorgwekkend daarbij is dat een derde van de centrale systeempartijen in de jeugdzorg, grote jeugdzorgaanbieders met een breed aanbod en een sterke kennis- en netwerkfunctie, verlies draaien. Terwijl de kleine aanbieders van basis- of enkelvoudige hulp juist winst maken. Jeugdzorg Nederland beschrijft de problemen binnen het jeugdzorgstelsel als een gapende kloof tussen groot-dus-arm en klein-dus-rijk. Dat de winstgevende zorgaanbieders dan ook meteen ‘zorgcowboys’ zouden zijn, is echter te kort door de bocht. Een veelgehoorde verklaring is dat de winstgevende aanbieders het ‘laaghangend fruit’ plukken door zich enkel te richten op kinderen die makkelijk te helpen zijn. Op hun beurt zeggen deze winstgevende aanbieders dat de oude en grote zorgaanbieders vaak veel geld kwijt zijn aan onroerend goed, overheadkosten en (administratieve) bureaucratie. Daarbij verdient het de opmerking dat winstgevendheid niets zegt over de kwaliteit van zorgverlening door oude en nieuwe aanbieders, laat staan dat er sprake zou zijn van onrechtmatige praktijken. De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd houdt toezicht op de kwaliteit van zorgverlening en de regelgeving is onlangs nog aangescherpt met de inwerkingtreding van de Wet toetreding zorgaanbieders.

Zeker is dat de uitgaven voor jeugdzorg onhoudbaar worden, het probleem wat hieraan ten grondslag ligt is echter veel complexer dan de schuld te leggen bij de jeugdhulpaanbieders alleen. Één eenvoudige ingreep als oplossing voor de kostenstijging voor alle gemeenten bestaat gewoonweg niet. Dat laat ook het rekenkameronderzoek van tien Zuid-Hollandse gemeenten zien. Bij deze H10-gemeenten die samen de specialistische zorg inkopen, bleek het per zorgproduct te verschillen wat de kostenstijging had veroorzaakt. De kostenstijging was het meest te herleiden tot een groei van het aantal jeugdigen met een hulpvraag, maar het kon ook zijn dat er meer uren werden ingezet, dat de kostprijs per uur was gestegen of dat het door een combinatie van factoren kwam.

Om de tekorten tegen te gaan zouden gemeenten allereerst meer grip moeten krijgen op de informatievoorziening in het sociaal domein. Dit is één van de vijf belangrijkste aanbevelingen van Divosa, de vereniging van gemeentelijke directeuren en leidinggevenden in het sociaal domein, uit hun onderzoek van gemeentelijke rekenkamers naar kostendrijvers in het sociaal domein. Naar aanleiding hiervan heeft de Hilversumse VVD-fractie gepleit voor een uitgebreid dashboard sociaal domein in Hilversum, wat inmiddels is uitgerold en goede inzichten geeft in de kostenopbouw.

Daarnaast hebben gemeenten te weinig grip op de toegang naar jeugdzorg, doordat de meeste verwijzingen naar jeugdhulp via niet-gemeentelijke instellingen gebeurt, bijvoorbeeld via huisartsen. Dit terwijl verwijzers bepalen hoe lang en hoe intensief iemand hulp krijgt en dus hoe duur een traject wordt. Het is daarom des te belangrijker om goed te weten wie binnen de gemeente precies doorverwijst en naar welke hulp. De gemeente moet dus investeren in de samenwerking met deze verwijzers en heldere afspraken maken over doelen en de beoordeling van de effectiviteit. De gemeente moet ook investeren in de samenwerking met de zorgaanbieders. Als onderling beter wordt afgestemd kan de specialistische zorg beter worden geregeld, bijvoorbeeld bij zorg voor gezinnen met meerdere problemen. De bekostiging van hulp zorgt er nu voor dat er zo lang mogelijk hulp wordt verleend. Door betere afspraken en slimmer samen te werken kan zorg ook eerder worden afgebouwd. Een laatste aanbeveling richt zich op de relatie tussen het college van burgemeester en wethouders (B&W) en de gemeenteraad. Divosa moedigt colleges van B&W aan te investeren in die relatie, want een geïnformeerde en betrokken raad formuleert duidelijke ambities en doelen. Uit deze keuzes volgen dan automatisch duidelijke onderbouwde keuzes voor de uitvoeringspraktijk in het sociaal domein.

