De gemeente Alkmaar organiseert van 7 tot en met 11 augustus het EK wielrennen. De gemeentelijke bijdrage is minimaal 980.000 euro. Dat bedrag gaat gedeeltelijk ten koste van het budget breedtesport in Alkmaar. De raadsfractie van Leefbaar Alkmaar stemde in februari tegen het binnenhalen van dit evenement. De gehele oppositie stemde tegen, maar de collegepartijen GroenLinks, VVD, PvdA, CDA en D66 waren vóór.

De Franse stad Annecy had de organisatie teruggegeven aan de Europese wielerbond, die daarna Nederlandse gemeenten polste om het EK te organiseren. Emmen, Ede en Den Bosch haakten af, waarna Alkmaar zich opwierp als gastheer.

Het EK wielrennen is een betrekkelijk nieuw evenement. En zeker geen topsport-evenement, zoals door de Alkmaarse collegepartijen werd voorgespiegeld. De VVD trok de vergelijking met het WK wielrennen, de start van de Giro of de Vuelta en de Amstel Gold Race. GroenLinks schermde met een opsomming van grote wielernamen die zeker aan de start zouden verschijnen. Feit is echter dat Bauke Mollema, Laurens ten Dam en Anna van der Breggen juist niet present zullen zijn. Het parcours, zonder heuvels, is niet selectief genoeg. De exposure voor Alkmaar zou enorm zijn, volgens de collegepartijen. Maar het Rijk dacht anders over de status van het EK. De landelijke Sportraad acht het EK wielrennen geen topsport-evenement en kwam derhalve niet met een forse subsidie over de brug.

Ondernemers en bewoners klagen steen en been over de verwachte overlast en slechte bereikbaarheid van de binnenstad. Dat het EK gedeeltelijk ten koste gaat van het budget breedtesport is ook een doorn in het oog van Leefbaar Alkmaar. En laten we vooral hopen dat het EK wielrennen niet duurder uitpakt dan begroot.