Het grootschalige en diepgravende onderzoek van FTM verdient zeker lof en natuurlijk zijn er in de jeugdzorg ook ‘zorgcowboys’ aanwezig (Zie hiervoor bijvoorbeeld de rechtspraak over fraude binnen de Jeugdwet). Maar om op basis van bedrijfsresultaten de winstgevende aanbieders als de ‘badguys’ af te schilderen doet geen recht aan de zorg die zij verlenen. Bedrijfsresultaten kunnen ook een vertekend beeld geven wanneer niet gekeken wordt naar hoe die zijn opgebouwd. Daarnaast is er een belangrijke rol voor de landelijke en lokale overheid, die de wet- en regelgeving binnen de jeugdzorg bepalen en waar, zoals gerefereerd, nog genoeg valt te verbeteren.

Freek Reijmerink

Hilversum klaar voor de toekomst als ‘Tuinstad 2.0’

VVD VVD Hilversum 14-06-2020 19:03

Komende week gaan we in de raadscommissie praten over het voorstel van het college om een aantal scenario’s uit te werken voor de toekomst van Hilversum. Wij vinden dat een goed idee, want wij vinden het belangrijk dat Hilversum ook in de toekomst een fijne en welvarende plek is om te leven.

Wij zijn allemaal betrokken Hilversummers. We werken en ondernemen hier, brengen hier onze kinderen groot, en houden hier van onze (groot)ouders, vrienden en andere dierbaren. We houden van Hilversum omdat het hier zo fijn leven is. We wonen hier mooi, met veel groen, mooie huizen, actieve sportclubs, goede scholen, leuke winkels, musea, bioscopen en gezellige horeca.

We werken hier graag, omdat Hilversum centraal ligt in Nederland, gunstig ligt ten opzichte van de rest van de Randstad (mede dankzij drie treinstations) en al sinds jaar en dag dé mediastad van Nederland is.

Bij de begroting vorig jaar hebben we reeds betoogd wat onze inzet was voor Hilversum: Tuinstad in het groen. Hart van het Gooi. Mediastad van Nederland. En ook in ons coalitieakkoord hebben we afspraken gemaakt over het investeren in Hilversum, zoals een integrale verkeersvisie, aandacht voor wonen én werken, en verdichting in de buurt van OV-knooppunten.

Het is duidelijk dat we Hilversum moeten versterken, om ervoor te zorgen dat Hilversum ook in de toekomst zo’n fijne plek om te wonen is als nu. Om ons voor te bereiden op die toekomst is de blik vooruit nodig. Daarom zijn we blij met het voornemen van het college van B&W om in Hilversum te willen investeren. Want hier geldt echt: stilstand is achteruitgang.

Sinds twee maanden ziet de wereld er anders uit. Vanwege het coronavirus zijn we van economisch wind mee in -op z’n best- windstilte beland. Dat is wat ons betreft een extra reden om hiermee door te pakken. Investeren is goed voor onze economie, die dat vanwege corona goed kan gebruiken.

Het is belangrijk dat we ons als Hilversums gemeentebestuur samen sterk maken voor een gezond en welvarend Hilversum. Nu én in de toekomst.

Wij steunen van harte de ambitie om Hilversum te versterken en vragen de aandacht van het college op 6 punten:

Sleutelgebied is een middel, geen doel – Wij zien in de rapporten en cijfers dat Hilversum versterking nodig heeft. En voor die versterking is geld nodig. Dat geld zal uit Den Haag moeten komen en dat loopt via de lijn van de MRA. Daarom is het heel goed dat we een potentieel Sleutelgebied zijn. Hilversum heeft externe hulp (in de vorm van financiering, kennis, etcetera) nodig. Maar, de Hilversumse ambitie moet wél leidend zijn en blijven. We gaan hier niet het probleem van een andere gemeente oplossen, we doen wat Hilversum nodig heeft. Mobiliteit is key – Voor een prettig woon- en werkklimaat zijn bereikbaarheid en mobiliteit ontzettend belangrijk. Iedereen die hier woont en werkt weet dat het (zoals dat dan zo mooi heet) daily urban system van Hilversum nu al onder druk staat en dringend vraagt om versterking. In Helder Hilversums: Hilversum staat regelmatig hartstikke vast. Om daar écht iets aan te doen is lef nodig en de bereidheid om buiten de bestaande kaders te denken. Die kans dient zich nu aan, grijp die kans. Kwaliteit moet leidend zijn – Aandacht voor leefbaarheid, ruimtelijke kwaliteit, goede verbinding met het bestaande ‘weefsel’. Oog voor de context waarin je iets ontwikkelt, voortborduren op de kwaliteiten die Hilversum Tuinstad kenmerken. Investeer in betrokkenheid – Dit gesprek -en de te maken keuzes- gaan over de toekomst van Hilversum en dat zouden we zo breed mogelijk moeten willen voeren. Dat is ons immers bij de Gebiedsagenda 1221 ook erg goed bevallen. Wij zouden graag zien dat in de geest van die aanpak gewerkt wordt aan de ‘agenda’ voor Hilversum 2040. Wees vraag-sturend in plaats van vraag-volgend – Ontwikkel een ambitie welk Hilversum we willen zijn, neem vervolgens de regie en bepaal zélf de koers. Bouw betaalbare woningen voor starters en jongeren, en voor mensen die hier werken. Bouw seniorenwoningen, maar dan specifiek om lokaal doorstroming te realiseren, zodat jonge gezinnen weer in een gezinswoning terecht kunnen. Kortom: bouw wat Hilversum aan versterking nodig heeft. Ruimte om te ondernemen – Voor een welvarend Hilversum is ruimte nodig om te ondernemen. Natuurlijk zijn er (betaalbare) woningen nodig, maar een stad zonder werkgelegenheid is een slaapstad. Denk niet alleen na over wonen, maar ook over werken.

Onze belangrijkste oproep: maak Dudok trots. Dudok, de man die Hilversum haar kenmerkende stijl gaf, was een vooruitstrevende en vernieuwende architect. Dudok had lef en bouwde een tuinstad voor de toekomst van toen. Het past in zijn nagedachtenis om een kwalitatieve bouwkundige oplossing met lef te vinden voor de tuinstad van straks; een Tuinstad 2.0.

Haitske van de Linde Hilversumse VVD

Geef Hilversumse horeca -letterlijk- de ruimte

VVD VVD Hilversum 30-04-2020 11:34

Normaal gesproken zouden we op een zonnige dag een cappuccino, biertje of een glas wijn drinken op het terras van een van de mooie horecagelegenheden die Hilversum rijk is. Vanwege het ellendige coronavirus kan dat allemaal tijdelijk niet en dat is funest voor onze Hilversumse horeca, die cruciaal is voor de levendigheid van onze stad. Daarom willen wij de Hilversumse horeca de ruimte geven om hun zaken ‘anderhalvemeter-proof’ te maken, zodat we in de startblokken staan om op een verantwoorde manier weer open te gaan zodra daarvoor groen licht gegeven wordt.

Normaal gesproken zouden we op een zonnige dag een cappuccino, biertje of een glas wijn drinken op het terras van een van de mooie horecagelegenheden die Hilversum rijk is. Vanwege het ellendige coronavirus kan dat allemaal tijdelijk niet en dat is funest voor onze Hilversumse horeca, die cruciaal is voor de levendigheid van onze stad.

Helaas moeten we rekening houden met ‘anderhalvemeter’ tot er een vaccin of medicijn is. Vooral in de horeca vraagt het om creativiteit en out-of-the-box denken om een zaak ‘anderhalvemeter-proof’ te maken.

Gelukkig is voor ondernemers het glas altijd halfvol en zien zij alweer kansen, als een ander nog moet bijkomen van problemen.

Als VVD willen wij maximaal de ruimte geven aan onze ondernemers om hun zaken anderhalvemeter-proof te maken. Het beste wat wij kunnen doen als politiek is niet in de weg lopen, maar ruimte maken. Dat geldt altijd al, maar in dit soort situaties nog eens extra.

Letterlijk ruimte.

Meer meters voor onze horeca door bijvoorbeeld de gehele Kerkbrink te laten gebruiken voor terrassen. Ook als we daarvoor tijdelijk fietsroutes moeten omleiden. Natuurlijk moeten de hulpdiensten hun werk kunnen doen in geval van nood, maar verder moeten we alleen maar denken in mogelijkheden! Dat geldt uiteraard ook voor de Groest, de Markt en andere plekken.

Ook financiële ruimte is nodig. Dus in ieder geval geen extra precario-bonnetjes, maar juist onderzoeken hoe wij onze horeca-ondernemers verder kunnen helpen.

Laten we in vredesnaam zorgen dat zoveel mogelijk zaken het hoofd boven water kunnen houden. En dat we snel weer uit eten of het terras op kunnen. Anderhalvemeter-proof.

Frits Vogel VVD Hilversum

Kabinet moet rekening jeugdzorg zelf betalen

VVD VVD Hilversum 21-11-2019 14:24

Dit artikel is geschreven door twee raadsleden van de Hilversumse VVD en verscheen 18 november 2019 op binnenlandsbestuur.nl 

Het kabinet kondigde aan het jeugdzorgstelsel te willen hervormen: gemeenten krijgen nog minder grip, maar mogen wel de rekening blijven betalen. ‘Wel willen bepalen, maar niet betalen’ is niet acceptabel.

Teveel kinderen in de jeugdzorg krijgen niet op tijd de hulp die zij nodig hebben, dat is de stevige conclusie van een rapport van de Inspecties Gezondheidszorg en Jeugd en Justitie en Veiligheid, dat op 7 november aan de Tweede Kamer is gestuurd. In een reactie hierop kondigt het kabinet aan het jeugdzorgstelsel te willen wijzigen. Dit schreven de ministers de Jonge van VWS en Dekker voor Rechtsbescherming op dezelfde dag in een brief aan de Tweede Kamer.

Ervoor zorgen dat kwetsbare kinderen de hulp krijgen die ze nodig hebben klinkt op zichzelf als iets waar je niet tegen kunt zijn. Vanuit de positie van gemeenten bezien heeft dit voorstel echter een tikkeltje wrange bijsmaak. Het is immers pas ruim vier jaar geleden dat met de grote decentralisaties de verantwoordelijkheden van het rijk verschoven naar de gemeenten, mét een ingebouwde bezuiniging. Een korting op de rijksbegroting die in drie jaar tijd opliep tot structureel vijftien procent minder budget voor gemeenten voor de uitvoering van jeugdzorg en jeugdhulp. Deze bezuiniging moesten gemeenten gaan realiseren, óf eventuele gaten zelf ‘dichtlopen’. Een opgave waar vele gemeenten een stevige prijs voor betalen, mede omdat de vraag naar jeugdzorg een stijgende lijn kent.

De verwachtte bezuiniging was een van de leidende motieven, omdat werd aangenomen dat lokaal gemeentelijk beleid doeltreffender, doelmatiger en goedkoper zou zijn. Gemeenten moesten zélf hulp in gaan kopen en met aanbieders onderhandelen over de te betalen tarieven.

En nu neemt het kabinet een bijzondere afslag: het wil dat gemeenten ‘zwaardere’ taken als pleegzorg en gezinsvervangende jeugdhulp overdraagt aan ‘regionale verbanden’ en zelf lichtere zorgtaken blijven houden. Ook wil het kabinet dat gemeenten verplicht worden een vooraf vastgesteld kostendekkend tarief aan jeugdhulpaanbieders te betalen voor de ingekochte hulp. Daarmee legt het kabinet de gemeentelijke beleidsvrijheid aan banden, maar blijven gemeenten wél verantwoordelijk voor het betalen van de rekening. Dat is gek. (En best bijzonder als je bedenkt dat de decentralisaties bij het rijk zélf niet hebben geleid tot minder ambtenaren die zich bezighouden met deze onderwerpen… )

Net als veel andere gemeenten kampt ook de gemeente Hilversum met tekorten op de jeugdzorgbegroting, en wij verwachten dat de kosten alleen maar verder zullen stijgen als de aangekondigde stelselwijzigingen worden doorgevoerd.

De conclusies uit de rapporten liegen er niet om, en als Hilversumse VVD nemen wij dit zeer serieus. Kwetsbare kinderen en jeugdigen moeten de hulp krijgen die zij nodig hebben, dat is altijd ons uitgangspunt geweest. Wij zijn tegelijkertijd ook verantwoordelijk voor het verantwoord uitgeven van het geld van onze inwoners en daar zit ‘m de kneep…

Wij zijn het niet eens met het voornemen van het kabinet dat gemeenten met deze beoogde stelselwijziging beleidsvrijheid moet inleveren en tegelijkertijd wel verantwoordelijk blijven voor het betalen van de rekening. Wel willen bepalen, maar niet betalen is voor ons niet acceptabel. Daarom zeggen wij als deze plannen doorgaan: ‘Wij geleiden het bonnetje van deze zorgaanbieder door naar het kabinet’.

Freek Reijmerink en Haitske van de Linde, beiden raadslid namens de Hilversumse VVD.

Sport & bewegen wordt dankzij VVD onderdeel van Visie en Agenda Jeugdhulp

VVD VVD Hilversum 23-10-2019 06:51

Tijdens de gemeenteraad van 16 oktober 2019 stond het belangrijke onderwerp “Visie en Agenda Jeugdzorg” op de agenda. Éen op de tien kinderen heeft Jeugdhulp nodig in Nederland. De VVD is kritisch op de kwaliteit van Jeugdzorg en kijkt met een scherp oog naar de doelmatigheid van de Jeugdzorg: worden de euro’s goed besteed? De VVD is blij te constateren dat de kwaliteit volgens de Hilversumse rekenkamer op orde is, al zijn er aanbevelingen. De grip op de kosten ontbreekt nog en daarom is de VVD blij dat wethouder Karin Walters de ambitie heeft om controle op de kosten te krijgen.

De VVD heeft bij de behandeling in de Gemeenteraad één nieuw punt ingebracht. Met een amendement heeft de VVD gepleit voor de koppeling van Sport & bewegen aan deze agenda. Tot verbazing van de VVD was dit onderdeel namelijk niet opgenomen. Sport & bewegen wordt te vaak als apart beleidsterrein gezien. Terwijl de kracht van sport op alle terreinen in te zetten is, juist in het sociaal domein. Alle partijen in de Hilversumse raad steunden het VVD amendement. De wethouder omarmde het amendement ook: zij gaat nu actief op zoek naar organisaties die actief zijn op het thema Sport & bewegen. Hoe kunnen zij als maatschappelijk partner betrokken worden bij de kern van de Jeugdwet: “dat kinderen en jongeren gezond en veilig opgroeien, hun talenten ontwikkelen en meedoen in onze samenleving”.

Tobias Westerneng VVD Gemeenteraadslid Woordvoerder Sport, Onderwijs, Welzijn, Buurten, Werk & Inkomen

Bouwen aan een sterk vrijwilligerswerkbeleid

CDA CDA D66 VVD Hilversum 16-10-2019 14:00

We lezen in de kranten dat organisaties schreeuwen om vrijwilligers en we zien nog steeds dater veel mensen langs de kant staan. En dat terwijl er honderden vacatures zijn in de Gooi en Vechtstreek. Daarom heeft het CDA op 16 oktober een motie 'Bouwen aan een sterk vrijwilligersbeleid' ingediend. De VVD, HartvoorHilversum en D66 hebben tegen de motie gestemd. De motie is daarmee met 16 stemmen voor en 17 stemmen tegen verworpen. Het CDA gaat aan de slag om initiatiefnota te schrijven. Want onze vrijwilligers en organisaties verdienen meer geld en aandacht!

Amendement over kaders startnotitie Regionale Energie Strategie unaniem aangenomen

CDA CDA VVD D66 ChristenUnie Hilversum 28-09-2019 09:04

Tijdens de raadsvergadering van afgelopen woensdag stond de startnotitie Regionale Energie Strategie geagendeerd. Deze is unaniem door de gemeenteraad aanvaard, maar niet nadat het amendement met regiospecifieke uitgangspunten van CDA, ChristenUnie, VVD en D'66ook unaniem was aangenomen. De startnotitie Regionale Energie Strategie (RES) is zoals het woord al aangeeft, een eerste stap in het in de praktijk brengen van veel nationale afspraken uit Het Klimaatakkoord. Het Klimaatakkoord dat overigens nog niet is getekend! Bij deze startnotitie had het CDA samen met de ChristenUnie nog wel wat kanttekeningen. Zo vonden wij de voorgestelde regiospecifieke uitgangspunten niet volledig genoeg als kader voor onze deelregio Gooi en Vechtstreek. Zo zouden wij in onze regio graagmeer ruimte zien voor innovatie, (het onderzoeken van de mogelijkheden tot) een waterstofnetwerk, zo veel mogelijk financiële onderbouwing bij de plannen en een duidelijke afwijzing van een biomassacentrale. Deze uitgangspunten zijn nu met het unaniem aangenomen amendement (te lezen via deze link)vastgesteld. Raadslid Gerben van Voorden leidde het amendement met de volgende woorden in: De startnotitie regionale energiestrategie is het vertrekpunt voor een jarenlang proces om Nederland te verduurzamen. 30 verschillende regio’s gaan aan de slag om, ieder voor zich, te komen tot een bod voor de opwekking van duurzame elektriciteit en de regio’s gaan nadenken over hoe de warmtetransitie in de gebouwde omgeving wordt bewerkstelligd met de daarvoor benodigde opslag- en energie-infrastructuur. Dit is een enorme en complexe operatie die alle inwoners zal gaan raken.  Voorzitter, de RES zal de komende jaren gaan over keuzes maken. En de eerste keuze die deze wethouder maakt is een goede keuze. Hij komt op voor het belang van de regio en daarmee wordt de keuze gemaakt voor energiebesparing  ipv opwekking. Dit is wat ons betreft een uitstekend uitgangspunt!  Ergens las ik dat er is gekozen voor de RES omdat de oplossing voor de energietransitie vaak over bestuurlijke grenzen heen gaat (denk aan grootschalige wind- en zonprojecten en aqua- en geothermie=warmtenetten). Door regionale afstemming van vraag en aanbod kunnen de warmtebronnen optimaal benut worden. Maar ook dat de meerwaarde van een RES zit in het bundelen van capaciteit en kennis tussen decentrale overheden ten aanzien van het energiebeleid, netwerk, stakeholders etc. -Ik denk dat dit maar ten dele klopt-  Dit zou namelijk niet alleen binnen de regio moeten gelden, maar ook zeker tussen de 30 regio’s waarin het land is verdeeld. We gaan toch niet zelf 30 keer het wiel uitvinden: 30 keer een X-aantal consultants inhuren, 30 keer hetzelfde onderzoek laten uitvoeren, 30 keer een projectorganisatie opstarten of in het slechtste geval maatregelen nemen die ervoor zorgen dat andere regio’s straks minder energie kunnen opwekken.  Dat er in de startnotitie niets staat beschreven over het feit hoe regio’s kunnen gaan samenwerken is een gemiste kans. Ook dit is namelijk een keuze. Kies in een vroegtijdige stadium voor samenwerken met andere regio’s is onze oproep aan de wethouder.  Voorzitter, onze fractie heeft nog veel vragen. Wij zijn erg te spreken over het feit dat de wethouder een klankbordgroep energietransitie in het leven heeft geroepen. Want  wie van ons weet alles van energieopwekking, warmtetransitie, opslagcapaciteit? Wie van ons kent exact z’n formele invloed in dit proces? Hoe zorgen wij ervoor dat we als raad een positie innemen in dit grote complexe proces? Wat betekent een verdeelde raad voor de positie van de wethouder in de stuurgroep en zo kan ik nog wel even doorgaan.   Om dit proces ook voor de komende jaren te borgen vragen wij, in het amendement dat onze fractie straks mede namens de CU, D66 en de VVD zal indienen, de wethouder om proactief en op tijd de raad te informeren zodat de raad zelfstandig en zorgvuldig zijn eigen keuzes kan maken.  Voorzitter, ik begon mijn bijdrage met het maken van een compliment aan de wethouder. Hij maakt een uitstekende keuze gezien de karakteristieke eigenschappen van onze regio om de nadruk te leggen op energiebesparing. Dus onze oproep aan de wethouder is om zeer terughoudend te zijn in het formuleren van een bod voor de RES.   We hebben met het amendement meer uitgangspunten toegevoegd. Biedt ruimte voor innovatie, maak werk van een waterstofnetwerk, zorg voor financiële onderbouwing bij de plannen en wijs een biomassacentrale af.  Ook voor Hilversum zullen er keuzes moeten worden gemaakt. Onze fractie zal in dit proces kiezen voor wat goed is voor Hilversum. Wij zullen de plannen beoordelen op: de effectiviteit van de maatregelen, financiële consequenties en draagvlak. Dit is onze ogen goed rentmeesterschap. Voor nu wensen wij de wethouder succes bij het toewerken naar een concept-RES 1.0Gerben van VoordenRaadslid CDA Hilversum

Aftrap mobiliteitsvisie Hilversum

VVD VVD Hilversum 26-09-2019 09:05

Gisteravond (25-9-2019) is in de commissie Bereikbaarheid en Duurzaamheid het, jawel, “Bestuurlijk Plan van Aanpak Mobiliteitsvisie/Programma Mobiliteit” besproken. In verkiezingstijd hebben wij onze verkeersvisie “Hilversum gastvrij en bereikbaar” geschreven. Bij de coalitieonderhandelingen is dat natuurlijk niet allemaal overeind gebleven – wij hebben slechts 6 van de 24 zetels in deze coalitie – maar deze mobiliteitsvisie is voor de VVD heel belangrijk en we zijn er blij mee en trots op dat dit het coalitieakkooord, als volgt, gehaald heeft:

‘Een duurzame toekomstgerichte mobiliteitsvisie opstellen voor de middellange termijn om de bereikbaarheid van Hilversum te verbeteren. Hierin worden bestaande knelpunten zoals de Diependaalselaan en de Johannes Geradtsweg meegenomen. We betrekken hierbij onze inwoners, ondernemers en andere betrokkenen. Deze visie is gericht op alle verkeersmodaliteiten. In deze visie is er ook aandacht voor lightrail en stadsdistributie en de bereikbaarheid van het centrum. Op voorhand sluiten we geen enkele oplossingsvariant uit.’

We sluiten dus geen enkele oplossingsvariant uit. We nemen ook geen voorschot op zaken. We weten het nu nog niet, en we gaan er met een open blik naar kijken. In de commissie heb ik er vooral op gewezen dat we (commissie, raad, VVD’ers en inwoners) niet moeten onderschatten hoe groot en belangrijk de beslissingen zijn die we moeten gaan nemen. Zie het fragment hieronder!

Hidde Fennema Woordvoerder Bereikbaarheid & Duurzaamheid Fractie VVD – hiddefennema@vvdhilversum.nl – 06 41 389 404

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.